JURGENS
E FUHSTE BOTE
Gemengd Nieuws.
Rechtszaken.
Ingezonden Stukken.
VERVANGT
onderzoek tevens voor onderzoek be
grooting 1923.
Voorzitter. Burg. en Weth. hebben
de eer de rekening aan te bieden. De
raad moet nu een commissie benoemen
die ook tevens de begrooting zal onder
zoeken.
De rekening sluit met een nadeelig
slot van f 5137.64, doch ik moet op
merken dat dit meer fictief is, want er
valt nog heel wat belasting te innen
en ook van het Rijk is nog heel wat
te ontvangen
Snaphaan. Is over het jaar 1921 nog
zooveel belasting te innen.
Voorzitter. Ja.
Snaphaan. Wie waren verleden jaar
leden van deze commissie.
Voorzitter. Rijken, van Lier en Brok
Na stemming wordt gekozen de heer
van Lier. De uitslag van de tweede
stemming is dat herstemming moet
plaats hebben tusschen de heeren
Rijken, vanden WildenbergenSnaphaan
De uitslag van de herstemming was
Snaphaan 7, Rijken 9 en van den Wil
denberg 8 stemmen, zoodat gekozen
zijn de heeren Rijken en van den Wil
denberg.
3. Aanvrage geitenfokvereeniging om
verhooging subsidie 1922
Adressanten wijzen er op dat ze
worden verplicht om aan net hoofd-
station^te Halsteren f55 te betalen,
benevens 10 cent per lid. Daarbij komt
nog dat tengevolge van het misgewas
der rogge het stalgeld duurder is ge
worden, zoodat de uitgaven voor de
vereeniging verbazend zijn gestegen en
aangezien de leden der vereeniging
uitsluitend zijn werklieden waarvan de
meesten door de heerschende malaise
werkeloos zijn, vragen ze eene verhoo
ging van subsidie.
Snaphaan. Kan dit niet beter bij de
begrooting worden besproken.
Voorzitter. Ze vragen het nog voor
dit loopende jaar.
Van Lier. Voor het loopende jaar is
f 50 op de begrooting gebracht, vroeger
was dit f25, doch een vorig jaar is
dat verdubbeld.
Ypelaar. Het is voor dit jaar dat ze
het vragen, denk ik.
Van Lier. Als men niet juist de be
doeling van de vereeniging kent, zou
ik het eerst eens vragen. Dan kan het
altijd nog in een volgende vergadering
worden behandeld.
Misschien dat Brok er meer van
weet. U wist een vorig jaar er ook
meer van, want werden de subsidies
toen allemaal op de helft teruggebracht,
dus gehalveerd, op uwe mededeelingen
is deze subsidie toen verdubbeld.
Brok. Nu weet ik niet wat ze juist
willen.
De Wijs. Het bestuur van die ver
eeniging heeft er met mij over gespro
ken en toen verschillende afrekenings-
staten laten zien van Halsteren De
bemoeiingen van Halsteren gaan ge
paard met groote kosten en zonder
verhooging van subsidie, zoo werd mij
gezegd, gaat de afdeeling te niet. Ik
heb hun toen opgemerkt dat het niet
aangaat dat een vereeniging door de
subsidie bestaat, maar dat de leden
door contributie te betalen daar op de
eerste plaats voor moeten zorgen. Ze
hebben er mij toen op gewezen dat er
wel terdege contributie wordt betaald,
maar dat verhooging daarvan tenge
volge van de tijdsomstandigheden niet
mogelijk is wijl de meeste leden van
de steunregeling moeten profiteeren.
Maar ik meen^dat de bedoeling is
voor een volgend jaar.
Wordt besloten te informeeren wat
de bedoeling is.
4. Adres van de commissie tot wering
van schoolverzuim betreffende vergoe
ding voor 1922.
De commissie vraagt eene vergoeding
van f3 per vergadering en voor den
secretaris een vast salaris van f 250 en
dit om het halfjaar uit te betalen.
De Voorzitter merkt op dat deze
commissie alleen werkzaam is voor
Kaatsheuvel en er voor Loon-op-Zand
een afzonderlijke commissie is.
Het komt hem wenschelijk voor dat
in andere gemeenten eens wordt ge
ïnformeerd.
Van Amelsfoort. Dat is een dure
geschiedenis
Verschure. Ja, dat is een dure lief
hebberij, want dat zal dan heel wat
beloopen.
Van Amelsfoort. De secretaris heeft
veel werk, dat kan wel, maar 't is veel.
Rijken Het is wel billijk dat de leden
van deze commissie een vergoeding
krijgen want er is nogal werk aan
verbonden, want komt iemand die
opgeroepen is om te verschijnen, niet,
dan moet een lid deze gaan opzoeken
aan huis en dan gaan onderzoeken of
zoo iemand verschoonbaar is of niet.
Wel is het waar dat het schoolverzuim
niet zoo groot meer is, doch daarom
is er gezegd dat niet zoo dikwijls meer
zou worden vergaderd.
Het aan huis bezoeken van die
menschen, dat is nog het ergste, want
je wordt nergens vriendelijk ontvangen
hoor.
De Wijs. Het schoolverzuim is zeer
gering geworden en dan is er vanzelf
voor deze commissie niet zooveel werk.
Ik zou het eerst ook eens goed onder
zoeken, want mij komt het bedrag, dat
wordt gevraagd, ook eenbeetjestijf voor
Rijken. Ik geef gaarne toe dat het
schoolverzuim veel minder is geworden
Voorzitter. Als het schoolverzuim
zooveel minder is geworden, is het
werk van den secretaris ook heel wat
minder geworden.
Rijken. In de commissie is er a
meermalen op gewezen dat het tabaks
verbruik onder de kinderen ontzettend
toeneemt, alhoewel er een verordening
is die zegt dat aan kinderen beneden
de 16 jaar geen tabak, sigaren of siga
retten mag worden verkocht.
Verschure. Bij ons is dat ook bar
vooral met die sigaretten.
Snaphaan. Er is nog geen politie
verordening of althans ze is nog niet
in orde
Voorzitter. Deze zaak is wel geregeld
Een vorig jaar is die verordening door
den raad aangenomen.
De Bresser Het is treurig en dan
in dezen tijd.
Voorzitter. Als de ouders daarin niet
op de eerste plaats medewerken, dan
doe je er betrekkelijk niets aan
Snaphaan. Dat is zoo, de ouders
moeten op de eerste plaats daarin wat
medewerking verleenen
Voorzitter Hoe gaat het nuAls
zoo'n jongen een veldwachter ziet aan
komen, dan is het voor hem een klein
kunstje om het sigaretje achter z'n rug
te houden of hoe ook om het te ver
bergen Ik zeg nog eens, de ouders
moeten hier willen medewerken.
Rijken. Het is met de kinderen als
met de menschen, die vatten ook naar
de verboden vrucht, maar het is erg
nadeelig voor hun gezondheid
Wordt besloten aan te houden tot
eene volgende vergadering teneinde
eerst een onderzoek te kunneninstellen.
(Wordt vervolgd).
Buiten verantwoordelijkheid der Red.)
Haarsteeg, 23 Oct. 1922.
Mijnheer de Redacteur I
Met niet minder belangstelling, heb
ik het antwoord gelezen van den heer
A. Prinsen in Uw blad van Zaterdag
21 dezer en ik wil volstaan met ter
verduidelijking der kwestie nog enkele
opmerkingen te maken.
Bij herhaling durf en kan ik appellant
Van de W. en den heer Pr. in zijn
<waliteit van gemachtigde, van een
leugen beschuldigen, omdat veldwach-
er Van M., let goed op, ook niet ge
zegd heeft, terwijl hij de deur weer
dicht deed, „wacht nog een oogenblik".
Dit is zelfs een brutale leugen, want
veldwachter Van M. heeft slechts en
ook alleen deze woorden, niet meer
en ook niet minder, gesproken tegen
den Burgemeester: „Kan Van de W.
)innenkomen". Daarop is Van M. even
ainnen geweest en terstond weer ver
trokken zonder een woord tegen iemand
te spreken.
Dit heeft veldwachter Van M. op
ambtseed verklaard en de waarheid
daarvan kan bovendien getuigd worden
door twee Ambt. ter Secretarie, door
mij zelf alsook door den Burgemeester
en Weth. Vugts, want de deuren van
Secretarie en zittingslokaal stonden op
dat moment open.
Bovendien geef ik den heer Pr. de
verzekering, dat wanneer de woorden
wacht nog maar een oogenblik" werke-
ijk tegen Van de W. gesproken waren,
hij wel degelijk binnen geroepen zou
zijn geworden, en zoo niet, dan zou
ook ik een dergelijke handelwijze ten
zeerste afgekeurd hebben en waren wij
jeslist in het ongelijk.
De heer Pr. echter beweert, dat het
niets ter zake doet, dat de broer van
appellant Van de W., die met hem
samenwoont en een gezin vormt, zelf
met paard en kar aan de oprichting
der schietbaan heeft medegewerkt.
Nu als dat waar is, dan heeft appellant
Van de W. en hij gelijk.
Maar wij en vele ingezetenen denken
er anders over en laken juist daarom
de handelwijze van Van de W. en zijn
raadgevers. Volgens het Gemeente
bestuur doet dat juist veel en zeer veel
er zake en ook alleen en uitsluitend
om deze reden, meenden B. en W.,
mede op mijn advies bij hooge uit
zondering te mogen handelen zooals
zij gedaan hebben, n.l. toen Van de W.
uit zich zelf niet binnenkwam, hem
in den gang te laten staan. Mijns in
ziens werd hier strikt wettelijk gehan
deld en wanneer men de omstandig-
ïeden in aanmerking neemt ook niet
onbeleefd. Immers beleefdheid kent
ook zijn grenzen.
Ik begrijp ook niet dat de heer Pr.
in zijn betoog geheel het advies van
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
verzwijgt en alleen het advies van twee
ïooge ambtenaren aanstipt.
Die hooge ambtenaren adviseeren
tot vernietiging van het besluit van
burgemeester en Wethouders, doch
alleen op grond dat de schietbaan ge
vaarlijk is, een bewering die theoretisch
misschien eenige waarde heeft, maar
die practisch beslist overdreven is,
immers vooreerst woidt er zeer, zeer
weinig geschoten en dan nog alleen
op dagen en uren wanneer er bijna
iemand passeert en als er eens iemand
wenscht te passeeren, dan wordt op
gehouden met schieten. Bovendien rust
de verantwoording op den baancom-
mandant en die verantwoording neem
ik gaarne en gerust voor mijn rekening.
Zoo de heer Pr. zich het schieten
voorstelt noem ik alle rijksschietbanen
gevaarlijk. Als men weet hoe men met
een geweer moet omgaan, ik ver
moed dat de heer Pr. dat niet weet, -
dan is er ter plaatse van geen gevaar
sprake, dat verzeker ik den heer Pr.
En daarom heeft de Normaal Schiet
school, ik wil zeggen de Directeur
dier school, de hoogste deskundige in
het land, ook onze schietbaan goed
gekeurd zelfs voor militaire doeleinden.
In verband hiermede wacht ik met
eenige gerustheid de Kon. beslissing
af, want m.i. zal het advies van de
Normaal Schietschool het zwaarst
wegen. Afwachten is intusschen de
boodschap.
Thans wil ik nog even terugkomen
op het advies van Ged. Staten dezer
provincie, een advies dat de heer Pr.
verzwijgt omdat het niet in zijn voor
deel is. Dit niet minder hooge College
heeft een onderzoek ingesteld meer
bepaald wat betreft de toepassing der
wet en in de gegeven omstandigheden
tevens omtrent de handelwijze van hef
Gemeentebestuur. En dit College advi
seert H. M. de Koningin om appellant
in zijn beroep niet-ontvankelijk te ver
klaren, op grond dat hij niet verschenen
is op de zitting bedoeld in art. 7 der
Hinderwet.
De heer Pr. vindt dit natuurlijk een
eigenaardige beslissing, maar Ged.
Staten staan toch ook onafhankelijk
en onpartijdig tegenover deze kwestie
en zij weten toch ook dat appellant
Van de W. niet behoorlijk geroepen is,
doch dat College heeft daarbij ook het
waarombeoordeeld. Ik twijfel er ook
niet aan of de Raad van State zal vóór
het uitbrengen van het advies zich nog
wel eens tweemaal bedenken en het
waaromook nog wel eens terdege
beoordeelen.
De heer Pr. tracht in zijn betoog
verder voor te stellen alsof het verslag
in de groote bladen van de zitting voor
den Raad van State, officieel is. En
dan vraag ik hem, is dat verslag van
de hand van den Secretaris van den
Raad van State? Want dat alleen is
voor mij officieel.
Immers neen, want hij erkent zelf
dat het is van de hand van verschil
lende verslaggevers van groote dag
bladen.
Ware het bewuste verslag offiicieel
d.w.z. van den Secretaris van den Raad
van State daarin zou zeker mijn
tegen-verweer zijn opgenomen „waar
om hebben B. en W. Van de W. niet
groepen", immers dat was mijn hoofd
argument voor den Raad van State en
daarvan hangt m.i. ook de toekomstige
beslissing af. Dat die verslaggevers
uist mijn tegen-verweer en de be
antwoording van de vraag, „waarom
lebben B. en W. Van de W. niet ge
waarschuwd", niet in hun verslagen
hebben opgenomen, begrijp ik feitelijk
niet, doch doet me alleen denken, en
zeer waarschijnlijk hebben zij de stuk-
ten, althans alle stukken voor den
^aad van State niet ingezien. Anders
tadden ook zij het hoofdargument van
mij en van B en W. daarin wel op
genomen en omdat zulks niet is ge
schied om welke reden dan ook, werd
deze zaak betitelt met „Een eigenaardige
toepassing der Hinderwet" en in den
;rond der zaak is er niets eigenaardigs
aan.
Verder protesteer ik met klem, waar
de heer Pr. durft schrijven „en geen
eerlijk man werd beleedigd als hij voor
zijn recht uitkwamDeze woorden
slaan op mij en dan vraag ik hem in
jemoede af, heb ik Van de W. be
leedigd Informeer eens goed en ik
twijfel er niet aan of hij zal als eerlijk
man die woorden wel willen herroepen,
ntegendeel heb ik Van de W., toen
liij tien minuten voor elf voor het loket
verscheen, beleefd en op bescheiden
toon het volgende geantwoord „Zeker
cunt U B. en W. spreken, maar het
is nog te vroegom elf uur begint de
zitting en in die kamer wordt ze ge-
louden".
Meer heb ik tegen Van de W. niet
gesproken, noch vóór, noch na de
zitting, dus kan ik hem niet beleedigd
hebben.
De heer Pr. vindt in zijn betoog
voorts aanleiding om te wijzen op de
vroeger bestaande goede trouw en dan
vraag ik hem, bestond die goede trouw
dan ook niet bij de oprichting der
schietbaan Immers jaen wat zou
iet althans op het platteland nu waar
achtig beteekenen, om zonder een
officieele Hinderwetsvergunning, een
schietbaan of welke inrichting ook,
op te richten, wanneer men vooraf
mondeling en daadwerkelijk zich van
de medewerking en goedkeuring ver
zekerd heeft van alle aangrenzende
eigenaren en gebruikers van landerijen
en in casu ook van Polder-, Dijk- en
Gemeentebestuur.
Komaan, en hadden we in het geheel
geen vergunning aangevraagd, zooals
op veel dorpen is gebeurd, dan had
deze kwestie zeer waarschijnlijk niet
eens bestaan. Bij mij en vele inge
zetenen staat het vast, dat achter deze
zaak muziek zit en anders niets.
Een feit is en het water van de zee
wascht dat niet af. dat de familie Van
de W. daadwerkelijk en stilzwijgend
hare goedkeuring heeft gehecht aan de
schietbaan, door met paard en kar die
schietbaan zelf mee op te richten, en
daar gaat het bij mij en bij de leden
alleen om.
De heer Pr. vergist zich deerlijk als
hij meent dat ik het fijne verwijt ge
voeld heb voor den Raad van State
en ik herhaal dat die woorden op
lachende wijze gezegd werden. Heeft
de heer Pr. misschien ook niet opge
merkt, dat tijdens onze debatten, ver
schillende leden van den Raad van State
aanhoudend met die onnoozele kwestie
hartelijk lachten Zoo neen dan heeft
hij z'n oogen en ooren niet goedige-
bruikt en alles bij elkaar genomen is
het ook een belachelijke kwestie, im
mers eerst iets mee oprichten, om dan
als de kosten gemaakt zijn. te gaan
reclameeren, echt kinderspel hoor
De schietbaan zelf heeft voor mij en
de leden betrekkelijk geen waarde meer,
de ambitie is al lang over en daarom
wordt er ook zeer weinig gebruik van
gemaakt. Ik kom in deze kwestie dan
ook niet zoo zeer op voor het behoud
der schietbaan, maar, tegen het onrecht
dat de Burgerwacht wordt aangedaan,
en als er niet zooveel geld voor uit
gegeven was, dan had ik al lang voor
die zich daarmee per auto in gezel
schap van een vriend naar de Hol-
landsche grens had begeven. Voor den
rit naar Bocholt had men 120 dollars
betaald. Verder werd de chauffeur in
hechtenis genomen. De Ct
Broekhuijs en de Staatsloterij
De heer Broekhuis telegrafeert aan
het Vad. uit Nice.
Lezend uw aanteekening, deel ik u
mee, dat mij het eindcijfer der Staats-
begrooting natuurlijk volkomen bekend
was, terwijl mijn begrooting geenszins
is overdreven, zoodat ik mijn aanbod
handhaaf en gaarne de waarborgsom
verdubbel en breng op f2.000.000.
Terugschrikken voor het door u be
doeld odium moet de Regeering niet,
daar zij niets aanwakkert, doch alleen
de door niets te beteugelen zucht zoo
wel in Indie als in Holland leidt in
vaste banen naar de schatkist.
Persoonlijke belooning wensch ik
niet, daar ik financieel volkomen onaf
hankelijk ben lk beoog slechts het
belang van den Staat.
De minister van Financiën brengt
ter kennis van belanghebbenden en
van de ambtenaren der accijnzen, dat
sigaren en sigaretten nog tot 1 Febr.
1923 in het vrije verkeer niet voorzien
van zegels zullen mogen worden ver
kocht, te koop aangeboden, afgeleverd
of ten verkoop in voorraad gehouden,
voor zoover aannemelijk kan worden
gemaakt, hetzij daarvan volgens art. 83
dier wet aangifte bij den ontvanger is
gedaan, hetzij dat daarvan na het in
bewerking treden der wet de accijns
is betaald.
Naar wij in^Postzegelnieuws lezen
zullen'^ binnenkort L de feerstegnieuwe
postzegels verschijnen. Het zullen zijn
k
gesteld de schietbaan maar op te rui
men, want voor die enkele leden die
soms komen schieten, is er in de om
geving gelegenheid te over om met
scherp te schieten.
En hiermede eindig ik en roep ik
alle leden van de Burgerwacht die
destijds mede tot de oprichting be
sloten, tot getuigen van de waarheid.
U Mijnheer de Redacteur zeg ik in
bijzonder hartelijk dank voor de ver
leende plaatsruimte.
COUWENBERG,
Seer, en Comm. der Burgerwacht
Vrijdagavond 6 uur gevoelde de
overste der zusters Urselinen, mére
Vlarie Louise te Venlo, die reeds eenige
tijd lijdende was aan een hartkwaal,
zich zeer benauwd. Zij verliet daarom
het klooster om een wandeling te doen
en begaf zich in de richting van de
Duitsche grens. Toen ongeveer 9 uur
des avonds merè Marie Louise nog
niet in het klooster terug was, waar
schuwde men de politie, die op on
derzoek uit ging en haar des nachts
ongeveer 1 uur levenloos en vreeselijk
verminkt op de spoorbaan vond liggen.
Het ongeval heeft zich waarschijnlijk
als volgt toegedragen.
Gekomen in de nabijheid van den
Ondersten Molen raakte zij, door de
duisternis misleid, den weg kwijt Zij
wilde de spoorbaan Kaldekerken
Venlo oversteken, juist toen een trein
van Venlo arriveerde. Zij liet dien
trein eerst voorbij gaan en stak toen
de rails over, met het gevolg, dat zij
door een tweede trein, komende van
Kaldekerken, werd gegrepen. Zij werd
etlerlijk in stukken gereden.
Mére Louise (in de wereld Eugenia
Pilgram) bereikte den onderdom van
55 jaar en was Duitsche van geboorte,
Hbl
In den nacht van Vrijdag op Za
terdag hebben de kommiezen in de
grensplaats Barlo drie personen gear
resteerd. die 9 millioen mark over de
Hollandsche grens wilde smokkelen.
Bedoelde som was van de Disconto
Sank te Essen gestolen.
Om half vijf zagen twee Duitsche
<ommiezen drie verdachte personen
n de richting der Hollandsche grens
gaan. De kommiezen hielden hen direct
aan, omdat ze geen goede papieren bij
zich hadden.
De bandieten boden den kommiezen
millioen mark aan, indien zij hen
vrij lieten gaan, wat den kommiezen
aanleiding gaf de aangehoudenen nader
te onderzoeken.
Daarop kwam 9 millioen mark aan
goud geld en bankpapier te voorschijn
en 2800 dollars.
Het geld was van de Disconto Bank
te Essen gestolen door een beambte,
het 1 en 2 cent-zegel'met leeuw en
boom, het 2'/2 cent-zegel met posthoorn
en het 4 cent-zegel met een kroon.
Voor de betrekking van secretaris
bij de Kamer van Koophandel te Alk
maar (salaris f 5000) hebben zich 180
sollicitanten aangemeld, waaronder een
30 meesters in de rechten.
De collectie Friesch vee op de
Landbouwtentoonstelling te Rio de
Janeiro kreeg een kampioensprijs, twee
eerste, twee tweede, een derde en drie
vierde prijzen. De Twenter stier Roland
kreeg als best geïmporteerde stier den
kampioensprijs.
Zondagavond heeft te Breda een
afschuwelijke moord plaats gehad
Om halftien meldde zich bij een
politieagent op straat de 24-jarige J. B.,
uit Prinsenhage, met de mededeeliog,
dat bi] In het huis van zijn zwager aan
den Ntjverheidssingel e'n vrouw ver
moord had.
De agent ging met den man onmid
dellijk naar het aangegeven huls en
vond daar de 21-jarige echtgenoote
van J. B. vreeselijk verminkt op den
vloer liggen.
Zij gaf oog eenige levensteekenen,
doch was reeds stervende.
De onmiddellijk ontboden genees
heer, dr. Bertema, kon bij zijn komst
slechts den dood constateeren.
Uit het door de politie ingestelde
onderzoek is gebleken, dat J. B. zijn
vrouw gisteravond had medegenomen
naar het huis van zijn zwager, waarvan
hij'den sleutel had.*
De vrouw was meermalen uithuizig
en ook thans' was ze den heelen avond
weg geweest.
Toen er bij den zwager van J. B.
niemand thuis was, schijnt hij, in een
bui van jalouzie, zijn vrouw zoodanig
met een mes eu vermoedelijk met een
hamer te hebben toegetakeld, dat zij
aan de gevolgen is overleden.
De vermoorde is moeder van een
2'/a-jar'g kind.
De dader, die heden ter beschikking
van de justitie zal worden gesteld, staat
gunstig bekend en maakt geen gebruik
vaa sterken draok.
De 70-jarige A V. te Nieuwen-
hoorn is gisteren in den binnenboezem
van het stoomgemaal J. W. Hein te
water geraakt en verdronken.
L. P., Brouwmeester, Oosterhout
diefstal vrijspraak wegens gebrek aan
bewijs.
W. J. d. K. Loon-op-Zand jacht
wetovertreding. vrijspraak wegens ge
brek aan bewijs.
C. G., Waalwijk, openbare dron-
1 kenschap, appel van een vonnis van
het kantongerechtvonnis vernietigd, vrij-
spraak.
KI tv