Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
De Portierster
van Alfortville,
Binnenland
FEUILLETON
„NOORD-BRABAND"
NUMMER 48.
WOENSDAG 14 JUNI 1922.
45e JAARGANG.
Uitgave:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
Binnen één maand zal de groote
beslissing van den verkiezingsdag, 5
Juli zijn gevallen.
Met het gewicht en het belang, welke
deze beslissing voor de Katholieke zaak
in ons vaderland heeft, voor oogen,
acht het Bondsbestuur R. K. H. zich
verplicht een woord van leiding te
spreken tot de Katholieke Kiezers van
den Bosschen kieskring. En daarom
richt het Bondsbestuur zich tot de Be
sturen van de plaatselijke vereenigingen,
met het dringende verzoek in leden
vergaderingen dit schrijven van het
Bondsbestuur te willen voorlezen. Onzer
zijds zal aan de R. K. Pers van den
Kieskring gevraagd worden aan dit
schrijven ruime bekendheid te geven.
Het eerste groote belang, dat bij de
stembus van 1922 op het spel staat, is
het behoud van eene Christelijke regee
ring. Onder den invloed der liberale
grootpers, onder den invloed vooral der
huidige malaise is hier en daar eene
ontevredenheid tot uiting gekomen,
welke als slachtoffer heeft gekozen
onze huidige Christelijke Regeering.
Nu zal de Regeering zelve zich niet
voor onfeilbaar houden, en zullen
allicht fouten in het vierjarig regeertijd-
perk zijn aan te wijzen. Maar dat neemt
niet weg, dat de Regeering-Ruys zich
groote verdiensten voor het vaderland
heeft verworven. Wij herinneren aan de
krachtige handhaving van het staats
gezag in 1918, aan de onderwijswetten,
die ons bijzonder onderwijs gelijk
berechtigd maakten en verwezenlijkten
het lang nagestreefde doelieder
Katholiek kind Katholiek onderwijs
aan het werk van den Minister van
Landbouwdoor de snelle opheffing
der crisisbureatixaan de noeste werk
kracht van den Minister van Arbeid,
die, wat de critiek ook moge afbreken
in zijn werk, met aller instemming zijn
sociale wetgeving tot stand bracht, en
niet aarzelde, in moeilijker tijden, zijn
Arbeidswet te herzien en aan te passen
aan nieuwe nooden van den huidigen
tijd. Wij wijzen op de alom erkende
successen van onzen Minister van Bui-
tenlandsche Zaken.
De katholieke kiezer en kiezeres, die
dit alles bedenkt en daarnaast inziet,
dat, ware een niet-Christelijke Regee
ring aan het bewind geweest, èn op
stoffelijk, maar vooral op geestelijk ge
bied niets meer, wel ontzaggelijk veel
minder zou zijn bereikt, hij zal het
belang erkennen dat een Christelijke
Regeering behouden blijve voor onze
van ,J)e Echo van het Zuldm",
121).
stoffelijke belangen, maar allereerst voor
onze meer ideëele belangen, waarvan
wij zouden willen noemen:
de zorg voor ons bijzonder onderwijs,
dat het geen slachtoffer worde van een
zijdige bezuiniging, als door de libera^
len voorgestaan
een bezadigde, allen verzoenende en
alle belangen behartigende, opvoedende,
sociale politiek
een waarlijk Christelijke vervulling
van onze staatkundige plichten jegens
onze koloniën
de bestrijding der alom zich uitbrei
dende openbare zedeloosheid
de handhaving van rust en orde in
ons vaderland, tot heil niet in het minst
van de ongestoorde werkzaamheid onzer
Katholieke Kerk.
Wanneer onze Katholieke Kiezers deze
belangen goed beseffen, dan zullen zij
niet vatbaar zijn voor de propaganda,
welke van socialistische zijde, in onzen
kieskring even sterk als elders, wordt
gevoerd. En evenmin zullen zij zich
laten verleiden door de mooie voor
spiegelingen van een Vrijheidsbond.
Maar evenmin ook vreezen wij dan
diegenen onder ons, die, om allerhande
verschillende „moppermotieven" te hoop
geloopen, door afscheuring de eenheid
der Katholieke Staatspartij trachten te
sloopen.
Onze Katholieke belangen eischen de
éénheid van ons allen, omdat iedere
splitsing of verdeeldheid onderlinge ver
zwakking en teruggang beteekent. Alle
vooraanstaande Katholieke persoonlijk
heden hebben dit als hun vaste en
heilige overtuiging uitgesproken. Te
verwonderen valt het dan ook niet, dat
de afgescheidenen met een candidaten-
lijst zijn gekomen, waaruit blijkt dat
geen enkel vooraanstaand Katholiek zich
daarvoor heeft laten vinden.
Dat het onze bijzondere aandacht
heeft getrokken, dat eer» dier candida-
ten nog geen maanden te voren ijverig
poogde op onze lijst een plaats te ver
werven, spreekt wel van zelf. Toen
was de R. K. Staatspartij daar nog goed
voorWij hebben voldoende vertrou
wen in den gezonden en eerlijken zin
van onze Brabantsche Kiezers, om per-
sonenbelang en „Streberei" te onder
scheiden van Katholiek belang.
Alléén zouden wij nog willen waar
schuwen tegen een onwaardig en on
waarachtig propagandamiddel, dat tegen
de Katholieke lijst wordt aangewend,
vooral onderonze eenvoudige, Roomsche
Middenstanders. Dat is het belasting
argument. Niet alleen staat het vast, dat
door vorming van nóg een kleine partij
practisch niets zal worden bereikt, maar
óók hoe door de wereldcrisis de be
lastingen drukkend zijn geworden. Be
zuiniging is plicht, maar dat is geen
argument voor de noodzakelijkheid
eener scheiding
Boven alles sta het groote, Katholieke
belang
Wij weten, ons in de Brabantsche
Katholieke Kiezers niet te vergissen,
wanneer wij met goeden moed den
uitslag van de stembus van 5 Juli a.s.
tegemoet zien.
Roomsch Brabant stemt de Katho
lieke lijst:
le. omdat het Katholiek belang dit
vordert, zooals ieder inziet, die verant
woordelijkheidsgevoel heeft en het niet,
al dan niet te goeder trouw, opzij zet;
2e. omdat de Bossche Candidaten-
lijst, met Jhr. Mr. A. F. O. van Sasse
van Ysselt aan het hoofd, met Fleskens,
Dr. Deckers, Wintermans en Van de
Putt daaropvolgend, een echte Brabant
sche lijst is
Laat 5 Juli aan onze lijst een groote
overwinning geven
Daartoe moeten alle krachten worden
ingespannen
Bestuursleden, geeft krachtige leiding
in het propaganda- en voorlichtings-
werk. Zoodra het stembiljet is vastge
steld, zal door het Centraal Propaganda-
Comité een model-stembiljet worden
verkrijgbaar gesteld. Daarmede moet
(^WAALWU K
[door ERVAR1NG STERfC]
huisbezoek worden gedaah Ongeldige
stemmen zijn even nadeelig als stemmen
op de tegenpartijdat bedenke men
goed.
Ten slotte wijzen wij U op de be
langrijke wijziging in de Kieswet. Het
is n.l. voortaan mogelijk zijn stem uit
te brengen in een andere plaats dan
waar men als kiezer is ingeschreven.
Hoe kan men dit doen?
Uiterlijk 14 dagen vóór den stemdag,
dus op zijn laatst op Woensdag 21
Juni, moet een kiezer, die in een
andere gemeente wil stemmen dan waar
hij op de kiezerslijst staat, daarvan in
eigen persoon mededeeling doen ter
secretarie van eene gemeente in Neder
land. Hij kan dus voor die mededeeling
gaan naar elk gemeentehuis, dat hij
verkiest. Het kan zijn (maar behoeft
niet persé te zijn) het gemeentehuis
van zijn nieuwe woonplaats. Het kan
ook zijn het gemeentehuis van de ge
meente waar hij op 5 juli zal vertoeven.
Overal kan men dan terecht.
De kiezer doet de mededeeling in
den vorm van een schriftelijke verkla
ring, waarvoor het formulier nog moet
worden vastgesteld bij Koninklijk be
sluit. In die verklaring deelt hij mede,
in welke gemeente hij op 5 Juli zijn
stem wenscht uit te brengen. En hij
geeft daarbij tevens een adres op in de
gemeente waar hij stemmen wil. Aan
dat adres wordt dan vóór de stemming
aan den kiezer de stemkaart (de op-
roepingskaart) gezonden.
Wij meenden goed te doen op het
belang dezer bepalingen te wijzen.
In 1918 is er een massa geld moeten
worden uitgegeven om kiezers te laten
overkomen, of elders heen te sturen tot
het vervullen van hun stemplicht. Dat
is niet meer noodig, mits men tijdig,
uiterlijk 21 Juni, de verklaring aflegt
als boven omschreven.
Kijkt dus goed uit in Uwe gemeente
of er personen wonen, die van deze
wetswijziging kunnen profiteeren. Men
doe het vooral tijdig. Wellicht zouden
de locale Besturen aan de plaatselijke
Geestelijkheid kunnen verzoeken, vanaf
den preekstoel op deze zaak de aan
dacht te vestigen en de kiezers, wien
het aangaat, naar Uwe besturen te ver
wijzen tot het bekomen van inlichtingen.
Met de meeste hoogachting,
Namens het Bondsbestuur R. K. H.
A. VAN RIJCKEVORSEL, Voorzitter.
FRANS TEUL1NGS, Secretaris.
De Mij. Wandelhoofd te Scheve-
ningen maakte verleden jaar een winst
van ruim f83.000 de.Mij. zeebad Sche-
veningen ruim f 34 000
Staatsraad mr. A. A. H. Struycken
en jhr. mr. Snouck Hurgronje, secretaris
generaal van het Departement van
Buitenl. Zaken zullen Nederland ver
tegenwoordigen op de aanstaande bij
eenkomst over Rusland te's-Gravenhage.
In verband met voortschrijding
van de reorganisatie van de Landmacht
zullen de volgende plaatsen op 1 Juli
a.s. als garnizoen worden opgeheven
Doesburg, Gouda, Hoorn, Leeuwarden,
Coevorden en Zutfen.
Op 1 September a.s. zullen als zoo
danig worden opgeheven: Den Briel
Geertruidenberg, Hellevoetsluis, Muiden,
Schoonhoven, Willemstad en Zwolle.
Over dc afgeloopen week, eindigen
de 9 JudI zijn in Nederland uitgesproken
De Echo van het Zuiden
en
Courant.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
Prijs der Advertentiën
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 ee.ut per regel.
By contract flink rabat.
Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
„Dat is wel mogelijk," antwoordde Lucien
glimlachend. „Zoo ik zulke dubbelzinnige
woorden goed begrepen heb. dan hebben zij
wel voorstellen gedaan van by zonderen
aard. Doch daarvoor ben ik geheel onge
voelig gebleven; gy begrijpt bet zeer goed.
mynheer, dat was aan doovemans deur ge
klopt."
..Het verheugt mij zeer, dat gy niet naar
lnmne woorden hebt willen luisteren en
daarvoor zal ik u myne erkentelijkheid we
ten te betuigen... Zyt gy van nacht aange
komen?"
„Gisteren avond."
„Hebt gy u daar ginds niet verveeld?"
„O ja, zeer dikwijls," antwoordde Lucien
aan Lucia denkend.
Harmaut zette zyn gesprek niet verder
voort.
Hy oordeelde dat bet best was op dit
oogeublik slechts over zaken te spreken,
die in onmiddellijke betrekking stonden tot
de door hem uitgeoefende industrie.
Er ontspon zich een druk gesprek over de
plannen, die Lucien mede terugbracht, plan
nen voor nieuwe machines, die weder by-
zondere reizen zouden noodzakelijk ma
ken.
Het onderhoud duurde ongeveer een uur.
„Hy spreekt niet van myne dochter,"
dacht de millionair.
Nauwelijks bad hy daarover gedacht,
toen Lucien zeide
„Ik heb u nog niet gevraagd, mynheer,
hoe het met mejuffrouw Mary gaat?"
„Zy is zeer ïydend geweest," antwoordde
Harmaut, en op 't oogenblik is 't niet veel
beter."
„Een ernstig Iyden?"
„Ernstig genoeg om mij de grootste on
gerustheid in te boezemen. Gy zult haar
heden nog ontmoeten en dan kunt gy er
zelf over oordeelen. O konde ik aan myne
dochter het genoegen verschaffen, waar
naar zy haakt! Ik heb Mary medegedeeld
dat gy zyt teruggekomen en haar eerste
gedachte was voor u."
„Voor mij. mynheer?" herhaalde Lucien.
minder aangenaam gestemd, want hy zag
toen reeds zeer duidelijk alle onaangenaam
heden, die hy door Mary's dolzinnig» liefde
',ou hebben te doorstaan.
„JaZy wil uwe terugkomst op plech
tige wyze vieren. Myne dochter heeft mij
verzocht u vandaag teil eten te vragen't
zal haar byzonder aangenaam zyn ons hei
den vanavond present te zien. Het zal een
intiem familiefeestje wezen."
„Maar, mynheerstamelde de jongeman.
„Geen uitvluchten Geen verschooningen
als ik u verzoeken mag." onderbrak hem
levendig de millionair. Er is geen moge-
lykheid haar beter uwe sympathie te be
tuigen dan door het aannemen dezer uit-
noodiging, die ik thans uit haren naam u
overbreng. En wat my aangaat, voeg ik er,
by dat een weigering my zeer onaange
naam zou stemmen. Er is slechts sprake van
een aangenaam familiefeestje. Niemand
komt er buiten ons drieën. Gy zult wat
vroeger van de fabriek vertrekken om wat
toilet te gaan maken, en dan onmiddellijk
tot ons komen."
Het verlangen van het meisje istemde
Lucien zeer onaangenaam, doch de jonge
man begreep zeer goed, dat het niet denk
baar was hét vriendelijk verzoek met een
weigering te beantwoorden.
Lucia had zyne terugkomst feestelijk ge
vierd.
En nu zou Mary hetzelfde gaan doen.
Evenals Lucia beminde zy hem.
DRIE EN VIJFTIGSTE HOOFDSTUK.
Lucien Labroue zou volgaarne heel wat
betaald hebben om zich te onttrekken aan
den wreeden en belachelijken toestand,
waarin hy verkeerde. Het was hem on-
MATSCHAPPLI VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
Tc 's-Bosch bad Zondag onder
gvoote belangstelling een missie-optocht
plaats.
De Roomsche Landdag» Zonda^,
te Rotterdam gehouden is een geweld!gc
demonstratie geworden van het Katholie
ke leven te Rotterdam, de grootsche
stoet telde meer dan 30.000 deelnemers
en op het Schuttersveld waar door 20
spreeksters en sprekers het woord werd
gevoerd, waren nog ettelijke duizenden
meetloggangers meer tegenwoordig.
De >Batavler V« is Zaterdagavond
te Svolvaer aangekomen, bij prachtlgen
zonneschijn. Later kwam de Prins-Gemaal
aan met de lorpedoboot, die Zoutstroom
had bezichtigd. De Koningin ging on
middellijk aan land. Gistermiddag vertrok
de Batavier vla Raftsont en Troilfiord
naar de Noordkaap. Dekoeinolo is zeer
opgetogen over de rchUterende ligging
van de Lofodco inet hun schoone mid
dernachtzon.
Ter voorkoming van stopzetting
van het bedi-yf door schuld van de
regeering die niet voor voldoende zegels
zorgde, heeft naar men uit Groningen
meldt, de minister toegestaan, dat de
stoom>abaksfabbriek voorheen Tb. Nle-
meyoc voorloopig ongezegelde tabak
aflevert na den verschuldlgden accijns
te hebben betaald.
Za'erdag is te Wageningen een
vergaderiog gehouden van de sigaren
fabrikanten aldaar, waarin algemeen de
ovcriulgiog werd uitgesproken dat de
pas ingevoerde tabakswet in haar ge
volgen fataal blijkt te zijn, aangezien de
bepalingen van deze wet aan verschillen
den fabrlceercn onmogelijk maken en
voor allen onoverkomelijke bezwaren
scheppenBesloten werd langs organi-
satorischen weg een scherpe actie te
beginnen, teneinde deze wet zoo spoedig
mogelijk opgeheven te krijgen.
draagbaar door twee vrouwen bemind te
worden.
„Aangenomen mynheer," zelfle litj ein-.
del ijk. Het zal my hoogst aangenaam zijn
mejuffrouw, uwe dochter, mijne eerbiedige
hulde te brengen."
„Bravoriep de millionair uit. „By
voorbaat wist ik dat het n niet mogelijk
was Mary of mij een droevig leed aan te
doen."
Dan werd er niet meer over het diner
gesproken.
De dag liep spoedig voorby. Lucien be-
zocht de verschillende ateliers en tegen 4
uur verliet hy Courbevoie om zich te gaan
kleeden en naar de Murillostraat te gaan.
Terwijl hy de lange Neuillylaan opliep
en daarna die van het Groote Leger, gevoel
de hij zich byzonder somher en droefgees
tig.
Thans had hy spijt de uitnoodiging te
hebben aangenomen, die hem gedurende ge-
ruimen tyd in Mary's tegenwoordigheid zou
brengen, wier dolzinnige liefde hij kende en
betreurde.
Wie weet of deze uitnoodiging niet een
valstrik was? Wie weet of Paul Harmant
niet in tegenwoordigheid van zyne dochter
de voorstellen zou herhalen, die hy reeds
vroeger gedaan had?
Welke houding zou hy aannemen zoo dit
geschiedde, en wat zou hy antwoorden zon
der eenige brutaliteit te toonen?
Zyn antwoord tot den millionair te rich
ten zou zoo eenvoudig mogelijk zyn„Hij
was geen meester meer over zyn eigen per
soonZyn hart had hij reeds lang weg
geschonken."
Docli zou hy in Mary's tegenwoordigheid
wel den moed hebben deze twee korte zin
nen te herhalen?
Zou hy de kracht hebben te zeggen
„Gy weet wel, dut ik Lucia bemin, daar
zy zelve het u heeft gezegd."
„Neen. duizenmaal neenIk zal den moed
niet hebben haar op dergelijke wyze te kwel
len," dacht Lucien, „doch ik kan haar ook
niet in den waan laten, dat ik haar bemin.
Het was half zeven in den avond, toen
Lucia's verloofde aankwam, zeer ontroerd
en met een benepen hart.
Paul Harmant was een half uur thuis.
Hij ontving den jongeman in zyne kamer.
„Myne dochter wacht ons in de zaal."
zeide hij. „Laat ons tot haar gaan."
Mary wachtte werkelijk en God weet
welke'koortsachtige drift hare slapen deed
kloppen.
Door het raam had zy Lucien het bin
nenplein zien opkomen. Haar hart bonsde
geweldig.
Eene eindelooze vreugde, eene onbeschrij
felijke vreugde had zich van haar meester
gemaakt.
Lucien te Parys terug! Lucien in het
huis baars vaders! Dat was voor haar het
toppunt van geluk, eene volslagen gene
zing, het leven
Enkele minuten verliepen er: dan werd
er eene deur geopend en Harmant verscheen
op den drempel terwyl hij zijn gast voor
zich liet doorgaan.
Mary wilde opstaan en hem tegemoet
gaan, doch de ontroering, waaraan zy ten
prooi was, verwekte hy haar een soort
van onmacht, zij wankelde en viel weer op
haren zetel terug.
Op dit oogenblik was zy doodsbleek.
Haar vader ging tot haar.
Toen Lucien dit vermagerd gelaat zag
en die veranderde trekken, gevoelde hy zich
door een smartelijk medelyden bevangen.
Zyne oogen werden vochtig.
„Mejuffrouw," stamelde hy.
„Lydt gy, liefste?" vroeg de millionair.
„Neen, vader, neen, ik ïyd niet", ant
woordde Mary, die door Lucien's stem als
liet ware gegalvaniseerd was. „O neen, ik
lijd niet, integendeel. Ik heb daar zooeven
eenige bedwelming gevoeld, maar dat is
reeds voorby. Ik beu gelukkig mynheer Lu
cien weer te zien. Hij weet hoezeer ik hem
bemin, niet eene groote en oprechte liefde.
Ik gevoel my zoo gelukkig hem na eene
lange afwezigheid de hand te kunnen druk
ken".
En zy stak. den jongeman de gloeiende
hand toe.
„Ik ook, mejuffrouw," antwoordde hy
niet eene zonderlinge verwarring, „ik ook
gevoel my gelukkig u weder te zien; ja. dat
verzeker ik u, zeer gelukkig."
„Werkelijk!" vroeg zy. „Werkelijk, myn
heer Lucien?"
Lucien begreep dat een al te groote koel-
I beid in staat zou zijn het meisje te dooden.
Daarom antwoordde hij haastig:
„O. dat verzeker ik udat bezweer ik u
Het gelaat van het meisje schitterde van
vreugde.
„Gy hebt dan," zoo ging zij voort, „de
uitnoodiging myns vaders aangenomen?"
„O. zeer gaarne. Om eene dubbele reden
was my die hijzonder aangenaam, zy was
my eerstens een teeken van oprechte vriend
schap, die gy mij toedraagt, mejuffrouw,
en tevens van de achting welke my uw va
der wel verlecnen wil."
„Iets meer dan achting," antwoordde
Mary. „Het is genegenheid, die mijn .vader
voor u gevoelt. Meermalen heeft hij mij
dal verzekerd."
„Daar ben ik fier op.
lijkheid is grenzeloos."
„Waarom kwanmt gy
zoeken?"
Lilden geraakte door
het gesprek nam. min of meer onthutst en
antwoordde aarzelend: „Ik achtte my niet
gerechtigd."
„Ons als
liet meisje,
Lucien wat
en myne erkente-
ons niet meer op-
den wending, die
vrienden
den zin
lindt gy
man van de grootste
te behandelen," zeide
voltooiend. „Mijnheer
ongelykGy zyt een
verdienste, een gentle
man van den echten stempel. Wien zouden
dan uwe bezoeken niet vereeren? Myn va
der, ik weet liet. beschouwt u als zyns ge-
lyke. Hy laat my de vryheid om te hande
len, zooals ik verkies. Hij keurt goed alles
wat ik doe, en ik maak gebruik van deze
vi-yheid om 11 in zyn naam te verklaren,
dat hier eiken dag voor u mede zal gedekl
worden, en dat'wij heslist op ii rekenen...
Niet waar, vader?"
„Ik leg my by al uw verlangens neder;
gy toch zijt hier de opperste gebiedster,"
antwoordde haar vader glimlachend.
Lucien's verlegenheid werd grooter en
grooter; thans begon hij geheel in verwar
ring te geraken.
„Zooveel goedheden maken mij verlegen",
stamelde hy.
(Wordt vervolgd).