Buitenland,
Binnenland.
Land- en tuinbouw
Vaste Betrekkingen
hoeverre en op welke wijze aan onzen
wensch kon worden tegemoet gekomen.
Wij koesterden de goede hoop gehol
pen te zullen worden, temeer omdat
de vraag om hulp hier gold een helpen
van eigen welvaart, van eigen
kinderen, van eigen burgers.
In het vaste vertrouwen, dat het in
goede handen was, en gezien de taak
der Regeering om eigen welvaart,
eigen belangen van volk en industrie
te beschermen, kon zulks veilig aan
's lands beleid worden toevertrouwd.
De contactcommissie kende rusteloos
haar plicht om tijdig en steeds de
noodige voorlichting te verschaffen
welke minstens genomen dienstig kon
zijn voor de overwegingen tot steun
bij dat gezag. Het contact met de be
trokken autoriteiten leefde naar onze
overtuiging onafgebroken voort. Alleen
het duurde intusschen lang, eer spre
kende vordering van hulp merkbaar
was Zoodat, men houde het ons ten
goede eenige vrees en bezorgdheid
aan onzen kant niet mag worden
verzwegen.
Verklaarbaar echter omdat de drang
en die hulp door den toenemenden
nood. gezien de gevallen slachtoffers
in beide industrieën met den dag in
aantal toenamen.
Intusschen achtte de Commissie het
gewenscht, ja noodzakelijk, om zich
zooveel mogelijk in contact te stellen
met tal van personen, leden uit 's Lands
werkplaats, staande in het Binnenhof
om hun oordeel te vernemen of er
inderdaad nog gewerkt werd aan de
afrastering van het grenshek, als ver
sperring van den weg waarover reeds
ruim twee jaren de moordende con
currentie voor onze schoen- ea leder
industrie vervoerd was. En inderdaad
de inlichtingen waren zoodanig dat de
hulp nabij was, zoodat het spreekwoord
opdrong als de nood het hoogst is,
is de redding nabij. Dus vol vertrou
wen, temeer men Vvekte steeds
goede verwachtingen op aan die zijde
ten gunste van ons streven. Zulks was
voor ons als belanghebbenden van
groote waarde van volle beteekenis
Temeer omdat een gunstig verloop van
de zaak in kwestie vernomen werd van
mannen van naam. Tal van Kamer
leden maakten zich dankbaar verdien
stelijk, en gaven door woord en daad
ten volle blijk te beseffen, niet alleen
ons goed recht, maar onze dure plicht
om te streven naar de hulp van 's lands
gezag voor behoud van industrie en
volk.
Zelfs de verantwoordelijke Ministers
gaven blijk intussehen overtuigd te
zijn van den nood der schoen en
lederindustrie, van de ellende, die ge
leden werd onder de tallooze arbei
dersgezinnen als gevolg van de valuta
concurrentie uit het buitenland.
Ieder eerlijk buitenstaander alsook
de pers was van oordeel, dat eerst
daags een gunstige beslissing bij de
regeering zou vallen, zoodat intusschen
dat grenshek, waarvan wij boven
spraken, de werkplaats op het Binnen
hof zou verlaten en zou verhuizen
voor tijd en wijle naar de plaats des
onheils, in het vertrouwen dat groote
leed bij de massa arbeidlooze arbeiders
zij het niet direct weg te nemen, dan
toch minstens te beperken en onze
schoen-en lederindustrie nieuwe levens
sappen bij te brengen.
Doch helaas alles bleek tot heden
tevergeefs. Tevergeefs die vertrouwde
hoop op steun en hulp. Tevergeefs
die opgewekte verwachtingen. Tever
geefs de gedachte aan het grenshek
waaraan men zoo ijverig werkte
waarvoor men zelfs eenige overuren
gevraagd zou hebben en verkregen
om daarmede maar spoedig klaar te
zijn en waarom ook niet Minister
Aalberse wil wel. Kortom alles te
vergeefs
Tevergeefs 3 jaren gecorrespondeerc
3 getelefoneerd.
3 getelegrafeerd.
3 geconfereerd.
gemanifesteerd.
En nu de vraag, zal ook nu tever-
cents per week aan steun voor het
onderhond van dat gezin.
Laat ik U tegelijk zeggen dat daar
van af moet plm f 3 aan huishuur,
zoodat slechts rest plm f 6 ontoerei
kend om met de hedendaagsche
prijzen voor een gemiddeld gezin
droog brood te koopen.
En dan spreken wij nog niet over
zooveel andere onmisbare levensmid
delen die toch ontbeerd moeten
worden. Wij spreken nog niet van
brandstoffen in dezegure wintermaan
den. Wij spreken niet van kleeding
aan het lijf, van deksel op het lijf.
Waar moet dat heen
Hoe zal 's Lands Regeering ver
antwoorden om ons langer te onthou
den de hulp, den steun waarop wij
recht hebben
De regeering geve ons arbeid, voor
onze schoen-, voor onze reeds lang
in nood verkeerende jederbedrijven.
De regeering geve ons arbeid voor
onzen handeldrijvenden winkelstand in
schoenen en aan reparateurs.
De regeering geve ons arbeid voor
onze stedelijke schoenmakerspatroons
De regeering geve ons arbeid voor
dat groote getal handelsagenten, wie
tun bestaan ontnomen is door dezelf
de valutaconcurrentie. De handelsagen
ten die ambtshalve eeu zekeren stand
tebben op te houden en daarom
zonder werk, zonder steun een even
zeer beklagenswaardige positie hebben
te torsen.
De regeering houde op met zoeken
naar den weg en het middel, doch zij
tandele. In het andere geval zal men
zoo lang praten en zoeken naar het
recept voor den zieke, dat inmiddels
de dood is ingetreden
En het feit dat wij thans hier saam
gekomen zijn as vertegenwoordigers
van 9 organisaties van werkgevers en
werknemers, die principieel staan op
iet standpunt van orde en recht, van
eerbied en gehoorzaamheid aan
Lands gezag, dat deze 9 organisaties
hier saam zijn, in dit teeken. dat
noode en met pijnlijk gevoel deze
organisaties aan hun verantwoording
verplicht, zulk feit moet de Regeering
een meer dan overtuigend bewijs zijn
van den bitteren nood die geleden
wordt in de schoen en lederindustrie.
Zulk een feit moet de Regeering
doen beslissen onverwijld tot het
sluiten onzer Landgrenzen, waardoor,
naar wij hopen, een verder verval van
industrie en volk nog kan voorkomen
worden.
Intusschen vernemen wij uit de
ochtendbladen, dat de Regeering een
wetsontwerp het licht deed zien voor
tijdelijke beperking voor den invoer
van schoenwerk tot 1 Januari 1924
Daarvoor zijn wij oprecht dankbaar
doch men houde het ons ten goede
nog niet voldaan Immers twee wel
vaartsbronnen zijn in nood en het
ontwerp van wet biedt slechts hulp
aan een daarvan, met name de schoen
industrie, zoodat de lederindustrie nog
onverzorgd blijft
De Regeering bedenke, tevens ook
de Kamer, dat de nood in de leder
industrie en het geleden verlies in
verhouding tot den omvang en aanta!
bedrijven minstens genomen even groot
is als in de schoenindustrie, dat de
beperking van productie in het leder
bedrijf reeds eerder aan de orde kwam
door de lederinvoer dan in de schoen
industrie. Het moge waar zijn, dat de
werkloosheid naar buiten niet in die
mate zich afteekende als in de schoen
industrie, dit vindt zijn oorzaak in het
feit, dat de werkgevers in het leder-
bedrijf hunne arbeiders op zeer langen
termijn waarschuwden om gelegenheid
te vinden in andere bedrijven, b v.
't landbouwbedrijf of elders werk te
vindenofschoon de werkloosheid in
dit bedrijf nog omvangrijk is en de
nood onder de arbeiders eveneens hoog
te noemen. Dat de redeneering niet
opgaat, dat met de hulp, te geven aan
de schoenindustrie deze zal beteekenen
mede gegeven te zijn aan de in nood
verkeerende lederindustrie. Deze theorie
geefs uitvallen deze, onze protestver- 1 is in de praktijk gebleken onjuist te
gadering Alles en allen diep teleur- zijn, wat zich volkomen laat voelen bij
gesteld en de industrie kwijnt op haar
ziekte voort.
Het lijden van hare ledematen, met
name van honderden werkgevers, en
vooral de lichamen van die duizenden
vaders en moeders en tienduizenden
kinderen teren uit van honger en ge
brek. Bij deze laatsten is niet alleen
nood, maar hongersnood en dat in
deze bitter nijpende winterkoude.
Het zou mij te ver voeren om hier
in onderdeelen te treden en met feiten
aan te toonen het reeds langj geleden
te lijden en wie weet nog te
te lijden gebrek bij die duizenden
onzer arbeidersgezinnen.
Doch het is niet noodig. Laat ik om
kort te gaan U een zekere n waarde
meter geven ter beoordeeiling of ik
overdreef, dat er honger gel eden is en
honger geleden wordt. Laat ik U zeg
gen, dat voorzoover die brave werk-
looze vaders van zoo menig talrijk
gezin kinderen in aanmerking kwamen,
voor 't overgroote deel slecht; s f 9 60
ontvangen, zegge negen guidon zestig
eenig nadenken
Immers als de schoenproductie uit
het buitenland vanwege de lage valuta
de schoenindustrie geknakt heeft, dan
gefdt ditzelfde bezwaar eveneens voor
de lederindustrie. Bewijzen daarvoor
zijn de cijfers, die de enorme kwantums
leder aangeven, die ingevoerd worden,
waar tegenover staat een zeer klein
kwantum wat onze lederindustrie in
1922 in totaal kon afzetten.
Als ondersteuning en staving hiervan
kan dienen het voor iedereen tastbare
bewijs, dat onze Nederlandsche leder
fabrieken reeds meer dan twee jaren
slechts op '/5 van hare capaciteit
werkten. Deze zaak is grondig door
wederzijdsche partijen nagegaan en
volkomen overeenstemming is ver
kregen om de Commissie van Overleg
mede namens de schoen—en leder
fabrikanten op te dragen de bescher
ming voor de schoen- en evenzeer
voor de lederindustrie te bevorderen.
En aangezien in deze contactcommissie
ook schoenfabrikanten zitting hebben,
met namen de heeren H. Mannaerts
uit Tilburg, B. Timmermans uit
Waalwijk, industriëelen van naam en
tot oordeelen bevoegd, blijven dus de
organisaties in deze actie zich aan hun
eer en gegeven woord verplicht ge
voelen, den betrokken Minister te
verzoeken het verschenen bescher
mingsontwerp op schoenen alsnog uit
te breiden tot het leder.
Wij vertrouwen dat de Regeering
en Kamers het verschenen wetsont
werp in dien zin gewijzigd zullen
aannemen, waarvoor [de dank zal
ilijven voortleven aan de Regeering,
niet i,het minst bij de groote schare
arbeiders, omdat [daardoor, naar wij
ïopen, het grootste leed zal zijn
geleden.
Na ook deze telkens luide toege -
juichte rede, verkrijgt de heer Donker
t woord om zijne prachtig geimpro»
viseerde rede uit te spreken en de
vergadering in groote begeestering te
irengen.
Ingezonden Mededeelingen.
bij Rijk en Gemeente. Leeftijd 18—35
jaar. Opleiding in korten tijd. Gratis
inlichtingen onder No. H. V. 539 Alg.
Adv. Bureau D. Y. ALTA, Groningen.
02241
De heer W. Donker l'znzegt
dat toen hij achter de tafel de sprekers met
bewondering volgde, hij zich afvroeg, of 't
nog noodig was, dat htj het woord voerde,
daar aller belangen reeds besproken zfln.
Maar waar spr. gaarne ook een naklank
zou verlangen door het land, daar hoopt hij
een Indruk te geven van het gehoorde. Toen
spr. hoorde dat de heer Timmermans sprak
over de kunstenaars, die nu werkten op den
akker (en spr. wil er bij voegen om er te
vinden wat zfl in hun fabriek niet vonden),
maakte ontroering zich van hem meester,
want spr. heeft het schoenenvak lief.
Ook wil spr. aceentueeren den nood en de
ellende in de arbeidersgezinnen, door den
heer Roestenberg geschetst, en spr. zou er
willen bflvoegen: weet gij het, dat in het
geheele land achter de groote spiegelruiten
der winkels de grootste nood bestaat en dat
wat in Brabant bij de arbeiders is, bij de
Hollandsche winkeliers reeds in het tweede
stadium verkeert. Weet ge, dat radeloosheid
er reeds heeft plaats gemaakt voor redeloos
heid en de concurrentie tegenover de Duit.-
sche consortiums niet meer gevoerd wordt
op een gezonde basis, maar op redelooze,
uit radeloosheid ontstane wijze. Lakende de
valutakoopers, zegt spr.Gaan ze er niet
prat op, bloedzuigers te mogen zijn op het
platgetrapte lichaam van den Duitschen
Michel? Wat zou men zeggen, zoo men hier
alle tramconducteurs verving door collega's
uit Duitschland tegen een loon van 2.50?
Wat zou er niet een storm opgaan. Maar
als men datzelfde doet met de fabrikanten,
dan begrijpt het publiek niet dat dit toch
feitelijk hetzelfde is. 't Is maar al te waar
het volk denkt niet, het volk volgt.
Spr. zet uiteen hoezeer rte winkelier lijdt
onder de Duitsche consortiums, waarvan er
één in een maand voor 100.000 omzette.
De massa verheugt zich over koopjes en
wrijft zich de handen als 't ziet hoe de rade-
looze winkelier en schoenmaker zijn prijzen
verlaagt en nog eens verlaagt, omdat dit
publiek in den waan verkeert, dat de schoen
maker altfld te veel vraagt en te weinig
geeft.
Spr. hekelt de vrijhandelaars, die er tegen
opkomen dat de buitenlanders, welke aan
onze arbeiders 't werk ontstelen, worden ge
weerd, opdat de kunstenaars weer aan het
werk kunnen gaan. waarin zij zoo bedreven
zijn.
Spr. vraagt, of het niet wenschelijk is,
den wetgever te vragen, niet alleen spoed
te maken met de aanneming maar ook met
de aanvulling van het wetsontwerp, om ook
na 1 Januari 1924 de bescherming in stand
te houden. Voor prijsopdrijving bestaat
geen vrees. Zullen wij er de Regeering niet.
op attent maken, dat de wet zoo moet wor
den uitgevoerd, dat ieder er baat bij vindt
en de slechte elementen onder ons, die er
zjjn, geen misbruik kunnen maken.
Spr. hoopt dat zijn woord zal doordringen
verder dan hier en dat deze goede gedachte
zal ontstaan: ik wist niet, dat het in de
leder- en schoenbranche zoo slecht was en
vrijhandelaar of protectionist zegthier
moet gered worden, de schoenmakerij mag
niet te niet gaan, want het is het voornaam
ste van de thuis beoefende vakken en de
arbeiders moeten van de akkers en wegen
weggeroepen worden om terug te keeren tot
den arbeid in de fabrieken, (langdurig appl.)
De Voorzitter zegt. dat we allen met den
grootst mogelijken ernst hebben aangehoord,
hoe de positie in de industrie is en stelt
thans namens de Commissie van Overleg de
volgende motie voor:
Gehoord de uiteenzettingen van den toe
stand, waarin de Nederlandsche Schoen- en
Lederindustrieën met de aanverwante vak
ken verkeeren, welke uiteenzettingen zijn
gegeven door sprekers uit de vorengenoem
de organisaties
Overwegende, dat door deze uiteenzettin
gen opnieuw overduidelijk is gebleken, dat
die toestand reeds lang erbarmelijk is, 'en
is gekomen in een stadium van allergroot
sten nood
Overwegende, dat deze noodtoestand in
zijnen vollen omvang reeds gedurende meer
dan een jaar aan de Regeering bekend is
gemaakt
Gezien het ontwerp van wet tot tijdelijke
beperking van den Invoer van schoenwerk;
dat thans aan de Tweede Kamer der Sta
ten-Generaal is aangeboden;
Spreekt hare teleurstelling uit over het
feit, dat ten aanzien der leerindustrie in
voormeld wetsontwerp geen voorzieningen
worden voorgesteld
Dringt desondanks ten allerkrachtigste
bij de Volksvertegenwoordiging aan op on
verwijlde behandeling van voormeld wets
ontwerp, opdat de inwerkingtreding ten al
lerspoedigste kan geschieden
Dringt er bij de Regeering op aan, dat ook
voor de leerindustrie alsnog spoedig maat
regelen worden getroffen
Besluit deze motie ter kennis te brengen
van de Hooge Regeering en van de leden
der beide Kamers van de Staten-Generaal.
De Voorzitter verzoekt allen, die instem
men met deze motie, zich van hun zitplaat
sen te verheffen, waaraan de aanwezigen
spontaan voldoen.
Dit de vergadering gaan er stemmen op
de motie gezamenlijk naar 't iBnnenhof te
brengen, hetwelk de voorzitter ontraadt. Zij
zal echter zegt Spr. worden overhan
digd door een deputatie zoowel aan, de Re
geering als aan de Kamers. (Algemeene in
stemming)
De Voorzitter sluit daarna de vergade
ring en zegt dat de sprekers zeer duidelijk
hebben aangetoond hoe ellendig slecht de
toestand in onze industrie geworden is, hij
brengt hun hartelijk dank voor hunne uit
eenzettingen en geeft voorts de vergadering
de verzekering, dat de Commissie van
Overleg zal blijven vechten tot dc overwin
ning of tot den dood.
MOTIE
De vergadering van 21 Februari 1923 van
belanghebbenden bij de Nederlandsche
Schoen- en Lederindustrie, vertegenwoor
digd door afgevaardigden en leden van de
volgende organisaties
de Ned. R. K. Bond van Schoenfabrikanten,
de Vereeniging van Tilburgsche Schoenfa
brikanten,
de Bond van Nederlandsche Lederfabrikan
ten,
de Nederlandsche R. K. Bond van Lederfa
brikanten,
de Nederlandsche R. K. Lederbewerkersbond.
de Nederlandsche Bond van Christelijke
Fabrieks- en Transportarbeiders,
de Nederlandsche Bond van Schoenmakers
patroons - en Schoenwinkeliersvereenigin-
gen,
de Christelijke Bond van Schoenmakerspa
troons- en Schoenwinkelier».
Het vierde stadium van de bezetting
van het Roergebied kan al evenmin prat
gaan op successen als de drie voorgaande.
Automatisch zijn de Franschen gekomen
van gewelddadige beslaglegging op kolen tot
een streng uitvoerverbod voor (eerst) kolen
(en dan) voor ijzer, staal en metaalfabri
katen en (tenslotte) voor elk stukgoed. Toen
Toen kwam de douane-insnoering, maar tot
dusver heeft geen industrieel of koopman
zich een in- of uitvoer vergunning bezorgd
tolbureaux werden bij bosjes opgericht, tol
beambten kwamen met omnibussen vol uit
Frankrijk aanrollen, maar tolgeldenho
maar 1 Toen zijn de krjjgsraadveroordeelin-
gen, arrestaties en uitwijzingen en requisi-
ties het kregelige Fransche voorspel gewor
den voor de verovering van de spoorbanen,
maar de beambten en de ambtenaren zijn
niets minder hardnekkig geworden, dan zij
den 2n Januari waren en nergens kunnen
de Franschen totnutoe wiggen drijven tus-
sehe de groote lagen van de bevolking.
Het ontbreekt den Franschen niet aan
kritiek. De Engelsche premier, Bonar Law,
heeft aangekondigd, dat Engeland voortaan
in plaats van wel willend-neutraal, strikt-
neutraal zal zijn, maar dat de minnelijke
schikking ten aanzien van de spoorlijn
DlirenGrevenbroich als een laatste con
cessie van Engelsche zijde beschouwd kan
worden. En in een Belgisch blad kan men
een artikel van de hand van Louis Brouc-
kère vinden, waarin hjj van de Fransch-Bel-
gische Roer-onderneming spreekt als van een
productief pand, dat alleen opgebracht heeft
„gebrek aan kolen, toenemende werkloos
heid, daling van de frank, levensmiddelen-
duurte en een algeheele politieke ontwrich
ting".
- Het staat nu definitief vast, dat Bel
gië zal deelnemen aan de internationale
leening ten behoeve van Oostenrijk de Se
naat heeft gisteren, met slechts twee stem
men tegen, het desbetreffende wetsontwerp
aangenomen.
Alle krachten worden ingespannen, om
Oostenrijk weer op de been te helpen, want
anderzijds heeft de Commissie van Herstel
besloten de eerste aanspraken op schade
vergoeding, door Oostenrijk krachtens het
vredesverdrag te betalen, voor een termijn
twintig jaar op te schorten.
Dclcassé. de bekende Fransche Minister
van binnenlandsche zaken is te Nizza plot
seling overleden.
De koning van Zweden, die Vrijdag,
Zaterdag en Zondag der volgende week ons
land bezoekt zal te Amsterdam, Rotterdam
en den Haag met groot ceremonieel worden
ontvangen.
De behandeling der bioscoopwet in de
Tweede Kamer is afgeloopen. De eindstem
ming heeft 1 Maart plaats.
Volgens een Wolff-telegram uit War
schau had Polen op 1 Januari j.l. aan Ne
derland een schuld van 14.218.686.
In de vergadering der R.K. Kiesvereeni-
gtng te Maastricht werd medegedeeld, dat
het gemeentebestuur van Maastricht twee
honderd vijftig duizend gulden per jaar
heeft aangeboden, als de R. K. Universiteit
aldaar zou gevestigd worden.
Naar verluidt, zou het rapport van de
onder voorzitterschap van mr. R. J. H. Pa-
tijn ingestelde Vlootwet-commissie vermoe
delijk in den loop van Maart te verwachten
zijn.
In de gisteren gehouden zitting de»
Tweede Kamer is het voorstel van wet van
den heer Merchant c.s. tot wijziging van de
„Wet op de rechterlijke organisatie en het
beleid der justitie" met 39 tegen 35 stem
men verworpen.
De heer W. Broekhuis heeft voor zijn
terugkeer uit Nice in Italië een consortium
gevormd, dat zich in verbinding heeft ge
steld met Benito Mussolini, teneinde te ko
men tot de uitgifte van een premieleening
onder staatstoezcht. Een Itallaansch plan
is door den heer Broekhufls ontworpen en
door het consortium goedgekeurd. De heer
Broekhuijs is thans naar Holland vertrok
ken, teneinde begin Maart naar Amerika te
gaan met het oog op de opening der bank in
Amerika.
WAT IEDERE MAAND TE DOEN GEEFT.
(2e helft van Februari).
Nadruk verboden.
lederen dag opnieuw geven we uiting
aan onze verbazing, dat het zulk een eenige
merkwaardige winter is. Wij doen er ons
voordeel mee, maar uiten toch tevens onze
vrees, dat het ons straks bezuren zal. Krij
gen we straks nog een wintertje, als alles
is uitgeloopen, en zullen we een wit Paschen
vieren? Dat moeten we afwachten: de na
tuur is ook wel eens abnormaal, d.w.z. af
wijkend, naar den goeden kant. De arbeid
in de vr(Je natuur ging tot heden vrij gere
geld door. 't Lag aan het weer niet, als er
op den akker en in het bosch niet gewerkt
werd. Vele werkloozen kregen werk in het
hout. Het uitdunnen der dennebosschen, die
tengevolge van den droogen zomer in 1921
ook veel dood hout vertoonden, gaf werk in
overvloed. Onder het hakhout kon gespit
worden en is de bodem soms te hard, dan
kon men de opgaande boomen snoeien. Wie
zijn eigen brandhout uit eigen houtgewas
betrekt, zet zijn volk nu aan 't zagen. Maak
ruimte in uw te dichte vruchtboomenzon
en lucht moeten er vrijelijk door kunnen
spelenuw vruchten worden er grooter en
mooier door. Snoei de bloemheesters; snijd
de pyramide-vormigen in op een paar oogen
na, de struiken blijven dan goed gevuld.
Maak thans de leiboomen aan schuttingen
of muren los opdat zich achter de bandeu
of touwen geen schadelijke insecten kunnen
verschuilen. De boomen en latten dienen
goed gereinigd te worden. Het is nu een ge
schikte tijd om uw frambozen te verplanten,
indien ze 3, 4 jaar op dezelfde plaats hebben
gestaan. Zet ze in goed losgemaakter., vcr-
schen grond, na deze met koemest b.v. flink
te hebben gemest. Plant ze niet te dicht bij
elkaar: op 3 fl 4 voet afstand, en niet meer
dan 3 hoogstens 4 scheuten bi) elkaar. Mis
schien hebt ge ze reeds in 't najaar verplant,
dan is dit goed, hoewel het beter is in
't voorjaar.
Verzorgt uw asperge-bedden, als het niet
vriest. Dat wil zeggen: neem dan den grond
gedeeltelijk van de bedden, werk dien in de
padeneen goede handvol blijven op de
plantenin de geulen, welke men al zoo op
de bedden verkrijgt, brenge men verdunde
koemest, men hoeft er niet te zuinig mee te
zijn, daarna vuile men de geulen weer met
aarde 't Is beter verdunde dan stijve mest
te geven; deze blijft te lang boven de plan
ten liggen en helpt dan te weinig.
V6ór het einde dezer maand past men de
winterbespuiting toe bü pruimen en morel
len, tegen de verschillende kwalenzjj ge
schiedt met een 6 7 procent vruchtboom-
carbolineum-emulsie. De pioenroos is onder
de vaste planten een schoone aanbevelens
waardige bloem. Vroeg in 't voorjaar laat ze
reeds haar knopjes zienneem dan het blad
waarmee ge haar lichtelijk hebt bedekt, weg.
De pioenroos te gemakkelijk te vermeerde
ren ge kunt. ze vermenigvuldigen en er dus
ook uw kennissen mee verblijden, door de
plant uit den grond te steken en dan van
elkaar te scheuren zéó, dat elk deel een
neusje of spruitje behoudt, dat opnieuw ge
plant wordt. Geef haar een goeden, vrucht
baren als 't kan zwaren grond. Er zijn onder
de bloemheesters tegenwoordig veel nieuwe,
schoone soorten met de fraaiste bloemen.
Wilt gij ze aanschaffen, laat u dan door
een betrouwbaar deskundige voorlichten, en
schaf u in ieder geval eerst een catalogus
van een bekend kweeker aan, waarin ge
velerlei vindt aangegeven, wat u van dienst
kan zijn. 't Is nu goed om de toebereidselen
tot aanplant te treffen, of om te verplan
ten. Spit den grond goed diep om, of maak
groote gaten en vul die met mestspitten
is het best. In den groentetuin kan men
zaaien, al wat we voor 14 dagen reed»
noemden. De meesten zullen nog wel even
wachten; in ieder geval zij men voorzich
tig en zaale men niet te veel