tan onze Adverteerders
TWEEDE BLAD.
Ingezonden 5tukken.
NUMMER 33 ZATERDAG
Wij moeten er nogmaals aan
herinneren dat abonnements-ad-
vertenties en wijzigingen daarin,
u i t e r 1 ij k in ons bezit moeten
zijn Vrifdagmorgen ten 9 uur,
andere advertenties tot 12 uur.
Men gelieve hiermee rekening
te houden, daar de courant Vrijdag
middag moet worden afgedrukt en
wij nog geregeld Vrijdagsmiddags
en Zaterdags advertenties ontvan
gen, die dan niet meer kunnen
worden opgenomen.
De Administratie.
(Buiten verantwoordelijkheid der Red.)
De Cardo Quaestionis.
Onder de verschillende argumenten,
die tegen het uitkomen met een tweede
katholieke lijst, naast die van den Al-
gemeenen Bond worden aangevoerd,
mogen wel tot de gewichtigste gerekend
worden, deze twee:
1. dat de voorstanders van eigen
lijsten hoofdzakelijk, zooal niet uitslui
tend, door materialistische overwegingen
worden geleid, met een vrijwel algeheel
ontbreken van ideëele en principieele
motieven
2. dat door het indienen van eigen
lijsten een scheuring moet komen in de
oude, ééne R. K. Staatspartij, terwijl
toch de Katholieke beginselen en Katho
lieke solidariteilsgedachte onze onge
broken eenheid zoo gebiedend eischen
dat men ais katholiek verplicht zou
zijn het indienen van eigen lijsten zoo
krachtig mogelijk te verhinderen en te
stemmen op de lijsten van den Alge
meenen Bond.
Hoewel ik beide punten reeds aan
gevoerd heb in de rede. die ik in Utrecht
op uitnoodiging van het voorloopig
bestuur van de actie v. Cranenburgh.
ais inleider heb gehouden, is onze
meening daaromtrent in de pers niet
duidelijk genoeg belicht en wilde ik
gaarne op deze plaats onze meening wat
uitvoeriger uiteen zetten en tevens aan-
toonen waarom wij in het indienen van
eigen lijsten het eenig mogelijke en nog
uitvoerbare middel zien om eene wer
kelijke politieke eenheid in de Katholieke
Staatspartij te verkrijgen en diezelfde
Katholieke Staatspartij, die al zooveel
goeds in Nederland voor Kerk en Staat
heeft tot stand gebracht en waarop wij
allen zoo trotsch zijn, voor groote
schade te behoeden. Dat ik hierbij niet
inga op minderwaardige bestrijdings
wijzen zooals in enkele organen van de
kleinere of plaatselijke Katholieke pers
zijn aangetroffen zal men zeker algemeen
billijken. Persoonlijke beleedigingen,
verdachtmakingen, beschuldigingen van
sophismen. insinuaties en d. g. zijn nu
eenmaal geen argumenten. Zij verraden
een zekere geestelijke armoede in het
debat, doen meer kwaad dan goed,
brengen geen verbeteringen maar ver
bittering. Wij willen derhalve zakelijk
blijven, personen van zaken onderschei
den en openlijk verklaren, dat als wij
meenen sommige zaken of personen te
moeten bestrijden dit niets afdoet aan
onzen eerbied, hoogachting en dikwijls
ook waardeering voor de persoonlijkheid
van hen die de door ons bestreden
richting voorstaan of bevorderen.
.Wij zouden ons dan uitsluitend door
materiëele overwegingen laten leiden",
zoo luidt de beschuldiging, met een
vrijwel algeheel ontbreken van ideëele
en principiëele motieven. Doch dit is
volkomen onjuist Zeker, materiëele
overwegingen zijn de aanleiding geweest
tot ons optreden, De eenzijdige arbeids
wetgeving die veel te veel het karakter
heeft gekregen van eenzijdige arbeids
bescherming en bevoorrechting, ten
koste van het algemeen belangde be
lemmering voor handel en industrie
wier productiekosten mede daardoor
zoo ontzaggelijk zijn gestegen dat on-
mogelijkheid van concurrentie en onder
consumptie in verschillende bedrijven
is ingetreden en het afwentelingssysteem
van Aalberse spaak geloopen isde
ontzaggelijke financtëele lastende on
houdbare belastingdruk; de overgroote
staatsbemoeiing met zijn ontelbaar amb-
tenarenleger dat meer dan de helft van
ons nationale inkomen verslindt. Al
deze oorzaken hebben zeker den eersten
stoot gegeven tot onzen strijd tegen bet
APRIL 1922. 45e Jaargang.
eenzijdige en socialistische karakter dat
ons sociaal economische wetgeving
heeft gekregen. Een socialistisch en een-
zijdig karakter dat door Bomans en
(volgens hem) door vele Katholieke
Kamerleden ten volle wordt erkend
ook erkend wordt door het concept
program van Nolens en het manifest
van den Algemeenen Bond, waarin de
woorden .met uitsluiting van alle een-
zijdige politiek" toch wel zoo begrepen
moeten worden dat de in de laatste
jaren gevoerde politiek niet geheel van
eenzijdigheid was vrij te pleiten.
Niet, alsof wij niet erkennen dat de
Staat tegenwoordig ten gunste van de
economisch zwakkeren, allicht meer
moet ingrijpen dan vroeger; niet alsof
wij tegenstanders zouden zijn van sociale
wetgeving, integendeel. Ook wij erken
nen als principieele katholieken op
politiek gebied de leiding der katholieke
beginselen tenvolle de leiding ook van
de opeenvolgende pausen en hun ency
clieken. Wij erkennen dat de werkman
door zijn arbeid een menschwaardig
loon en bestaan moet kunnen verdienen
en verzekerd zijn tegen de schrikbeelden
van ziekte en invaliditeit, werkeloosheid
en ouderdom (en dat die verzekeringen
liefst het karakter moeten dragen van
uitgesteld loon terwijl de Staat slechts
aanvullend optreedt voor zoover dit
volstrekt onvermijdelijk is) Maar wij
erkennen ook, dat paus Leo Xlii ge-
leeraard heeft, dat de Staat in de bur
gerlijke verhoudingen niet verder moet
ingrijpen dan onontbeerlijk is;
dat het tegen recht en billijkheid strijdt
als de Staat zich een overgroot gedeelte
van het vermogen zijner onderdanen in
den vorm van belastingen toeëigent. Met
deze beide voorschriften is in de laatste
jaren veel te weinig rekening gehouden
ook de politieke leiders zien dit in en
geven nu schoone belolten voor de
toekomst. .Maar wat voor waar
borgen k r ij g e n w ij is aan den
heer Van Wijnbergen gevraagd en bij
zijn antwoord, wees hij ons op het
Katholiek Program. Alsof dit voldoende
was. Het gaat, zoo zeiden wij toen, niet
om het program, het gaat om de
beginselen die zijn dezelfde en met
het concept-program-Nolens (ietwat ge
wijzigd naar den sympathieken kop)
zouden wij ons best kunnen vereenigen.
Het gaat om de menschen die
het program moeten uitvoe-
ren. Die zijn de hoofdzaak, niet het
program.
Hoe dikwijls toch worden er belang
rijke wetten gemaakt, die nooit op een
program hebben gestaan Het program
van 1918 vroeg den achturigen arbeids
dag. wij kregen de 45-urige arbeids
week, die zelt het socialistisch geregeerd
Zweden niet heeft aangedurfd, en
werden zoo het proefkonijntje van
Europa. En dan de Grondwetsher
ziening! Die stond heelemaal niet op
het program. Ook het Algemeen Stem
recht heeft, voor zoover ik weet, nooit
op ons program gestaan. En wat het
concept program van 1922 betreft, daar
wordt aan het eind gesproken over de
georganiseerde bedrijven. Hoe moet dat
worden geïnterpreteerd Bedoelt men
daarmede de publiekrechterlijke organi-
satie der bedrijven En zoo ja, op
welke wijze? Wil men het sociale en
economische leven verder op dezelfde
stroeve wijze reglementeeren als bij de
arbeidswet heeft plaats gehad of wil
men leiden en beschermen wat uit het
bedrijfsleven opgroeit en ontwikkelt?
Moeten nog meer ambtenaren worden
aan esteld of zal men de uitvoering en
wederzijdsche controle in hoofdzaak
leggen in handen der belanghebbende
groepen zelf? Moet den arbeider al of
niet medezeggenschap worden gegeven
in de leiding der bedrijven? (bedoeld
als complexen van ondernemingen). Zijn
dit geen hoogst gewichtige vragen en
hangt de beantwoording daarvan niet
veel minder af van het program dan
van de menschen, die het program
moeten uitvoeren?
In te veel van die menschen, in te
veel van de candidaten van den Alge
meenen Bond hebben wij het vertrou
wen nu eenmaal onherroepelijk ver
loren. OnrechtvaardigMaar wij zijn
het toch niet vergeten, dat katholieke
Kamerleden het openlijk in de Kamer
hebben gezegd, dat wij wel iets voelen
voor socialisatie en dat den arbeiders
medezeggenschap moet worden gegeven
in de leiding der bedrijven (n.l. van
overheidsbedrijven); we zijn het niet
vergeten dat door een ander, die nu
ook behoort tot de candidaten van den
Algemeenen Bond analoge stellingen in
de Haagsche Kiesvereeniging zijn ver-
dedigd en dat door hem een concept
wetsontwerp is gemaakt, waarvan een
der artikelen zoo was geredigeerd, dat
menigeen daarin een middel zag om in
een bepaalde groep van ondernemingen
den arbeiders medezeggenschap te
kunnen geven in de leiding der be
drijven, zelfs tegen den wil der werk
gevers In. Herinnert men zich niet, dat
al deze uitlatingen door prof. Van Aken
openlijk zijn gedesavoueerd en dat men
later al die uitlatingen tot den meest
onschuldigen vorm en kleinst mogelijke
proporties heeft trachten terug te
brengen Dat ze zelfs dezer dagen nog
verontschuldigd zijn als onvoorzichtige
uitlatingen van enkele overmoedigen.
Dergelijke verontschuldigingen nemen
echter niet weg, dat velen van ons in
uitingen van voornamen op politiek en
sociaal gebied, een eerste aarzelende
stap zien, op een hoogst gevaarlijk pad,
dat voert in de richting der socialisatie
(waarvan de medezeggenschap der
arbeiders in de leiding der bedrijven
een der onderdeelen is) welke richting
lijnrecht ingaat tegen het katholiek
beginsel. Dergelijke uitingen beteekenen
een binnendringen van de socialistische
gedachte op sociaal economisch terrein.
En zouden wij dan toch in geweten
verplicht zijn, lijsten te stemmen, waar
op mannen voorkomen, die over derge
lijke hoogst belangrijke zaken denken
op eene wijze, die wij geheel achten
niet in belang te zijn van Kerk en
Staat? En dat nog wel waar het een
onberekend toeval is aan wien onze stem
ten goede komt. Men stemt op no. 1
van de lijst, die men wel tot vertegen
woordiger wenscht, maar onze stem
komt ten goede aan no. 3,4, of 5, wien
wij ons vertrouwen niet kunnen
schenken. Moeten wij dan niet voor
ons opeischen en hier komen wij
aan de kern van de kern der zaak,
aan het ideële en principieele van onze
motieven moeten wij dan niet voor
ons opeischen het heilig en onvervreemd
baar recht van den kiezer om zijn ver
trouwensman af te vaardigen naar het
parlement en kan dit anders dan door
lijsten waarbij het ons onverschillig is
of onze stem ten goede komt aan no. 1
of no. 8, omdat het allen personen zijn
van dezelfde richting, dezelfde over
tuiging.
Dat wij zulke lijsten niet hebben
gekregen is de fout-{de onwillikeurige
fout dat weet ik wel) van onze
leiders, die niet hebben ingezien, dat
het systeem van het evenredig stem
recht tijdig had moeten worden over
gebracht in onze kiezers organisaties.
Voor die fout van onze leiders mogen
echter onze kiezers niet boeten.
„Kiezers zijn stemvee", zegt men
vaak, maar als dat waar is zijn Katho
lieke kiezers stemvee in het quadraat
Meer toch dan anderen zijn de Katho-
Heken geneigd hun leiders te volgen
ook in de kiesvereenigingen. Maar
in die kiesvereenigingen waar het ge
wichtigste deel van het verkiezingswerk
geschiedt, waar de personen worden
gekozen, die later in de Kamer komen
daar geldt nog altijd het oude onbarm
hartige meerderheidsstelsel van de helft
plus 1. daar worden de minderheden
onderdrukt en kunnen zich dikwijls
nauwelijks doen hooren.
Later, bij de stembus, stemt ge niet
meer op personen maar op lijsten en
kunt ge practisch geen persoonlijke
voorkeur meer doen gelden, vooral niet
nu door de laatste wijziging van de
kieswet de invloed van de voorkeur
stemmen vrijwel tot nul is gereduceerd
en die voorkeurstemmen weer ten goede
komen aan no. 1 van de lijst. No. 2,
3, enz. personen, die veelal onderling
sterk verschillen in opvatting omtrent
politiek.
Wat voor waarborgen hebben wij dan
bij zulke lijsten dat met onze wenschen
rekening zal worden gehouden. Schoone
beloften misschien en een voorloopig
gunstig effect van de actie Cranenburgh
Maar is de weg naar de hel niet met
goede voornemens geplaveid en die
naar de Kamer met schoone beloften
En hoe kunnen wij er verzekerd van
zijn dat het voorloopig gunstig effect
een blijvend zal worden, óók als de
verkiezingen eenmaal achter de rug
zijn
„Maar met eigen lijsten brengt ge
scheuring in de Katholieke Staatspartij",
zoo werpt men ons_ tegen „en die
scheuring zal zoo groote idiëele en
practische nadeelen veroorzaken voor
de Katholieke Zaak dat ge in geweten
verplicht zijt niet met eigen lijsten uit
te komen en te stemmen op de lijsten
van den Algemeenen Bond". Scheuring
in de Katholieke Staatspartij? Of scheu
ring in de Katholieke kiezersorganisatie
De Katholieke Staatspartij is het doel,
de Katholieke kiezersorganisatie het
middel om dat doel te bereiken en als
die organisatie niet meer aan de tijds
omstandigheden beantwoordt, dan moet
ze verbeterd worden, desnoods, als het
niet anders kan, kiest men voor ééne
keer zijn vertegenwoordigers buiten de
kiesvereeniging om en werkt dan, als
de organisatie verbeterd is. zoo spoedig
mogelijk weer in de organisatie mee,
aan het gemeenschappelijk doel, de
Katholieke Staatkunde, de bevordering
van de salus publica. Maar dit tijdelijk
verbreken van de electorale eenheid i6
toch niet hetzelfde als het verbreken
van dt politieke eenheid, voor zoover
de Katholieke Staatspartij die dan heeft
bezeten.
Integendeel, Dit tijdelijk verbreken
van de electorale eenheid kan brengen
een politieke eenheid, te verkrijgen
tusschen twee groepen van Katholieken
door een compromis, dat misschien wat
moeilijker tot stand zal komen omdat
het 2 onafhankelijke groepen zijn, maar
die dan ook des te hechter zal zijn
omdat zij minder gehinderd wordt door
een verouderde kiezersorganisatie, al
licht ook minder door kiezersvrees.
Idiëele bezwaren? Nadeelige invloed
op de bekeering van Nederland Nu.
ik ken persoonlijk niet veel bekeerlingen
maar één hunner heeft mij eens gezegd,
dat een van zijn ernstigste bezwaren
betrekking had op de Katholieke Staats-
partij (waarmede hij bedoelde de politiek
der Katholieke Staatspartij, wat nog niet
altijd hetzelfde is) en dat hij nu wel
Katholiek was geworden ten opzichte
van de Kerk maar niet ten opzichte
van de politiek, welke dikwijls veel te
veel herinnerde aan het panem et clr-
censes der oude Romeinen. Ook het
idiëele bezwaar „dat door bet in
dienen van eigen lijsten de klasse-
strijd verscherpt zou worden en de
arbeiders gedreven naar het socialisme
waardoor hun zieieheil in gevaar zou
komen zoodat wij te dien opzichte
een zekere verantwoordelijkheid, een
zekere charge d'Jmes zouden hebben",
wordt door ons niet gedeeld. Als de
arbeiders door onpartijdige leiders, door
werkelijke en oprechte vrienden worden
voorgelicht, willen zij zich wel laten
leiden en overtuigen, en zakken zij niet
zoo gauw af naar socialisme en revolutie.
Zij hebben het nergens zoo goed als
hier en de zegeningen der revolutie zijn
hun in Rusland, Oostenrijk en Duitsch-
land voldoende aan den lijve gedemon
streerd En mochten er toch nog eenigen
hun heil willen zoeken bij de socia
listen welnu, laat ze gaan. Beter aan
kleinere kern berouwbare elementen,
dan een groote groep beginselzwakken
die men zoet moet houden door toe
geven op punten waarop men eigenlijk
niet toegeven kan.
E» nu de practische gevolgen van
het ai of niet indienen van eigen lijsten
Dienen wij ze niet in, dan komen een
groot aantal Katholieke stemmen niet
aan de Katholieke lijst ten goede; dan
komen er minder Katholieke Kamerleden
en komt rechts in de minderheid. Ge
volg is dan, of een zwartroode regeering.
die wel niemand van ons verlangt, of
een linksche regeering en in dat geval
zullen wij volgens Stulemeier niet meet
zooals nu met roeden doch met schor
pioenen gegeeseld worden. De heet
Stulemeier houde het ons ten goede
maar die tuchtiging met roeden, die wij
op het oogenblik. volgens zijn eigen
getuigenis, ondergaan bevalt ons slechts
matig en willen wij zoo spoedig mogelijk
doen eindigenen voor de schor
pioenen passen wij heelemaal en willen
daarom eigen lijsten. Zijn er eenmaal
eigen lijsten, dan zal iedere Katholiek
ook katholiek stemmen kunnen (en doen
allicht vele niet-katholieken het ook)
dan komen er weer minstens 30 prin-
cipiëele Katholieken in de Kamer terug,
misschien wel meer, evenals in België,
waar na de splitsing der Katholieke
kiezersorganisatie 9 Katholieken meei
hun intrede deden in het parlement.
Dan kan er wèl een Rechtsche regeering
komen, steunende op 4 groepen der
Rechter zijdeop Anti-Revolutionairen,
op Chr. Historischen, en op 2 groepen
van Katholieken, die het geheel eens
zijn over de principiëele politiek en
oneens over eenige punten van de
practische politiek, waarover zij het
door compromis eens zullen worden
alleen al, wegens het heilig moeten
omdat zij elkaar het naaste zijn en
zonder elkaar niets verm:gen.
Nu nog de bezwaren voor den Al
gemeenen Bond tegen het berusten in
eigen lijsten en het eventueel verbinden
met de hunnen.
Electorale bezwarenDat hun men
schen niet gekozen worden Maar die
majores, mannen als Aalberse. Kolkman
Kooien, Nolens. Ruys, v. Wijnbergen
e.a., om slechts enkele van de meest
bekende te noemen, komen er toch
zeker in' Hoogstens worden enkele die
minder goede plaatsen hebben dan niet
gekozen, is dat zoo'n groot bezwaar/
En weegt dat bezwaar dan op tegen
onzen idieelen en principieelen eisch
onzer eigen vertrouwensmannen te kun
nen kiezen, de mannen die naar onze
overtuiging het best de belangen zullen
behartigen van Kerk en Staat? In ge
weten mag men toch niet anders doen
en in verkiezingszaken heeft het geweten
zeker een belangrijk woord mede te
spreken. Dit is dan ook in Utrecht niet
ontkend. Alleen is er bezwaar gemaakt
tegen de wijze waarop de heerv. Wijn
bergen daar de gewetensvraag meende
te moeten stellen en is de opmerking
gemaakt dat de door hem voorgelezen
aanmaningen der Bisschoppen om op
de Katholieke lijst te stemmen niet ter
zake dienende waren, omdat deze
dateerden van 1918, toen niemand kon
vermoeden dat er ooit 2 verschillende
lijsten zouden komen, beide van goede
principieele Katholieken. Waren die 2
er toen ook geweest, allicht was er toen
ook van lijsten gesproken.
Organisatorische bezwaren dan Maar
die geven dan toch niet den doorslag
als het om zulke gewichtige zaken gaat
en de organisatie niet meer aan billijke
eischen voldoet. De organisatie is er
tenslotte voor den kiezer de kiezer
niet voor de organisatie. Trouwens,
hoeveel Kamerleden hebben niet tegen
de organisatie in hun Kamerzetel ver-
overd en zijn nu invloedrijke en hoog
gewaardeerde leden van de Katholieke
Kamerclub, zonder dat door hen de
eenheid ooit in 't gedrang is gekomen.
Doch niet alleen berusten is het wat
wij van den algemeenen Bond verwach
ten wij gelooven nog altijd in een
schoone Christelijke zelfoverwinning van
dten Bond; dat hij nl. door eigen vrijen
wil, de daad zal stellen waartoe de
voorzitter de macht niet hadte be
sluiten. dat zoo noodig de eigen lijsten
verbonden kunnen worden met die van
den Algemeenen Bond
En als wij dat verwachten gaan wij
niet uit van ietwat laag bij den grondsche
redeneering van den Gelderlander die
luidt; „Nu ja. als die lijsten verbonden
worden wie doet je dan wat Geloof
mij, het is geen vrees of eigenbelang
dat ons zoo doet spreken maar veeleer
een verlangen naar het behouden, ook
van de electorale eenheidhet vol
gen van een gedachtengang zooals ook
het Algemeen Handelsblad die volgde
in zijn artikel„De tooverleerling van
Haarlem" een artikel dat zoo zeer de
instemming van de Maasbode verwierf
dat deze er groote stukken uit citeerde
doch daarbij, jammer genoeg, de volgen
de oversloeg
„Er werd sterk bij den heer v. Wijn
bergen op aangedrongen dat hij zou
bevorderen, dat als de nieuwe fractie
met eigen lijsten uitkwam die lijsten
zouden kunnen worden verbonden met
die v?n den Algemeenen Bond.
Inderdaad ware dat de aangename op-
lossing geweest nu het al zoo ver
was gekomen De verdeeldheid, die er
nu eenmaal was. had zich viij kunnen
uitenmaar daarboven ware de
Room.^che Eenheid ook electoraal be
waard gebleven. Men zou getrennt
marchiert hebben doch om vereint
zu schlagen. Alle overschotten van de
eene fractie zou de andere ten goede
zijn gekociengeen enkele stem
zou voor Rome verloren zijn gegaan.
Dat zal thans als het blijft bij de hoog
hartige afwijzing door den Bondsvoor
zitter. wèl geschieden. Er zal restanten
verlies voor Rome zijn. Met het gevolg
dat er misschien een paar zetels verio
ren gaan, tengevolge van de beslissing
om uit te komen met eigen lijsten zal
een vrij belangrijk aantal stemmen dat
anders op den Vrijheidsbond zou zijn
overgegaan, dien Bond nu ontgaan.
Electoraal is het oprichten van de nieuwe
Kutholieke partij dus een tegenvaller voor
den Vrijheidsbond."
Wat hier gezegd wordt is volkomen
waar en wanneer de Katholieke Pers
eenige waarde hecht aan het „abhosie
doceri" dan moet ze dergelijke citaten
aan haar lezers niet onthouden.
Opportunistische bezwaren tenslotte
nog, de vrees voor échec, die vele heb
ben van de 87 tegenstemmers en de 14
onthouders geleid hebben bij het uit
brengen van hun stem. Want principieele
tegenstemmers waren er slechts enkele
en van de opportunisiische tegen
stemmers dachten vele zóó logisch dat
zij mij na de stemming ronduit ver*
klaarden, dat zij tegen eigen lijsten ge
stemd hadden omdat zij het plan niet
meer uitvoerbaar achtten, doch dat zij
nu de beslissing buiten hunne verant
woordelijkheid toch genomen was met
alle krachten zouden medewerken om
de eigen lijsten te doen slagen I
En slagen zij. Binnen korten tijd zal
het negatieve karakter van onze ac ie
het berichten van de tegenwoordige
leiding en richiing vervangen worden
door een positief karakter: een kort
program van beginselen, een kort pro
gram van actie, een candidaienlijst en
een plan voor propaganda en finantiee-
len steun.
Daaraan kor. eerst begonnen worden
nadat in Utrecht het besluit genomen
was met eigen lijsten uit te komen en
daaraan wordt nu ijverig geaibeid.
Vergeet niet dat wij zonder eenige
voorafgaande afspraak of samenzwering
alleri te zamen zijn gebracht door Van
Cranenburgh's artikel waarvan U. en
met mij bijna niemand van ons tevoren
iets geweten heeft Vergeet niet dat wij
tot dusver al onzen tijd aan drukke
zaken en practijken moesten geven en
slechts op vrije uren, in avond of nacht
tijd konden vinden voor dit werk.
Weldra zult gij zien dat wij. nog wat
onervaren wellicht, wat tastend en zoe
kend, maar vast besloten door zullen
gaan op den weg dien van Cranenburgh
ons wees om door eigen lijsten te komen
tot een andere richting in de politiek
tot het verkrijgen van een werkelijke
politieke eenheid in de Katholieke
Staatspartij tot heil van Kerk en Staat.
DEN HAAO, Paschen 1922.
Dr. A. KERVER,
tie Mo
t bet Zuiden.