f
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
De Portierster
van Alfortville
Binnenland.
FEUILLETON
„NOORD-B&ABAND"
NUMMER 50
WOENSDAG 21 JUNI 1922.
45e JAARGANG
Uitgave:
waalwiJksche stoomdrukkerij antoon tielen.
Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO.
We lezen in „De Tijd".
Door een der leiders van de N. K. P.
te Utrecht werd de volgende verklaring
afgelegd
Men schijnt in den lande verschillend
te denken over de beteekenis van het
besluit der N. K. P., haar verkiezings
actie te staken. Men zal goed doen,
zich duidelijk voor oogen te stellen, dat,
zooals ook in de mededeelingen, welke
van de leiding uitgingen, blijkt, alleen
een besluit is genomen de actie voor
deze verkiezingen op te geven, en dat
geenszins besloten is de organisatie te
ontbinden. Elke gevolgtrekking in an
deren zin strijdt duidelijk tegen hetgeen
is openbaar geworden.
De feiten en de beteekenis der be
sluiten worden, naar wij meenen, aldus
volkomen juist weergegevende actie
is gestaakt, doch de organisatie blijft in
stand. Dat is ook in overeenstemming
met de uitlatingen van hen, die een
mondeling onderhoud hebben gehad
met het hooge kerkelijke gezag en met
de publicatie der bekende corresponden
tie.
Men onderschatte de beteekenis van
dezen toestand geenszins, want de op
merking, dat dit voor de komende ontwik
keling van den politieken toestand van
ontzaglijke beteekenis is, wordt door
velen gedeeld. Nu de leiders plotseling
voor een nieuwen toestand zijn geplaatst
door de bisschoppelijke verklaring van
Nijmegen, kunnen zij slechts in heel
vage trekken hun bedoelingen uitstippe
len, vooral hierom, wijl hun zoowel de
tijd als de gelegenheid, met de tegen
standers overleg te plegen, heeft ont
broken. Dat men zich eenvoudig tot een
studieclub zou willen bepalen, is uitge
sloten. Velen onder hen meenen, dat
een dergelijke poging, om het politiek
bewustzijn te ontwikkelen, vrij spoedig
door gebrek aan belangstelling zoude
falen. Men wenscht geen studie, doch
Jvan hen, die meenen staatslieden te zijn,
veranderde politiek.
Het staat voor de leiders nog niet
vast, of niet binnen korten tijd een
groote vergadering van voorstanders der
N. K. P. gehouden zal worden, teneinde
van gedachten te wisselen over de vraag
op welke wijze de organisatie in de
toekomst zal werken. Vast staat nu reeds
dat, wijl bij de gemeenteraadsverkiezin
gen en die voor de Provinciale Staten,
de eenheid geen gevaar loopt, daaraan
actief zal worden deelgenomen, tenzij
tevoren de beide katholieke groepen tot
overeenstemming zouden gekomen zijn
van ,J)e Echo van het Zuiden"
123).
over die punten, welke nu tot splitsing
hebben geleid. Dat daarbij de reorgani
satie van de bestaande kiesverenigingen
der Staatspartij of een geheel nieuwe
opzet daarvan noodig zal zijn, spreekt
van zelf. Denkbeelden ontwikkelen zich
reeds, doch men acht het beter, deze
voorhands niet in het openbaar te be
spreken.
De taak van de leiders is, ook zooals
zij zelf erkennen buitengewoon moeilijk.
Voorop staat, dat zij alles zullen doen,
om de uitvoering te goeder trouw te
doen plaats hebbenzij wenschen zich
onvoorwaardelijk aan dat besluit te
houden. Welwillende of andere adviezen
kunnen de leiders niet aannemen, omdat
zij alleen weten, hoe de stemming is
van hun volgelingen. En de opmerkingen
als deze„alles met de mantel der
liefde bedekken", of „de dissidenten
maar weer in genade aannemen", be
werken een ander gevolg dan wellicht
bedoeld. De N. K. P.-ers wenschen hun
rechten gehandhaafd te zien. Dat vergete
men vooral niet, en het bisschoppelijk
woord zal hun daarbij tot steun zijn.
Bovendien, al mogen er wellicht gene
raals zijn, en de leiders volkomen eens
gezind, soldaten in den zin van een
goed gedisciplineerd leger zijn er niet
er is daarom niet heel veel noodig, om
aan de leiders de leiding te doen ont
glippen. De gevolgen daarvan zouden
niet te overzien zijn, te meer daar het
gevallen besluit slechts met heel veel
zelfoverwinning door de groote groepen
van de volgelingen wordt aanvaard.
Vooral nu dezen niet de beraadslagingen
en hetgeen ter vergadering te Utrecht
door de leiders werd medegedeeld, heb-
ben gehoord, is dat zeer begrijpelijk.
En veel wat daar gezegd is, kan niet
openbaar gemaakt worden, om hoogere
belangen niet te schaden.
Het gevaar dreigt bovendien niet van
deze zijde alleen. Het oordeel dat de
N. K. P.-lijsten vele Katholieken zouden
terughouden van het stemmen op can-
didaten van de linkerzijde, deed de
N. K. P.-ers moreel zoo sterk staan
daarom hielden zij zoo hardnekkig aan
1 hunne actie vast, die in elk geval be-
doelt de rechterzijde te steunen.
1 Ongetwijfeld zullen nu stemmen op
linkerlijsten uitgebracht worden, niet
alleen van hen die vroeger ook zoo
stemden en door de N. K. P. daarvan
zouden terugkomen, maar ook van hen,
die vroeger trouw op de lijsten der
Staatspartij stemden. De leiders wijzen
de verantwoordelijkheid daarvoor met
grooten nadruk terug op hen. die de
middellijke en onmiddellijke oorzaak
zijn, dat de actie van de N. K. P. moest
worden gestaakt. Alleen de hoop vlan
velen, dat de lijsten der N. K. Pal
moge de actie dan gestaakt zijn, toch
nog groote aantallen stemmen zullen
trekken, zal velen van hen nog weer
houden, links te stemmen. Moeten de
leiders dal nu tegengaan
Ziedaar de grootste moeilijkheid. De
vraag is gesteld of het beter zou zijn
deze stemmen op te vangen op de
N. K. P.-lijsten dan deze aan de linker
zijde ten deel te doen vallen. En velen
geven het antwoord, dat het toch niet
geoorloofd kan zijn, het vijandelijk
kamp te versterken, waaruit dan weer
volgt het adviesStem zoo, dat gij ten
minste niet de linkerzijde versterkt. De
Roomsch-kath. Pers mag daarom de
leiders niet stellen voor de taak, dat
deze hun volgelingen zullen raden op
de Staatspartij te stemmen, omdat daar
door aan velen de hoop, dat de N.K.P.-
lijsten niet voldoende stemmen zouden
halen om candidaten gekozen te krijgen,
zou worden ontnomen, waardoor zij in
hun afkeer van de oude Staatspartij
links zouden gaan helpen Dat deze
kiezers blanco zouden stemmen is niet
te verwachten.
Bovendien is het
beeldig, dat straks
pen het eens zouden
zou worden degenen,
ivaar niet denk-
de beide groe-
forden, moeilijk
die tengevolge
van alles, wat is voorgevallen, links
^Ëgr^WAALWU K
DOOR ERVARING STERK,
stemden voor de l groote katholieke
partij terug te'Jwinnen zullen zijn. De
oude Staatspartij moet er toch van uit
gaan haar politiek zoo te wijzigen, dat
allen weer een kunnen zijn niet in
schijn, maar in waarheid. Daarom acht
men het niet geraden de voorstelling te
wekken, als of de lijsten der N. K. P.
zouden vervallen en waardeloos zijn.
Dat alle candidaten die gekozen zouden
worden, zich na de verkiezing zullen
terugtrekken, is moeilijk aan te nemen.
Bovendien stelde zich de vergadering
ten aanzien daarvan op het standpunt
daarover eerst te beslissen na afloop
der verkiezingen.
De Provinciale Staten van Noord-
Holland tellen 44 linksche en 33 recht-
sche leden en de provincie is in de
Eerste Kamer vertegenwoordigd door 5
leden van den Vrijheidsbond, 2 soc.
democraten en 2 vrijz. democraten.
In een dezer dagen gehouden confe
rentie hebben deze drie partijen beslo
ten tot samenwerking bij de Donderdag
a.s. te houden verkiezing van Eerste
Kamerleden. Het resultaat hiervan was,
volgens de „O. H. Crt." dat de S.D A.P.
4 vertegenwoordigers zal krijgen, de
Vrijheidsbond 3 en de vrijz. democraten
2. Bij deze stembus hebben rood en
blauw elkaar dus, na eenige jaren schei
ding. weer gevonden en de begroeting
was blijkbaar zoo hartelijk dat de laatste
aan den boezem van de eerste half dood
werd gedrukt.
De vrijheidsbond zal dus twee zetels
aan de S. D. A. P. moeten opofferen.
Naar het Huisgez. verneemt, zijn
de candidatenlijsten der katholieke staats
partij tot de volgende lijstengroepen
verbonden 1. Rotterdam en Amsterdam
2. Leiden, Utrecht en Den Helder; 3.
Den Haag, Leeuwarden, Groningen,
Assen, Arnhem, Nijmegen en Utrecht
4. Middelburg, Tilburg, Den Bosch en
Maastricht5. Dordrecht6. Zwolle.
De (Brusselsche) „Standaard
schrijft.
„Het secretariaat van de jaarbeurs te
Utrecht stuurt ons een pakje reclame
biljetten voor de zevende jaarbeurs al
daar. Een partij van die biljetten draagt
een eentalig Fransch, de rest een drie
talig, Fransch, Duitsch en Engelsch,
opschrift.
„In Vlaamsch-België moet vermoede
lijk geen reclame voor de Utrechtsche
jaarbeurs gemaakt worden.
„De mooie biljetten zijn neergekomen
in onze scheurmand".
Bossche Dioc. Werkliedenbond.
De Centrale Raad van bovrnpenoem-
den Bond kwam j.l. Zaterdag te Boxtel
In vergadering bijeen. De Voorzitter, de
heer Van Rijen, wees in zijn openings
woord op den invloed, die de door de
algemeene wereldverarming veroorzaakte
malaise ook in de arbeidersbeweging
blijkbaar uitoefent. Zeer vele, alleen met
'c oog op werkloosheldsaitkeerlng en
loonsverhoogingsactie tot de R. K. Vak
beweging gekomen arbeiders en door
de R. K. Vakbeweging ook tot onze
standsorganisatie, laten, nu de vette
jaren voorbij zijn»onze arbeidersbeweging
in den steek. Ook lauwheid en matheid
Is in onze organisatiekringen te bespeu
ren. Spr. vond aanleiding de plaatselijke
bestuurders op dit verschijnsel speciaal
te w 'zen en spoorde aan tot een tijdig
gereed maken van een winteiprogram
en het organiseeren van een systema
tisch huisbezoek.
De Voorzitter wees verder op den
plicht der plaatselijke bestuurders buiten
hunne Werkliedenvereniging speciaal
in de Kiesvereniging mede te werken
aan een zoo krachtig mogelijke R. K.
Staatspartij en steeds het voorbeeld te
geven in het ijveren voor het stemmen
op No. 1 der lijsten onzer Kiesvereni
gingen.
Tot den veitegenwoordiger der Fede
ratie, den heer Smit,' die, nu hij zijn
70sten verjaardag gevierd heeft, zich
gaat terugtrekken uit de opperste leiding
onzer arbeidersbeweging, werd door den
Voorzitter een waardeerend woord ge
sproken en werd hulde gebracht aan
het voorbeeld dat steeds Jan Smit was
en nog steeds is.
De in druk toegezonden jaarverslagen
van Secretaris en Penningmeester gaven
weinig aanleiding tot crltlsche opmer
kingen. Met dank aan beide functiona
rissen, werden zij vastgesteld.
Tegenover de aftredende bestuurs
leden Foppele, Herboldt en v. Rijen
waren geen tegencandidaten gesteld,
zoodat zij herkozen werden verklaard.
Tot Voorzitter werd herkozen de heer
v. Rijen, met 115 van de 125 stemmen.
Ia de Controlecommissie kreeg de
afdeeling Veldhoven een beurt, een lid
aan te wijzen.
Door den Bondsambtenaar Kolkman
werd een goed verzorgde, leerzame in
leiding gehouden over het onderwerp
»De R. K. Universiteit ook een arbeiders
belang*.
Deze inleiding hield verband met het
genomen besluit, dat de Federatie der
Dloc Werkliedenbonden als >stichter<
een kapitaal zal bijeenbrengen van
f 25.000. lo verhouding van het ledental
zullen de R. K. Werkliedenverenigingen
De Echo van het Zuiden,
WaalwHksclie en
Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stekken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
Prijs der Advertentiën
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bq contract flink rabat.
Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
„Vader," riep het meisje uit in een toe
stand, die niet te beschrijven valt, „die aan
houdende overgangen van hoop en vrees
dooden mijDoe wat gy kunt. Ik zal niets
verzuimen om Lucien te winnen
Paul Harmant werd beangstigd door den
zonderlingen toon. waarop deze woorden
gesproken werden.
„Maak u aan geen buitensporigheden
schuldig, mijn kind," sprak hy. ..Gij weet
hoezeer uwe rust en uw leven m\j dierbaar
zijn! Nog eens, wees bedaard en wacht met
vertrouwen het naderend geluk af!"
Mary antwoordde niet maar ontving van
haar vader een kus op het voorhoofd en
vertrok dan.
„Ik ben bang dat zij zich aan een buiten
sporigheid overgeeft," dacht hij. „Dat moet
voorkomen wordenMorgen zal ik hande
len."
Mary had zich thans ouder een geheel
ander uiterlijk vertoond. De jaloerschheid
had bij haar gevoelens wakker geschud, die
tot nu toe gesluimerd hadden. Toen zij hare
kamer bereikt had, dacht zy
„Zoo er gestreden moet worden om hem
te winnen, welnu, dan zal ik strijden! Ik
zal geene middelen onbeproefd laten om de
overwinning te behalen.
Het meisje bracht een verèchrikkelijken
nacht door, een nacht van lijden en tranen,
van bedreigingen voor hare mededingster
Lucia.
Toen de kamenier 's morgens hare kamer
binnen kwam, was zij. na een slapeloozen
nacht reeds te been.
„Is mijn vader reeds uit?" vroejï zij.
„Ja. mejuffrouw,, sinds eenige oogenblik-
i keu."
„Zorg dat mijne coupé voorkome".
Mary voltooide haar toilet en wachtte.
Na eenige oogenblikken was het rijtuig
gereed.
j „Naar de Bourbonkade." zei de juffrouw
terwijl zij instapte.
VIJF EN VIJFTIGSTE HOOFDSTUK
I Paul Harmant deed te Courbevoie de
dringendste zaken af en zou dan Lucien een
j zwaren slag gaan toebrengen-. Hij ontbood
den jongeman.
1 „Zet u," vriend," zeide hij, zoodra deze
i binnentrad. ..Wij hebben geruimen tijd te
praten. Eerst heb ik u te bedanken." begon
i Paul Harmant*
„Bedanken! Eaa waarvoor mijnheer?"
„Voor uw gedrag ten opzichte mijner
i dochter, gisteren avond.
Lucien huiverde en zijn voorhoofd betrok.
„Mijne wtyze van handelen, mijnheer."
jiernam hij. '..die was zeer natuurlijk en
ingegeven door de erkentelijke achting, die
I ik u gewijd heb, zoowel als aan mejuffrouw
uwe dochter."
„En aan mij levert zij het bewijs, dat gij
u den tijd uwer afwezigheid goed ten nutte
hebt gemaakt, dat gij ernstig hebt nage-
dacht."
„Nagedacht mijnheer? En waarover?"
„Het was een goed idéé van my," hernam
de industrieel, „u voor eenige dagen van
Parijs te verwijderen om u zoo de gelegen
heid te geven meester avn uwe gedachten
te worden. Thans hebben wfl openhartig
I met elkander te spreken, zonder iets ge
heim te houden... Hoe hebt gij mijne doch-
ter gevonden?"
„Een weinig vermagerd, mynheer, en met
een ontsteld gelaat. Mij dunkt, dat de dok
ters zich ernstig met haren toestand moes-
I ten bezig houden."
„Dan merkt gij. dat zij wegkwijnt?"
„Ongelukkiglijk ja, mijnheer. Om dat
niet te zien, zou men bepaald blind moeten
zijn."
De millionair rustte met de ellebogen op
de tafel en hield de handen voor het gelaat.
Tranen liepen tussehen zyn vingers door.
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
Lucien was (liop ontroerd. Eene stomme
smart overmeesterde hem.
..Ik bedroef u, manheer." sprak by, na
eenige oogenblikken.
„O neen, gy niet mijn vriend, maar de
feiten, de duidelijke feitenJa. ik weet
bet maar al te goed. dat bel leven mijner
dochter ernstig bedreigd is, bet. leven van
myn eenige dochter, die ik meer dan alles
ter wereld bemin, en /.onder wie ik niet in
staat zou zyn te leven. Mary's leven is in
gevaar; de doktoren hebben bet mij gezegd,
doch haar toestand is niet hopeloos. Langs
bet kwaad groeit het geneesmiddel en dit
geneesmiddel is het huwelijk."
„Het huwelijkT' herhaalde de jongeman,
zeer droevig aangedaan over de wending
die het gesprek nam.
„Ja," antwoordde Paul Haripant, 't hu
welijk dat Mary kalmte en geluk zou bren
gen met. de gezondheid... Mary wordt door
twee ziekten verteerdde eerste heeft zy
overgeërfd van hare moeder, en deze is wel
te genezende andere komt uit het hart
en daarvan zjjt gy de oorzaak. Beiden ver-
eenigd zullen haar spoedig naar het graf
sleepen."
Lucien huiverde nogmaals.
„Myn dierbaar kind." ging dan weer de
millionair voort, „het leven mijner geliefde
dochter, van dien aangebeden engel, dié
alle bevalligheden, alle deugden in zich be
zit, berust in uwe handenIk heb het 11
reeds vroeger gezegd en heden herhaal ik
het u... Ik heb u verzocht na te denken.
Ik heb u voorgesteld u met de hand mijner
dochter de helft myner zaken, van al mijn
bezit te geven. Heden bied ik u alles, indien
gy mijn kind redt, jaloerschheid verergert
hare kwaal. Met den dood zal zy het be-
koopen, zoo gij haar van u afstoot. Daar
Mary in vroegere dagen, toen zy u nog niet
kende, uwe beschermster, uwe voorspreek
ster is geweest en al haren invloed op my
gebruikt beeft 0111 u de positie te verschaf
fen, die gij verlangdet. kunt gy haar toch
wel eenige erkentelijkheid toonen. Hebt gy
geen medelijden met haar? Zult gij het kind
laten sterven zonder eenige liefde te schen
ken? Zult gij weigeren hare hand aan te
nemen
„O mijnheer," riep Lucien uit, ten prooi
aan eene vreeselijke ontroering, indien gy
wist wat gy mij 'doet ïyden, zoudt gy niet
langer zoo spreken! Indien gy wist wat ik
geleden heb, sinds het oogenhlik dat mij de
liefde van mejuffrouw Mary werd geopen
baard, dan zoudt gij medelijden met mij
hebben, dat bezweer ik u! Heeft bet mij
aan openhartigheid tegenover u ontbroken?
Heb ik'niet rondborstig verklaard, welke
de toestand myns harten is?"
„Ja. bet valt niet te loochenen, dat hebt
gy rondborstig gedaan." antwoordde de
millionair, „doch ik dacht dat het hier een
dier grillen der jeugd gold. eene liefde, die
later zelfs geen herinnering nalaat! Heeft
ieder van ons in zijne jeugd niet een ijdelen
droom voor werkelijkheid aangezien? Men
ontwaakt echter en de ernstige zijde des
levens vraagt al onze aandachtGy ge
voelt niets hartoehtelijks voor mijne doch
ter? Wat kan dat schelen? Is vriendschap
geen liefde waard? Huwelijken zonder lief
de gesloten zyn vaak de gelukkigste. D(
achting, die u mijne dochter inboezemt, dt
erkentelijkheid, die gij voor haar in het
hart draagt, zullen voorloopig voldoende
zyn. Dan komt de liefde, even als dit vroe
ger by mij liet geval waé, toen ik Mary's
moeder huwde."
„Ik aarzel niet. mijnheer Harmant," ant
woordde Lucien op plechtige» toon. „Aar
zelen zou zijn verraad plegen tegenover
haar. die ik bemin. Het spijt my zeer, dat
ik u onaangenaam moet zjjn en met gebro
ken hart u moet weigeren wat gy my
vraagt."
Paul Harmant scheen woedend.
„Zooeven spraakt gy my van uw per
soon." ging Lucien voort. „Welaan, u, den
algemeen geachten man, wiens eerlijkheid
spreekwoordelijk is geworden in de ganschf
wereld. 11 vraag ikzoo gij vroeger een arm
kind liadt bemind, zoo gy dat kind gezwo
ren hadt, dat het eens uw vrouw zou wor
den. zoudt gy dan in staat geweest zyn u
ontrouw te toonen aan uwe eeden, zoudt gy
in dat geval van James Mortimer de hand
hand zijner dochter aangenomen hebben?
Antwoord
„Wat zal ik u antwoorden? riep de mil
lionair hoogst ontsteld uit. „Ik weet slechts,
dat myne dochter alles voor my Is, en dat
deze geliefde dochter het met den dood zal
hekoopen, zoo gy blyft weigeren. Het ver
leden telt niet meer!"
„Wees bedaard, mynheer! Ik smeek er u
0111
„Kan ik bedaard zyn? Hot bestaan van
mijn kind staat op liet spel! En gij wilt dat
ik bedaard zy O, gy kent geen modelyden
Welaan, ik aarzel niet langer! Ondanks u,
zal ik Mary redden!"
ZES EN VIJFTIGSTE HOOFDSTUK.
„Maar begrijpt dan toch," zeide Lucien
tot Mary's vader, „dat ik myn leven lang
aan de bitterste gewetenswroegingen zou
ter prooi zyn. zoo ik de echtverbintenis
aanvaardde, die gy my voorstelt
„Gewetenswroegingen?" herhaalde Paul
Harmant. Hoe kan dat zyn?"
„Redde ik mejuffrouw Mnry, dan zou ik
haar den doodsteek toebrengen, die ik be
min."
„Maar myn hemel," riep de industrieel
uit, den schijn aannemend, alsof hy aan een
onweerstaanbare» aandrang toegaf. „z.y. die
gij bemint, is uwer onwaardig?"
Lucien werd doodsbleek.
„Myner onwaardig!" klonk het sissend
door twee half gesloten ryen tanden uit zyn
mond. „Herhaal dat niet, mynheer, of ik
zal moeten aannemen, dat het vaderiyk ge
voel uw brein beneveld heeft."
„Gelukkig, dat dit niet het geval is, want
dan zou ik niet in staat zyn u te redden,
uwe eer hoog te houden
„En wat brengt dan myn eer in gevaar?"
„Het door u voorgenomen huwelijk."
„Sombere leugen
„Schitterenjde waarheid, integendeel
Myne liefde voor myne dochter heeft my
den moed geschonken om den nacht van het
verleden te doorgronden en ge zult n wel
dra dankbaar toonen, dat ik het licht hel
der heb doen schynen."
Paul Harmant had het beoogde effect
met overleg berekend. Den beslissende»
slag hield hy nog tegen om dien des te meer
onweerstaanbaar te maken.
(Wordt vervolgd).