Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
De Portierster
van Alfortville
Buitenland.
Binnenland.
FEUILLETON
.N00RD-B RAB AND"
NUMMER 73
WOENSDAG 13 Sept. 1922.
45e JAAROANO
De Turken in Smyrna.
De door de Grieken op het laatst nog
geboden krachtige tegenstand heeft niet
mogen baten. Smyrna, de stad aan
welker bezit voor de Grieken zooveel
gelegen was, is in handen van de Turken
gevallen. De laatste dagen hadden de
Turken hun luchtaanvallen op de stad
niet hervat, waardoor de bevolking
eenigermate tot kalmte is gekomen.
Stelselmatig werd de stad door de
Grieken ontruimd. De gouverneur van
Smyrna, alle ambtenaren van het Hooge
Commissariaat en van de financieele
instellingen, alsmede de regeerings-
archieven zijn reeds Vrijdag aan boord
van een stoomschip naar Athene ver
trokken.
Zaterdagmorgen verschenen Turksche
afdeelingen in de voorsteden van Smyrna.
Turksche vliegtuigen strooiden boven
de stad een proclamatie uit, waarin de
bewoners werden opgewekt, de zijde
der Turken te kiezen. In den namiddag
rukte de tweede divisie Turksche cava
lerie de stad binnen onder de toejuichin
gen der bevolking. In de stad waren
den laatsten tijd herhaaldelijk onlusten
uitgebroken omdat er tengevolge van
het groot aantal vluchtelingen, die er
een toevlucht kwamen zoeken, gebrek
was begonnen te heerschen aan levens
middelen.
Het is nog niet te zeggen, welke
gevolgen deze volslagen nederlaag van
dc Grieksche legers zal hebben met
betrekking tot den binnenlandschen toe
stand in Griekenland.
De eerste troepentransporten uit Klein-
Azië zijn Zaterdag aan den Piraeus aan
gekomen. De scheepskapiteins, die last
hadden gekregen de manschappen alleen
op de eilanden van den Archipel aan
land te zetten, waren door de soldaten
gedwongen koers te zetten naar de
Piraeus. Onder de militairen heerscht
een hevige opwinding en sommigen
moeten zich zelfs beleedigend hebben
uitgelaten over den koning.
Kalogeropoelos heeft zijn poging om
een kabinet te formeeren, opgegeven.
Thans heeft de koning van Triantophila-
kos belast met de vorming van een nieuw
ministerie.
In verband met den rouw over den
nederlaag der Grieksche troepen heeft
de politie te Athene de sluiting gelast
van alle café's en danshuizen.
Onmiddellijk na de voltooiing van de
ontruiming van Klein-Azië zal het Griek
sche leger worden gedemobiliseerd.
Geheel anders is de stemming onder
Uitgatb:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO.
de Turken.
Te Angora heeft men de overwinning
feestelijk gevierd. De premier heeft reeds
de aanstaande bevrijding van Konstan-
tinopel en Adrianopel aangekondigd.
Hij voegde er nog aan toe, dat Turkije's
legers de wapens niet mogen neerleggen,
voordat de nationale doeleinden van
Turkije zullen zijn bereikt.
Engeland houdt vast aan de onzijdige
strook in Klein-Azië. .Twee batterijen
artillerie van Malta hebben last gekregen
zich gereed te houden om naar Kon-
stantinopel te gaan.
Volgens een opgave van den bond
van jonge communisten in Zweden is
het ledental dat in 1918 tot 23657 was
was gestegen, in 1920 tot 21203 en
thans tot 10123 gedaald (boekjaar 1921).
Belgische—Duitsche onderhande-
lingen zijn afgebroken, in zooverre dat
Duitschland voorstelt de schatkistbiljet
ten aflosbaar te stellen in drie termijnen
van 6 maanden, terwijl de commissie
van herstel wenschte na 6 maanden.
Deze commissie moet nu weer over dit
nieuwe voorstel worden gehoord.
Te Constantinopel hebben betoo
gingen der Turksche nationalisten tot
ernstige ongeregeldheden geleid. De op
perbevelhebber der geallieerde troepen
aldaar heeft gedreigd de krijgswet te
zullen afkondigen, als de wanordelijk
heden zich herhalen.
De hooge commissarissen te Con-
stantinupel hebben de Angora-regeering
verwittigd, dat een schending der neu
trale zone, met inbegrip van Bosporus
en Dardanellen door de Khemalisten,
door de entente niet geduld zal worden.
De Iersche premier Cosgrave heeft
bij het afleggen der regeeringsverklaring
in de Dail Eireann voor binnenlandsche
vrede en naleving van het verdrag met
Engeland gepleit.
De Crisis opgelost.
Het nieuwe Ministerie.
Woensdagavond verschijnt in de
j Staatscourant het Koninklijk besluit,
waarbij met ingang van Maandag 18
dezer aan de leden van het demission-
i naire Kabinet ontslag wordt verleend
en het nieuwe Kabinet-Ruys de Beeren-
j brouck wordt benoemd.
Het is samengesteld als volgt
I Minister van Binnenlandsche Zaken
j en Landbouw, Nijverheid en Handel
ad interim Jhr. Mr. Ch. J. M. Ruys de
Beerenbrouck.
Minister van Buitenlandsche Zaken
Jhr. Mr. Dr. H. A. van Karnebeek.
147).
Minister van Justitie Mr. Th. Heems
kerk.
Minister van Onderwijs, Kunsten en
WetenschappenDr. J. Th. de Visser.
Minister van MarineE. P. Wester-
veld.
Minister van FinanciënJhr. Mr. D.
J. de Geer.
Minister van Oorlog :J. J. C. van Dijk.
Minister van WaterstaatProf. G. J.
van Swaay.
Minister van ArbeidMr. P. J M.
Aalberse.
Minister van Koloniën S. de Graaff.
De nieuwe Minister van Marine.
De nieuwbenoemde Minister van
Marine, de heer E. P. Westerveld, werd
den 2lsten Augustus 1873 te Haarlem
geboren.
Na zijn opleiding van het Koninklijk
Instituut voor de Marine werd de heer
Westerveld op 2 Augustus 1893 be
noemd tot adelborst le klasse, waarpa
hij in onderscheidene rangen bij de
zeemacht heeft gediend tot 1 Maart 1915,
toen de nieuw-benoemde minister als
luitenant ter ee der le klasse den
zeedienst verliet.
Gedurende zijn marine-loopbaan is
de heer Westerveld verscheidene jaren
aan het departement van Marine werk
zaam geweest, terwijl hij voor deze
tewerkstelling aan het departement ge
durende 3 jaren belast is geweesl met
de betrekking van ingenieur van
(óürp)^WAALW'J K.
DOOD. ERVARING STERK-
scheepsbouw aan het marine-établisse
ment te Soerabaja.
Na het verlaten van den zeedienst
in 1915 werd de heer Westerfeld be
noemd tot Directeur van de Rijkswerven,
en op 16 November 1918 tot directeur-
generaal van de Posterijen, Telegrafie
en Telefonie, welke functie hij tot op
dit oogenblik heeft bekleed.
Gedurende zijn directeur-generaal
schap heeft de nieuwbenoemde minister
Nederland o.a. vertegenwoordigd op de
Inter-Europeesche Conferentie voor het
verkeerswezen, welke in 1920 te Parijs
onder de auspiciën van den volkenbond
is gehouden.
De Nieuwe Minister van Waierstaat.
De nieuwe minister van Waterstaat,
prof. G. J. van Swaay, werd op 22 Juni
1867 geboren. Hij behaalde in 1889 te
Delft aan de voormalige Polytechnische
School zijn diploma als civiel-ingenieur.
Daarna was hij enkele jaren als assis
tent verbonden aan die school, totdat
hij op 1 Januari 1893 benoemd werd
tot leeraar aan de Rijks Hoogere Bur
gerschool te Winterswijk. In Juni 1894
werd hij benoemd tot leeraar aan de
Rijks Hoogere Burgerschool te Tilburg
in November 1897 tot tijdelijk leeraar
in de natuurkunde aan de Polytechni
sche School te Delftop 1 Februari
1898 volgde zijn definitieve aanstelling
en op 6 Juli 1899 werd hij benoemd
tot hoogleeraar in de electrotechniek
aan de Polytechnische Hoogeschool.
Achtereenvolgens werd prof. van
Swaay gekozen tot lid van de Provin
ciale Staten van Zuid-Holland en tot lid
van Ged. Staten van die provincie.
Laatstgenoemde betrekking werd echter
niet vereenigbaar geacht met die van
hoogleeraar aan de Technische Hooge
school.
In 1913 kozen de Provinciale Staten
van Zuid Holland Prof. van Swaay, die
tot de R. K. Staatspartij behoort, in de
vacature-Dr. Vermeulen tot lid van de
Eerste Kamer. Zijn mandaat werd dit
jaar vernieuwd.
Hij maakte deel uit van de Staats
commissie voor de electriciteitsvoorzie-
ning en werd directeur der Provinciale
Noord-Brabantsche Electriciteits-Maat-
schappij.
De Koaloglo en de Prins zetten
hun zegetocht door de Scandinavische
rijken voort. Na de schitterende en
hartelijke ontvangst in Kopenhagen, is
Zweden gevolgd, waar het ondanks het
zeer slechte weer niet minder luisterrijk
en spontaan toeging. Koning Christiaan
beeft in Stockholm een rede gehouden,
die men zou haast zeggen, een politiek
Naar Het Volk thans verneemt
is bij de werkliedenorganisaties bericht
ingekomen, dat met ingang van 16
dezer de aanmaak van senoritas voor
de Spaansche regie geheel wordt stop
gezet. Een en ander moet een gevolg
zijn van het feit, dat na 20 dezer
leveranties door Spanje niet meer ge
accepteerd worden. Naar schatting
komen hierdoor ongeveer 1300 sigaren
makers zonder werk.
Er is nog een kleine kans, zegt het
blad, dat de onderhandelingen, die
thans met de Spaansche regie worden
gevoerd, nog tot het resultaat leiden,
dat de levering kan worden voortgezet,
Het Dev. Dgbl. verneemt, dat. de
nadere onderhandelingen met de Spaan
sche regie tot een bevredigend resultaat
hebben geleid, zoodat de aanmaak van
Senoritas kan worden voortgezet.
Naar wij vernemen, ligt het in het
voornemen der regeering. binnenkort bij
de Staten-Generaal een wetsontwerp in
te dienen, waardoor de geleidelijke op
heffing van de Huurwetten mogelijk zal
worden.
In de gemeentebegrooting van
Amsterdam voor 1923 is de gasprijs
gesteld op 12 cent (muntgas 12'/, cent)
per M\
De prijs is thans 13 cent (muntga6
13'/2 cent).
De Zomertijd zal in den nacht
van 8 op 9 October eindigen.
Blijkens het jaarboek van het R.K.
onderwijs telden de R.K. scholen voor
algemeen vormend onderwijs in 1921
273.649 leerlingen, de R.K kweekscho-
len 2602, de R.K. gymnasia 1099, de
R.K. H.B.S. 1900, de R.K. Lycea 651,
de klein-seminaria 4110 en de groot
seminaria 16,561 leerlingen. De R.K.
Volksuniversiteiten werden gevolgd door
bijna 8000 cursisten.
De Zaterdagmiddag gesloten 7de
jaarbeurs heeft gedurende zes dagen
10.580 bezoekers gehad op dagkaarten,
een belangrijk cijfer, want het is hooger
dan dat van de zes dagen der Voor-
jaarsbeurs in Maart. Het mag gezegd
worden, dat de stemming onder de
deelnemers meerendeels gunstig is ge
weest. Teneinde te voldoen aan een
algemeenen wensch zal de volgende
Voorjaarsbeurs wederom worden ver
lengd tot tien dagen. Er is nog geen
bepaald besluit genomen ten aanzien
van de groepen die voor Najaars- en
De Echo van het Zuiden,
Waalwjjksche en Lnnptrantscbe Courant,
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
van „De Echo van het Zuiden
Weden mengde zich de kunstenaar in het
gesprek en zeide
„Onze vriend is een weinig schuchter. Ilij
denkt veel meer, dan hij zegt. maar op het
oogenblik zjjn George en ik zeker, dat wij
weldra "de verrukte getuigen «uilen zyi^
van eene gelukkige vereeniging"..
„Getuigen?" herhaalde Mary glimlachend.
,.In welken zin bedoelt gy dat?"
„In den eenvoudigsten zin van de wereld,
mejuffrouwLucien Labroue kent onze
toegenegenheid te goed, om ons op den dag
van zfln huwelijk niet tot getuigen te
nemen"
Mary had tranen in de oogen.
„O! vergeef mij," zeide zjj, terwijl zy
glimlachend een blik op den kunstschilder
sloeg, „vergeef my, dat ik ween, het zjjn
vreugdetranen.ik ben die aan u ver
schuldigd en ik dank u daarvoor van gan-
scher harte... Ik zal nooit vergeten, dat gij
het zyt die ze hebt doen vloeien"..
Het jonge meisje deed een hevige poging,
teneinde hare ontroering te overwinnen en
eene betrekkelijk kalmte te herkrijgen.
Zij slaagde daarin.
„Aldus," vervolgde zy glimlachend, „bin
nenkort zal het huwelijk plaats hebben. Ik
laat het aan u, mijnheer Lucien, in vereeni-
ging met mijn vader over, het tijdstip te be
palenik keur hij voorbaat reeds goed
wat gij besluiten zult".
George Darier begreep niet. of ten minste
al zeer weinig van hetgeen er voorviel,
maar het mengen van zijn voogd in het ge
sprek. deed hem veronderstellen, dat Lucien
en de schilder vóór zijne komst hadden ge-
i sproken en op dat punt tot overeenstem
ming waren gekomen.
Hy boog eenvoudig het hoofd.
Er werd eensklaps gescheld.
„Daar is misschien mijn vader"zeide
Mary. Vervolgens wendde zij zich tót den
kunstenaar en vroeg:
,.Hebt. gij er aan gedacht, dat hij mijn
portret niet moet zien?"
„Wees gerust mejuffrouw, hij zal het niet
zien".
De kamerdienaar kwam een oogenblik
later de komst van den heer Harmant aan
kondigen.
De schilder gaf bevel, hem in het atelier
te geleiden en fluisterde de volgende woor
den in het oor van Lucien
„Speel toch uw rol zelf, mijn waarde
vriend. Waarlijk ik kan toch niet altijd
antwoord voor u geven
De heer Harmant trad binnen.
Hij was verwonderd, evenzeer als Mary
liet ^geweest was, Lucien Labroue en George
Darier te vinden.
Na den meester des huizes en diens gasten
gegroet te hebben, ging hij naar George en
zeide
„Ik ben zeer tevreden over deze ontmoe
ting, mijn waarde advocaat, ik heb met u
over een uiterst gewichtige zaak te spreken.
„Vandaag?" vroeg George lachend.
„Neen, zeker niet, maar wy zullen af
spreken. wanneer ik u thuis kan ontmoeten.
Gaat gy morgen naar het Paleis van Justi
tie?
„Neen... ik zal niet pleiten en blyf der
halve thuis".
„Dan zal ik morgen in de Bonapartestraat
komen
Hierna wendde Paul Hamant zich tot den
heer des huizes en zeide
„Vergun my thans, myn waarde kunste
naar, u het doel van mijn bezoek uit te leg
gen, indien namelijk mijne dochter dit nog
niet gedaan heeft."
„Ik heb alleen maar gezegd dat gij hier
zoudt komen," antwoordde Mary.
I)e industrieel hernam
„Ik heb u reeds eenmaal bekend, dat ik
zeer weinig verstand van de schilderkunst
heb. Ik bezit in het geheel geen gevoel
daarvoor... Hef is iets, dat mij ontbreekt."
Prijs der Advertentlën
20 cent per regel; mlnlmnm i.gy.
Reclame* 40 cent per regel.
BtJ contract flink rabat.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 0 uur in on* bedt
zijn.
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
„Niemand is volmaakt, vader; onderbrak
Mary, terwijl zy allerliefst glimlachte.
Paul Harmant: vervolgde:
„Hoe weinig ik evenwel in dat opzicht
begaafd ben. bevalt of mishaagt mij iedere
schildery op het eerste gezicht, maar ik zou
niet kunnen zeggen of de kleuren goed ge
kozen zynen de teekening niets te wenschen
overlaat... Ik ontvang instinctmatig een in
druk en ik kan verleid worden door af-
schuwelyke zaken... Ik moet dus aan ken
ners het heoordeelen overlaten. Mary is be
zig thuis een kleine verzameling aan te lég
gen van schilderyen, die zeer zeker goed
zal slagen, daar gy haar in de keuze be
hulpzaam zijt... Men heeft mij een Itubens
te koop aangeboden en staaf voor de echt
heid in. maar is de echtheid onbetwistbaar?
De schildery schynt my prachtig toe en
Mary is het met my eens, hoewel dit niet
veel bewyst... Men beweerf trouwens, dat
sommige oude copieën dikwijls voor oor
spronkelijke stukken worden aangezien
Is deze Rubens een copie? Men vraagt my
daarvoor, zooals gy wel kunt nagaan, een
zeer hoogen prys. Ik wil gaarne veel beta
len, maar ik zou niet gaarne het slachtoffer
van bedriegerij zijn... Derhalve vraag ik 11
de zaak op te lossen, door uw oordeel te
geven"
„Ik ben geheel te uwer beschikking
Waar is die schildery?
„By een koopman in de Martelaarstraat".
„Weymann, niet waar?"
...Ta".
„En de schildery die een meter hoog is
en één meter twintig breed, stelt voor:
„De Veragederiug der Goden
„Juist! Ik zie, dat gij die schildere kent.
Welnu, kan ik ze koopen? Hoe denkt gy
daarover?"
„Pas wel daarvoor op"...
„Zij is dus slecht?"
„Niet het minst ter wereld zy is vry goed,
maar het is slechts een copie. Weymann
vraagt u vyftig duizend franken voor de
„Vergadering der Goden!"... Het origineel
zou meer waard zyn. De covie is met twee
duizend franken goed betaald... Koop die
derhalve niet.
„Duizendmaal dank voor dien goeden
raad. Het is een ware dienst, dien gy mij
bewijst
„En ik hen zeer gelukkig u dien te heb
ben kunnen bewyzen. Thans is het myne
beurt iets aan u te vragen."
„Het is n vooruit toegestaan. Wat ver
langt gy?"
„My te zeggen, op welken dag en welk'
uur gy mij de eer zult willen aandoen, my
in uw- huis te ontvangen?"
„Dag en uur zullen de uwe zyn. myn
waarde kunstenaar. Hebt gy my iets gewich
tigs mede te deelen?"
„Ik zal by u als tolk optreden van myn
vriend Lucien Labroue..." antwoordde de
schilder, terwyi hy op den jongen man een
hevelenden blik wierp.
Lucien verstond dien blik en voelde eene
rilling over zyn rug gaan.
„Ali..." zeide Paul Harmant, terwyi hy
Lucien aanzag.
Stephaan ver.volgde
„Gy weet, waarde heer, dat Lucien La
broue wees iff?"
„Ja, ja. stamelde Jacques Oérard. wiens
voorhoofd plotseling geplooid werd.
Hy wist liet inderdaad goed, want dooi
den vader te vermoorden, had hy het kind
tot wees gemaakt.
„De heer Labroue heeft my verzocht als
vader voor hem op te treden, vervolgde de
kunstenaar".
De groote industriëel stond op. Zyn ge
laat was geheel veranderd. De plooien uit
zyn voorhoofd waren als door betoovering
verdwenen.
„O, dan begryp, ik needs alles," antwoord
de hy glimlachend. „Lucien aanvaardt wat
ik gelukkig genoeg geweest beu hem te kun
nen aanbieden. Wy zyn hier als in familie
kring, myne heeren. Gy en Georges Darier
zyt intieme vrienden van Lucien Labroue.
Wy hebben hier dus niet te zwygen. Lucien
door een zeer te prijzen gevoel, dat hem in
myne oogen nog verheft, geleid, had eenige
dagen gevraagd om na te denken. Thans
heeft hy alles goed overwogen en zeker heb
ben hem uwe raadgevingen niet ontbroken.
Daarvoor ben ik u zeer dankbaar. Het doel
van uw bezoek zal dan zyn my de hand van
myn dochter te vragen voor myn vriend Lu
cien Labroue, niet waar, mynheer Castel?"
Stephaan gaf door een nieuw teeken aan
den jonge man te kennen, dat hy sproken
moest.
tintje droeg.
A.s. Vrijdag komt het Kon. ptar t*
Chrlstlanla nan tot een laatste bezoek
aan Noorwegen.
Jules Lahroue's zoon, die onwillekeurig
den maehlgen invloed van den schilder on
derging, antwoordde: „Ja, mynheer."
„Wel, beste vrienden, de vraag is toege
staan. dat weet gy wel; reed» bij voorbaat
was zy toegestaan. Wy zullen dan nog slechts
eenige voorloopige schikkingen te maken
hebben. Ik reken op den heer Darier, dien ik
als een advocaat van den eersten rang ken,
om met mij de artikelen van een contract op
te maken, dat dan aan een notaris zal onder
worpen worden."
..Beschik over mij, mynheer." antwoordde
de advocaat. -
„En wat zegt nu juffrouw Mary?" vroeg
Paul Harmant lachend.
Het meisje wierp zich in de armen van
haar vader, omhelsde hem, en sprak„O, ik
l>en al te gelukkig. My dunkt dat het een
droom is."
.Ik heb een voorstel." hernam de industri
eel. „De heeren hebben voor heden toch geen
hyzondere plannen?"
„Wy wenschen den dag te zamen door te
brengen," antwoordde Stephaan Castel.
„Ge zult elkander niet verlaten, maar ons
gezamenlijk het genoegen doen lieden in do
Murlllostraat te komen dineeren."
Het voorstel van Harmant maakte de
plannen van den schilder zeer geniakkeiyk
ter uitvoering.
Hy haastte zich te antwoorden:
„In naam myner vrienden en in myn
naam neem ik uw voorstel aan."
„Dan ga ik u verlaten," riep Mary leven
dig. vol van vreugde uit. „Vader gy zult
wel een rytuig weten te vinden. Ik keer met
het onze naar huis terug. Er zal nog wat
te doen zy»."
„Gy. my» kind," sprak Jacques Gérard,
zyne dochter .omhelzend. „Ook wy zullen u
spoedig volgen."
Stephaan Castel gevoelde zicli gelukkig
dat het meisje zich verwyderdehy geleid
de haar tot dc voordeur, waar het rytuig
wachtte.
(Wordt vervolgd).