Buitenland, Binnenland. Land- en tuinbouw Vaste Betrekkingen hoeverre en op welke wijze aan onzen wensch kon worden tegemoet gekomen. Wij koesterden de goede hoop gehol pen te zullen worden, temeer omdat de vraag om hulp hier gold een helpen van eigen welvaart, van eigen kinderen, van eigen burgers. In het vaste vertrouwen, dat het in goede handen was, en gezien de taak der Regeering om eigen welvaart, eigen belangen van volk en industrie te beschermen, kon zulks veilig aan 's lands beleid worden toevertrouwd. De contactcommissie kende rusteloos haar plicht om tijdig en steeds de noodige voorlichting te verschaffen welke minstens genomen dienstig kon zijn voor de overwegingen tot steun bij dat gezag. Het contact met de be trokken autoriteiten leefde naar onze overtuiging onafgebroken voort. Alleen het duurde intusschen lang, eer spre kende vordering van hulp merkbaar was Zoodat, men houde het ons ten goede eenige vrees en bezorgdheid aan onzen kant niet mag worden verzwegen. Verklaarbaar echter omdat de drang en die hulp door den toenemenden nood. gezien de gevallen slachtoffers in beide industrieën met den dag in aantal toenamen. Intusschen achtte de Commissie het gewenscht, ja noodzakelijk, om zich zooveel mogelijk in contact te stellen met tal van personen, leden uit 's Lands werkplaats, staande in het Binnenhof om hun oordeel te vernemen of er inderdaad nog gewerkt werd aan de afrastering van het grenshek, als ver sperring van den weg waarover reeds ruim twee jaren de moordende con currentie voor onze schoen- ea leder industrie vervoerd was. En inderdaad de inlichtingen waren zoodanig dat de hulp nabij was, zoodat het spreekwoord opdrong als de nood het hoogst is, is de redding nabij. Dus vol vertrou wen, temeer men Vvekte steeds goede verwachtingen op aan die zijde ten gunste van ons streven. Zulks was voor ons als belanghebbenden van groote waarde van volle beteekenis Temeer omdat een gunstig verloop van de zaak in kwestie vernomen werd van mannen van naam. Tal van Kamer leden maakten zich dankbaar verdien stelijk, en gaven door woord en daad ten volle blijk te beseffen, niet alleen ons goed recht, maar onze dure plicht om te streven naar de hulp van 's lands gezag voor behoud van industrie en volk. Zelfs de verantwoordelijke Ministers gaven blijk intussehen overtuigd te zijn van den nood der schoen en lederindustrie, van de ellende, die ge leden werd onder de tallooze arbei dersgezinnen als gevolg van de valuta concurrentie uit het buitenland. Ieder eerlijk buitenstaander alsook de pers was van oordeel, dat eerst daags een gunstige beslissing bij de regeering zou vallen, zoodat intusschen dat grenshek, waarvan wij boven spraken, de werkplaats op het Binnen hof zou verlaten en zou verhuizen voor tijd en wijle naar de plaats des onheils, in het vertrouwen dat groote leed bij de massa arbeidlooze arbeiders zij het niet direct weg te nemen, dan toch minstens te beperken en onze schoen-en lederindustrie nieuwe levens sappen bij te brengen. Doch helaas alles bleek tot heden tevergeefs. Tevergeefs die vertrouwde hoop op steun en hulp. Tevergeefs die opgewekte verwachtingen. Tever geefs de gedachte aan het grenshek waaraan men zoo ijverig werkte waarvoor men zelfs eenige overuren gevraagd zou hebben en verkregen om daarmede maar spoedig klaar te zijn en waarom ook niet Minister Aalberse wil wel. Kortom alles te vergeefs Tevergeefs 3 jaren gecorrespondeerc 3 getelefoneerd. 3 getelegrafeerd. 3 geconfereerd. gemanifesteerd. En nu de vraag, zal ook nu tever- cents per week aan steun voor het onderhond van dat gezin. Laat ik U tegelijk zeggen dat daar van af moet plm f 3 aan huishuur, zoodat slechts rest plm f 6 ontoerei kend om met de hedendaagsche prijzen voor een gemiddeld gezin droog brood te koopen. En dan spreken wij nog niet over zooveel andere onmisbare levensmid delen die toch ontbeerd moeten worden. Wij spreken nog niet van brandstoffen in dezegure wintermaan den. Wij spreken niet van kleeding aan het lijf, van deksel op het lijf. Waar moet dat heen Hoe zal 's Lands Regeering ver antwoorden om ons langer te onthou den de hulp, den steun waarop wij recht hebben De regeering geve ons arbeid, voor onze schoen-, voor onze reeds lang in nood verkeerende jederbedrijven. De regeering geve ons arbeid voor onzen handeldrijvenden winkelstand in schoenen en aan reparateurs. De regeering geve ons arbeid voor onze stedelijke schoenmakerspatroons De regeering geve ons arbeid voor dat groote getal handelsagenten, wie tun bestaan ontnomen is door dezelf de valutaconcurrentie. De handelsagen ten die ambtshalve eeu zekeren stand tebben op te houden en daarom zonder werk, zonder steun een even zeer beklagenswaardige positie hebben te torsen. De regeering houde op met zoeken naar den weg en het middel, doch zij tandele. In het andere geval zal men zoo lang praten en zoeken naar het recept voor den zieke, dat inmiddels de dood is ingetreden En het feit dat wij thans hier saam gekomen zijn as vertegenwoordigers van 9 organisaties van werkgevers en werknemers, die principieel staan op iet standpunt van orde en recht, van eerbied en gehoorzaamheid aan Lands gezag, dat deze 9 organisaties hier saam zijn, in dit teeken. dat noode en met pijnlijk gevoel deze organisaties aan hun verantwoording verplicht, zulk feit moet de Regeering een meer dan overtuigend bewijs zijn van den bitteren nood die geleden wordt in de schoen en lederindustrie. Zulk een feit moet de Regeering doen beslissen onverwijld tot het sluiten onzer Landgrenzen, waardoor, naar wij hopen, een verder verval van industrie en volk nog kan voorkomen worden. Intusschen vernemen wij uit de ochtendbladen, dat de Regeering een wetsontwerp het licht deed zien voor tijdelijke beperking voor den invoer van schoenwerk tot 1 Januari 1924 Daarvoor zijn wij oprecht dankbaar doch men houde het ons ten goede nog niet voldaan Immers twee wel vaartsbronnen zijn in nood en het ontwerp van wet biedt slechts hulp aan een daarvan, met name de schoen industrie, zoodat de lederindustrie nog onverzorgd blijft De Regeering bedenke, tevens ook de Kamer, dat de nood in de leder industrie en het geleden verlies in verhouding tot den omvang en aanta! bedrijven minstens genomen even groot is als in de schoenindustrie, dat de beperking van productie in het leder bedrijf reeds eerder aan de orde kwam door de lederinvoer dan in de schoen industrie. Het moge waar zijn, dat de werkloosheid naar buiten niet in die mate zich afteekende als in de schoen industrie, dit vindt zijn oorzaak in het feit, dat de werkgevers in het leder- bedrijf hunne arbeiders op zeer langen termijn waarschuwden om gelegenheid te vinden in andere bedrijven, b v. 't landbouwbedrijf of elders werk te vindenofschoon de werkloosheid in dit bedrijf nog omvangrijk is en de nood onder de arbeiders eveneens hoog te noemen. Dat de redeneering niet opgaat, dat met de hulp, te geven aan de schoenindustrie deze zal beteekenen mede gegeven te zijn aan de in nood verkeerende lederindustrie. Deze theorie geefs uitvallen deze, onze protestver- 1 is in de praktijk gebleken onjuist te gadering Alles en allen diep teleur- zijn, wat zich volkomen laat voelen bij gesteld en de industrie kwijnt op haar ziekte voort. Het lijden van hare ledematen, met name van honderden werkgevers, en vooral de lichamen van die duizenden vaders en moeders en tienduizenden kinderen teren uit van honger en ge brek. Bij deze laatsten is niet alleen nood, maar hongersnood en dat in deze bitter nijpende winterkoude. Het zou mij te ver voeren om hier in onderdeelen te treden en met feiten aan te toonen het reeds langj geleden te lijden en wie weet nog te te lijden gebrek bij die duizenden onzer arbeidersgezinnen. Doch het is niet noodig. Laat ik om kort te gaan U een zekere n waarde meter geven ter beoordeeiling of ik overdreef, dat er honger gel eden is en honger geleden wordt. Laat ik U zeg gen, dat voorzoover die brave werk- looze vaders van zoo menig talrijk gezin kinderen in aanmerking kwamen, voor 't overgroote deel slecht; s f 9 60 ontvangen, zegge negen guidon zestig eenig nadenken Immers als de schoenproductie uit het buitenland vanwege de lage valuta de schoenindustrie geknakt heeft, dan gefdt ditzelfde bezwaar eveneens voor de lederindustrie. Bewijzen daarvoor zijn de cijfers, die de enorme kwantums leder aangeven, die ingevoerd worden, waar tegenover staat een zeer klein kwantum wat onze lederindustrie in 1922 in totaal kon afzetten. Als ondersteuning en staving hiervan kan dienen het voor iedereen tastbare bewijs, dat onze Nederlandsche leder fabrieken reeds meer dan twee jaren slechts op '/5 van hare capaciteit werkten. Deze zaak is grondig door wederzijdsche partijen nagegaan en volkomen overeenstemming is ver kregen om de Commissie van Overleg mede namens de schoen—en leder fabrikanten op te dragen de bescher ming voor de schoen- en evenzeer voor de lederindustrie te bevorderen. En aangezien in deze contactcommissie ook schoenfabrikanten zitting hebben, met namen de heeren H. Mannaerts uit Tilburg, B. Timmermans uit Waalwijk, industriëelen van naam en tot oordeelen bevoegd, blijven dus de organisaties in deze actie zich aan hun eer en gegeven woord verplicht ge voelen, den betrokken Minister te verzoeken het verschenen bescher mingsontwerp op schoenen alsnog uit te breiden tot het leder. Wij vertrouwen dat de Regeering en Kamers het verschenen wetsont werp in dien zin gewijzigd zullen aannemen, waarvoor [de dank zal ilijven voortleven aan de Regeering, niet i,het minst bij de groote schare arbeiders, omdat [daardoor, naar wij ïopen, het grootste leed zal zijn geleden. Na ook deze telkens luide toege - juichte rede, verkrijgt de heer Donker t woord om zijne prachtig geimpro» viseerde rede uit te spreken en de vergadering in groote begeestering te irengen. Ingezonden Mededeelingen. bij Rijk en Gemeente. Leeftijd 18—35 jaar. Opleiding in korten tijd. Gratis inlichtingen onder No. H. V. 539 Alg. Adv. Bureau D. Y. ALTA, Groningen. 02241 De heer W. Donker l'znzegt dat toen hij achter de tafel de sprekers met bewondering volgde, hij zich afvroeg, of 't nog noodig was, dat htj het woord voerde, daar aller belangen reeds besproken zfln. Maar waar spr. gaarne ook een naklank zou verlangen door het land, daar hoopt hij een Indruk te geven van het gehoorde. Toen spr. hoorde dat de heer Timmermans sprak over de kunstenaars, die nu werkten op den akker (en spr. wil er bij voegen om er te vinden wat zfl in hun fabriek niet vonden), maakte ontroering zich van hem meester, want spr. heeft het schoenenvak lief. Ook wil spr. aceentueeren den nood en de ellende in de arbeidersgezinnen, door den heer Roestenberg geschetst, en spr. zou er willen bflvoegen: weet gij het, dat in het geheele land achter de groote spiegelruiten der winkels de grootste nood bestaat en dat wat in Brabant bij de arbeiders is, bij de Hollandsche winkeliers reeds in het tweede stadium verkeert. Weet ge, dat radeloosheid er reeds heeft plaats gemaakt voor redeloos heid en de concurrentie tegenover de Duit.- sche consortiums niet meer gevoerd wordt op een gezonde basis, maar op redelooze, uit radeloosheid ontstane wijze. Lakende de valutakoopers, zegt spr.Gaan ze er niet prat op, bloedzuigers te mogen zijn op het platgetrapte lichaam van den Duitschen Michel? Wat zou men zeggen, zoo men hier alle tramconducteurs verving door collega's uit Duitschland tegen een loon van 2.50? Wat zou er niet een storm opgaan. Maar als men datzelfde doet met de fabrikanten, dan begrijpt het publiek niet dat dit toch feitelijk hetzelfde is. 't Is maar al te waar het volk denkt niet, het volk volgt. Spr. zet uiteen hoezeer rte winkelier lijdt onder de Duitsche consortiums, waarvan er één in een maand voor 100.000 omzette. De massa verheugt zich over koopjes en wrijft zich de handen als 't ziet hoe de rade- looze winkelier en schoenmaker zijn prijzen verlaagt en nog eens verlaagt, omdat dit publiek in den waan verkeert, dat de schoen maker altfld te veel vraagt en te weinig geeft. Spr. hekelt de vrijhandelaars, die er tegen opkomen dat de buitenlanders, welke aan onze arbeiders 't werk ontstelen, worden ge weerd, opdat de kunstenaars weer aan het werk kunnen gaan. waarin zij zoo bedreven zijn. Spr. vraagt, of het niet wenschelijk is, den wetgever te vragen, niet alleen spoed te maken met de aanneming maar ook met de aanvulling van het wetsontwerp, om ook na 1 Januari 1924 de bescherming in stand te houden. Voor prijsopdrijving bestaat geen vrees. Zullen wij er de Regeering niet. op attent maken, dat de wet zoo moet wor den uitgevoerd, dat ieder er baat bij vindt en de slechte elementen onder ons, die er zjjn, geen misbruik kunnen maken. Spr. hoopt dat zijn woord zal doordringen verder dan hier en dat deze goede gedachte zal ontstaan: ik wist niet, dat het in de leder- en schoenbranche zoo slecht was en vrijhandelaar of protectionist zegthier moet gered worden, de schoenmakerij mag niet te niet gaan, want het is het voornaam ste van de thuis beoefende vakken en de arbeiders moeten van de akkers en wegen weggeroepen worden om terug te keeren tot den arbeid in de fabrieken, (langdurig appl.) De Voorzitter zegt. dat we allen met den grootst mogelijken ernst hebben aangehoord, hoe de positie in de industrie is en stelt thans namens de Commissie van Overleg de volgende motie voor: Gehoord de uiteenzettingen van den toe stand, waarin de Nederlandsche Schoen- en Lederindustrieën met de aanverwante vak ken verkeeren, welke uiteenzettingen zijn gegeven door sprekers uit de vorengenoem de organisaties Overwegende, dat door deze uiteenzettin gen opnieuw overduidelijk is gebleken, dat die toestand reeds lang erbarmelijk is, 'en is gekomen in een stadium van allergroot sten nood Overwegende, dat deze noodtoestand in zijnen vollen omvang reeds gedurende meer dan een jaar aan de Regeering bekend is gemaakt Gezien het ontwerp van wet tot tijdelijke beperking van den Invoer van schoenwerk; dat thans aan de Tweede Kamer der Sta ten-Generaal is aangeboden; Spreekt hare teleurstelling uit over het feit, dat ten aanzien der leerindustrie in voormeld wetsontwerp geen voorzieningen worden voorgesteld Dringt desondanks ten allerkrachtigste bij de Volksvertegenwoordiging aan op on verwijlde behandeling van voormeld wets ontwerp, opdat de inwerkingtreding ten al lerspoedigste kan geschieden Dringt er bij de Regeering op aan, dat ook voor de leerindustrie alsnog spoedig maat regelen worden getroffen Besluit deze motie ter kennis te brengen van de Hooge Regeering en van de leden der beide Kamers van de Staten-Generaal. De Voorzitter verzoekt allen, die instem men met deze motie, zich van hun zitplaat sen te verheffen, waaraan de aanwezigen spontaan voldoen. Dit de vergadering gaan er stemmen op de motie gezamenlijk naar 't iBnnenhof te brengen, hetwelk de voorzitter ontraadt. Zij zal echter zegt Spr. worden overhan digd door een deputatie zoowel aan, de Re geering als aan de Kamers. (Algemeene in stemming) De Voorzitter sluit daarna de vergade ring en zegt dat de sprekers zeer duidelijk hebben aangetoond hoe ellendig slecht de toestand in onze industrie geworden is, hij brengt hun hartelijk dank voor hunne uit eenzettingen en geeft voorts de vergadering de verzekering, dat de Commissie van Overleg zal blijven vechten tot dc overwin ning of tot den dood. MOTIE De vergadering van 21 Februari 1923 van belanghebbenden bij de Nederlandsche Schoen- en Lederindustrie, vertegenwoor digd door afgevaardigden en leden van de volgende organisaties de Ned. R. K. Bond van Schoenfabrikanten, de Vereeniging van Tilburgsche Schoenfa brikanten, de Bond van Nederlandsche Lederfabrikan ten, de Nederlandsche R. K. Bond van Lederfa brikanten, de Nederlandsche R. K. Lederbewerkersbond. de Nederlandsche Bond van Christelijke Fabrieks- en Transportarbeiders, de Nederlandsche Bond van Schoenmakers patroons - en Schoenwinkeliersvereenigin- gen, de Christelijke Bond van Schoenmakerspa troons- en Schoenwinkelier». Het vierde stadium van de bezetting van het Roergebied kan al evenmin prat gaan op successen als de drie voorgaande. Automatisch zijn de Franschen gekomen van gewelddadige beslaglegging op kolen tot een streng uitvoerverbod voor (eerst) kolen (en dan) voor ijzer, staal en metaalfabri katen en (tenslotte) voor elk stukgoed. Toen Toen kwam de douane-insnoering, maar tot dusver heeft geen industrieel of koopman zich een in- of uitvoer vergunning bezorgd tolbureaux werden bij bosjes opgericht, tol beambten kwamen met omnibussen vol uit Frankrijk aanrollen, maar tolgeldenho maar 1 Toen zijn de krjjgsraadveroordeelin- gen, arrestaties en uitwijzingen en requisi- ties het kregelige Fransche voorspel gewor den voor de verovering van de spoorbanen, maar de beambten en de ambtenaren zijn niets minder hardnekkig geworden, dan zij den 2n Januari waren en nergens kunnen de Franschen totnutoe wiggen drijven tus- sehe de groote lagen van de bevolking. Het ontbreekt den Franschen niet aan kritiek. De Engelsche premier, Bonar Law, heeft aangekondigd, dat Engeland voortaan in plaats van wel willend-neutraal, strikt- neutraal zal zijn, maar dat de minnelijke schikking ten aanzien van de spoorlijn DlirenGrevenbroich als een laatste con cessie van Engelsche zijde beschouwd kan worden. En in een Belgisch blad kan men een artikel van de hand van Louis Brouc- kère vinden, waarin hjj van de Fransch-Bel- gische Roer-onderneming spreekt als van een productief pand, dat alleen opgebracht heeft „gebrek aan kolen, toenemende werkloos heid, daling van de frank, levensmiddelen- duurte en een algeheele politieke ontwrich ting". - Het staat nu definitief vast, dat Bel gië zal deelnemen aan de internationale leening ten behoeve van Oostenrijk de Se naat heeft gisteren, met slechts twee stem men tegen, het desbetreffende wetsontwerp aangenomen. Alle krachten worden ingespannen, om Oostenrijk weer op de been te helpen, want anderzijds heeft de Commissie van Herstel besloten de eerste aanspraken op schade vergoeding, door Oostenrijk krachtens het vredesverdrag te betalen, voor een termijn twintig jaar op te schorten. Dclcassé. de bekende Fransche Minister van binnenlandsche zaken is te Nizza plot seling overleden. De koning van Zweden, die Vrijdag, Zaterdag en Zondag der volgende week ons land bezoekt zal te Amsterdam, Rotterdam en den Haag met groot ceremonieel worden ontvangen. De behandeling der bioscoopwet in de Tweede Kamer is afgeloopen. De eindstem ming heeft 1 Maart plaats. Volgens een Wolff-telegram uit War schau had Polen op 1 Januari j.l. aan Ne derland een schuld van 14.218.686. In de vergadering der R.K. Kiesvereeni- gtng te Maastricht werd medegedeeld, dat het gemeentebestuur van Maastricht twee honderd vijftig duizend gulden per jaar heeft aangeboden, als de R. K. Universiteit aldaar zou gevestigd worden. Naar verluidt, zou het rapport van de onder voorzitterschap van mr. R. J. H. Pa- tijn ingestelde Vlootwet-commissie vermoe delijk in den loop van Maart te verwachten zijn. In de gisteren gehouden zitting de» Tweede Kamer is het voorstel van wet van den heer Merchant c.s. tot wijziging van de „Wet op de rechterlijke organisatie en het beleid der justitie" met 39 tegen 35 stem men verworpen. De heer W. Broekhuis heeft voor zijn terugkeer uit Nice in Italië een consortium gevormd, dat zich in verbinding heeft ge steld met Benito Mussolini, teneinde te ko men tot de uitgifte van een premieleening onder staatstoezcht. Een Itallaansch plan is door den heer Broekhufls ontworpen en door het consortium goedgekeurd. De heer Broekhuijs is thans naar Holland vertrok ken, teneinde begin Maart naar Amerika te gaan met het oog op de opening der bank in Amerika. WAT IEDERE MAAND TE DOEN GEEFT. (2e helft van Februari). Nadruk verboden. lederen dag opnieuw geven we uiting aan onze verbazing, dat het zulk een eenige merkwaardige winter is. Wij doen er ons voordeel mee, maar uiten toch tevens onze vrees, dat het ons straks bezuren zal. Krij gen we straks nog een wintertje, als alles is uitgeloopen, en zullen we een wit Paschen vieren? Dat moeten we afwachten: de na tuur is ook wel eens abnormaal, d.w.z. af wijkend, naar den goeden kant. De arbeid in de vr(Je natuur ging tot heden vrij gere geld door. 't Lag aan het weer niet, als er op den akker en in het bosch niet gewerkt werd. Vele werkloozen kregen werk in het hout. Het uitdunnen der dennebosschen, die tengevolge van den droogen zomer in 1921 ook veel dood hout vertoonden, gaf werk in overvloed. Onder het hakhout kon gespit worden en is de bodem soms te hard, dan kon men de opgaande boomen snoeien. Wie zijn eigen brandhout uit eigen houtgewas betrekt, zet zijn volk nu aan 't zagen. Maak ruimte in uw te dichte vruchtboomenzon en lucht moeten er vrijelijk door kunnen spelenuw vruchten worden er grooter en mooier door. Snoei de bloemheesters; snijd de pyramide-vormigen in op een paar oogen na, de struiken blijven dan goed gevuld. Maak thans de leiboomen aan schuttingen of muren los opdat zich achter de bandeu of touwen geen schadelijke insecten kunnen verschuilen. De boomen en latten dienen goed gereinigd te worden. Het is nu een ge schikte tijd om uw frambozen te verplanten, indien ze 3, 4 jaar op dezelfde plaats hebben gestaan. Zet ze in goed losgemaakter., vcr- schen grond, na deze met koemest b.v. flink te hebben gemest. Plant ze niet te dicht bij elkaar: op 3 fl 4 voet afstand, en niet meer dan 3 hoogstens 4 scheuten bi) elkaar. Mis schien hebt ge ze reeds in 't najaar verplant, dan is dit goed, hoewel het beter is in 't voorjaar. Verzorgt uw asperge-bedden, als het niet vriest. Dat wil zeggen: neem dan den grond gedeeltelijk van de bedden, werk dien in de padeneen goede handvol blijven op de plantenin de geulen, welke men al zoo op de bedden verkrijgt, brenge men verdunde koemest, men hoeft er niet te zuinig mee te zijn, daarna vuile men de geulen weer met aarde 't Is beter verdunde dan stijve mest te geven; deze blijft te lang boven de plan ten liggen en helpt dan te weinig. V6ór het einde dezer maand past men de winterbespuiting toe bü pruimen en morel len, tegen de verschillende kwalenzjj ge schiedt met een 6 7 procent vruchtboom- carbolineum-emulsie. De pioenroos is onder de vaste planten een schoone aanbevelens waardige bloem. Vroeg in 't voorjaar laat ze reeds haar knopjes zienneem dan het blad waarmee ge haar lichtelijk hebt bedekt, weg. De pioenroos te gemakkelijk te vermeerde ren ge kunt. ze vermenigvuldigen en er dus ook uw kennissen mee verblijden, door de plant uit den grond te steken en dan van elkaar te scheuren zéó, dat elk deel een neusje of spruitje behoudt, dat opnieuw ge plant wordt. Geef haar een goeden, vrucht baren als 't kan zwaren grond. Er zijn onder de bloemheesters tegenwoordig veel nieuwe, schoone soorten met de fraaiste bloemen. Wilt gij ze aanschaffen, laat u dan door een betrouwbaar deskundige voorlichten, en schaf u in ieder geval eerst een catalogus van een bekend kweeker aan, waarin ge velerlei vindt aangegeven, wat u van dienst kan zijn. 't Is nu goed om de toebereidselen tot aanplant te treffen, of om te verplan ten. Spit den grond goed diep om, of maak groote gaten en vul die met mestspitten is het best. In den groentetuin kan men zaaien, al wat we voor 14 dagen reed» noemden. De meesten zullen nog wel even wachten; in ieder geval zij men voorzich tig en zaale men niet te veel

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1923 | | pagina 7