tan onze Adverteerders TWEEDE BLAD. Ingezonden 5tukken. NUMMER 33 ZATERDAG Wij moeten er nogmaals aan herinneren dat abonnements-ad- vertenties en wijzigingen daarin, u i t e r 1 ij k in ons bezit moeten zijn Vrifdagmorgen ten 9 uur, andere advertenties tot 12 uur. Men gelieve hiermee rekening te houden, daar de courant Vrijdag middag moet worden afgedrukt en wij nog geregeld Vrijdagsmiddags en Zaterdags advertenties ontvan gen, die dan niet meer kunnen worden opgenomen. De Administratie. (Buiten verantwoordelijkheid der Red.) De Cardo Quaestionis. Onder de verschillende argumenten, die tegen het uitkomen met een tweede katholieke lijst, naast die van den Al- gemeenen Bond worden aangevoerd, mogen wel tot de gewichtigste gerekend worden, deze twee: 1. dat de voorstanders van eigen lijsten hoofdzakelijk, zooal niet uitslui tend, door materialistische overwegingen worden geleid, met een vrijwel algeheel ontbreken van ideëele en principieele motieven 2. dat door het indienen van eigen lijsten een scheuring moet komen in de oude, ééne R. K. Staatspartij, terwijl toch de Katholieke beginselen en Katho lieke solidariteilsgedachte onze onge broken eenheid zoo gebiedend eischen dat men ais katholiek verplicht zou zijn het indienen van eigen lijsten zoo krachtig mogelijk te verhinderen en te stemmen op de lijsten van den Alge meenen Bond. Hoewel ik beide punten reeds aan gevoerd heb in de rede. die ik in Utrecht op uitnoodiging van het voorloopig bestuur van de actie v. Cranenburgh. ais inleider heb gehouden, is onze meening daaromtrent in de pers niet duidelijk genoeg belicht en wilde ik gaarne op deze plaats onze meening wat uitvoeriger uiteen zetten en tevens aan- toonen waarom wij in het indienen van eigen lijsten het eenig mogelijke en nog uitvoerbare middel zien om eene wer kelijke politieke eenheid in de Katholieke Staatspartij te verkrijgen en diezelfde Katholieke Staatspartij, die al zooveel goeds in Nederland voor Kerk en Staat heeft tot stand gebracht en waarop wij allen zoo trotsch zijn, voor groote schade te behoeden. Dat ik hierbij niet inga op minderwaardige bestrijdings wijzen zooals in enkele organen van de kleinere of plaatselijke Katholieke pers zijn aangetroffen zal men zeker algemeen billijken. Persoonlijke beleedigingen, verdachtmakingen, beschuldigingen van sophismen. insinuaties en d. g. zijn nu eenmaal geen argumenten. Zij verraden een zekere geestelijke armoede in het debat, doen meer kwaad dan goed, brengen geen verbeteringen maar ver bittering. Wij willen derhalve zakelijk blijven, personen van zaken onderschei den en openlijk verklaren, dat als wij meenen sommige zaken of personen te moeten bestrijden dit niets afdoet aan onzen eerbied, hoogachting en dikwijls ook waardeering voor de persoonlijkheid van hen die de door ons bestreden richting voorstaan of bevorderen. .Wij zouden ons dan uitsluitend door materiëele overwegingen laten leiden", zoo luidt de beschuldiging, met een vrijwel algeheel ontbreken van ideëele en principiëele motieven. Doch dit is volkomen onjuist Zeker, materiëele overwegingen zijn de aanleiding geweest tot ons optreden, De eenzijdige arbeids wetgeving die veel te veel het karakter heeft gekregen van eenzijdige arbeids bescherming en bevoorrechting, ten koste van het algemeen belangde be lemmering voor handel en industrie wier productiekosten mede daardoor zoo ontzaggelijk zijn gestegen dat on- mogelijkheid van concurrentie en onder consumptie in verschillende bedrijven is ingetreden en het afwentelingssysteem van Aalberse spaak geloopen isde ontzaggelijke financtëele lastende on houdbare belastingdruk; de overgroote staatsbemoeiing met zijn ontelbaar amb- tenarenleger dat meer dan de helft van ons nationale inkomen verslindt. Al deze oorzaken hebben zeker den eersten stoot gegeven tot onzen strijd tegen bet APRIL 1922. 45e Jaargang. eenzijdige en socialistische karakter dat ons sociaal economische wetgeving heeft gekregen. Een socialistisch en een- zijdig karakter dat door Bomans en (volgens hem) door vele Katholieke Kamerleden ten volle wordt erkend ook erkend wordt door het concept program van Nolens en het manifest van den Algemeenen Bond, waarin de woorden .met uitsluiting van alle een- zijdige politiek" toch wel zoo begrepen moeten worden dat de in de laatste jaren gevoerde politiek niet geheel van eenzijdigheid was vrij te pleiten. Niet, alsof wij niet erkennen dat de Staat tegenwoordig ten gunste van de economisch zwakkeren, allicht meer moet ingrijpen dan vroeger; niet alsof wij tegenstanders zouden zijn van sociale wetgeving, integendeel. Ook wij erken nen als principieele katholieken op politiek gebied de leiding der katholieke beginselen tenvolle de leiding ook van de opeenvolgende pausen en hun ency clieken. Wij erkennen dat de werkman door zijn arbeid een menschwaardig loon en bestaan moet kunnen verdienen en verzekerd zijn tegen de schrikbeelden van ziekte en invaliditeit, werkeloosheid en ouderdom (en dat die verzekeringen liefst het karakter moeten dragen van uitgesteld loon terwijl de Staat slechts aanvullend optreedt voor zoover dit volstrekt onvermijdelijk is) Maar wij erkennen ook, dat paus Leo Xlii ge- leeraard heeft, dat de Staat in de bur gerlijke verhoudingen niet verder moet ingrijpen dan onontbeerlijk is; dat het tegen recht en billijkheid strijdt als de Staat zich een overgroot gedeelte van het vermogen zijner onderdanen in den vorm van belastingen toeëigent. Met deze beide voorschriften is in de laatste jaren veel te weinig rekening gehouden ook de politieke leiders zien dit in en geven nu schoone belolten voor de toekomst. .Maar wat voor waar borgen k r ij g e n w ij is aan den heer Van Wijnbergen gevraagd en bij zijn antwoord, wees hij ons op het Katholiek Program. Alsof dit voldoende was. Het gaat, zoo zeiden wij toen, niet om het program, het gaat om de beginselen die zijn dezelfde en met het concept-program-Nolens (ietwat ge wijzigd naar den sympathieken kop) zouden wij ons best kunnen vereenigen. Het gaat om de menschen die het program moeten uitvoe- ren. Die zijn de hoofdzaak, niet het program. Hoe dikwijls toch worden er belang rijke wetten gemaakt, die nooit op een program hebben gestaan Het program van 1918 vroeg den achturigen arbeids dag. wij kregen de 45-urige arbeids week, die zelt het socialistisch geregeerd Zweden niet heeft aangedurfd, en werden zoo het proefkonijntje van Europa. En dan de Grondwetsher ziening! Die stond heelemaal niet op het program. Ook het Algemeen Stem recht heeft, voor zoover ik weet, nooit op ons program gestaan. En wat het concept program van 1922 betreft, daar wordt aan het eind gesproken over de georganiseerde bedrijven. Hoe moet dat worden geïnterpreteerd Bedoelt men daarmede de publiekrechterlijke organi- satie der bedrijven En zoo ja, op welke wijze? Wil men het sociale en economische leven verder op dezelfde stroeve wijze reglementeeren als bij de arbeidswet heeft plaats gehad of wil men leiden en beschermen wat uit het bedrijfsleven opgroeit en ontwikkelt? Moeten nog meer ambtenaren worden aan esteld of zal men de uitvoering en wederzijdsche controle in hoofdzaak leggen in handen der belanghebbende groepen zelf? Moet den arbeider al of niet medezeggenschap worden gegeven in de leiding der bedrijven? (bedoeld als complexen van ondernemingen). Zijn dit geen hoogst gewichtige vragen en hangt de beantwoording daarvan niet veel minder af van het program dan van de menschen, die het program moeten uitvoeren? In te veel van die menschen, in te veel van de candidaten van den Alge meenen Bond hebben wij het vertrou wen nu eenmaal onherroepelijk ver loren. OnrechtvaardigMaar wij zijn het toch niet vergeten, dat katholieke Kamerleden het openlijk in de Kamer hebben gezegd, dat wij wel iets voelen voor socialisatie en dat den arbeiders medezeggenschap moet worden gegeven in de leiding der bedrijven (n.l. van overheidsbedrijven); we zijn het niet vergeten dat door een ander, die nu ook behoort tot de candidaten van den Algemeenen Bond analoge stellingen in de Haagsche Kiesvereeniging zijn ver- dedigd en dat door hem een concept wetsontwerp is gemaakt, waarvan een der artikelen zoo was geredigeerd, dat menigeen daarin een middel zag om in een bepaalde groep van ondernemingen den arbeiders medezeggenschap te kunnen geven in de leiding der be drijven, zelfs tegen den wil der werk gevers In. Herinnert men zich niet, dat al deze uitlatingen door prof. Van Aken openlijk zijn gedesavoueerd en dat men later al die uitlatingen tot den meest onschuldigen vorm en kleinst mogelijke proporties heeft trachten terug te brengen Dat ze zelfs dezer dagen nog verontschuldigd zijn als onvoorzichtige uitlatingen van enkele overmoedigen. Dergelijke verontschuldigingen nemen echter niet weg, dat velen van ons in uitingen van voornamen op politiek en sociaal gebied, een eerste aarzelende stap zien, op een hoogst gevaarlijk pad, dat voert in de richting der socialisatie (waarvan de medezeggenschap der arbeiders in de leiding der bedrijven een der onderdeelen is) welke richting lijnrecht ingaat tegen het katholiek beginsel. Dergelijke uitingen beteekenen een binnendringen van de socialistische gedachte op sociaal economisch terrein. En zouden wij dan toch in geweten verplicht zijn, lijsten te stemmen, waar op mannen voorkomen, die over derge lijke hoogst belangrijke zaken denken op eene wijze, die wij geheel achten niet in belang te zijn van Kerk en Staat? En dat nog wel waar het een onberekend toeval is aan wien onze stem ten goede komt. Men stemt op no. 1 van de lijst, die men wel tot vertegen woordiger wenscht, maar onze stem komt ten goede aan no. 3,4, of 5, wien wij ons vertrouwen niet kunnen schenken. Moeten wij dan niet voor ons opeischen en hier komen wij aan de kern van de kern der zaak, aan het ideële en principieele van onze motieven moeten wij dan niet voor ons opeischen het heilig en onvervreemd baar recht van den kiezer om zijn ver trouwensman af te vaardigen naar het parlement en kan dit anders dan door lijsten waarbij het ons onverschillig is of onze stem ten goede komt aan no. 1 of no. 8, omdat het allen personen zijn van dezelfde richting, dezelfde over tuiging. Dat wij zulke lijsten niet hebben gekregen is de fout-{de onwillikeurige fout dat weet ik wel) van onze leiders, die niet hebben ingezien, dat het systeem van het evenredig stem recht tijdig had moeten worden over gebracht in onze kiezers organisaties. Voor die fout van onze leiders mogen echter onze kiezers niet boeten. „Kiezers zijn stemvee", zegt men vaak, maar als dat waar is zijn Katho lieke kiezers stemvee in het quadraat Meer toch dan anderen zijn de Katho- Heken geneigd hun leiders te volgen ook in de kiesvereenigingen. Maar in die kiesvereenigingen waar het ge wichtigste deel van het verkiezingswerk geschiedt, waar de personen worden gekozen, die later in de Kamer komen daar geldt nog altijd het oude onbarm hartige meerderheidsstelsel van de helft plus 1. daar worden de minderheden onderdrukt en kunnen zich dikwijls nauwelijks doen hooren. Later, bij de stembus, stemt ge niet meer op personen maar op lijsten en kunt ge practisch geen persoonlijke voorkeur meer doen gelden, vooral niet nu door de laatste wijziging van de kieswet de invloed van de voorkeur stemmen vrijwel tot nul is gereduceerd en die voorkeurstemmen weer ten goede komen aan no. 1 van de lijst. No. 2, 3, enz. personen, die veelal onderling sterk verschillen in opvatting omtrent politiek. Wat voor waarborgen hebben wij dan bij zulke lijsten dat met onze wenschen rekening zal worden gehouden. Schoone beloften misschien en een voorloopig gunstig effect van de actie Cranenburgh Maar is de weg naar de hel niet met goede voornemens geplaveid en die naar de Kamer met schoone beloften En hoe kunnen wij er verzekerd van zijn dat het voorloopig gunstig effect een blijvend zal worden, óók als de verkiezingen eenmaal achter de rug zijn „Maar met eigen lijsten brengt ge scheuring in de Katholieke Staatspartij", zoo werpt men ons_ tegen „en die scheuring zal zoo groote idiëele en practische nadeelen veroorzaken voor de Katholieke Zaak dat ge in geweten verplicht zijt niet met eigen lijsten uit te komen en te stemmen op de lijsten van den Algemeenen Bond". Scheuring in de Katholieke Staatspartij? Of scheu ring in de Katholieke kiezersorganisatie De Katholieke Staatspartij is het doel, de Katholieke kiezersorganisatie het middel om dat doel te bereiken en als die organisatie niet meer aan de tijds omstandigheden beantwoordt, dan moet ze verbeterd worden, desnoods, als het niet anders kan, kiest men voor ééne keer zijn vertegenwoordigers buiten de kiesvereeniging om en werkt dan, als de organisatie verbeterd is. zoo spoedig mogelijk weer in de organisatie mee, aan het gemeenschappelijk doel, de Katholieke Staatkunde, de bevordering van de salus publica. Maar dit tijdelijk verbreken van de electorale eenheid i6 toch niet hetzelfde als het verbreken van dt politieke eenheid, voor zoover de Katholieke Staatspartij die dan heeft bezeten. Integendeel, Dit tijdelijk verbreken van de electorale eenheid kan brengen een politieke eenheid, te verkrijgen tusschen twee groepen van Katholieken door een compromis, dat misschien wat moeilijker tot stand zal komen omdat het 2 onafhankelijke groepen zijn, maar die dan ook des te hechter zal zijn omdat zij minder gehinderd wordt door een verouderde kiezersorganisatie, al licht ook minder door kiezersvrees. Idiëele bezwaren? Nadeelige invloed op de bekeering van Nederland Nu. ik ken persoonlijk niet veel bekeerlingen maar één hunner heeft mij eens gezegd, dat een van zijn ernstigste bezwaren betrekking had op de Katholieke Staats- partij (waarmede hij bedoelde de politiek der Katholieke Staatspartij, wat nog niet altijd hetzelfde is) en dat hij nu wel Katholiek was geworden ten opzichte van de Kerk maar niet ten opzichte van de politiek, welke dikwijls veel te veel herinnerde aan het panem et clr- censes der oude Romeinen. Ook het idiëele bezwaar „dat door bet in dienen van eigen lijsten de klasse- strijd verscherpt zou worden en de arbeiders gedreven naar het socialisme waardoor hun zieieheil in gevaar zou komen zoodat wij te dien opzichte een zekere verantwoordelijkheid, een zekere charge d'Jmes zouden hebben", wordt door ons niet gedeeld. Als de arbeiders door onpartijdige leiders, door werkelijke en oprechte vrienden worden voorgelicht, willen zij zich wel laten leiden en overtuigen, en zakken zij niet zoo gauw af naar socialisme en revolutie. Zij hebben het nergens zoo goed als hier en de zegeningen der revolutie zijn hun in Rusland, Oostenrijk en Duitsch- land voldoende aan den lijve gedemon streerd En mochten er toch nog eenigen hun heil willen zoeken bij de socia listen welnu, laat ze gaan. Beter aan kleinere kern berouwbare elementen, dan een groote groep beginselzwakken die men zoet moet houden door toe geven op punten waarop men eigenlijk niet toegeven kan. E» nu de practische gevolgen van het ai of niet indienen van eigen lijsten Dienen wij ze niet in, dan komen een groot aantal Katholieke stemmen niet aan de Katholieke lijst ten goede; dan komen er minder Katholieke Kamerleden en komt rechts in de minderheid. Ge volg is dan, of een zwartroode regeering. die wel niemand van ons verlangt, of een linksche regeering en in dat geval zullen wij volgens Stulemeier niet meet zooals nu met roeden doch met schor pioenen gegeeseld worden. De heet Stulemeier houde het ons ten goede maar die tuchtiging met roeden, die wij op het oogenblik. volgens zijn eigen getuigenis, ondergaan bevalt ons slechts matig en willen wij zoo spoedig mogelijk doen eindigenen voor de schor pioenen passen wij heelemaal en willen daarom eigen lijsten. Zijn er eenmaal eigen lijsten, dan zal iedere Katholiek ook katholiek stemmen kunnen (en doen allicht vele niet-katholieken het ook) dan komen er weer minstens 30 prin- cipiëele Katholieken in de Kamer terug, misschien wel meer, evenals in België, waar na de splitsing der Katholieke kiezersorganisatie 9 Katholieken meei hun intrede deden in het parlement. Dan kan er wèl een Rechtsche regeering komen, steunende op 4 groepen der Rechter zijdeop Anti-Revolutionairen, op Chr. Historischen, en op 2 groepen van Katholieken, die het geheel eens zijn over de principiëele politiek en oneens over eenige punten van de practische politiek, waarover zij het door compromis eens zullen worden alleen al, wegens het heilig moeten omdat zij elkaar het naaste zijn en zonder elkaar niets verm:gen. Nu nog de bezwaren voor den Al gemeenen Bond tegen het berusten in eigen lijsten en het eventueel verbinden met de hunnen. Electorale bezwarenDat hun men schen niet gekozen worden Maar die majores, mannen als Aalberse. Kolkman Kooien, Nolens. Ruys, v. Wijnbergen e.a., om slechts enkele van de meest bekende te noemen, komen er toch zeker in' Hoogstens worden enkele die minder goede plaatsen hebben dan niet gekozen, is dat zoo'n groot bezwaar/ En weegt dat bezwaar dan op tegen onzen idieelen en principieelen eisch onzer eigen vertrouwensmannen te kun nen kiezen, de mannen die naar onze overtuiging het best de belangen zullen behartigen van Kerk en Staat? In ge weten mag men toch niet anders doen en in verkiezingszaken heeft het geweten zeker een belangrijk woord mede te spreken. Dit is dan ook in Utrecht niet ontkend. Alleen is er bezwaar gemaakt tegen de wijze waarop de heerv. Wijn bergen daar de gewetensvraag meende te moeten stellen en is de opmerking gemaakt dat de door hem voorgelezen aanmaningen der Bisschoppen om op de Katholieke lijst te stemmen niet ter zake dienende waren, omdat deze dateerden van 1918, toen niemand kon vermoeden dat er ooit 2 verschillende lijsten zouden komen, beide van goede principieele Katholieken. Waren die 2 er toen ook geweest, allicht was er toen ook van lijsten gesproken. Organisatorische bezwaren dan Maar die geven dan toch niet den doorslag als het om zulke gewichtige zaken gaat en de organisatie niet meer aan billijke eischen voldoet. De organisatie is er tenslotte voor den kiezer de kiezer niet voor de organisatie. Trouwens, hoeveel Kamerleden hebben niet tegen de organisatie in hun Kamerzetel ver- overd en zijn nu invloedrijke en hoog gewaardeerde leden van de Katholieke Kamerclub, zonder dat door hen de eenheid ooit in 't gedrang is gekomen. Doch niet alleen berusten is het wat wij van den algemeenen Bond verwach ten wij gelooven nog altijd in een schoone Christelijke zelfoverwinning van dten Bond; dat hij nl. door eigen vrijen wil, de daad zal stellen waartoe de voorzitter de macht niet hadte be sluiten. dat zoo noodig de eigen lijsten verbonden kunnen worden met die van den Algemeenen Bond En als wij dat verwachten gaan wij niet uit van ietwat laag bij den grondsche redeneering van den Gelderlander die luidt; „Nu ja. als die lijsten verbonden worden wie doet je dan wat Geloof mij, het is geen vrees of eigenbelang dat ons zoo doet spreken maar veeleer een verlangen naar het behouden, ook van de electorale eenheidhet vol gen van een gedachtengang zooals ook het Algemeen Handelsblad die volgde in zijn artikel„De tooverleerling van Haarlem" een artikel dat zoo zeer de instemming van de Maasbode verwierf dat deze er groote stukken uit citeerde doch daarbij, jammer genoeg, de volgen de oversloeg „Er werd sterk bij den heer v. Wijn bergen op aangedrongen dat hij zou bevorderen, dat als de nieuwe fractie met eigen lijsten uitkwam die lijsten zouden kunnen worden verbonden met die v?n den Algemeenen Bond. Inderdaad ware dat de aangename op- lossing geweest nu het al zoo ver was gekomen De verdeeldheid, die er nu eenmaal was. had zich viij kunnen uitenmaar daarboven ware de Room.^che Eenheid ook electoraal be waard gebleven. Men zou getrennt marchiert hebben doch om vereint zu schlagen. Alle overschotten van de eene fractie zou de andere ten goede zijn gekociengeen enkele stem zou voor Rome verloren zijn gegaan. Dat zal thans als het blijft bij de hoog hartige afwijzing door den Bondsvoor zitter. wèl geschieden. Er zal restanten verlies voor Rome zijn. Met het gevolg dat er misschien een paar zetels verio ren gaan, tengevolge van de beslissing om uit te komen met eigen lijsten zal een vrij belangrijk aantal stemmen dat anders op den Vrijheidsbond zou zijn overgegaan, dien Bond nu ontgaan. Electoraal is het oprichten van de nieuwe Kutholieke partij dus een tegenvaller voor den Vrijheidsbond." Wat hier gezegd wordt is volkomen waar en wanneer de Katholieke Pers eenige waarde hecht aan het „abhosie doceri" dan moet ze dergelijke citaten aan haar lezers niet onthouden. Opportunistische bezwaren tenslotte nog, de vrees voor échec, die vele heb ben van de 87 tegenstemmers en de 14 onthouders geleid hebben bij het uit brengen van hun stem. Want principieele tegenstemmers waren er slechts enkele en van de opportunisiische tegen stemmers dachten vele zóó logisch dat zij mij na de stemming ronduit ver* klaarden, dat zij tegen eigen lijsten ge stemd hadden omdat zij het plan niet meer uitvoerbaar achtten, doch dat zij nu de beslissing buiten hunne verant woordelijkheid toch genomen was met alle krachten zouden medewerken om de eigen lijsten te doen slagen I En slagen zij. Binnen korten tijd zal het negatieve karakter van onze ac ie het berichten van de tegenwoordige leiding en richiing vervangen worden door een positief karakter: een kort program van beginselen, een kort pro gram van actie, een candidaienlijst en een plan voor propaganda en finantiee- len steun. Daaraan kor. eerst begonnen worden nadat in Utrecht het besluit genomen was met eigen lijsten uit te komen en daaraan wordt nu ijverig geaibeid. Vergeet niet dat wij zonder eenige voorafgaande afspraak of samenzwering alleri te zamen zijn gebracht door Van Cranenburgh's artikel waarvan U. en met mij bijna niemand van ons tevoren iets geweten heeft Vergeet niet dat wij tot dusver al onzen tijd aan drukke zaken en practijken moesten geven en slechts op vrije uren, in avond of nacht tijd konden vinden voor dit werk. Weldra zult gij zien dat wij. nog wat onervaren wellicht, wat tastend en zoe kend, maar vast besloten door zullen gaan op den weg dien van Cranenburgh ons wees om door eigen lijsten te komen tot een andere richting in de politiek tot het verkrijgen van een werkelijke politieke eenheid in de Katholieke Staatspartij tot heil van Kerk en Staat. DEN HAAO, Paschen 1922. Dr. A. KERVER, tie Mo t bet Zuiden.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 5