Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Uitstoomen en Verven.
De Portierster
van Alfortyille
EERSTE BLAD.
„De Stralende Zon"
Gemengd Nieuws.
R.deRooij-Bourgonjen
Stationstraat 71.
Waalwijk.
Granieten Vloeren.
Granieten Aanrechten,Gootsteenen.
ih i HnrnHn i
FEUILLETOM
„NGORD-BRABAND"
NUMMER
ZATERDAG 13 JANUARI 1923
JAARGANG.
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdreeECHO.
2)it nummer bestaat uit üDri-e
Bladen
TILBURG.
Rouwgoederen binnen 2 x 24 uur.
Reparaties op verzoek netjes en
billijk
Depot's TH. v. D. SANDEN, Groote,
straat 415; Kaatsheuvel, N. STRAVERS-
Hoofdstraat. 2246
Manifestvergadering.
Niet genoeg kan worden gehamerd
op het aambeeld, dat wij in onze smidse
hebben opgesteldjuist nu. nu het
ijzer heet is moeten wij in toepassing
brengen het frappez, frappez toujours.
Met deze gedachte zijn wij, de Voor
zitter en ondergeteekende jl. Dinsdag
naar de vergaderfng getogen, uitge
schreven door de Vereeniging van
Tilburgsche Fabrikanten van Wollen
Stoffen.
Het Bestuur dier Vereeniging, van
oordeel zijnde dat de ontevredenheid
over de passieve houding der Regee
ring ten aanzien van de hulpverleening
aan de door de groote buitenlands he
concurrentie ten zeerste bedreigde in-
dustrien algemeen is, meende dat een
zeer krachtige protest-actie tegen deze
houding mogelijk ertoe kan bijdragen,
dat wijziging in de opvattingen der
Regeering komt.
Ten einde nu eene eerste bespreking
over eene zoodanige actie te houden,
waren uitgenoodigd de Voorzitters en
Secretarissen van een tiental werk
geversorganisaties in Noordbrabant.
Eenstemming -was de vergadering
van oordeeler moet, er zal iets ge
schieden. Zoo kan het niet langer
blijven, wij kunnen niet werkeloos aan
zien, dat onze ondergang langzaam
maar zeker, neen snel en zeker nadert.
Maar wat kunnen we nog doen
Hoe moeten wij de machthebbers
184).
overtuigen
Dat waren de vragen, die aan de
vergadering werden voorgelegd.
De Voorzitter, de heer L. de Beer
(Tilburg) had in zijn openingswoord
gesproken van een protest-actie tegen
de Regeering.
Neen, zoo werd vanuit de vergade
ring betoogd, het is niet meer de Re
geering, die moet worden overtuigd,
het is de Kamer.
Jawel, maar, de Regeering moet lei
ding geven, moet een daad stellen,
werd weer tegengeworpen en als zij
dat verzuimt, is zij de nalatige.
Zij mag zich niet verschuilen achter
het gevoelen der Kamer, die zich niet
uitgesproken heeft, zij moet voor den
dag komen met haar voorstel
En komt het dan tot een strijd, zou
werkelijk haar ontwerp van steun en
redding geen meerderheid vinden, wel
nu, zoo sprak men, dan moet zij het
maar aandurven om zich op de kiezers
te beroepen, dan moet de Kamer maar
heengaan. Sinds dezen zomer is de
toestand alweer zoodanig geworden
dat de kiezers zeker ten gunste van
behoud van onze groote bronnen van
volksbestaan, onze industriën, zullen
uitspraak doen.
Vooral geldt dit in hooge mate voor
Noordbrabant, dat van zijne zandgron
den alleen niet kan leven.
Dit alles en nog veel meer, werd
besproken. En daaruit blijkt wel, hoe
de stemming der aanwezigen was.
Echter, vooraleer verder te gaan, won
het voorstel van den Voorzitter de
sympathie, hierop neerkomende, dat
eene groote protest of liever manifest-
vergadering zal worden gehouden,
waaraan de geheele Noordbrabantsche
industrie moet deelnemen, ja waarin
de geheel Noordbrabantsche bevolking
zich als één aaneengesloten geheel
moet opmaken om te betoogen dat wij
niet bestuurd wenschen te worden door
Regeerders en door Volksvertegen
woordigers die 't lijdelijk aanzien, dat
wij door de wanverhoudingen in de
economische toestanden der wereld
worden ten ondergebracht, die geen
hand uitsteken om ons te helpen, ter
wijl wij worden onder den voet ge-
loopen door de buitenlanders, die hier
hunne overproductie en hunne valuta-
fabricaten met honderden wagonladin
gen op de markt gooien in zoodanigen
overvloed, dat in deze vergadering de
bewering kon worden geuit, dat nog
voor twee jaar genoeg schoenen in ons
land zijn, schoenen, die in valutalanden
zijn gemaakt.
Al moge in dat gezegde eenige over.
drijving schuilen, zeker is het, dat de
valutaproducten nog maanden en maan
den ons in den weg zullen staan, ook
al gaan nog op dezen dag de grenzen
dicht 1
Treffend werd op de vergadering
gedemonstreerd hoe de sigarenindustrie
is gevaren na de aanneming van de
beschermingswet, ie 30 November j.l.
werd aangenomen in de le Kamer.
Op 9 December afgekondigd, trad
zij eerst in werking op 27 December,
den Duitschers tijd gevend om maat
regelen te nemen, die in zeven dagen
WETTELIJK tot stand kwamen.
Zoo doet men hier 1 En zóó daar
Welaan dan, gij oude Generaliteits
landen, wingewesten, maar nu, sinds
honderd jaren, vrij 1
TyfrpT^WAA LW U K f<TTT^)'
DOOR ERVARING STERK.
Laat U niet opnieuw terugvoeren in
den staat van knechting waarin Uwe
voorvaderen zoo lange jaren, eeuwen,
hebben verkeerd, gij, Meijerije van Den
Bosch, Land van Kuyk gij Baronieë
van Breda, Markiezaat van Bergen-op-
Zoom en Heerlijkheden van Willem
stad, Prinsenland en Steenbergen, gij,
vrije Prpvtncie Noord-Brabant van onè
vrije Nederland, toont, dat gij niet meer
geregeerd wordt door de Staten Gene
raal van Holland, maar dat gij mede
regeert in de Staten-Generaal van
Nederland.
Op dan, allen, naar de groote Mani
fest-vergadering, die wordt gehouden
in Uw aller naam en voor Uw aller
belang, de vergadering, die met luide
stem zal spreken tot hen, die meenen,
hunne belangen en belangetjes hooger
te moeten stellen, dan het belang van
het wel en wee van eene geheele
Provincie.
Ziet den dringenden oproep, die al
om wordt verspreid, geeft daaraan
gehoor, blijft niet werkeloos thuis, maar
smeedt mee nu er gesmeed moet
worden 1
Het ijzer is heet 1
M J. H DENTENEER,
le Secretaris Adviseur van den
R K. Bond van Schoenfabrikanten.
De moordaanslag te Valkenswaard.
Zooals wij onder „Laatste Be
richten" mededeelden, heeft het onder-
Verkrijgbaar bij
BAARDWIJK. 2A3CO
zoek inzake den moordaanslag op den
heer Desmet uitgewezen, dat de heer
K betrokken is in den aanslag op den
heer Desmet. Ook de verklaringen van
mevrouw D. zijn zoodanig, dat zij al
thans voor het oogenblik niet op vrije
voeten gesteld kan worden.
De verklaringen der beide verdach
ten zijn zeer tegenstrijdig.
Gistermorgen om negen uur zijn de
beide verdachten naar Den Bosch
overgebracht per gesloten automobiel.
Ook het wapen, waarmede de aanslag
is gepleegd, is bij de plaats van het
misdrijf gevonden.
Te Musselkanaal is op den rij
wielhandelaar A. Grenneman, uit Win
schoten, een moordaanslag gepleegd.
Het slachtoffer kreeg een messteek
in de keel, terwij' hij van portefeuille
en geld werd beroofd.
De drie daders zijn gearresteerd
Abonneert U op dit Blad.
SPECIAAL ADRES VOOR: 30143
W Beslist sterker en veel goedkooper dan Tegelvloeren.
Waalwijhsciie en Langstraatsehe Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijg per 8 maanden 1.25.
Franco per poit door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden eng.,
franco te zenden aan den Uitgever.
UlTGAT*:
Prij» der AdvertentlSn
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclame* 40 cent per regel.
Bfl contract flink rabat.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
4c
van „De Echo van het Zuiden".
„De echte Paul Harmant is dood, niet
waar?" ging dan weer de instructierechter
voort, „en hij, die thans dien naam draagt
heet werkelijk Jacques Gérardï"
Soliveau hief de schouders op.
„Ik heb u reeds gezegd, dat ik niet meer
zou antwoorden," zeide hij tevèns, „en ik
zal mijn woord houden. Uwe vragen maken
mij zenuwachtig... Gij weet waar ik woon.
Is u dat nog niet voldoende?... Ziet gij dan-
niet dat ik een ergen slaap heb. Laat mij
naar bed gaan. Morgen...
„Wie had u belast Lucia Fortier te ver
moorden en hare moeder Jeanne? Wie heeft
u daarvoor betaald?" ging de magistraat
voort.
Thans antwoordde Soliveau niet meer.
„Waarom spreekt gij niet?" vroeg de in
structierechter.
Dezelfde stilte.
De man der wet stond op zonder iets te
laten blijken van zijn woede die hem ver
teerde.
„Dat men dien man wegleiden en eenzaam
opsluite", beval hij.
„Prachtigriep Ovidius met een grijns
lach uit. „Dan zal ik toch rustig kunnen
slapen... Dat doet mij genoegen... Goeden
avond, heeren!... Vooruit, agenten', voert
mij weg
Het hoofd der veiligheid gaf een teeken
en de vertegenwoordigers der politie brach
ten den gevangene naar de cel.
„Die kerel is een bandiet van de gevaar
lijkste soort," riep de instructierechter uit.
„Zoo ik goed gelezen heb in zijne gedach-
te," hernam het hoofd der veiligheid, „dan
zullen wij bij hem dacumenten vinden, die
ons beter kunnen inlichten dan al zijne
antwoorden."
„Dat is mogelijk. Maar zou hij ons werke
lijk zjjn adres hebben opgegeven?"
„Dat moeten wij onmiddellijk onderzoe
ken en zoo 't adres juist is, zonder langer
aarzelen, bij hem een nauwkeurig onder
zoek in stellen."
„En wat moet er met Paul Harmant ge
beuren, mijnheer de rechter van instruc
tie?"
„Weet gij waar die woont?"
„Ik weet dat hij een groot atelier te Cour-
bevoie heeft".
„Belangrijke ateliers?"
„Ja, geloof ik, zeer belangrijk."
„Hebt gij ooit iets ten laste van dien man
vernomen?"
„Nooit. Hij gaat voor een zeer achtbaar
maji door."
De instructierechter dacht een oogenblik
na en hernam
„Mij dunkt dat wij moeten wachten, alvo
rens iets tegen Paul Harmant te onderne
men, totdat wij ten opzichte van Ovidius
Soliveau volkomen zijn ingelicht. Die man
heeft gesproken onder den invloed van een
bijzondere dronkenschap... Hij zag er als
een waanzinnige uit. Wfl zouden lichtvaar
dig handelen, zoo wij zijne woorden al te
ernstig opnamen... Eerst zullen wij een on
derzoek in zflne woning instellen. Zoo wij
er voorwerpen aantreffen, die tegen Paul
Harmant getuigen, dan zullen wij onmiddel
lijk met de noodige krachtdadigheid optre
den en den kerel in arrest nemen. Is dat
niet het geval, dan zullen wij hem in het
oog houden, totdat wij nader zijn ingelicht."
Het hoofd der openbare veiligheid neeg en
vroeg
„Wenscht mijnheer de instructierechter
dat er heden nacht nog een huiszoeking ge
houden wordt in Soliveau's woning?"
•De magistraat raadpleegde zijn horloge.
,,'t Is kwart voor twaalf uur," zeide hij.
„Wij kunnen om half een reeds in de Cli-
chylaan zijn."
„Welaan dan, vooruitzeide de rechter
van instructie.
„Gfl zult ons volgen," beval het hoofd,
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
der veiligheid aan de beide agenten.
Op het binnenplein der prefectuur ston
den twee rjjtuigen gereed. De mannen der
gerechtigheid en der politie stapten in.
Het sloeg middernacht, toen de rjj tuigen
vertrokken.
Paul Harmant onze lezers weten het
was, door Raoul Duchemin op de hielen
gevolgd, de Romestraat ingestapt.
Hf) ging het Europaplein over om de St.
Petersburgstraat te bereiken, die hem recht
naar de Olichylaan leidde.
Daar hij nog een uur tjjd had, wandelde
hij met langzamen tred en meer dan eens
staarde hü achter zich uit om te zien of hij
niet gevolgd werd.
Raoul Duchemin hield het trottoir aan
de overzijde en verloor den man geen oogen
blik uit het oog.
Op het Clichyplein gekomen, raadpleegde
de millionair zijn horloge onder eene gas
lantaarn.
't Was nog maar acht uur vijf en dertig.
Paul Harmant zette zich voor een koffie
huis neder. Zoodra Duchemin dit zag, dacht
hfl „In dit kwartier moet Ovidius wonen.
De constructeur wacht op het uur der bij
eenkomst. Laat ik zijn voorbeeld volgen."
Hfj nam plaats voor een cafe aan den
overkant en bestelde een bock.
V(jf minuten voor negen uur betaalde
flarmant hetgeen hij gebruikt had en ver
trok.
Raoul volgde hem opnieuw.
Om negen uur juist stond Mary's vader
stil voor de kleine grijze deur, die wij ken
nen en schelde luid.
Duchemin stond aan de overzijde op den
hoek eener groote koetspoort.
„Daar is het," dacht hij. „Nu zullen wfl
spoedig zien of baron Arnold de Reiss thuis
is."
Enkele oogenblikken gingen voorbij.
De deur bleef gesloten.
Harmant schelde nog eens, doch even
vruchteloos als de eerste keer, en nog een
derdemaal, op eene wijze thans, die duide
lijk zijn ongeduld getuigde. Doch de deur
werd niet geopend.
„De ellendeling ls niet thuis," dacht
»*«t*tè*»É>t>ÉÉtfc44AAAÉ<
PVffVf
den Teulinêde Leiier.
Duchemin, „wat zal Harmant nu doen?"
Onbeweeglijk, ten einde raad, vroeg deze
zich af wat die afwezigheid wel mocht be-
teekenen? Daar hfl echter niet de minste
reden had te veronderstellen, dat hem hier
een valstrik gespannen werd, besloot hij te
wachten.
Wellicht werd Ovidius ergens tegen zijn
wil opgehouden.
De millionair wandelde een tijd lang op
en neer op het trottoir.
Raoul ontging dat niet. Van het licht
eener lantaarn zag hij zeer duidelijk, welke
teekenen van ongeduld de man tusschen-
beide gaf.
„Zal dat zoo tot morgen vroeg doorgaan?"
vroeg Raoul zich af. „Hei plaatsje, dat ik
hier gekozen heb, is niet erg geschikt om
er den nacht door te brengen. Harmant kan
mij hier elk oogenblik gewaar worden en
dan begrijpen dat hij wordt bespied."
Terwijl hij daarover nadacht wierp hij
een blik in het rond.
Enkele huizen slechts van de woning,
waar Harmant zoo ongeduldig wachtte, be
merkte de jongeman een café.
„Dat is 't wat ik noodig heb,'" dacht hij.
„Hoe minder men zich verborgen houdt, des
te minder ook komt men verdacht voor. Ik
zal daarbuiten plaats nemen aan een tafel
en van die plaats zal ik op mfln gemak de
bewegingen van Paul Harmant kunnen na
gaan."
Hfj bestelde een glaasje rhum, rolde een
sigarette en wachtte.
Harmant zette zijne wandeling voort.
„En ik heb mij toch niet vergist," dacht
hij, bij het lezen van het telegram.
Het café naderend, waar Raoul gezeten
was, las hij het telegrafisch bericht nog
eens na.
„Negen uur, staat er toch," sprak hij,
En het telegram tusschen zijne vingers
verfrommelend, zette hij zflne wandeling
voort.
Het sloeg tien uur.
Harmant naderde opnieuw de deur,
schelde herhaalde keeren en dan begon hfl
weer met ongelflken tred op en neer te loo-
pen.
Nog verliep er een geruimen tfld. 't Sloeg
elf uur op den toren vap Batignolles.
Paul Harmant uitte een doffen vloek en
vertrok.
„Goede reis!" mompelde Raoul. „Uw be
ste vriend Soliveau is wellicht op fortuin
uit... Hfl zal mfl den tfld laten bfl hem eene
huiszoeking in te stellen."
De jongeman vroeg nog een glaasje rhum,
doch de kellner, die hem bediende, zeide op
vriendelflken toon
„Gelief u te haasten, mijnheer, want wij
zullen dadelijk sluiten."
Raoul dronk zijn glas uit, betaalde en
stapte verder de Olichylaan in.
Toen hfl voorbij de grflze deur ging, wierp
hfl een vorschenden blik op den muur.
Neven de deur stond een hardsteenen paal,
„Dat zal gemakkelijk genoeg zfln," dacht
Raoul.
Het koffiehuis werd gesloten,
Geen volk was er meer te zien.
ACHT EN VIJFTIGSTE HOOFDSTUK.
De winkels werden een voor een gesloten.
Duchemin lachte met de woede van Paul
Harmant.
De voorbijgangers werden zeldzaam.
De bezoekers uit het café vertrokken de
een na den andere.
Duchemin naderde den muur, wierp het
pakje dat hfl onder den arm droeg er over
heen en wachtte tot twaalf uur.
„De kerel is wellicht aan 't feestvieren",
dacht Raoul, „en zal waarschijnlijk den
nacht in de stad doorbrengen."
„Doch wat daarvan ook moge zfln, er
moet onmiddellijk gehandeld worden."
Na zich nogmaals verzekerd te hebben, dat
er niemand in de nabijheid was, klom de
jongeman op den paal aan de deur en zat
met een enkelen zwaai boven op den muur.
Een oogenblik later stond hfl in den tuin.
Raoul onderzocht de deur die goed ge
sloten was en vond bovendien nog een paar
grendels, die hfl dichtschoof.
„Uitstekend Zoo zal ik niet licht verrast
worden," dacht hij. „Doch hoe zal ik hier
uitkomen, zoo Soliveau intusschen arri
veert?... Men moet alles voorzien."
(Wordt vervolgd).