Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
De Portierster
van Alfortville
tkrtiert in dit blad.
ÉÉRSTE BLAD.
Wij garandeeren U
„De Stralende Zon".
Uit ons Parlement.
,N00RD-BRABAND"
Buitenland.
Binnenland
Gemengd Nieuws
R. de Rooij-Bourgonjen,
FEUILLETO
NUMMER 98
ZATERDAG 9 DECEMBER 1922.
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO.
2)it nummer bestaat uit 2)rie
Bladen
de vakkundigste behandeling.
Billijke prijzen. Keurige afwerking.
Stoomververij en Uitstoominriehting
Depót s TH. v. d. SANDEN, Groote
straat 415; Kaatsheuvel, N. STRAVERS,
Hoofdstraat. 2246
174).
van den haer Van dor Voort van Zijp
den minister dwingen, nadat de heer
Drcsselhuys onder Instemming van
dcu heer Coiijn gewezen had op het
ontbreken van nationale kracht, dat dit
niet kunnen uitgeven van f 1.200.000
tegenover de f 25 mlllioen, dlc België
voor de Antwerpsche haven uitgaf, ten
nadeele van ons land bewijzen zou.
Voor het overige hielden ministèren
Kamer zich strikt aan den bezuinigiogs-
elscb, of het een subsidie voor doof
stommenonderwijs, een leerstoel voor de
homoepathle, steun aan nieuwe nijver
heidsscholen, een grooter aantal studie
beurzen, aftrek van 8l/2 pCt. pensioen
premie voor onderwijzers, werkverschaf
fing door uitvoering van Waterstaats
werken of subsidie voor een Industrie
school te Rotterdam gold. Ten opzichte
van de voorgenomen werken ter ver
betering van de afwatering der Gelder-
sche vallei, waarvoor de regecriog 3
mlllioen had uitgetrokken, hield de
Kamer, die meende, dat het wel goed-
kooper kon, het been zelfs stijver dan
de minister. De afstemming van de
snbsidle van f 200 voor den boksbond
had daarentegen met znlnlgheidsover-
weglngen niet te maken, maar kwam
voort uit minder sympathie voor de
edele bokssport.
Trouwens parlement en regeering
waren nog niet zoo vermaterlaliseerd,
dat zij geen andere gedachten meer
zouden kennen dan het veilig stellen
van den galden. Wat tal van heeren
naar aanleiding van de weigering van
steun aan nienwe nijverheidsscholen
omtrent het onwettige van dezen re-
geeringsmaatregel opmerkten, bewees
bet reeds. Maar zoowel het pleidooi
vóór en tegen de Kollewijnsche spel
ling, de bevoegdheid van doctorandi
der Nederlandsche Handelshoogeschool
te Rotterdam om onderwijs te geven,
waarvoor de heer Stulemeyar tevergeefs
pleitte, als het verlangen van den heer
Ratgers van Rozenburg naar vaststelling
van een maximum gewicht voor vracht
auto's met het oog op vernieling der
wegen hadden met bezulnigingsgedach-
ten In 't geheel niets uit te staan.
Bovendien bleek Kamer zoowel als
regeering zlcb nu en dan bovan deze
bezulniglagssieor te kuaaeu uitheffen
waar het noodzakelijke u tgaven gold.
Dat was hot geval bij de discussie over
de verbetering van den veg vat» Dor
drecht naar Zee, over de verbetering
van de havens Harllngen en Delfzijl,
over de Scheveniogsch^, haven, die
blijkbaar in den generalen stal een
leelijken dwarskijker heeft en ia tal van
anderen. Ook het pleidooi van den
heer Lovlnk voor goedkoopere vracht
tarieven op de spoorw-'gen speciaal
voor laad- en tulnboawp ocucten werd
niet zonder meer afgewezen. Wellicht
maakte het voorbeeld vaa den wagon
roode kool, die op de veiling f55 had
opgebracht, maar nog f 49 50 moest
opbrengen voor hij per «poor te Heer
len wa9, toch wel eenigcu indruk.
Bij de begrootlog van fiaantien ont
spon zich naar aanleiding van de rede
van prof. de Vlsscher 'n uitvoerig debat
over de onvrijheid der kerken, tu9schen
den professor, de heeren Schokking en
Dre89elhuys en den minister. De laatste
scheen met de belde laatste heeren van
meeniog, dat de kerk volkomen vrij
Ia de Eerste Kamer werd het ont
werp tot wijziging van het invoerrecht
op sigaren na eenige discussie aange
nomen. Tegen het evenredig kiesrecht
voor de Eerste Kamer, het pensioen
eo de salarls-vcihooglng der 2de Ka
merleden en het verhoogde Inkomen
der Kroon, bleek nog eanlg verzet te
bestaan. Niettemin werd de Grondwets
herziening thans met groote meerder
heid goedgekeurd.
OTTTTjdyvVAA LWIJK^
DOOD ERVARING STERK.
Het schijnt, dat de Turken voor
nemens zijn in de kwestie der zeeëng
ten de Russen los te laten en de
voorstellen der geallieerden te aan
vaarden.
Lord Curzon heeft gisteren het plan
der geallieerden inzake de zeeëngten
uiteengezet, bevattende de demilitain-
seering eener neutrale zone en de in
stelling eener internationale commissie
voor de Dardanelles
Nansen heeft een oproep gepubliceerc
tot hulp aan de vluchtelingen uit
Klein-Azië.
Naar de „Tel." verneemt, zal binnen
enkele dagen een legerorder verschij
nen, waarbij wordt bepaald, dat alle
onderofficieren met 35 dienstjaren, den
dienst zullen moeten verlaten. Zooals
bekend, is deze maatregel reeds toe
gepast op de combattanten, die op 16
Aug, j.l. den dienst hebben moeten
verlaten. Thans zullen ook de non
combattanten (schrijvers conducteurs
der artillerie, administrateurs van ma
gazijnen en hospitaalpersoneel). hier
onder vallen.
Men meldt uit Grootegast aan het
N. v. h. N.".
j JDe arbeider T. de V., verdacht van
diefstal van eenden gepleegd onder Lui-
jegast, zou door de politie in verhoor
worden genomen in zijn woning. Een
eindweegs die woning genaderd, zagen
zij de echtgenoote naar buiten komen
Verkrijgbaar bij
BAARDWIJK
2230
die haar toeriep: „Mijn man is reeds
dood", waarna de vrouw in huis ver-
dween en kort daarop een schot volgde.
Het bleek, dat de man, de politie zien
de aankomen, zich door een revolver
schot van het leven had beroofd en zijn
vrouw kort daarop zich met dezelfde
revolver van 't leven beroofde.
Omtrent den moord nabij Zeve
naar vernemen wij nog het volgende
„Zaterdagnacht werd de landbouwer
Bouwman bij Zevenaar door kloppen
op het raam naar buiten geroepen.
Daar stond de 20-jarige arbeider J.
Steintjes, die om hulp vroeg. Hij bloed
de hevig en na binnengehaald te zijn
gaf hij na enkele oogenblikken den
geest. Hij noemde een zekere J. v. W.
als den dader van zijn mishandeling.
Zondagmiddag heeft de politie den
verdachte gearresteerd, toen hij in zijn
woning lustig harmonica speelde. Na
met het lijk van den naar het zieken
huis te Zevenaar vervoerde verslagene
te zijn geconfronteerd, werd hij in de
Marechaussee-kazerne opgesloten. Hij
ontkent alle schuld, ofschoon hij zijn
alibi moeilijk kan bewijzen. Zijn klee-
ren vertoonen bloedsporen. Desge
vraagd verklaarde hij dit door zich als
slager uit te geven. Hij heeft verklaard
Steintjes een eindweegs vergezeld te
hebben. Het gerecht uit Arnhem, dat
de schouwing in tegenwoordigheid
van een arts en een professor deed
verrichten, was terstond ter plaatse.
Vergunning tot het begraven van het
slachtoffer is gegeven.
45e JAARGANG.
De Echo van het Zuiden,
Waalwyksciit en I<angs(raalsclie Courant,
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stokken, gelden ens.,
franco te eenden aan den Uitgever.
U ITO ATI
Beg+ootingswenschen en
besuinigingseisch. Na
tionale Opera Boks
bond, en Vlis sing ensche
haven. De onvrijheid
der kerken De wijzi
ging van het invoetfecht
op sigaren en de Grond
wetsherziening it. de iste
Kamer.
Hat was bij dea dras» naar bezuini
gen, die oaze regeering en alle rcgee-
ilngsdepaftementea bevangen heeft,
begrijpelijk, dat de vele weoschen, die
bij de behandeling der verschillende
begrontfngea plegen naar voren te
worden gebracht, vrijwel alle afstuiten
op dezen bczutnigingsdrang, onver
schillig of zij uitdrukking gaven aan
het verlangen naar een nieuwe regeling
dan wel strekten om het bestaande te
behouden. Slechts een heele enkele
maal slaagde de vereenigde pogingen
van meer of minder Kamerleden erin
een minister terug te brengen van wat
zij als ecu dwaling zijns weegs aanza
gen. Zoo beloofde minister De Visser
voor de Nationale Opera, wier subsidie
va» f 30.000 hij, schoon met een bloe
dend hart had ingetrokken om dit be-
d'ag onder arme orkestleden te ver
deden, weer een memorie-post op de
begrooting te brengen. Maar tot toe
staan van het geld voor de voortzet
ting van de werken tot verbetering van
de Vllsslngsche haven moest de motie
van „De Echo van het Zuiden".
„Misschien. Doch wat er ook van zy, ge
durende het maal zal er iets plaats hebben,
dat de ontvluchte noodzaken zal bekend te
maken wie zij is."
,.En hoe zal dat geschieden?"
„Dat weet ik ook niet. Alleen weet ik dat
er gebeuren zal wat ik u zeg. Gy moet daar
van partij weten te trekken. Ge zult wel
een middel weten te vinden om in het Ren
dezvous der Bakkers binnen te komendat
kan niet moeilijk zijn, daar het eene open
bare inrichting is. Gij zult op den uitkijk
zijn in afwachting, dat eene bijzondere om
standigheid plaats heeft. Zoodra gij over
tuigd zyt, dat Lise Perrin, of wie het ook
moge ziju, werkelijk Jeanne Fortier is, zult
gij wel weten te handelen. Begrepen?"
„Ja, mijnheer."
„Gij hebt geen bijzonder mandaat noodig,
daar 't bier geldt eene misdadigster te ar
resteeren, maar eene ontvluchte te grflpen.
Gaat en weet ditmaal mijne tevredenheid
te verdienen."
„Wij zullen ons best doen, mijnheer."
De twee agenten verlieten het kabinet.
Brichard raadpleegde zijn horloge.
Het was nog slechts tien uur.
-Wij hebben nog twee uur tijd," zeide hij
„meer dan noodig is om ons plan vast te
stellen."
„Wij behoeven zelfs geen plan te beramen.
Het Rendez-vous der Bakkers is eene open
bare inrichting, en al wordt er vandaag een
feestmaal gehouden, toch kan men niet wei
geren ons daar de gelegenheid te geven om
daar on6 ontbijt te gebruiken. Wij zullen er
dus dejeuneereu."
„Goed. Doch zoo men ons eene plaats aan
wijst in eene andere zaal, wat dan?"
„Er zijn slechts twee zalen, die met elkaar
In verbinding staan. Ik ken het huis."
„O, dan heb ik geen bedenkingen meer."
„Wij moeten ons verkleeden. Ik ga naar
huis om een werkpak aan te trekken. Doe
ook zulks."
„Waar zullen wy elkander weder vinden?"
„Voor het Instituut".
„Hoe laat?"
„Tien minuten voor twaalf."
ï.Accoord
De agenten namen voor het oogenblik af
scheid.
Juist om tien uur kwam Stephaan Cnstel
bfl Raoul Duchemin aan.
De portier herkende hem onmiddellijk.
„Ik heb uw kaartje afgegeven, mijnbeer,
zeide hy. De heer Duchemin is boven vierde
verdieping, deur links."
De schilder klom de trappen op.
De gewezen stadhuis-ambtenaar van Joig-
ny opende de deur.
„Kom binnen, mijnheer, kom binuen,"
sprak hy op vrooiyken toon. „Wellicht
komt gy my mededeelen, dat gy de schuil
plaats van Ovidius Soliveau ontdekt hebt."
Stephaan schudde het hoofd.
„Neen. ik kom by u om inlichtingen."
„Helaas, mynheer, ik weet niets. Drie
dagen heb ik Harmant op den voet gevolgd,
doch hy is nergens anders geweest dan in
de Murillostraat en in de fabriek van Cour-
bevoie".
„Niets dus. Niet het geringste spoor!"
hernam Stephaan ontmoedigd.
„Neen, en Ik vrees zeer, dat Ovidius op
gemerkt heeft, dat men hem op de hielen
zit en daarom Parys heeft verlaten."
„I)an zou de duivel in het spel zyn... En
zou er geen middel wezen om daaromtrent
eenige zekerheid te verkrygen?"
Daaraan dacht ik zooeven... Ik denk den
ganschen dag na over allerlei onmogeiyke
zaken... Er is my wel iets in de gedachten
gekomen".
„Verklaar spoedig wat."
„Ik heb er over nagedacht Paul Harmant-
een telegram te zenden, Ovidius Soliveau
Prlje der Advertentlën
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
By contract flink rabat.
Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag
dos morgens om uiterlijk 9 uur ln ons bedt
zijn.
was haar organisatie te veranderen.
NVJ.GBUNO GRONINGEN
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERK'Ü-OP HET LEVEN
geteekend."
En wat zou dat telegram behelzen?"
„Eenvoudig deze woorden
„Kom heden avond by my, dringend."
„Na dit lakonisch telegram ontvangen te
hebben, zou Paul Harmant zeker niet ge
rust zijn en zich onmiddeliyk naar zyn
medeplichtige begeven. Ik zal de oogen in 't
zeil hebben en dan wel de woning van dien
ellendeling weten te ontdekken. Hoe vindt
gy rayn idee?"
„Zeer goed in zekeren zindoch er zyn
moeiiykheden en gevaren aan verbonden."
„Welk?"
„Zoo Soliveau, naar gy zooeveu veron-
dersteldet, de vlucht genomen heeft. Dan
zou Harmant wel op zyn hoede zyn. en het
huis niet verlaten."
„Dat is waar. Doch hy kan niet op de
hoogte zyn, en ook veronderstellen, dat hy
terug is gekomen. In alle geval, my dunkt,
dat wy 't zouden kunnen beproeven."
„Dat is waar. Doch er is nog iets anders."
„Spreek, mynheer."
„Aangenomen dat Ovidius te Parys is, en
dat Paul Harmant tot hem gaat met de
woordenIk heb uw telegram ontvangen.
Hier ben ik. Wat wenscht gij?"
..Wat zal dat geven?"
„Ovidius, die niets verzonden heeft, zal
dan opmerken, dat er iets bijzonders te
doen is en gewaarschuwd zyn."
Iiy zal het valsche telegram op rekening
van Amanda stellen. En bovendien hebben
wy ons niet daarover te bekommeren. Ter-
wfll zy in Ovidius schuilplaats byeen zyn,
sta ik gereed om te handelen."
„En wat zult gy doen?"
„Ik zal Harmants vertrek afwachten en
dan aan Ovidius deur schellen. Die zal my
wel geopend worden. De man zal zeker
hoogst verbaasd staan my te zien, doch zon
der wantrouwen my binnen laten komen.
En ben ik eenmaal met hem alleen dan zal
ik, gewapend met al hetgeen ik weet, hem
de waarheid wel weten te ontrukken. Wan
neer men angst heeft voor,de gerechtigheid
en steeds de hand van e<a agent op den
schouder meent te voelen, wordt men laf.
Ik heb er een droevig bewys van geleverd.
Die man zal zich even lafhartig aanstellen
als ik."
„Doch in eene uiterste uitbarsting van
woede kan Ovidius u licht vermoorden."
„Ja, dat is mogeiyk, doch dit kan geen
reden zyn om niet te handelen. Ik moet myn
verleden weer goed maken door dien kerel
in handen der rechters te leveren. Ik zal er
myn leven voor offeren, zoo 't noodig is
Wyken, nooit! Ik zal alle pogingen in 't
werk stellen zonder my echter aan al te
groote onvoorzichtigheid bloot te stellen.
Geloof my vry mynheer, het middel dat
ik u voorstel is niet slechts: ik ben over
tuigd, dat ik slagen zal."
„Ik geloof het met u, doch laat ons het
plan eerst nog van alle zyden beschouwen
Veronderstellen wy eens dat Ovidius te Pa
rys is, doch niet thuis op het oogenblik dat
Paul Harmant by hem komt."
„Dat geval heb ik voorzien."
„En wat zult 'gy dan doen?"
„Ik zal van zyne afwezigheid gebruik
maken om zyne woning binnen te dringen,
aales doorsnuffelen en my van de papleren
meester maken, die ik zoek."
„Ongelukkige! Dat is een misdaad, waar
voor gy zwaar gestraft zoudt worden."
„Tegenover een ellendeling van zyn soort
is alles toegestaan."
„De rechters zullen niet van die gedachte
zyn."
„Des te erger voor de rechters! Wat er
ook gebeure moge. ik hen vast. besloten te
handelen."
„Nu, daar gy zoo vast in uw schoenen
staat, zal ik uw plan niet langer bestryden.
Waar zult ge liet telegram heenzenden, naar
de Mnrillostraat of naar Courbevole?"
„Ja, dat weet ik nog niet zoo juist. Ik zou
eerst moeten weten waar Paul Harmant is."
„Dat zullen wy gemnkkeiyk vernemen."
„Hoe dan?"
„Ik zal zelf naar de Murillostraat gaan
en naar Harmant vragen."
„Vreest gy niet?" vroeg Duchemin.
„Ik heb in het geheel niets te vreezen.
Zoo ik den industrieel aantref, zal ik zeer
vrieudeiyk door hem ontvangen worden en
in dut geval zal ik wel een gezicht weten te
toonen, dat hem niets vermoeden laat. Paul
Harmant kent my. Dit bezoek zal hem in
het geheel niet verwonderen.""
„Ga dan, mynheer... Zal ik u hier wach
ten?"
„Neen. kom met my mede... wy mogen
«een afscheid nemen alvorens wy alle by-
zonderheden hebben vastgesteld. Gy zult
my wachten in een koffiehuis op den boule
vard Malesherbes, waar gy ons ontbyt zult
bestellen. Daar zal ik u weer treffen."
„Laat ons dan gaan."
„Hebt gy een wapen?"
„Ja, een revolver."
„Neem die meeM.
„Dat was myn plan ook."
ZEVEN EN VEERTIGSTE HOOFDSTUK.
Raoul Duchemin opende eene lade en
bracht een revolver te voorschyn, die hy.
na het geladen wapen goed onderzocht te
hebben, in een binnenzak borg."
„Onderweg zal ik nog even een boodschap
te doen hebben." zeide hy.
„Waartoe?"
„Ik wil een intrument koopen, dat des
noods kan dienen om het slot van Ovidius
deur te doen springen."
„Nog een woord," zeide Stephaan en haal
de uil een portefeuille de dépêche te voor
schyn. die hy van den maire van Joigny ont
vangen had.
„Ziet gy wel dat ik my met u heb bezig
gehouden," zeide hy. het telegram toonend.
,Gy hebt niets te vreezen. En mocht gy op
inbraak betrapt worden, dan zoudt gy zeker
worden gearresteerd, doch myn Invloed zou
u wel weten vry te maken."
„Ik dank u, mynheer, voor uwe krncht-
tlge bescherming," antwoordde Raoul blo
zend.
De Iwee personen vertrokken.
Een rytuig stond voor de deur, dat op
Stephaan wachtte. Beiden stegen in.
„MurillostraatHaastigriep de schil
der den koetsier toe.
De koetsier wendde het paard en weldra
dween het rytuig iu volle voort.
Aan den ingang der Murillostraat stapte
Duchemin uit en wees Stephaan een restau-
alie aan, waar hy wachten zou.
De schilder trok aan de schel.
(Wo»dt vervolgd).