De Portierster van Alfortviile. Buitenland. TWEEDE BLAD. FEUILLETON Provinciaal Nieuws NUMMER 53. ZATERDAG 1 JULI 1922. 45e Jaargang Het hoofdcommissariaat van politie te Berlijn deelt mede, dat de moord op Rathenau is opgehelderd. In de mede- deeling worden de namen der moorde naars, alsmede hun nauwkeurig signale ment opgenoemd. De daders zijnde Berlijners Ernst Werner Techow, de Sakser Pischer. ook Vogel genoemd, en de Mecklenburger Knauer, ook Körner en Kom genoemd. Alle drie behooren tot de organisatie C. en maakten vroeger deel uit van de brigade Ehrhardt. Vele personen, wier medeplichtigheid vaststaat, zijn reeds gearresteerd. Dinsdag heeft de politie de auto ge- vonden, welke de moordenaars van Rathenau hebben gebruikt. Het is een moderne 16 p.k. Mercedes, welke blauw geschilderd is. Beambten van de politie ontdekten den wagen in een garage in het Westen der stad. De eigenaar der garage deelde het volgende meeDen avond voor den moord kwam een chauf feur bij hem. Deze verklaarde, dat hij een auto bij hem wilde stallen. Zijn meester zou eerst den volgenden dag komen en zou dan de garage voor ver scheidene dagen huren. De chauffeur zeide voorts, dat hij een lange reis achter zich had en daarom zijn onder het stof bedekte auto moest schoon maken. Dit deed hij dan ook. Den volgenden morgen kwam de chauffeur terug en vertelde, dat hij thans zijn meester met de auto moest afhalen. Deze zou dan terugkeeren om de garage te huren. De eigenaar der garage stemde er in toe en de chauffeur vertrok met de auto. Dit geschiedde kort voor dat de moord werd gepleegd. Eenige uren na den aanslag keerde de chauffeur met de auto terug, ditmaal wederom zonder zijn meester. Ook nu was de auto zeer stoffig, zoodat de eigenaar der garage veronderstelde, dat hij weer een langen tocht had gemaakt. Alweer verklaarde de chauffeur, dat de eigenaar der auto mobiel later zou komen en verwijderde zich. Thans keerde hij evenwel niet weer terug en van toen af heeft niemand meer naar de auto omgezien. In de te 's Hage gehouden bijeen komst der sub-commissie voor de schul den met de Russische commissie heeft Litwinoft het Russische standpunt be treffende de behandeling der schulden kwestie uiteengezet. Alphand heeft een aantal punten voor gesteld, waarover de beraadslaging zich zal uitstrekken en de Russen om inlich- Alle Katholieke mannelijke en vrouwelijke kiezers laten zich niet van de wijs brengen en stemmen, speciaal in-deze streken, op No. 1 van lijs! 50 Jhr. Mr. A. van Sasse van Ysselt. van „De Echo van het Zuiden 125) tingen over eenige bepaalde punten verzocht. Litwinoff betuigde met Alphand's voorstellen instemming. De besprekingen hadden een geani- meer dverloop. Waalwijk, 30 Juni 1922. Het Bestuur der N. V. Schoen- en Leder-Jaarbeurs te Amsterdam heeft hiermede de eer U te berichten, dat de voorbereiding van de van 11 toten met 15 September a.s. in het Paleis voor Volksvlijt te houden Schoen- en Leder-Jaarbeurs dusdanig voortgeschre den is, dat aan belanghebbenden defi nitieve voorstellen omtrent deelname gedaan kunnen worden. Op pagina drie van het prospectus vindt U perspectief-en constructieteeke- ningen afgedrukt, aan de hand waarvan het U niet moeilijk zal vallen te beoor- deelen, hoe indeeling, afmetingen en uitvoering der monsterkamers gedacht zijn, Deze worden van triplexhout ver vaardigd en in kleur gebeitstde in gang kan door middel van een gordijn afgesloten worden. De huurprijs voor een dergelijke monsterkamer 3 meter diep en 4 meter breed metende, be draagt inclusief étalageplanken, gordijn en firmanaam op bovenfront, dus ge heel compleet f 350.netto, bij voor uitbetaling. De beschikking over kamers in 1V2 breedte (6 meter breed) of over dubbele kamers (8 meter breed) kan verkregen worden, indien de plaats ruimte dit toelaat. De prijs voor een kamer van 6 meter bedraagt dan f525 en voor een kamer van 8 meter breedte f 700,-. Voor de expositie van machines zal in een der zalen open plaatsruimte afgestaan kunnen worden tegen f 30. per vierk. meter. Voorts ligt in het.in de bedoeling op de galerij open tafelvlakte ter beschik king te stellen, door zijschotten ge scheiden, waarvoor de prijs per strek kende meter f 50,— zal bedragen. Desgewenscht kunnen de stands telefonisch aangesloten worden. Voor aansluiting en gebruik wordt f 20,— in rekening gebracht. De kosten van stroomverbruik, gas, water. enz. ten behoeve der tentoon gestelde machines komen ten laste der deelnemers. Het Paleis voor Volksvlijt biedt in zijn zalen plaats voor 96 kamers van 3 meter diepte en 4 meter breedte, waar van de bezetting de volgende is: In de middenzaal 40 kamers. Aan de zijkanten 30 kamers, In de zijzalen 26 kamers. Reeds kan geconstateerd worden.dat de toegezegde deelname het welslagen der beurs bij voorbaat waarborgt. Ten einde teleurstelling te voorkomen in verband met de beperkte plaatsruimte, geven wij U daarom in overweging zich onverwijld van een stand te ver zekeren. Wij nemen derhalve de vrij heid U bijgesloten aanvraagbiljet met voorwaarden aan de deelname .verbon den, te doen toekomen, met het ver zoek dit binnen 8 dagen ingevuld te willen retovrneeren. Firma's die zendingen uit het buiten land verwachten worden verzocht hier van ten spoedigste gespecificeerde op gaaf te verstrekken, opdat voor vrijdom van doorvoer en rechten zorg gedragen kan worden. Het kapitaal der Vennootschap bestaat uit 250 aandeelen ad f 100,De ge- egenheld tot inschrijving op deze aan- deelen staat nog steeds open. Ten dienste van degenen die zich nog niet als aandeelhouders opgaven gaat een nschrijversformulier hierbij Bij toewij zing der stands genieten aandeelhouders de voorkeur. Tot het verstrekken van nadere in lichtingen steeds gaarne bereid. Hoogachtend, Het Bestuur der N.V. Schoen- en Leder-Jaarbeurs te Amsterdam. H. Mannaerts, Tilburg, (fa. Stoom- Schoenfabriek J. Mannaerts) Voorz. M. A. Levie, Amsterdam, (fa. M. A. Levie) Onder-Voorzitter. L. S. Gompen, Amsterdam, (fa. G. Gom- pen) Secretaris-Penningmeester. H. C. van Hemert, 's-Gravenhage, (fa. H. C. van Hemert) S. Kogel, Amsterdam, (fa. S. Kogel). Joh. R. Levy, Amsterdam, (fa. N.V. v/h. de Nijs Co.) L. Stibbe, Amsterdam, (fa. Bloch <5t Stibbe). B. Timmermans, Waalwijk, (fa. Timmer mans van Turenhout). C. Schlusen, Directeur-Administrateur. N.B. Ingevolge besluit der oprich tingsvergadering kunnen slechts in schrijvingsbiljetten voor den verhuur van stands in aanmerking komen van firma's die niet aan andere in Neder land te houden Jaarbeurzen deelnemen. De namen der geslaagde leerlin gen der Middelbare Handelsschool alhier schijnen niet geheel juist in ons vorig nummer weergegeven te zijn. Ze volgen hier nogmaals (alfabetisch). J. Bergmans Waalwijk, J Esch te Kaatsheuvel, J. Hamburg Waalwijk. C. Haverhals Sprang, W. v. Helvoirt Waal wijk, Th. v. d. Heijden Waalwijk, A. van Hilst Waalwijk, J. Maaskant Kaats heuvel, A. MahieuWaalwijk, A. Schenkels De Echo tui het Zuiden. „Zwjjg. mgnheer, zwijg! Heb medelijden met my „Waarom?" „Gy kwelt my afschuwelijkGy breekt my het hart!" „Schep moed, mijn vriendZie thans van eene onmogelijke echtverbintenis af, die niemand in de wereld u vergeven zou en de verachting van alle weidenkenden op u zou doen nederdalenLucia Fortier mag thans voor u niet meer bestaanGy zyt vry geheel vrijRed thans het leven mijner dochter „Maar ik gevoel niet de minste liefde voor juffrouw Mary." „Wat geeft dot? De liefde, die heden nog ontbreekt, zal morgen te voorsehyn komen. En koevele huwelijken worden er niet zon der liefde gesloten? En dat zijn zeker niet de minst gelukkige!"' ...MynheerMynheersprak Lucien door droefheid overstelpt. „Begrypt gy dan niet welken verschrikkelyken slag gy my hebt toegebracht? Heb toch medelyden met my De hoop myns levens lag in de voorgenomen echtverbintenis en thans storten eensklaps al myn verwachtingen in het niet! Een schoone droom hield my een oogenblik be zig en ik ontwaak onder den druk der ver schrikkelijke waarheidSpaar my toch, mynheer! Laat my vrij mgne tranen stor ten Laat my ongestoord lyden En de jongeman, het gelaat in beide han den verbergend, brak in een luid snikken uit. „O, ik beklaag uhernam Paul Har- mant. „Ik beklaag u zeer! Maar tevens rust op my de plicht u moed in het hart te spreken. Tegen daadzaken valt niet te stry- De Anti-Revolutionaire Landdag Don derdag j.l. in het gebouw van den R. K. Gil denbond gehouden was zeer druk bezocht. Idenburg ter vergadering kwam werd hij Toen te circa 2 uur Z.Ex. de heer A. F. met een hartelijk applaus begroet. Met de zegenbede uit ps. 134 vers 3 werd de vergadering geopend, waarna word ge- gezongen ps. 97 vers 1 en gelezen Ephese VI vers 1018. I)e heer Schouten voorzitter van het kies- krlngbestuur richtte hierna een hartelijk welkomstwoord tot de vergadering. Hy wees erop dat wy thans leven in een tyd van beroering en stry<l. wy worden ge plaatst voor de vraag in welke richting wil men dat ons volk geregeerd zal worden. Hy vergeleek den heer Idenburg met een veldheer die voor den stryd ztyn stryders komt overtuigen van de noodzakelijkheid en hun plicht. Toen de gryze Knijper zyn hoofd ter neer legde was men bevreesd voor het behoud der party, doch in de heeren Oolyn en Iden burg heeft de Ant>revolutiojmaire partij nog twee mannen waarop zy trotsch mag gaan, die al bun gaven en krachten wtyden in haar dienst. Na nog een byzonder woord van welkom tot den heer Idenburg te heb ben gericht, gaf hy Z.Ex het woord. Deze begaafde spreker begon met een beeld te schetsen van den huidigen toe stand. We beleven een tyd van groote ver warring op economisch gebied, om slechts te noemen de malaise in de industrie, de kapitaalvermindering enz.; van verwarring op financieel gebied, het leven is duur, het loon is verhoogd, doeh niettegenstaande heerscht er nood op velerlei gebiedde staatsfinanciën zyn byna over de geheele wereld en ook hier deeriyk in de war. Zal dit jaar het tekort op het staatsbudget 50 a 70 millioen bedragen, het volgend jaar wordt door kenners een tekort van wel 150 millioen verwacht, daar de middelen zeer zullen verminderen door de. verlaging der inkomens, terwyi de belastingschroef reeds tot het uiterste is aangedraaid. Daarom wordt aUerwegen naar bezuiniging ge streefd ook in ons program van actie. Spr. wilde op de noodzakelijkheid hier van vooral wyzen, daar andere partyen met allerlei mooie beloften by de kiezers komen o.a. met bet premievrye staatspensioen. Groote verwarring heerscht er ook op zedeiyk en geesteiyk gebied. Gedurende den oorlog werd te veel ge dacht aan wat moeten we eten, waarmee zullen 'we ons kleeden. enz. en daarna en ook nu uog wordt te veel aan het stoffeiyke gedacht. wy Chrlsteiyken zien dan ook de oor zaak van al deze verwarring in de geeste- ïyke inzinking. Men hoort zoo vaakWat heeft het Christendom met de politiek te maken? Het materialisme denkt aan niets dan het stoffelyke. Spr. stelde als voorbeeld de Heere die steeds leerde niet liet stoffe lyke maar het geestelyke voorop te stellen. f die niet sprak over politiek, over omver werping van den staat. Hy leerde steeds achter het stoffelyke het geestelyke te zien. achter het aardsclie het eeuwige, achter het zieniyke het onzieniyke, dat het geluk «iet komt uit de stof maar uit den geest. Spr. besprak hierna het standpunt der party ten opzichte van het huwelijk, de hoeksteen van het maatsehappeiyk leven en in verband daarmede de positie der vrouw. Er zyn vrouwen die bezwaar maken vam hun stemrecht gebruik te maken wnurhy twee redenen naar voren komen. Het eerste bezwaar dat ze het eng vinden daar alleen in zoo'n stemhokje te gaan als die mannen acht hy zeer kleingeestig en hy zal daarop niet venier ingaan, maar er zyn er die van Godswege bezwaar maken. Er is moeilijk een uitlegging van de Schrift daarby aan te voeren maar het wordt alleen afgeleid uit de positie die de vrouw eigeniyk volgens de Schrift moet Innemen. Ook de Anti Re- vol. partij is wel algemeen van dat gevoelen doch waar de Heere zelf herhaaldelijk onderscheid maakt over de toepassing Zij ner wet als regel ofwel In bepaalde omstan digheden en by noodzakelijkheid, daar kan zij ook geen bezwaar meer vinden om de vrouwen met kracht aan te sporen om aan de stemming deel te nemen. Door thuis te biyven krygt niet alleen onze party niet die stemmen, doeh men sterkt daardoor de tegenparty. Het is ons gelukt een program op te stellen dat door onze tegenstanders wordt benyd. Spr. noemde daaruit de be vordering der Zondagsrust, het byzonder onderwijs, de afschaffing der staatslotery. de handliaving der publieke eerbaarheid. wy kunnen by dezen verkiezingsstrijd allen iets doen, de jonge meisjes kunnen het werk der vrouwen even overnemen om het haar gemakkelijk te maken ter stembus te gaan, nok de jongens kunnen hier en daar wel een handje helpen en ten slotte kunnen allen helpen door gebed. Ons strtydend volk moet een biddend volk zyn. Na nog maals alle aanwezigen speciaal de vrouwen krachtig te hebben aangespoord eenparig aan de stemming deel te nemen, eindigde deze geachtes preker zyn belangwekkende rede die een warm en langdurig applaus oogstte. Na het zingen van ps. (»8 laatste vers werd de vergadering geschorst tot 4 uur. Tegen 4 uur liep de zaal weer eivol. Thans besteeg Ds. Beekenkamp uit Lei den het spreekgestoelte. Plaatsgebrek belet ons deze zeer interessante rede uitvoerig weer te geven, wy zullen ons beperken tot eenige der voornaamste grepen daaruit. Spreker i>esprak op de eerste plaats het beginsel der party, daarna de coalitie en gaf vervolgens aan welk standpunt wy bob ben in te nemen. Z.Eerw. besprak speciaal nog de door an dere partyen naar voren gebraohte leuze van „Moederschapszorg" hetgeen niets an ders beteekent dan verbreking der banden door God gelegd. Iiy bedoelde hiermee nog niet de uiterste elementen der linkerzyde en hunne ideeën daaromtrent zyn genoeg bekend, doch hy wees in dat verband op den Vrijheidsbond; In een strooibiljet van deze party dat Spr. dezer dagen onder het oog kreeg stond o.a. dit korte veeLbeteekenend zinnetje: „Vrouwen duldt geen huwelijks wet die vernederend Ls voor U". Het tegen woordige huwelijk moet dus weg. De twee andere schoone leuzen deV linkerzyde zyn „socialisatie" en „ontwapening", doch gaat men naar landen waar de socialisten aan het bewind zyn clan ziet men dat men daar niet denkt aan „socialisatie" die zeker op een fiasco uitloopt en in België waar een linksche regeering is. /.yn evenveel serge anten in bet. leger als hier het heele leger sterk is. Is het leger al uiet noodlg om naar het buitenland op te trekken, het kan voor de verdediging noodig zyn of voor handha ving van het gezag als Toelstra zich weer eens vergist. Evenals in de steden overal bordjes zyn aangebracht waarop staat „rechts houden" teneinde ongelukken te voorkomen zoo ook moeten wy l>y de stem ming rechts houden om onheilen te voor komen. Ten slotte gaf spreker aan welke plaats wy by rechts moeten innemen. Hy splitste de protestsntschen in vier groepen n.l. de Gereformeerde Staatsparty van (Ds. Ker- 9ten) de Ned. Hervormden of gereformeer den (van Ds. Gravemeyer of de heer Hegeu uit Amsterdam) de Christelijk Histori- schen eu de Anti-Revolutionairen. Na op de gebreken en tekortkomingen van ieder der drie eerste partyen te hebben gewezen hetgeen vaak met geestige zetteu gepaard ging kwam liy tenslotte tot de con clusie dat wij ons moesten scharen by de laatste, de A. R. Party, waar ook zeker wel gebreken kunnen zyn, doch waar men z.e erkennen en verbeteren wil. Spreker sloot zyn rede met 't uitspreken van den wonsch dat. deze kleine party nog groote daden zou mogen stellen. Evenals den vorigen spreker viel ook hem een langdurig applaus ten deel. Nadat de lieer Schouten namens alle aan wezigen de sprekers had dank gezegd en zyn vertrouwen had uitgesproken dat de aanwezigen zijn woorden zouden ter harte nemen en by de a.s. verkiezingen zouden „rechte houden" werd deze landdag met ge bed gesloten. den: het eenigst wat men doen kan is deze met moed bezield te aanvaardenIk heb u een ontzagiyken dienst bewezen. Ik heb u voor de oneer behoed, die een onwaardige echtverbintenis over n zou gebracht heb ben! Red gy nu myne dochter!... Ik bied u het geluk „En zoo ik niet kan?" De trekken van den vaLschen Paul Har- mant trokken krampachtig te zamen. Zyn gelaat nam een woeste uitdrukking aan. „Waarom zoudt gy dat uiet kunnen?" riep hy uit „Zoo gy weigert, zal Mary, het lieve kind, dat u zoozeer bemint, dat u aan bidt, het met den dood bekoopen!... Neen, neen. gy zult niet weigerenvoegde hy er by, zyne smeekende handen tot Lucien uit strekkend. „Dat zou eene misdaad zynGy zoudt u steeds van Mary's dood beschuldi gen Zoo even ben ik misschien wreed ge weest, toen ik uw levensdroom vernietigde, uw hart verscheurde door den afgrond te wyzen, waarin gy op het. punt stond u. zon der het te weten, neder te werpenDoch, dat kunt gy my niet euvel duiden. Ik heb gehandeld als de heelmeester, die het yzer en het vuur in 't diepste der wonde brengt om deze zeker te genezen... Gy zyt my er kentelijkheid schuldig." „En die erkenteiykheid ontbreekt my uiet, mynheer; myn grievend leed maakt my niet onrechtvaardig't Is waar, er lag een afgrond voor my open en gy hebt my dien getoond. Ik dank u." Tevens reikte de jongeman de hand aan den ellendeling, die deze aannam en in de zyne drukte, terwijl een triomfanteiyke uit drukking op zyn gelaat schitterde. Hy achtte de zaak reeds gewonnen. Lucien ging voort „Doch gy moet het begrypen, de wonde is te diep geslagen om deze onmiddeliyk te kunnen heelen. Lang nog zal zy bloeden-, wees daarvan verzekerd. Door alle midde len welke in myn macht zyn zal ik u de erkentelijkheid toonen, welke ik u ver schuldigd ben; maar ik ben niet in staat leugentaal te spreken, myn gelaat in eene valsche plooi te zetten en de nitdmkking myuer stem te veranderen. Verzoek dan mejuffrouw Mary my het niet euvel te dui den zoo ik gedurende eenigen tyd geen ge bruik maak van de uitnoodiging welke zy wel tot my heeft willen richten. Wat zou het baten haar eeu somber gelaat te toonen.? Dit zou slechts een middel zy» om haar leed nog te verhoogen. Ik wil my slechts met lachende lippen voor haar vertoonen. indien althans nog ooit een glimlachje daar op spelen' kan... Dus moeten wy wachten." „Doch juist deze overgangen tusschen hoop en ontgoocheling dooden myn arm kind. Het voortdurend wachten breekt haar het hartmompelde de millionair. Lucien raapte op den vloer het proces verbaal op, dat hij een oogenblik te voren had laten vallen en gaf hot aan Paul Har- mant terug. „Toon haar dit mynheer," zeide hij. „Me juffrouw Mary zal begrypen, dat ik de dochter van de moordenaarster myns va ders niet huwen kan." Deze woorden kouden in Lucien's bedoe ling natuurlijk op niemand anders betrek king hebben dan op Jeanne Fortier's doch ter, doch de dubbele zin klonk verschrikke- ïyk in de ooren van den waren moordenaar, die onwillekeurig huiverde eu het hoofd boog. „Dan kunnen," vroeg hij na enkele «ogen blikken, op bevonden toon, „al myne rede neeringen al myne smeekingen niets aan uw besluit veranderen om het geluk tnyner dochter te verhaasten?" ,,'t Zou my onmogelijk zyn anders te han delen," antwoordde Lucien. „Ik bid u, dring niet verder aan.:.... Ik heb eenige dagen noodig om my te herstellen en na te den ken." „Eenige dagenherhaalde de millionair. „Welnu het zy aoo! Maar dat moet gy aan Mary zeggen en niet aan my. Myne dochter zou weigeren my te gelooven." „Welnu, mynheer, ik zal het haar mede- deelen," hernam Lucien plotseling. „Wanneer?" „Van avond nog. Ik zal met u medegaan naar de Murillostraat en het genoegen ver schaffen van een onderhoud met juffrouw Mary." „Ik dank u, myn vriend," zeide de mil lionair. en stel alle hoop op u." „Wilt gy my veroorloven dit proces ver haal vier en twintig uren te bewaren?" zoo vroeg Lucien. „Gy kunt er over beschikken. Bewaar het zoolang gy wilt." „Ik wenschte vandaag wel vry te zijn." „Gy zyt vry myn vriend." „Om half zeven precies zal ik by u zijn." „En met ons dineeren niet waar?" „Die eer zal ik hebben." „Uitstekend myn vriend. Ik zal u wach ten, of heter gezegd, wy zullen u wachten." Lucien vertrok met een benepen hart. Hy beschouwde den toestand van alle zijden. „Thans is de zaak duidelijk." zei(le hy. „Paul Harmnnt heeft my tegengehouden op den rand van den afgrond. Lucia is wel de dochter van Jeanne Fortier, die vrouw ver oordeeld wegens moord op myn vader ge pleegd. Ik hen wel is waar niet overtuigd van Jeanne Fortier's scttufd, maar Paul Harmsnt heeft gelyk, er zyn bewijzen van (le misdaad, maar geen bewyzeu zyn er van hare onschuld. Zoo ik niettegenstaande dit alles toch Lucia huwde, zou ik in het oog der wereld eene schandelijke zaak begaan. En Paul Ilarmant zou niet nalaten de zaak wereldkundig te maken. Iedereen zou my minachten. Lucia is onschuldig, het arme kind. doch zy draagt een gevloekten naam, een naam met het bloed myns vaders be vlekt. Onze echtverbintenis, die zich zoo rooskleurig liet aanzien, is onmogelijk ge worden. Zy zal niet gesloten worden. O, arme, arme Lucia! Ik zal uw hart breken en tevens het myne. Vaarwel, schoone hoop! Vaarwel, toekomst! Vaarwel al myn geluk! Lucien streed niet lauger tegen de droef heid die hem verpletterde. Toen hy te Partys op de Place de l'Etoile was aangekomen, nam hy een rytuig naai de Bourbonkade. Lucia's vensters waren gesloten. Tegenover de woning, waar hy het meis je voor 't eerst ontmoet had, waar hy haar had leeren kennen en beminnen en zulke schoone droomen gekoesterd had, werd hy door eene hevige ontroering overmeesterd. Tranen rolden over zyne wangen. Met eene bevende hand veegde hy de tra nen weg en trad de poort binnen. De deur stond open. „O, mynheer Lucienriep de portierster uit. „Dat treft gy slecht." „Waarom?" „Juffrouw Lucia is zooeven uitgegaan." „Zoo!" antwoordde Lucien. „Zal zy lang wegbiyven?" „Dat heeft zy niet gezegd." En mama Lison, is die «iel hier?" „Neen mynheer, mania Lisoii is heden morgen niet komen onthyten. zy schijnt het zeer druk te hebben." Lucien groette. „Wilt gij hier «iet op Lucia wachten.?" „Neen, ik ben zeer gepresseerd." „Wat zal Ik aan Lucia zeggen?" „Dat ik hier geweest hen. anders niets." De jongeman vertrok. De portierster zag hem met een zonder lingen blik na en dacht: „Wat ziet hy er aardig uit vandaag! Vroe ger was- hy steeds zoo lief! Maar hy is op weg om fortuin te maken, een groot man te worden en dat verandert spoedig een per soon." Na deze philosofische beschouwing trad de vrouw hare woning binnen. ACHT EN VIJFTIGSTE HOOFDSTUK. Lucien was weer ingestapt. Hy liet zich naar mama Lison in de I >auphinestraa t brengen. By de deur ontmoette hy de vrouw in gesprek met een dor klanten van den win kel. De brooddrnngster had een droevig voor gevoel zoodra zy hem ontwaarde. „Gij hier. mynlieer Lucien?" zeide zy. „Zyt gy gekomen om my te spreken?" „Ja mama. Ik kom van de Bourbon kade." „Hebt gy juffrouw Lucia gezien»?" „zy was afwezig." „Iladt gy haar iets mede te deelen?" „Ja. maar nu zal ik het aan u zeggen." „Aan my?" vroeg de hrooddraagster ver wonderd. „Ja. Is uw werk geëindigd? Hebt gy een uurtje vry?" „Zeker, mynheer Lucien," antwoordde de weduwe van Pierre Fortier, wier onrust grooter werd. „Ik ben vi-y. Willen wy naar de Bourbonkade gaan?" De jongeman schudde het hoofd. „Neen," zeide hy. „Ga liever met my mede." „Maar wat is er toch? Gy zyt geheel ont steld." „Wat er is? Weldra zult gy het weten. Laat ons instappen." (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 5