Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. De Portierster yan Alfortville. m Gemeenteraad. FEUILLETON „NOORD-BRABAND" NUMMER 61 WOENSDAG 2 Aug. 1922. 45e JAARGANG. WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. TelegivAdres: ECHO. SPRANG. Openbare vergadering van den raad dezer gemeente op Vrijdag 28 Juli des c.tn. 7Va uur. Voorzitter Edelachtb. heer burgemees ter. Afwezig de heer de Roon. De notulen worden na voorlezing onveranderd goedgekeurd. AAN DE ORDE 1. Ingekomen stukken en mededeelln- gcn. De Voorzitter deelt mede dat de jacht is verpacht aan den heer Groothuis voor f26.50. Van het schoolbestuur van den R.K. Bond van politiepersoneel St. Michael is een verzoek ingekomen om een bij drage in de kosten van oprichting en instandhouding der politieschool, alsmede om het door die school uit te -geven diploma te erkennen. Op voorstel van B. en W. wordt be sloten afwijzend op dit verzoek te be schikken. 2. Vaststelling kohier Hondenbelasting. Wordt vastgesteld op een gezamenlijk bedrag van f 162. 3. Vaststelling staat oninbare en nog te verhalen posten. Op verzoek van den heer Van Wil- ligenburg wordt deze staat voorgelezen. Het blijkt dat deze een totaal aan on inbare posten aangoeft van f251,03'/z en aan nog te verhalen poste neon totaal van f 202 A61/2' Van Wllilgenburg. Ik krijg daar namen te hooren o.a. van Hakkert, waarvan de Hoofd. Omslag en de Hon denbelasting ais oninbaar worden afge schreven, op grond waarvan is zulks geschied Ik meen dat er in de gemeente wel andere personen zijn, die nog niet in zoon goeden doen verkeeren dan zij en die wel hun belastingen hebben be taald. Voorzitter. Wij waren van oordeel dat zij te arm waren. Van Wllilgenburg. Ik wil over het al of niet arm zijn niet oordeelen, daarmee beu ik niet op de hoogte, maar van bulten gezien zijn het toch niet de minste lui. Voorzitter. We hebben ieder jaar al zooveel moeite gehad om de belasting binnen te krijgen, dat wc ditmaal maar gezegd hebben zij kunnen het niet be talen. Misschien zijn er hier leden die beter met hun flnancieele positie op de hoogte zijn. de Jong. Ik geloof ook wel dat ik er van De Echo van het Zuiden 133) 2oed mee op de hoogte ben, maar het gaat zoo slecht om daarover In't pabllek let9 te zeggen. Hierna gaat de raad over in geheim comité ter verdere bespreking van deze aangelegenheid. Als de openbare zitting weder wordt voortgezet, wordt het voorstel van B. en W. om de opgemaakte staat aldus vast te stellen, met algemeene stemmen aangenomen- 4. Opmaken voordtacht zetterscollcge wegens aftreden*op 1 (an. a.s. van de heeren J. C. Maijers en B. Verhoeven. Beide aftredenden worden met alge meene stemmen herkozen. Tot tweede candidaten worden be noemd de heeren Jac. Rijken en van Campeu. 5. Voorstel B. en W. om toe te treden tot de wachtgeldregeling voor arbeiders in de schoen- en lederindustrie, die te Waalwijk werkzaam zijn. Voorzitter. Deze regeling treedt in werlcing vanaf 1 Jnll 1.1. De heeren hebben het doel en de werking kunnen zien la bet hun toegezonden concept. Van de wachtgelduitkeering wordt '(3 door den werkgever. 'J, door het Rijk en 113 door de gemeente gedragen. B. en W. vragen nu een onbepaald crediet om dit '|s gedeelte te kunnen bijdragen zooals In het reglement staat omschreven. B. en W. zijn verder in corresponden tie met den minister om een steunrege ling in het leven te roepen. De minister heeft geantwoord dat hij bericht inwachtte, zoodra er in deze ge meente een grooter aantal uitgetrokken werkloozen was. Op 1 Augustus a.s. zullen er In onze gemeente 7 ultgetrok- kenen zijn. Wij zouden dit den minister willen schrijven en op een spoedige totstandkoming willen aandringen. van Willigenburg. Zou het niet ge- wenScht zijn tevens te verzoeken om ook diegenen die wel georganiseerd zijn doch nog niet lang genoeg om voor werkloosheidsultkeerlng in aanmerking te komen, ook onder deze steunregeling te laten vallen. Er zijn menschen In Sprang die vroeger lid waren van den neutralen bonddie menschen zijn destijds noodgedwongen tot den Christelijken bond moeten toe treden. Zij hebben dus altijd getracht zich door betaling van contributie tegen werkloosheid te verzekeren, maar door omstandigheden zijn ze van lidmaatschap veranderd en kunnen nu bij den Christe lijken Bond nog niet voor uitkeerlng in aanmerking komen, daft- zij nog niet lang genoeg lid zijn. Zou het niet ge- wenscht zijn hen ook in de steunregeling op te nemen f Voorzitter. Ja, en dan zou teven9 ook het aantal groot genoeg zijn om voor een steunregeling in aanmerking te komen. De Secretaris merkt op dat in de regeling van den Minister wel degelijk onderscheid gemaakt wordt tusschen de verschillende categorlën van personen. De regeling geldt alleen voor de alt- getrokkenen, zoodat de anderen voor gemeenterekening zullen komen. Voorzitter. Het zal dus weinig helpen al vragen wij het bij den Minister aan. Van Willigenburg. Er zijn dus twee categorlën van personen die buiten de steunregeling van den Minister vallen, daar kunnen we niets aan doen, maar er zal toch voor deze menschen ook wel iets gedaan moeten worden om ze niet naar het armbestuur te zenden. Daarvan moeten ze zoolang mogelijk worden teruggehouden, want daarmee wordt een werkman persoonlijk verlaagd. Voorzitter. We zullen er ln het schrijven aan den Minister op wijzen. Hoeveel zouden er zijn De heer Van Willigenburg kan dit niet mat zekerheid zeggen, doch geeft in overweging, dit even bij het bestuur der vakvereeniglng aan te vragen. De Voorzitter brengt dan het voorstel in omvraag om tot de wachtgeldregeling toe te treden hetgeen met algemeene stemmen wordt aangenomen. 6. Stemming over het voorstel van (owrp)^WA A LW 'J K DOOK ERVARING STERK. Burg. en Weth. om het gevraagd® schoollokaal niet af te staan aan den Christelijken Volksbond, over welk voor stel in de vorige vergadering de stem men staakten. Ditmaal wordt het voorstel met 4 tegen 2 stemmen aangenomen. Vóór stemden de Voorzitter en de heeren B. Verhoeven, De Jong en Vos; tegen de heeren Van Willigenburg en Zwart. Het schoollokaal wordt dus niet aan den Christelijken Volksbond afgestaan. Niets meer aan de orde zijnde en niemand meer het woord verlangend, sluit de Voorzitter de vergadering. DRUNEN. Openbare vergadering van den raad dezer gemeente op Vrijdag 28 Juli des namiddags ten half zeven uur. Voorzitter Edelachtb. heer C. van Huiten. Ongeveer kwart voor zeven uur opent de Voorzitter de vergadering aanwezig zijn alle leden. De notulen der vorige vergadering worden na voorlezing onveranderd goed gekeurd en vastgesteld. AAN DE ORDE 1. Ingekomen stukken. a. Een schrijven van het Ministerie van Arbeid, waarin wordt bericht dat kan worden overgegaan tot het onbe woonbaar verklaren van twee woon huizen, zonder dat daardoor de Rijks- bouwpremie zal worden ingehouden. De heer van Son vraagt welke wonin gen moeten worden onbewoonbaar ver klaard. Voorzitter. De woning van van Broek hoven en van v. d. Ven. Met algemeene stemmen wordt tot onbewoonbaar verklaring besloten. b. Schrijven van het Rijks Centraal Distributiebureau voor levensmiddelen, waarin het mededeelt dat ze het niet eens zijn met de meening van den raad van Drunen, alszou een gedeelte van de vorderingen zijn verjaard. Volgens de lands-advocaat kan dit niet het geval zijn. De Voorz.zegt dat in het schrijven erop wordt gewezen dat vorderingen van het Rijk 6 maanden na het afgeloopen dienst jaar moeten zijn ingediend. Hier is het echter geen vordering van het Rijk, doch hier is het een vordering door het Rijk van de gemeente. De heer Bergmans vraagt eenige inlichtingen betreffende het verjaren van posten, welke hem door den Secretaris werden gegeven. De Voorzitter wijst er daarna op dat door het Rijks Centraal Distributie kantoor eerst 3 jaar later is gekomen met de mededeeling dat nog 'verschil lende posten moeten worden betaald. De heer v. d. Wiel is ook de meening toegedaan dat het Rijks Centraal Distri butiebureau veel te laat is gekomen met het inzenden van de rekeningen. De heer Bergmans zou in dit geval ook niet te vlug op het schrijven ingaan. De Voorzitter stelt voor een afschrift van dit schrijven te zenden aan den accountant, die de gemeente-administra tie heeft en gewezen op de verjaring van de verschillende posten. De heer v. d. Wiel acht zulks het beste te doen, want de accountant heeft zich in de zaak ingewerkt en deze zal z.i. maar niet klakkeloos een dergelijk advies gegeven hebben. Spr. wijst er nog op dat door het gemeentebestuur nooit betaald is kunnen worden omdat nooit eenige factuur is ontvangen, noch eenig schrijven dat iets betaald moest worden. Met algemeene stemmen wordt be sloten een afschrift van het schrijven in handen van den accountant te stellen. Schrijven van den R.K. Politiebeamb- tenbond „St. Michael" afd. Schoolbe stuur, houdende het verzoek voor dit een volgend jaar een subsidie te willen verleenen voor de instandhouding van de school. Voorzitter. Burg. en Weth. stellen voor, voor wat betreft de subsidie voor het loopende dienstjaar, afwijzend te be schikken en voor 1923 aan te houden tot bij de behandeling van de begrooting .Bergmans. Dat is beter. Misschien dat we dan in betere omstandigheden verkeeren. Voorzitter. Zeker, en die tusschen- tijdsche subsidies verleenen is altijd lastig. Met algemeene stemmen wordt hierna het voorstel van Burgemeester en Wet houders aangenomen Verzoek van de Commissie voor de wachtgeldregeling voor de Schoen- en Lederindustrie te Waalwijk om tot de wachtgeldregeling, ingevoerd voor de gemeente Waalwijk, toe te treden. De Voorzitter zegt dat in de gemeente Waalwijk verschillende alhier wonende arbeiders werkzaam zijn. De arbeiders die in Waalwijk wonen genieten wacht geld en de menschen die hier wonen en daar werken, krijgen dit niet en daarom wordt verzocht dat de gemeente toe zal treden tot die wachtgeldregeling. De menschen krijgen dan 70 pCt. van hun salaris, waarvan door de patroons, de gemeente en het Rijk ieder voor een derde in wordt betaald. Burg. en Weth. hebben gemeend daar e Echo van het en Courant, Dit blad verschijnt WOENSDAG EN ZATERDAG Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco per post door het geheele rijk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan don Uitgever. Uitgavb: „Het zou nog een geluk voor mij geweest zijn hem te zien, hem te hooren spreken De wreedste woorden zouden mij in rap geest van onderworpenheid niet gestoord hebben. Ik zou alle kwellingen des harten en der ziel verkozen hebben boven de schande, waarmede hij mij overladen heeft". „Heeft hij u beleedigd?" vroeg de brood- draagster verbaasd. „Ja, Lucien had mijn signalement aan den portier gegeven pn de portier heeft mij weggejaagd Opnieuw brak Lucia in hevig snikken uit. „Mfjn kind, mijn allerliefste kind," her nam Jeanne het meisje met beide armen omvattend en zelf ook bittere tranen stor tend, „gg moet niet weenen, gg moet sterk zgu en moedig!" „Kan ik sterkte én moed hebben Wat zal ik thans aanvangen? Lag geheel mijn leven niet in die liefde?" „Wat is voor mij nu nog het bestaan, zonder familie, zonder liefde? Niets, niets! Mijne toekomst was LucienHeden ont breekt mij Lucien! En wat blij ft mij nu nog over? O mocht ik sterven." „Lucia, Luciariep de brooddraagster door smart overmeesterd uit, dat zijn boo ze gedachten, zeer gevaarlijke gedachten! Werp die verre van u „Neen, mama Lison, neen. Ik zal sterven Doch alvorens ik wegkwijn van smart en leed, wil ik hem zien, wil ik de reden ken nen, waarom bij mij verlaten heeft! Ik wil er zeker van zijn, dat de jongeman, die zeide mij te beminnen, zich thans overlevert aan de millioenen vin juffrouw Harmant of liever zich schandelqk verkoopt aan een rijke, maar dat ik niets tegenover hem mis daan heb, dat ik mg steeds als een fatsoen lijk meisje heb gedragen en dat hg geen enkel verwijt tot mg te richten heeft... Ik wil niet dat men mij beschuldige de oor zaak van mgn ongeluk te zgn geweest. Er mag geen twijfel, geen argwaan op mgn graf rustenLucien heeft mg niet by zich willen ontvangen, doch ik zal hem elders wel weten te ontmoeten. Ik zal hem op wachten aan de deur van zijn huis, van de fabriek. Ik daag hem uit mij te ontwijken! Dan zal bij wel genoodzaakt zijn mjj te antwoorden." „Neen, neen, Lucia, dat zult gij niet doen." zeide Jeanne op het punt in onmacht te vallen. „En waarom niet? Ik lgd vreeselijkHeb ik niet liet recht te vernemen wat de oor zaak van mijn lijden is?" „Het is waar, gy zgt droevig verlaten. Doch wat geeft bet u daarvan de reden te vernemen?" „Mijne waardigheid, de eerbied, dien ik voor mgn eigen persoon koester, bevelen mg de reden daarvan uit te vorsclieu." „En indien dit slechts in staat is uwe smart nog te verlioogen?" Lucia staarde de brooddraagster met een verwondering aan, die zich duidelijk in haar oogen afteekeude. „Mijne smart verhoogen?" herhaalde zg. „Hoe zou dat geschieden? Wat gelooft gij dan toch mama Lison?" „Ik geloof niets, inijn kind," sprak de on gelukkige moeder, die geen verdere uitleg ging wilde noch mocht geven, „doch kan men voor iets instaan in het leven?" „Ik sta in voor mgne eer en mgn gewe ten antwoordde het jonge meisje. „En Lucien wist wie ik was,' niet waar? Eene weeze, een gevonden kind, niets dan mijn handwerk bezittend om door het leven te komen, doch eene weeze die steeds den rechten weg bewandeld heeft en gerust het hoofd omhoog mag dragenVoorheen was hem dit voldoende. En waarom nu niet meer? Ziedaar iets dat ik weten wil, en ik herhaal het u, dat ik dit wel zal weten te vernemen. Nog eens, ik wil Lucien ontmoe ten „Neen, Lucia, dat zal niet gebeuren Prijs der Advertentlën 20 cent per regel; minimum 1.50. Reclames 40 cent per regel. By contract flink rabat. Adverteutiëu -moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur ln ons l>ezit zijn. MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN riep Jeanne, door ontroering overmeesterd uit. „Gg zult hem niet zien! Ik smeek er u om, doe geen pogingen meer daartoe, ik smeek er u om op mijn knieën." „Maar gij )veet dan, waarom hg mg ver laat? Gij weet dan waarom hij mij zoo doet lgden?" „Tracht niet dat. verschrikkelijk geheim te doorgronden, mijn kind." „Gg kent het dan?" „Ja," antwoordde Jeanne. „En hoe hebt gg het vernomen?" „Ik heb Lucien gezien." „Gg hebt hem gezien! En mij daarvan niets gezegdstotterde J.ucia bevend. „Ik wilde u een groote smart bespareu." „Mg eene groote smart besparen!... Eu waarom? Kan ik nog meer lijden dan ik nu reeds lgd? O, spaar mg niet! Heb ik mg iets te verwijten? Is het myne schuld dat Lucien zich van mij verwijderd heeft?" „Neen mgn kindNooit zelfs heeft de geringste argwaan op uwen naam gekleefd. Lucien verwijdert zich van u, daar een hu welijk tusschen u beiden onmogelijk is ge worden „Onmogelijk! Slechts eene oorzaak zou het oumogelgk kunnen makenMgne on waardigheidEn onwaardig ben ik toch wel niet geworden. Wat heeft dat dan te beteekenen? Verklaar u nader." „Lieveling, er zyn soms geheimen in de wereld, die men niet mag trachten te door gronden." „Geheimen? Zgn er geheimen in rnfln leven? Hebben zg die mij ter wereld ge bracht en onmeedoogend in ecu gesticht van gevonden kinderen geworpen hebben, mis daden bedreven? Was mgn vader schuldig? En moet ik de straf zijner schuld dragen?" „Zwgg, myn kind, zwgg!" stamelde de weduwe, hare smeekende handeu tot Lucia verheffend. „Gij lastert! Werp geen schuld op uw vader 1" „Wie dan zal ik beschuldigen?" hernain het jonge meisje met nieuwe kracht. „Ik verkeer in duisternissen en wil dat er licht koine rondom mg. Alles is mg liever dan twijfel en onzekerheidMama Lison, gy hebt Lucien gezien Hg heeft u het yselgk geheim toever trouwd. Dit geheim kunt of moogt gy my niet langer verhelen? Spreek, verklaar- u, wat het ook zg Zoo ik laster bij het be schuldigen van den naam mgns vaders, dan is het zeker myne moeder, die mij met de schande heeft overladen." Jeanne huiverde van het hoofd tot de voeten. Meer dan eens stond zg op het punt haar kind toe te roepen: „Uwe moeder hen ik! Ik ben uwe moeder!" Maar dat was onmogelijk 't Zou niet vol doende zyn hare onschuld te bevestigen «leze zou moeten bewezen worden, en waar was dat bewys te vinden?" ACHTSTE HOOFDSTUK. Jeanne wist niet wat aan het ongeluk kige meisje te antwoorden, zy hoog het hoofd en zweeg. Eensklaps hernam Lucia weer: „Spreek! Maar spreek dan toch! Heeft ïngne moeder eene misdaad bedreven? En waarom heeft Lucien verklaard dat ons huwelijk onmogelijk is geworden?" „Omdat men er hem toe noodzaakt." „En wie heeft dan daartoe de macht en het recht?" „Begrtjpt gg dat niet? Zou Lucien ooit 't geheim vernomen hebben dat een afgrond tusschen u beiden graaft, zoo er niet een persoon was die er belang hg had hem dit te openbaren? Iemand heeft het verleden weten te doorgronden. Iemand heeft het Lucien gezegd„Zoo gy myne dochter niet huwt, zal ik uw huwelgk met Lucia wel weten te verhim^ren. Ik verbied u die echtverbintenis, en zoo gy toch nws weegs lurft gaan, dan zal de wereld weten Jeanne onderbrak zich. zy had de kracht niet verder te gaan. „Wat zou dan de wereld weten?" vroeg Lucia op woesten toon. „Gy kwelt mg tot den dood toe, mama LisonIk stik en word waanzinnig. Ik moet, ik wil alles weten Zoo gy niet spreekt dan zal lk Lucien wel doen sprekenIk zal hem wel weten te noodzakenEn mocht hg weigeren, dan zal ik naar juffrouw Harmant gaanZy is ook wel hier geweest om my te bidden en te smeekeu; zg heeft zich voor my op de knieën geworpen, mg een gansche fortuin aangebodenToen kende zy wellicht myne onwaardigheid nog niet, doch nu moet zy wol op do hoogte zynWelnu, lk aal nu op myne beurt tot haar gaan, my ook op do knieën werpen om het geheim der schundo te vernemen, dat op my weegt. En spreekt zg niet, dan ga ik tot haar vader!" „Neen, Lucia, neen, gy zult niet gaan „En wie zal mij tegenhouden?" ,Ik". „En hoe?" „Ik zal u dien stap volkomen overbodig maken. Ik zal u alles zeggen." „Alles, alles! Zweert gij my dat?" „Ja, mgn kind." „Wanneer my geen twyfel meer over- biyft, zal lk in staat zgn Lucien alles te vergeven?" „Lucien kan u niet huwen... En gy zult ook weigeren zgne vrouw te worden, zoo lang de onschuld uwer moeder niet bewe zen is." Het jonge meisje werd zeer bleek. „De onschuld myner moeder bewyzen?" herhaalde zy. „Werd mijne moeder dan beschuldigd?" „Ja". „Van welke misdaad?" „Van moordUwe moeder werd ver oordeeld, beschuldigd Lucien Lahroue's va der vermoord te hebben." Lucia stiet een doordringenden kreet uit en verborg het gelaat in beide handen. Gedurende enkele oogenblikken heerschte er een versehrikkeiyke stilte. Eindeiyk hernam het meisjë: „Dan is myne moeder de vrouw, die Lu- cien's vader vermoord en bestolen heeft, die de fabriek in brand heeft gestoken. O. bet is verschrikkeiyk „zy was onschuldig, Lucia," riep Jeanne uit. „Toch werd zy veroordeeld „Schandeiyke veroordeeling! Onrecht vaardige veroordeeling! Hebt gy Lucien Labroue zelf niet hooren verzekeren, dat hy aan de onschuld dier arme vrouw geloofde?" „En zou hij zich van my verwyderen, zoo hy er niet werkelgk aan geloofde?" „Hg twyfelt, en in dien twyfel trekt hy zich terug. Kan hg overigens de meening der wereld trotseeren?" (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 1