Buitenland. Ingezonden ^tukken. grooten schuldeischer Amerika.... Werke lijk, als ik ooit voorgoed vacantie neem, dan beo ik dolbeoieuwd, hoe mijn op volgers het klaarspelen met al de pijolijk internatlooale akkevietjes. Maar ik ben niet van plan, mijn ontslag te nemen, want ik wil met al de kracht, die in mij is, mij wijden aan een pacifistische poli tiek van Engeland. Ik dien het Eogel- sche volk al 32 jaren en nog nooit heb ik het bedrogen. Daarom ben ik niet bevreesd voor de toekomst.* Handiger kon het niet. En omdat hy net op het goede oogenbllk uitscheidde, Is zijn Manche9ter-rede eec groot succe9 geworden. Na een conferentie tusschen Har ding en generaal Pershing werd heden door den minister van oorlog aangekon digd dat de Amerlkaansche bezettings troepen aan den Rijn spoedig zuilen worden teruggetrokken, Men verwacht dat zij tegen Kerstmis weer in Amerika zullen zijn teruggekeerd. De Amerlkaansche regeering acht, met het oog op den toestand in Duitsch- land, de verdere aanwezigheid van Amerlkaansche bezettingstroepen aan den Rijn overbodig. De kosten van hun onderhoud bedroegen tot dusverre 300 millioen dollar, welke kosten geheel door Amerika werden gedragen. In den Pruisischen landdag heeft een communisten-interpellatie met betrek king tot de jongste onlusten te Berlijn tot rumoerige tooneelen aanleiding ge geven. De communisten elschten het aftreden van den Berlijnschen polltie- president en de vrijlating der gearres teerden. Het tekort van cjen Deenschen postdienst dat in het halfjaar April- September van het vorige jaar 4,675,058 kronen bedroeg, is in hetzelfde tijdvak van dit jaar gedaald tot 124.059 kronen. Het deficit is dus ruim 4'|a millioen geringer geworden. De Engelsche bladen wijden allerlei beschouwingen aan de a.s. Donderdag te houden conferentie der conservatieve partijleden en de mogelijke resultaten dier bijeenkomst. Intusschen weet de „Evening News" te melden, dat, onge acht de daar te nemen besluiten, Vrijdag of Zaterdag a.s. de ontbinding van het parlement te wachten is. De pauselijke nuntius te Muuchen mgr. Pacelli, geeft ia >Germao!a* een rechtzetting van het relaas, voorkomen de ia de kelzermemoires over de pause lijke vredeslnterventle in 1917. Volgens sommige dagbladberichten zou het Vali- caan bij den ex-keizer tevergeefs op rectificatie der betreffende passage heb ben aangedrongen. Haarsteeg-Hedikhuizen, 12 Oct. 1922. Mijnheer de Redacteur. Tot mijn spijt heb ik door vacantie- reis en andere omstandigheden niet eerder kennis kunnen nemen van het geen in Uw blad van 27 September 1922 is opgenomen onder den titel „Een eigenaardige toepassing van de Hinderwet". Als men die zaak evenwel niet een zijdig, maar van den juisten kant be schouwd, dan zal wel blijken, dat er van geen eigenaardige toepassing van de Hinderwet sprake is. Ter zake dan. Appellant in zijn bezwaarschrift en de gemachtigde van appellant voor den Raad van State, beweren doch in strijd met de waarheid, dat en hier zit de knoop, dat toen om elf uur de veld wachter in het vertrek waar de zftting zou worden gehouden binnenging en v. d. W. nogmaals vroeg of hij mocht binnen komen en terug gekomen uit dat vertrek zeide de veldwachter hem, aldus appellant v. d. W. dat hij appellant nog even moest wachten. Als bewijs dat v. d. W. hier zich aan een grove leugen schuldig maakt, kan k en zulks heb ik ook voor den Raad van State herhaald, al hoewel het weliswaar niet officieele verslag daar van niets rept, mededeelen, dat veld wachter van M. aan den Heer C d. K. in Nr. Br. om inlichtingen vragende, op ambtseed verklaard heeft, dat hij op dat moment ook ten raadhuize zijnde, tegen v„ d. W. geen enkel woord ge sproken heeft en v. d. W. hem niets gevraagd heeft, noch vóór het binnen treden in het zittingslokaal, noch bij het verlaten van dat lokaal. Want was het waar geweest, dat veldwachter van M. tegen v. d W. gezegd zou hebben, „-ge moet nog even wachten" dan zouden 3. en W. hem beslist gewaarschuwd hebben, Even over elf zijn de deuren van het zittingslokaal zelfs half open gezet. De juistheid van de ambtseedige ver klaring, kan bovendien nog bevestigd worden door twee heeren ter Secretarie, alzoo drie getuigen tegen een. En nu de vraag beantwoordende, waarom hebben B. en W. van Hedik- huizen dan toch feitelijk appellant v.d.W. niet beleefd binnen geroepen zooals anders wordt gedaan in plaats van deze zitting zoo strikt wettelijk te houden. wel. Deze bepaling is niet zoo erg want Voorzitter. Wy kunnen den Commissaris bet bijzonder ondorwfls, krankzinnigenver- hier is over bet algemeen veel sleebt drink- schrijven dat u geen bewezen kunt leveren pleging, enz. waaruit wel duidelijk blykt water. De menscben aan het Vaartje heb ben niets anders dan het water uit de ha ven. Bovendien is het niet zoo duur en is 't vooral bij brand van groote beteekenis. Vervolgens kan hjj nog mededeelen dat de Minister kennis heeft gegeven dat de schoen- en leerbewerkers in de steunregeling worden opgenomen. Twee personen genieten nu van deze regeling. Daarna deelt de Voorzitter nog mede dat door Canters een schadevergoeding is ge vraagd van 25.voor het plaatsen van woonwagens gedurende de kermis op een terreintje dat door Canters wordt gehuurd. Burg. en Weth. waren van meening dat eene vergoeding van 7.50 al zeer ruim genomen was. Voor de ingezetenen is het een gemak dat die wagens daar worden geplaatst en te dieneinde is het billijk dat Canters eene vergoeding wordt gegeven. De Hond. Canters had die menschen moe ten zeggen dat ze voor een kleinigheid daar een staanplaats konden verkrygen. Kamp. 7.50 vergoeding is toch beslist zeer goed. Teunen. Dat is wel zoo, maar dan had hy toch kunnen verbieden dat die wagens daar werden geplaatst. Wordt met algemeene stemmen besloten Canters 7.50 vergoeding te geven. 4. Vaststelling percentage hoofd. Omslag 1923. Wordt vastgesteld op 1%. 5. Advies op een schryven van den heer G. P. Teunen aan den Commissaris der Koningin inzake benoeming zetters. Door den heer Teunen is aan den Com missaris geschreven dat de benoeming niet regelmatig heeft plaats gehad. Hy wyst er Z.Exeellentie verder nog op dat in de ge meen te, zoowel als in de Waterschappen meermalen onregelmatigheden plaats heb ben. De Voorzitter wyst er verder op dat door den heer Teunen wordt beweerd dat de be noeming van leden voor het college van zet ters niet heeft plaatst gehad zooals het behoort. De uitslag van de stemming is echter niet geweest zooals de heer Teunen gelieft te beweren want hy zegt dat op zy» persoon 5 stemmen waren uitgebracht doch dat is niet zoo want er zyn er maar 3 op hem uit gebracht. Wat my. aldus de Voorzitter, het meest heeft getroffen en ook de Wethouders, dat is dat de heer Teunen in zyn schryven aan den Commissaris gaat zeggen dat hier meer malen onregelmatigheden hebben plaats ge had. Ik wil hem hier de vraag stellen door wie die onregelmatigheden zyn geschied, door den Burgemeester, door de Wethou ders, of door het geheele gemeentebestuur. Ik stel mynheer Teunen ook de vraag welke zyn dan de gepleegde onregelmatig heden. Als u een flink en eeriyk man is, zal u hierop het antwoord niet schuldig willen biyven, want volgens my is de door u ge bezigde uitdrukking nu niet zoo heel een voudig. Teunen. Dat ben ik niet verplicht. Als u terugschryft kan u er op wyzen dat ik nog by het naar huis gaan tegen den secretaris heb gezegd dat ik op de Hond heb gestemd. Rubbens. Tot heden zyn er, zoolang ik wethouder ben, geen onregelmatigheden ge beurd. Wel heeft er een onregelmatigheid plaats gehad toen u wethouder waart. Toen hebt u geld ontvangen dat u niet had mogen ontvangen als wethouder. Teunen. Ik... by wie. Rubbens. By de distributie. Teunen. By de distributie, by welke dis tributie. Vloemans. By welke distributie? natuur- ïyk by die er tydens de mobilisatie was. Iiy welke anders. Teunen. U zal wel abuis hebben want my is het heelemaal onbekend. Van wie zou ik dat ontvangen hebben. Vloemans. Van den ontvanger. Rubbens. U hebt toen 100 van den ont vanger gehad. Teunen. Ik geloof het niet hoor. My is 't totaal onbekend. Rubbens. Het is toch geen abuis. Het is zoo, ge 'hebt het meermalen gehad. Teunen. Ik weet er toch niets van. Waar voor dan. Rubbens. Ge kreegt 100.per jaar. Vloemans. Ja. dat was voor de distribu tie. Rubbens. Ja, maar hy weet het wel. Teunen. Neen. dat is niet waar. Zoo waar als ik hier zit, ik weet er niets van. Wie heeft my dan dat geld gegeven. Ik zal ster ven als ik er iets van weet. Zoo waar als ik hier zit. ik weet er niets van. Ik zou dit toch niet zeggen als het anders was. Voorzitter. Heeren wy wyken af. Teunen. By myn weten, ik weet er niets van. voor uwe bewering en dat al uwe opmerkin gen kant noch wal raken. U heeft my, Burg. en Wethouders, het geheele gemeentebestuur beschuldigd en u geeft niet op waarmee eenige onregelmatig heden zyn gepleegd. (Wordt vervolgd). VLIJMEN. Openbare vergadering van den raad dezer gemeente op Donderdag 12 October 1922 des n.m. 7.30 uur. Voorzitter Edelachtb. heer van der Ven. Afwezig de heeren van Heesbeen en Wa genberg. De notulen der vorige vergadering wor den na voorlezing onveranderd goedgekeurd AAN DE ORDE: 1. Ingekomen stukken. Ingekomen is o.m. een uittreksel van het Koninkiyk besluit waarby aan de gemeente Viymen vrystelliug voor huisslachtingen wordt verleend. Verder is ingekomen een schryven van ■Adriana van de Leur dat zy niet genegen is dat stuk van het Herksenpad te koopen op de voorwaarden die de gemeente stelt n.l. dat van Halder steeds dat recht van uit weg biyft behouden, zy vraagt te willen «oen onderzoeken of van Ilalder werkeiyk erfdienstbaarheid over dezen weg heeft. De Voorzitter zegt dat B. en W. het beter •geoordeeld hebben deze kwestie* maar te laten rusten, zy hebben haar nu eenmaal de gelegenheid gegeven dat stukje voor zeer lagen prys te koopen doch zy is daar niet op in ge gaan. Van het instellen van een onderzoek naar die kwestie van erfdienst baarheid verwacht spr. niet veel succes. Reeds 30 jaar, misschien nog langer heeft van Halder uitweg over dat pad gehad, zoo dat het wel eens een proces kon uitlokkeu als we hem dat recht gingen ontnemen. •Voor die 25.achten B. en W. het beter die zaak maar zoo te laten. De heer M. Boom vindt het wenscheiyker deze kwestie af te werken. Hy kan zich goed voorstellen dat zy dat stuk niet koo pen wil, want zoolang een ander altyd erf dienstbaarheid daarop heeft, heeft het voor •haar toch geen waarde. Hy zou er voor zyn om te laten onderzoeken of dat recht wer keiyk bestaat. De Voorzitter meent dat het meer op den weg van haar zelf ligt om een onderzoek hiernaar in te stellen, daar zy er belang by heeft. Voor zoover spr. echter bekend is wordt door geen der partyen nog veel voor deze zaak gevoeld en is het het beste alles te laten rusten. Kan zy Later soms bewy- zen toonen, dan kan ze het nog van de ge meente koopen. Aldus wordt besloten. Verder is een schryven ingekomen van hef gemeentebestuur van Hedikhuizeu dat de gemeenteraad aldaar besloten heeft niet in te gaan op de regeling door Viymen voor gesteld betreffende de toelating van kinde ren uit die gemeente op de school in Viy- inen. Zy vinden 500.per jaar voor 10 kinderen te veel. De heer Prinsen vraagt of, wanneer on verhoopt de gemeente Hedikhuijzen er toe zou overgaan de openbare school op te hef fen, dit dan ook voor Viymen meerdere kos ten zou meebrengen. Het Lager Onderwys drukt toch reeds met ruim 13000 op de ge meente. Het is daarom te hopen dat het gemeentebestuur van Hedikhuyzen zal in zien dat hun meening niet juist Is. De af stand is dan grooter dan 4 K.M. De Voorzitter moet deze vraag bevesti gend beantwoorden. Het gaat echter niet aan om een gemeentebestuur iets te advi- seeren, daarom moeten we maar afwachten. 2. Goedkeuring rekening Armbestuur 1921. De ontvangsten hebben bedragen 4236,54 de uitgaven 4715,82 dus een nadeelig slot van 479.28. Hierby moet echter opgemerkt worden dat 1919 reeds een tekort van 484.gaf, zoodat 1921 eigeniyk geen tekort heeft opgebracht. B. en W. advisee- ren de rekening aldus goed te keuren. Aangenomen. 3. Goedkeuring begrooting Armbestuur 1923. De begrooting wordt goedgekeurd in ont vangsten en uitgaven pp f 4148.44$. Vaststelling gemeenterekening 1921. Op advies van de commissie van onder zoek wordt de rekening vastgesteld als volgt: ontvangsten 129.279,04$, uitgaven 127. 564.59$. Batig slot 1714.45. Met hetgeen nog is te ontvangen zal 1921 een batig slot van 4812.00$ opleveren. 5. Vaststelling begrooting gemeente 1923. De voorzitter stelt voor dit punt straks te behandelen na afwerking der andere agendapunten. Hy deelt verder mede, dat een brief is in gekomen van het lid van Heesbeen, waarin hy kennis geeft de vergadering niet te kun nen by wonen en waarin hy o.m. opmerkt dat hy tegen een leening van 10000 voor Rubbens. U weet het wel. Ge hebt meer- werkve-rschaffing is. malen 100 ontvangen. Teunen. Ge noemt me daar nogal wat op. Ziet me daar toch niet voor aan man. Rubbens. Het is van my absoluut geen abuis, want u hebt ze van den gemeente ontvanger ontvangen. De Hond. Je weet nu van wie ge het hebt ontvangen. Nu zal je het onderhand wel weten. Verder schryft hy dat de vermindering der belasting het gevolg is van het batig saldo van 1921 dat op de begrooting ge bracht kan worden. Hy vraagt de behande ling te verschuiven. De voorzitter zegt dat B. en W. niet kun nen toelaten dat een gemeenteraadslid daar zoomaar klakkeloos durft neerzetten dat vermindering der belastingen slechts het dat deze bewering ongegrond is. Spr. zal straks by de behandeling der begrootiug hierop nader terugkomen. 6. Verzoek van het Groene Kruis om subsidie met voorstel van B. en W. Zy vra gen een subsidie van 30. Voorzitter. B. en W. sympathiseeren ten «eerste met het streven dezer vereeniging. •maar we leven in een ty<l van bezuiniging en we hebben zoo juist gehoord dat B. en •W. nog niet bezuinigd hebben. B. en W. stellen voor afwijzend te beschikken. Aangenomen. 7. Voorstel van B en W. tot onderhand- sche verhuring van het postkantoor. De voorzitter zegt dat het ryk aanvanke- lyk niet genegen was de bedongen huur te geven. Men wilde 450.huur betalen plus rente en aflossing voor de gemaakte kosten van verbouwing. Nadat door het meen tebes tuur nadrukkelyk erop gewezen Is dat de bedongen huur alleszins biliyk was, is het ryk eindelijk gezwicht en betaalt een huur van 1000 per jaar. B. en W. stellen voor het kantoor voor 5 jaar te verhuren. Aangenomen. 8. Drinkwatervoorziening op den Akker. Voorzitter, ofschoon deze voorziening eigeniyk tot de Itevoegdlieid van B. en W". behoort, hebben deze toch gemeend den raad hierover eens te hooren. Die pomp daar is aanhoudend kapot en kost jaar- ïyks heel wat aan onderhoud. Nu hebben we ons eens afgevraagd. Wie wonen daar eigeniyk. en komen dan tot de conclusie dat er 8 gezinnen in een huis van van Stok- kum wonen, verder nog enkele die zelf eige naar zyn en ten slotte nog een paar die zelf ook een pomp hebben, maqr liever van de gemeentepomp gebruik maken, zoodat by ons de vraag rees of het nog wel noodzake- ïyk was om die pomp die jaariyks zooveel aan reparaties kost te blyven onderhouden. Bovendien is het er des zomers een on houdbare toestand doordat de boeren er altyd bun paarden en vee laten drinken terwyi het er des winters doordat 't water overal heen loopt gevaariyk glad is. Ons dunkt dat de eigenaar van die 8 woningen best voor een pomp kan zorgen. Ze kunnen desnoods des bestaanden put krygen. Betreffende deze kwestie is ook een brief ingekomen van zekeren Govers die wyst op den onaangenamen toestand welke door die pomp wordt veroorzaakt en den Rand in overweging geeft bedoelde pomp af te schaffen. B. en W. zyn het daar ook mee eens en adviseeren om de zaak voorloopig maar eens zoo te laten. Van Sprang. Ik hoor dat ook myn naam door Govers wordt genoemd. Nu ik voor my zal wel zorgen dat ik een pomp laat aan leggen, maar ik denk dat er wel andere menschen zullen wonen die daartoe niet in staat zyn en die zullen ook by anderen niet telkens om water behoeven aan te komen. Ik weet niet of het verder wel gewenscht is om daar in het een rum die pomp te laten vervallen, dat is toch in elke plaats. Voorzitter. Er is hier altyd nog een pomp daar by de school. van Sprang. Ik geloof dat het beter zou zyn daar een andere pomp te plaatsen die niet zooveel water geeft; deze geeft veel te veel. waardoor er veel de straat over gaat. t Voorzitter. Dat is ook aan B. en W. be kend, maar we hebben kortgeleden nog een eenvoudig pompje doen slaan en dat kostte al 200.Met zooiets kunnen we daar niet volstaan dus kost die al gauw 4 A 500 gulden. Van Sprang, Ik vind het van Govers nog al brutaal om hierover een schryven in te zenden. Hyzelf is reeds aangesloten. Als hy zoo'n last ondervindt, had hy het huis maar niet moeten koopen. Ik heb daar al 16 jaar Vloemans. Hy heeft het meer dan eens Revolg van het h®0* saldo- Hö wyst op aangenomen. de groote vermindering van de opbrengst der opcenten, op de meerdere kosten van l t Voorzitter. Wy zyn van het standpunt uitgegaan dat dit de hoofdstraat onzer ge meente is, daarom wilden we deze zoo net jes mogeiyk houden en er dus nieuwe klin kers gebruiken. Met de oude kunnen dan niet zoo in het oog vallende plaatsen toch tameiyk goed hersteld worden. De heer M. Boom kan zich met dit stand punt wel vereenigen. De heer van der Griendt merkt nog op dat de menschen op den dtfk by slecht weer haast niet thuis kunnen komen, hy vraagt daar ook naar te laten zien. De Voorzitter zegt toe hiervoor te zullen zorgen. De regeling zooals door B. en W. voorge steld wordt hierna met algemeene stemmen aangenomen. (Wordt vervolgd). Redt van Lloyd George. Onbevreest voor de toekomst. Reikhalzend zag men te Manchester uit naar de redevoering die Lloyd George er Zaterdag houden zou. Hi; heeft zijn oude vechtkracht nog eris opnieuw getoond en toen hij eindig de met»Ik ben niet van plan mijn ontslag te nemen, want ik ben niet be vreesd voor de toekomst», had bij een groot succes behaald. Waarmede? Wel door eerst over allerlei andere menschen dan zichzelf te sprekea en daarna ter loops met zichzelf te eindigen. >Onze Hooge Commissaris te Cou9tan- tinopel, Rumbold*, zoo begon hij, »heeft zïch een wijs en bezadigd man betoond in de moeilijke weken, welke achter ons liggen in het nabije Oosten. Geneiaai Harington is een prachtman, zooals er geen tweede rondloopt langs de Zee van Marmora. En de Britsche soldaatjes geen lauwer jongens dan de Britsche soldaatjes, toonbeelden zijn het van vredemakers, trouwens niemand, tenzij een kwaadwillige, kan ooit geloo ven, dat Groot Brittaunlë oorlogmakerig gestemd kaa wezen. Het Is een vrede- land bij uitstek. Des te beklagenswaar diger, dat er toch een oppositie haar kop heeft opgestoken tijdens de dagen dat onze mannen gind9 aan de Daida- nellen en aan den Bosperus zoo'o deli cate taak te vervullen hadden. Die oppositie had heel. wat moois kunnen vernielen, om te beginnen de vrijheid der zeestraten voor den handel van alle landen, welke wij gewaaiborgd wilden zien, eerst te Moedania en bin nenkort op de officieele vredesconferen tie; dan: het verhinderen dat de Klein Aziatische oorlog overvlamde op Euro- peesche grondgebied. En ten derde: met alle kraeht -moet vermeden worden dat de gruwelen herhaald werden waar over reeds in vroeger jaren Konstanti- nopel en Griekenland geweeklaagd had den. De Britten hebben moeilijk werk ge leverd de Turken rukten snel en vast beraden op Tsjanak aan, de Franschen smeerden 'm, gevolgd door de Italianen. Verlaten eu alleen stood de kleine Britsche macht tegenover de Turksche overmacht. Maar met een hardnekkige kalmte konden de onzen aich daar hand haven, omdat zij het recht aan bun zijde ïadden en een edele taak verdedigden. Als de Engelschen niet te Tsjanak waren geweest, dan zouden de Kemallsten van daaruit naar Europa zijn overgestoken en de brandende oorlogsfakkel zou ge slingerd zijn in de Europeesche schuur. De Turken zijn eerste rangs vechters bazen. Met vechten kan men niets van hen gedaan krijgen en zij zijn daarmede niet tot rede te brengen. Daarom hebben wij kalm met hen gewoond maar ik verzeker U het water is gePra*t en hen laten voelen, dat wij f meenden wat wij zeiden. Zonder dik doen en zeer redelijk hebben wij gunstige resultaten bereikt, daarom breng ik hier gaarne hulde aan het beleid van de mannen, die 'm dat geleverd hebben. En ook hulde aan de landen Australië en Nieuw Zeeland, die ons oogenblikke- lijk bijsprongen in de crisisdagen. Kan men ons verwijten, dat wij van de oude diplomatie zijn afgeweken Gelukkig welWant als ik mij niet vergi9, dan heeft »de oude diplomatie* ons voor een 8-tal jaren in den meest rampzaligen oorlog gestort, terwijl de nu gevolgde diplomatie ons een vrede brengt. Moet men mij zoo iets verwijten Op dezen handigen zet volgde natuur lijk ef.n luid applaus, waarna Lloyd George meteen zijn dr2al nam: >Wat willen de vitters en zoekers van spijkers op laag water toch van mij Ben ik soms te lang aau het bewind P Als jullie dan maar weten wilt, dat ik er voor drie jaren ai meer dan genoeg van had. Ik bood Bonar Law aan, de heeie zaak van mij over te nemen, maar hij had er geen zin in, hij zei: >Dank je Aan het begin van dit jaar heb ik opnieuw mijn premierschap aan den meestbiedende willen overdoenmijn collega's verzochten mij om alsjeblieft te blijven En stel, ik trad eens af 1 Dan zou ik 's morgens met belangstelling in de k»ant lezen, hoe bet stond met de Duitsche schadeloosstelling en met de vriendschap met Frankrijk en nog belangstellender, hoe onze verhouding werd met onzen er niet bruikbaar. De Voorzittei- zegt dat zulks komt door dat de menschen hun pomp nooit gebruiken doorda ze van de gemeentepomp gebruik maken, daardoor worden die putten veront reinigd. Ten slotte wordt aan alle discussies een einde gemaakt doordat de voorzitter juist van den heer van Stokkum de mede- deeling ontvangt dat die daar ter plaatse een put zal doen aanleggen die hy voor iedereen beschikbaar stelt. 9. Voorstel van B. en W. betreffende 't jaarlykscli onderhoud van wegen. Ook dit hoort eigeniyk by B. en W. thuis maar zy willen thans de meening van den raad eens hooren over hun nieuwe politiek die ze zullen gaan volgen. Verschillende wegen verkeeren in slechten toestand. Nu stellen B. en W. voor om jaariyks J0000 klinkers aan te koopen, dat is voldoende voor een bestrating van 40 Meter. De uit komende steenen kunnen dan weer voor andere vakken in de bestrating aangewend worden. Zoodoende kost het de gemeente niet veel geld, het wordt een bedrag van 700.— misschien is het niet voldoende maar het was toch te probeeren. We zullen hopen dat spoedig betere tyden zullen aan breken tot dien is het echter zaak zuinig te zyn. M. Boom. Ik heb hier in de Kerkstraat een hoop klinkers zien liggen, maar als ik het betreffende vak bekyk acht ik het nog niet zoo hard noodig. Er zyn wel slechtere stukken in onze gemeente o.a. by de boter- fabriek. De Kerkstraat wordt ook lang zoo druk niet bereden. 1

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 2