ONS KERSTNUMMER biedt ook dit jaar weer een uitmuntende gelegen heid om te adverteeren. Daar de voor dat num mer opgegeven adverten- tenties veel in aantal zijn, worden de adverteerders beleefd verzocht hunne annonces reeds direct in te zenden, opdat er de vereischte zorg aan kan worden besteed. Antwoord van B. cn W. op het rapport der Begrootings- commissie. gruis kan krijgen. De Voorzitter weet daarvan» als men komt is er nooit iets. Hij heeft in den Bosch op verscheidene fabrieken lateo vragen, doch er is niet aan te komen. De heer Winkel zou gaarne zieo dat op den dijk te Hedlkbuijzen hier en daar wat grint wordt gebracht. Blijft men dezen weg onderhouden, dan blijft htj lang goed en heeft de ge meente geen kosten. Wordt hij niet onderhouden, dan gaat het veel kosten. De Voorzitter zal trachten een schuit grint te krijgen om de wegen hier en daar wat op te knappen. Daarna wordt de vergaderlog ge sloten. heeft hier i 2600 en een onderwijzer f 3000. Van Vrede. Ge zegt weer niet precies zoo de zaken zijn. De Secretaris krijgt bij dat salaris toch nog f 200 hiervan en weer zooveel daarvan. Ge moet alles eerlijk voorstellen. Voorzi>ter. Ik praat nu alleen maar over een Srcretarls-Oatvanger. Winkel. Ia Hedikbutjzen moeten we na alle moeiten doen om een goedea onderwijzer te krijgen en al9 we nu die pensioenbijdragen gaan intrekken, zouden we dan wel een goede onder wijzer daar kunnen krijgen. Van Vrede. Daar hebben wij niets mee te maken. De onderwijzers hebben In dat opzicht met het rijk te maken. Winkel. Dan heb ik niets gezegd. De Voorzitter leest hierna een voor stel van Burg. en Weth., om niet op het voorstel van den heer Van Vrede in te gaan, voor. Ia dit voorstel wijzen Barg. en Weth er op, dat bier reeds voor den oorlog besloton is om de pensioen;bijdragen voor rekening van de gemeente te nemen en gaat men dat nu daar af nemen, dan zou dit voor hen een salarisvermindering ztjn. Vrijwel het eerst van allen is daartoe besloten en nu zou men het er weer het eerst van gaan afnemen ook. Van Vrede. Dan hebben ze hier toch het langst van zoo'o gunstige bepaling genoten. Maar dat alles er buiten ge laten, ik ben er van overtuigd in het belang van de gemeente te baodelen en wat daar door Vao der HeijdeD is gezegd, is absoluut niet waar. Voorzitter. Ik sluit de discussie. Van der Heijden. Ik zeg niet dat het altijd om persoonlijke zaken gaat, maar toch dikwijls. Voorzitter. We zullen maar stemmen dan is het afgeloopen. Van Vrede. Ik ben nooit Voorzitter. Ik verzoek u stilte. Van den Brand. Er is toch niets tegen Voorzitter. Er Is al genoeg over ge sproken. We zullen gaan stemmen. Het voorstel van den heer VaD Vrede in omvraag gebracht wordt verworpen met 4 stemmen tegen en 3 voor. Voor het voorstel stemden de heeren Van Vrede, Achten en Van den Brand. Tegen de heeren Luijben, v. d. Heijden, Wiokel en Vug's. Van der Heijden. Nu zou Ik een ander voorstel willen doen. Voorzitter. Laten we maar eerst eens afwachten wat Ged. Staten zullen doen. 4. Benoeming hoofd der O. L, Schooi te Hedikhuijzen. Op de voordracht zijn geplaatst de heeren J. J. Ku9terman9 te Nisterrode. 2. H. Fooij te Herpt. 3. J. F. Kupers te Budel. Voorzitter. Het heeft in de bedoeling gelegen Kustermans benoemd te krijgen maar deze is 'n Vrijdag eens naar Hedlkbuijzen wezen kijken en toeo is hij teruggekomen met de boodschap dat hij voor eene benoeming niet in aanmerking wenscht te komen. De heer Fooij wordt hierna met algemeene stemmen benoemd. 5. Voorstel van Burg. en Weth. om voor 1923 weer een rekening courant te openen bij de Nat. Bankvereen. te 's-Bo9ch ter voorziening in kasgeld. Conform het voorstel wordt met algemeene stemmen besloten. 6. Benoeming van een lid van het Burgeiltjk Armbestuur, wegen9 perio dieke aftreding van bet lid Couwenberg op 1 Januari 1923- De beer Couwenberg wordt met algemeene stemmen herbenoemd. 7. Benoeming van een commissie voor de werkelooshelds-vczekerlng wegens periodieke aftreding van M. de Vaan. De heer de Vaan wordt met alge meene stemmen herbenoemd. Achten. Wegen de kosten van dat ding wei op tegen de voordeelen. Voorzitter. Ja en wij kunnen er toch niet af. 8. Benoeming leden commissie van toezicht op correspondentschap arbeids bemiddeling wegens periodieke aftre ding van de heeren M. de Vaan, P. H. Vugt9 en H. van der Heijden. De aftredende leden worden met algemeene stemmen herbenoemd. Bij de rondvraag wijst de heer van der Heijden er op dat de stoep bij van Dal zeer slecht 19. De Voorzitter geeft toe dat het daar zeer 9lecbt is. Hij wijst echter op den eigenaardigen toestand die daar heerscht, doch zegt toe er eenige verbetering te zullen aanbrengen. Dn heer van Vrede zegt te hebben gehoord, dat men bij de tram gratis Het rapport, door de Commissie voor de begrooting 1922 uitgebracht, geeft ons aanleiding tot de volgende mededeelingen. De Commissie acht het gewenscht het verslag schriftelijk uit te brengen, om daar mede een vlugge afhandeling te bevorderen. Tot goed begrip van de taak der Commis sie, zooals wij die ons voorstellen, lflkt het goed de aandacht er op te vestigen, dat de- zerzyds die taak steeds aldus is opgevat, dat de Commissie de begrooting onderzoekt en van haar bevinding schriftelijk verslag uitbrengt uan den Raad, welk verslag wordt ingezonden aan ons College, dat dan in staat is, zoo noodig, nadere toelichting of gewenschte cijfers te geven. Worden de be merkingen gemaakt staande de vergadering, waarin de begrooting wordt behandeld, dan zal niet altijd over de vereischte gegevens of becijferingen kunnen worden beschikt, noodig voor een juist inzicht in de gegeven kwestie. Een zoo volledig mogelijke voorbe reiding en toelichting zal inderdaad een vlugge afhandeling der begrooting ten zeer ste bevorderen. Ofschoon het verslag der Commissie is gericht tot ons College, hebben wij gemeend goed te doen daarmede in kennis tè stel len. De Commissie vraagt eenige toelichting omtrent het cijfer 19.000,— als meerdere uitgaaf voor het hijzonder onderwijs. Met het geven van eenige groote cijfers, om daarmede aan te toonen hoe het verschil is ontstaan tusschen de ramingen van den Hoofdeljjken Omslag 1921 en 1922, heeft de bedoeling voorgezeten, ruwe gfoepeeringen te geven, omdat het natuurlijk niet mogelijk is de detailleering van een gelieele begroo ting in enkele cijfers te verzamelen. De werkelijke meerdere kosten voor by zonder onderwijs bedragen Hoofdstuk VIII afd. I art. 3 13.036.80 Hoofdstuk VIII afd. I art. 7 240.— Hoofdstuk V.III afd. I art. 10 11.439.52 24.716.32 af raming opbrengst schoolgeld 7.000. 17.716.32 Het in de nota vermelde cijfer van 19.000.is berekend op eenige gegevens die later moesten worden gecorrigeerd. Op de begrootingen van Baardwijk en Besoyen waren slechts ten deele de kosten van het hijzonder onderwijs uitgetrokken. Het totaal bedrag der kohieren over 1921 bedraagt voor de voormalige gemeente Waalwijk 138.137.13; voor de voormalige gemeente Baardwijk 24.307.22; voor de voormalige gemeente Besoijen 19.479.72}. Op 1 December 1922 was daarvan inge vorderd in Waalwijk 79.032.06}in Baard wijk 21.646.43} en in Besoijen 17.388.29. Van deze bedragen is 35.171.59 ontvangen nadat de waarschuwingen zijn uitgegaan. Het is bezwaarlijk thans een schatting te maken van het bedrag der oninbare posten. De administratiën der drie afgetreden ge meente-ontvangers zijn overgenomen den 1 Juli 1922. De overname heeft noodig ge maakt een tijdroovende verificatie, waarbij het Bureau der Vereeniging van Nederland- sche Gemeenten zijn diensten heeft bewezen. Door de afgetreden ontvangers was voor de rekening 1921 niets gereed gemaakt, zoo dat de nieuwe functionaris drie rekeningen heeft op te maken, afgezien nog van veel ander tijdroovend werk, dat met de over name van de niet steeds goed verzorgde ad ministratiën verband hield. Dat dit heeft geleid tot vertraging van de vaststelling der rekeningen is te bejammeren, doch is voor ons zeer verklaarbaar, en zeker kan daar omtrent den nieuwen ontvanger in geenen deele blaam treffen. De rekeningen der voormalige gemeenten Besoijen en Baard wijk zijn gereed, terwijl vóór het einde van het jaar de rekening van Waalwijk (oude toestand) zal zijn opgemaakt. Het door de Commissie medegedeelde ten aanzien van de controle der gemeente-belas tingen, heeft onze aandacht. Wij zullen overwegen of vermindering van secretarie- personeel mogelijk is zonder verplichting tot uitkeering van wachtgeld. De ambte naar, die belast is met de controle der ge meentebelastingen. is aangesteld als ambte naar ter secretarie. Wanneer nu een gedeel te van diens tank moet worden opgedragen aan ander overtollig personeel, zooals de Commissie voorstelt, rijst de vraag, of daar mede geen verband wordt gelegd tussehen het ontslag en de samenvoeging der gemeen ten, zoodat toch nog verplichting tot uit keering van wachtgeld zou ontstaan. Het aantal diensturen voor het politie personeel is van 8 op 9 per dag gebracht. Op de Zondagen en Zaterdagen zijn de diensten zoo ingericht dat het aantal dienst uren op 12 komt, terwijl overigens bij on derzoekingen geen rekening wordt gehou den met diensturen en de dienst eerst ein digt bij afloop van het onderzoek. Sinds de samenvoeging der gemeenten zijn de agenten belast met bodedienst, voor zoover de diensten van den gemeentcbode niet toereikend zijndeze had reeds Dy den ouden toestand de handen vol. De agenten hebben wekelijks één rustdag, die om de 4 weken op een Zondag valt. Het is natuurlijk wel mogelijk de dienst aldus in te richten dat met minder dan 8 man kan worden vol staan. Dan moet echter worden afgezien van den eisch, dat dag en nacht steeds min stens 1 agent op straat en 1 in de politic- wacht moot zijn. Dat voortdurend 1 agent in de wacht is, is feitelijk noodzakelijk. Niet alleen kan het publiek voor het geval dat politie-assistentie noodig is, steeds daarover beschikken, doch ook is het gewenscht dat liet administratiewerk der politie, dat in den loop der jaren steeds van meerdere beteeke- nis is geworden, tjjdig wordt afgedaan. Zoo als U wellicht bekend is, is aan de politie opgedragenhet uitreiken van vergunnin gen krachtens de Vuurwapen wet, het regis- treeren van vreemdelingen en het uitreiken van contrölepasseu, het afgeven van vent vergunningen, het registreeren van woon wagens en het uitreiken van woonwagen- vergunningen, het afgeven van vergunningen krachtens de Vogel wet en beperkte mach tigingen krachtens de Jachtwet, 't dooden van honden en katten met de van gemeente wege gemaakte inrichting voor gasverstik- king hetgeen by na dagelijks voorkomt, het byhouden van signalementen van veroor deelden en verdachten, het bewaren en uit reiken van gevonden voorwerpen en de re geling der markten. ïn de bureau-uren ma ken de agenten ook de processen-verbaal en de dagrapporten. Wanneer beodgd wordt om, wat getal sterkte betreft, terug te komen tot den vóór oorlogstoestand, is men by een beperking van het aantal politieagenten tot 8 daaraan toe. In deze gemeente waren in 1914 niet den Inspecteur 3 agenten, te" Besoyen 1 veld wachter en 1 nachtwaker, en hetzelfde per soneel te Baardwijk. In totaal dus even eens 8. Met dit aantal is de dienst van 1 man in de wacht en 1 op straat nog juist door te voeren. Het aantal diensturen be draagt thans normaal 9. Het zal bezwaar ontmoeten dit cyfer op te voeren, omdat op de Zaterdagen, de Zon- en Feestdagen en andere gelegenheden waarby het verkeer drukker is, toch reeds 12 uur dienst wordt gedaan, ongerekend nog de dienst bij onder zoekingen, die aan geen uren gebonden is. De normale werkweek telt voor 2 man (n.l. 1 in de wacht en 1 op straat) 2 maal 7 maal 24 uren is 336 uren. 7 Agenten maken per week 7 maal 6 maal 9 uren is 378 uren. Weliswaar geeft deze berekening eenig sur plus doch men heeft dan nog te rekenen op het volgende. De agenten hebben 14 dagen verlof, makende by een personeel van S man een verloftijd van 16 weken, aan te vullen door vermeerdering van het aantal diensturen. Buiten beschouwing blijven dan nog de gevallen van ziekte, de tyd voor rechtszittingen, instructie enz. Wij hebben den Inspecteur bij deze berekening buiten becliouwing gelaten, omdat dezen de noodi- ge vrijheid behoort te worden gelaten voor controle, leiding van onderzoeken, admini stratie, correspondentie enz. Wij begrijpen zeer goed dat by den ver klaarbaren drang tot bezuiniging het oog voortdurend gericht blijft op de zeer liooge uitgaven voor de politie. Wil men die ver minderen, waartoe wij bereid zijn mede te werken, dan dient men echter vooraf na te gaan, welke eischen men aan den dienst meent te moeten stellen. Een argumentee ring van wensclien tot bezuiniging ten deze met te zeggen dat de agenten het zoo ge makkelijk hebben en dat er in onze gemeente toch niets gebeurt, dat liet vroeger ook goed ging met heel wat minder personeel en andere gemeenplaatsen, is volstrekt niet steekhoudend, in menig opzicht strijdig met de waarheid en kan niet anders dan een groep ambtenaren, die een goed gediscipli neerd eu goed functioneerend korps vor men dat zeer te waardeeren diensten ver richt, noodeloos kwetsen. Dit laatste heeft natuurlijk geeu betrekking op het verslag der Commissie, waarin alleen de vraag wordt gesteld of niet met minder dan 8 man in den dienst kan worden volstaan. Het is U echter bekend dat de dienst van 1 man op straat cn 1 in de wacht, is inge steld op verlangen van den Baad zelf. Wil men dus kunnen bezuinigen, dan zal de Raad eerst op dezen eisch moeten terug komen. ONTVANGSTEN. Hoofdstuk II. Art. 1. De huur van het pand der firma Bruning Cie eindigt 1 Maart 1923. Wy voeren on derhandelingen met eenige gegadigden en zullen U binnenkort een voorstel tot ver huring doen. Ten aanzien van het gemeentehuis van voormalig Besoyen wordt overwogen dit in te richten voor een middenstandswoning. Wy zullen U eerstdaags een plan met kos- tenbegrooting voorleggen. Voor dat te Baardwyk hebben wy nog geen besten^ ming. Misschien zou het aanbeveling ver dienen dit laatste vry te houden om daar over te kunnen beschikken wanneer te eeni- ger tyd mocht worden overgegaan tot den bouw van een nieuw raadhuis. Hoofdstuk III. afd. 1 art. 6a. Wy zyn bereid eene herziening der tarie ven voor het marktgeld voor te bereiden. Het ligt trouwens in de bedoeling alle be staande verordeningen onder handen te ne men. Met het oog op de gewenschte voorbe reiding zal dit echter slechts geleidelyk kunnen geschieden. Idem art. 9d. Volgens de opgemaakte kohieren kan de opbrengst nader worden geraamd op 8500 gulden. Hoofdstuk III afd. 2, art. 1, 2 en 3. wy zullen bevorderen dat aan den uitge sproken wensch, waar mogelyk, wordt vol daan. Hoofdstuk IV. afd. 2 art. 1. Nu de Minister van Binnenlandsclie Za ken nader is teruggekomen op zyn vroeger uitgegeven circulaire, waarby werd te ken nen gegeven dat ook bij vaststelling van een maximum-heffingspereentagc de jaar- lyks te bepalen factor toch nog moest wor den goedgekeurd, zullen wy U een voorstel doen tot wijziging der verordening in den geest, als door de Commissie wordt voorge steld. Hoofdstuk V. artikel 14. Onze avondteekenscliool is een school voor lager nyverheidsonderwys. In de kos ten der school wordt door het ltyk 70 pCt. by gedragen. De overige kosten zyn voor rekening der gemeente. Wanneer de school bezocht wordt door leerlingen uit andere gemeenten, zyn die gemeenten, tenzy aldaar een gelyksoortige school is gevestigd, ver plicht 15% in de kosten per leerling by te dragen. Het is dus niet noodig een voorstel te doen tot het vragen eeuer bydrage, zoo als de Commissie voorstelt. Wy hebben op de begrooting 1922 geen bedrag als bydrage van buitengemeenten uitgetrokken, omdat de begrooting der teekenschool voor 1922, vóór 1 Mei 1921 ter goedkeuring is inge zonden aan de Regeering. Eerst hij circu laire van 27 December 1921 zyn nadere voorschriften gegeven omtrent de inrich ting der begrootingen, waarby met de sub sidieregeling krachtens de Ny verheid sonder- wyswet is rekening gehouden. Wy brengen natuurlyk na vaststelling der rekening van de Teekenschool over 1922 het aandeel der buitengemeenten in rekening. Onder het hier aangehaalde artikel ware wellicht een memoriepost uit te trekken. Hoofdstuk V. art. 22. De hi^r door de Commissie gestelde vraag is zeker bevestigend te beantwoorden, en dezerzijds zijn dan ook geen pogingen nage laten om voldoende solvabele familieleden van krankzinnigen, die voor gemeentereke ning worden verpleegd, te bewegen in de verpleegkosten by te dragen. Wy zyn van gevoelen dat ten aanzeien van enkele voor rekening der gemeente verpleegde krankzin nigen ook liier gevestigde familieleden te kort schieten in hunne verplichtingen en te gemakkelyk de lasten aan de gemeenschap laten. Wanneer echter geen alimentatie plicht bestaat, staan ons geen rechtsmidde len ten dienste om tot bydrage te dwingen. UITGAVEN. Hoofdstuk II. afd. 1 art. 15. Voor verlichting eu verwarming van het raadhuis is uitgetrokken 900.in totaal. Wij hebben gemeend goed te doen dezen post te splitsen over de bureaux der secretarie en der politie. Van de 900 wordt daarom 325 gebracht ten laste van den dienst der Politie. Hoofdstuk II. afd. 2. art. 2. De uitgaven voor ververschingen van het stembureau zyn gespecificeerd als volgt: Stembureau 1 en 2 96.20 (Waalwyk oud), inbegrepen kosten candidaatstelling. Stem bureau 3 58.25. Stembureau 4 15. Totaal 169.45 Idem artikel 4a. Naar aanleiding van de bemerking d -r Commissie zonden wU haar het navolgende schrijven: ..Alvorens Uw rapport van het „onderzoek der ontwerp-begrooting 1922 te „beantwoorden, zouden wy graag eenige „toelichting ontvangen op Uwe bemerking „by art. 4a afd. 2 van Hoofdstuk II der „Uitgaven. De redactie van de bemerking is „niet duidelijk. „Er zou uit zijn op te maken, dat de „ambtenaren van den Burgerlyken Stand „die in den regel de huwelykeo voltrokken, „naar Uw oordeel te kort schieten in de „waardeering van het gewicht der huwe- „lyksverbintenis. Het is toeli moeilyk aan „te nemen dat dit Uwe bedoeling is. Ook is „correctheid in kleeding'' een zeer relatief „begrip. Het zal aanbeveling verdienen dal „door U nader wordt aangegeven op welke „gevallen Uwe bemerking doelt, dan wel in „hoeverre in het algemeen de kleeding der „ambtenaren van den Burgerlyken Stand by „liuwelyksvoltrekking naar Uw oordeel niet correct) is." De Commissie heeft daarop geantwoord dat hare bemerking betrekking heeft op de huwelijksvoltrekking van een der Commis sieleden. Het in het antwoord aangehaalde geval met dén secretarie-ambtenaar, waar van een overdreven voorstelling wordt ge geven, staat geheel op zich zelf. Het heeft zich niet herhaald en is veeleer aan een toe val toe te scliryven. Opgemerkt zy dat de bemerking der Commissie echter is gericht tot den Ambtenaar van den Burgerlyken Stand, die het huwelijk van den heer Rog geveen heeft voltrokken. De Commissie geeft in haar antwoord te kennen dat hare opmerking een zeer kiesclie aangelegenheid betreft. Het mag dan ook zeker verwonde ring wekken dat zy heeft gebruik gemaakt van een middel, by uitstek ongeschikt om kiesche bemerkingen te maken. Als inder daad de bedoeling voorzat, het algemeen be lang te dienen, zou het niet moeilyk zyn ge vallen een vermeende grief op minder on- kiesclie wyze ter kennis te brengen, waar ze thuis hoort. Doet men dit niet, dan juist is er reden de opzet, alsof men het algemeen belang wil dienen, in twyfel te trekken en laadt men inderdaad den schyn op zich, per- soonlyk te worden. Die schyn wordt zeker versterkt, wanneer gezinspeeld wordt op on ware en overdreven feiten, en slechts één Commissielid ooggetuige van het gebeurde is geweest. Idem art. 10. Voor lokalen die voor de loting en keu ring van militieplichtigen worden beschik baar gesteld, kan geen vergoeding in reke ning worden gebracht. In ontvangst is nog te brengen 75.als bydrage van belang hebbenden voor de onlangs gebouwde ma nege voor paardenkeuringen, welke bydrage intusschen is ontvangen. Hoofdstuk III. artikel 1. Wanneer de bezoldiging van den contro leur der gemeentebelastingen voor 1923 slechts voor een klein gedeelte onder dit artikel kan worden uitgetrokken, zal een grooter deel daarvan onder den post secre- tariepersoneel moeten worden gebracht, ten zy een schikking is te vinden als hiervoor reeds is besproken. Hoofdstuk IV. afd. 2 art. 3. By wyze van proef zyn lampen van ver minderde sterkte aangebracht. Aan den mast boven de straatklok voor het raadhuis in voormalig Besoyen is eeh lamp aange bracht van de sterkte van gewone straat lantaarns. Voorgesteld wordt op de krui sing van de Baardwyksche Steeg met den provincialen weg een electrisehe lamp aan te brengen ter vervanging van de gaslamp, bevestigd boven de pomp daar ter plaatse. Deze pomp kan gevoeglyk verwyderd wor den omdat zy voor de gezondheid schadelyk water levert, en het aanzien niet van dien aard is dat behoud is op prys te stellen. Hoofdstuk V. artikel 16. De begrooting 1922 is overgelegd eu ligt ter visie. Wat de vereeniging voor 1923 vragen zal, kan naar ons oordeel thans moeilyk in liet geding worden gebracht. De vereeniging heeft opnieuw aangedrongen op een subsidie van 2000. Idem art. 20. Het voorstel der Commissie om de uitge trokken bijdrage aau de stichting „Operatie kamerfonds" van de begrooting af te voeren, wordt in het geheel niet gemotiveerd. Wat bedoeld wordt met het voorstel om op deze aangelegenheid terug te komen wanneer de operatiekamer gesticht is, is ons niet duide- Iyk. Is deze tot stand gekomen dan zal zeker geen bydrage meer noodig zyn om het totstandkomen te bevorderen, wat toch het doel der stichting is. Hoofdstuk VI art. 3a. Een specificatie van de uitgaven voor den Drongelsclien weg ligt ter visie. Het totaal der kosten bedraagt 1136,69. De kosten van het opnieuw in profiel brengen van de Stationsstraat zyn begrepen in de kosten der rioleering. Een specificatie van de uitgaven onder dit artikel ligt ter visie. Het totaal der kosten bedraagt 4323.79}. Idem art. Sb. Onder landwegen wordt alleen de Put- steeg en de Winterdyk gerekend. Idem art. 4. Een specificatie der uitgaven ligt ter visie. Het totaal der kosten bedraagt 1990.01. Idem art. 10. De verwondering der Commissie, dat de post straatvegen met 500.is verhoogd voor het vegen der straten in Baardwyk en Besoyen, begrypen wy niet. Uit de redactie zou men afleiden dat de Commissie erkent, dat eene verhooging van 500.voor de uitbreiding met de straten der beide toege voegde gemeenten te aanvaarden is. De post is ook alleen daarvoor verhoogd. Inder daad levert de veegmachine een besparing, die reeds voor een gedeelte tot uitdrukking kwam in het voor 1921 voor het vegen ge stelde cyfer van 2600.(een verminde ring van 400.tegen 1920). Kon de rei nigingsdienst niet beschikken over de veeg- mnehine, dan zon zeker niet i»n de uitbrei ding van de te vegen straatoppervlakte met een verhooging van 500.kunnen worden volstaan. Idem art. 12. De regeling die de Commissie zich voor stelt ten aanzien van het ophalen van asch eu vuilnis, is in de praktyk naar het ons voorkomt niet uitvoerbaar. De vuilnis stortplaatsen zyn in den buitenpolder aan de Groensteeg en in de Putsteeg by den Meerdyk. De stortplaatsen zyn te ver afge legen om liet vuilnis, dat wordt opgehaald, in eens daarheen te vervoeren. Wanneer de straten met de veegmachine zyn gereinigd en het vuil op hoopjes is geveegd, is het zaak die zoo snel mogelyk te verwyderen, anders wordt het vuil door het verkeer weer over de straten verspreid. De verre afstand geldt evenzeer voor het ophalen van het zoogenaamde huisvuil. Ook hierbij is het noodig dat het ledigen der bakken, die in den regel een weinig ooglyk aanzien hebben, zoo snel mogelyk verloopt om te voorkomen dat door baldadige jeugd of door honden den inhoud wordt overhoop gehaald. Nu moge meu de oplossing der moeilykheid al zien in het aanschaffen van een grooten vierwieligen wagen, doch daarby wordt uit het oog verloren dat met een dergeiyken zwaren wagen de stortplaatsen niet zyn te bereiken. Wy hebben reeds meermalen ern stig de aandacht geschonken aan deze aan gelegenheid, doch wy zien in de gegeven om standigheden in den door de Commissie aan gegeven weg geen verbetering. Hoofdstuk VII. artikel 2. Het waterleidingbedryf is in 1919 overge nomen. De begrooting 1922 geeft met die van 1920 reeds een verschil van plus minus 1000.op salarissen, tractementen, kin dertoeslag en pensioensbydragenin 1921 is voor het eerst een bedrag van 1000. uitgetrokken als vergoeding aan de ge meente voor de kosten van aanleg en onder houd der wegeu, terwyl voor uitbreiding van het buizennet in 1920, het bedrag der rente en aflossing met ongeveer 450.is verhoogd. Wanneer er dan ook in de toe lichting op wordt gewezen, dat de omstan digheden zich in onguustigen zin hebben ge- wyzigd, wordt daarmede slechts bedoeld dat, wanneer de hiervoor aangehaalde on gunstige factoren de exploitatiekosten niet hadden gedrukt, het bedryf zich voor 1922 ongeveer zou hebben kunnen bedruipen. By de overneming van het bedryf is behalve rente en afschryving gerekend op een ex ploitatie-uitgaaf van ruim 9.300.terwyl die op de begrooting 1922 ruim 11.700 be loopt. Hoofdstuk VII. afd. 1, art. 4. Door de gemeente Baardwyk werd aan deu leider van den Rykscursus aldaar eeni ge jaren een subsidie gegeven van 50. in de kosten van aankoop van gymnastiek- toestellen, zonder eenig beding. By het ver trek van den leider eenige maanden gele-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1922 | | pagina 2