Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
f
VERLOREN SPEL.
Gemeenteraad.
EERSTE BLAD.
FEUILLETON
„NOORD-BRABAND"
NUMMER 53.
WOENSDAQ 20 JUNI 1923.
46e JAARGANG.
Uiwgata:
WAALWIJKSOHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 88. Telegr.-AdreaECHO.
2)it nummer bestaat uit Twee
Bladen
WAALWIJK.
(Vervolg.)
De Voorzitter deelt vervolgens nog
mede, dat van de commissie van bij
stand voor de gas-, electriciteit- en
waterleidingbedrijven een adres is in
gekomen waarbij nog al haast is.
Door de vereeniging van huiseige
naren is nl. gezegd dat zij vanaf heden
niet meer zullen betalen voor de water
leiding en dat zulks voortaan door den
huurder zal moeten worden gedaan.
Bij de huurcommissie zal dikwijls zijn
gebleken dat dit zoo gebeurt.
De directeur van het bedrijf heeft
doen weten dat dit zoo maar niet gaat
zoolang de zaak niet door beiden is
geregeld.
In de eerste verordening stond dat
vooruit per kwartaal moest worden
betaald en bij de herziening van de
verordening is dit achterwege gebleven.
De heer Gragtmans zegt dat in de
vorige verordening was opgenomen
dat de eigenaar had te betalen en bij
de herziening van de verordening is
dit zonder erg achterwege gebleven en
daar heeft de vereeniging nu direct
gebruik van gemaakt.
Voor het bedrijf is het echter onmo
gelijk om aan het verlangen van de
huiseigenaren te voldoen, aangezien
men bij die menschen niet met een
kwartaal nota kan komen en wekelijks
innen gaat toch zeker niet. Dat zou
behalve groote kosten voor de admini
stratie, groote moeilijkheden met zich
brengen.
De Voorzitter wil na deze toelichting
van den heer Gragtmans nog op iets
anders wijzen. Eenige jaren is hij
Voorzitter geweest van de huurcom
missie en als zoodanig heeft hij meer
malen zaken moeten behandelen van
verhooging van huur als de waterleiding
werd aangelegd. Werd de waterleiding
aangelegd, dan moest de huurder hoo-
ger huur gaan betalen, zoodat niet de
eigenaar maar de huurder vour de
kosten kwam te staan. De huiseigena
ren willen zich nu van die verplichting
gaan terugtrekken, doch dat is z.i.
niets anders dan een verkapte huur-
opdrijving. Eenmaal hebben ze eene
verhooging van 15 pCt. gekregen voor
het laten aansluiten bij de waterleiding
en nu zouden ze de huurders weer
willen laten betalen terwijl ze reeds
het geld daarvoor ontvangen.
De heeren die in de huurcommissie
hebben gezeten zullen zulks wel be
amen.
De heer de Graaff is het volkomen
eens met den Voorzitter. Het is niets
anders dan een huuropdrijving. Boven
dien is het voor de directie van het
bedrijf veel beter dat ze het geld bij
den eigenaar kan innen, dan dat ze
daarvoor bij alle huurders moet gaan.
Het is voor de administratie veel een
voudiger als men dit bij den eigenaar
kan doen.
De heer Smolders is het met de
zienswijze van den Voorzitter, dat dit
eene verkapte huuropdrijving is, vol
komen eens. Dit geval behoeft echter
niet aan het waterleidingbedrijf vast
gekoppeld te worden, want niet zoodra
had de commissie met ingang van 1
April opgehouden te bestaan of ver-
hooging van huur werd door verschil
lende huiseigenaars aangezegd
Voorzitter. Eenige dagen geleden
is de wet afgekondigd dat men voor
dergelijke gevallen nu terecht kan bij
den Kantonrechter.
Smolders. Er staat bij dat deze wet
op een nog nader te bepalen dag in
werking zal treden.
De heer Van der Geld vreest dat
deze aangelegenheid niet zoo gemak
kelijk zal zijn op te lossen. Men wil
de verordening nu wel aanvullen, maar
de opzegging door de Vereeniging
heeft voor deze aanvulling plaats gehad.
Waar men hier tegenover een vereeni
ging staat, is hij bang dat dit muisje
nog wel eens een staartje kan krijgen.
De Voorzitter deelt dit gevoelen niet.
De heer Eibers zegt de zaak zoo te
bekijken. Als voorheen het putwater
door de Gezondheidscommissie werd
afgekeurd, dan moest de eigenaar
voor goed water zorgen en dat is nog
zoo en daarom kan hij het gevoelen
van den heer Van der Geld niet deelen.
Met algemeene stemmen wordt hier
na besloten de verordening op het
Waterleidingbedrijf alsnog te wijzigen
en in overeenstemming te brengen met 't
daaromtrent vroeger bepaalde besluit.
2. Wijziging der verordening op
den keuringsdienst van vee en vleesch.
De Voorzitter zegt dat deze dienst
!,8 Juni in werking zal treden.
De heffing bedraagt voor het keuren
van
a. een eenhoevig dier van een
jaar en ouder f 7,—
b. een eenhoevig dier jonger
dan een jaar 3,—
c. een rund (uitgezonderd kalf) 6,
d. een kalt 3,—
e. een nuchter kalf 2,—
een varken 3,—
een schaap 1,50
een geit 1,—
2. Indien het slachtdier of vleesch
wordt afgekeurd, is slechts verschut
digd voor:
10)
farrrri)^WAA LW UK
DOOR. ERVARING
a. een eenhoevig dier van een
jaar of ouder f 2,35
b. een eenhoevig dier jonger
dan een jaar 1,—
c. een rund (uitgezonderd kalf) 2,—
d. een kalf 1,—
e. een nuchter kalf 0,65
f. een varken 1,—
g een schaap 0,50
h. een geit 0,35
3. Voor de toepassing van dit ar
tikel wordt onder een nuchter kalf
verstaan een kalf, waarvan de navel
streng niet is uitgedroogd en onder
een kalf ieder ander kalf.
De heer Roggeveen merkt op dat
in een vorige vergadering bezwaar is
gemaakt tegen artikel 3, waarin wordt
bepaald dat de Secretaris ambtshalve
Secretaris van dezen dienst is, wijl
deze reeds veel te veel met werkzaam
heden is overladen. Hij vraagt of er
nu al pogingen in het werk zijn gesteld
om daarin verandering te krijgen.
De Voorzitter zegt dat de commissie
de wenschelijkheid heeft uitgesproken
dat de Secretaris voorloopig nog als
zoodanig zal aanblijven. Men wijst er
op dat hij alle voorbereidende werk
zaamheden heeft mede verricht en
derhalve zeer goed met de zaken op
de hoogte is, zoodat het in het belang
is dat hij voorloopig blijft. Werkzaam
heden zijn er aan dit ambt niet ver
bonden.
De Voorzitter wijst er vervolgens nog
op dat bij dergelijke commissies altijd
de Burgemeester en de Secretaris van
de grootst aangesloten gemeente
wordt aangewezen als Voorzitter en
Secretaris Met den veekring is het
voorheen hetzelfde gedaan.
Roggeveen. Dus dan zou de raad
van Waalwijk tenslotte daarover niets
hebben te zeggen.
Voorzitter, Het is de Commissie van
de vereenigde gemeenten die het doet.
De heer Roggeveen zegt zich niet
goed hiermede te kunnen vereenigen,
secretaris zijn is het meest drukke
ijaantje van iedere vereeniging, van
iedere commissie. Hij moet de notulen
bijhouden, kortom hij moet alles doen
wat er te doen is en waar hier de
Secretaris tevens al Secretaris is van
de bouwcommissie, de Kamer van
Koophandel, de gascommissie enz.,
kan hij onmogelijk nog meer werk op
zijn schouders nemen wijl anders nood
wendig het een door het ander moet
lijden en daarom wil hij vragen of dan
zoo spoedig mogelijk aan het in de
vorige vergadering gedane verzoek
zal worden gevolg gegeven.
Voorzitter. Ook dit kan ik u niet
toezeggen,
3. Voorstel tot het overdragen in
erfpacht der oude openbare school in
voormalig Baardwijk aan het R. K.
Kerkbestuur aldaar.
In het preadvies zeggen Burg. en
Weth. dat, toen werd besloten totop-
heffing van de openbare school aldaar,
de Raad zich in beginsel kon veree
nigen met het voorstel van den heer
j Oomens om het gebouw af te staan
aan het R K. Kerkbestuur als com-
pensatie voor het ongerief dat door
de opheffing voor dat deel der ge
meente wordt veroorzaakt. De school
zou dan de bestemming krijgen van
Patronaatsgebouw, vereenigingslokaal
enz.
Bij nadere overweging achten Burg.
en Weth. niet wenschelijk het gebouw
en de terreinen in eigendom over te
dragen daar thans zoo moeilijk kan
worden beoordeeld of in komende
tijden de beschikking niet van groot
belang kan zijn, redenen waarom ze
het beter vinden het gebouw in erf
pacht te geven en wel voor den tijd
van 50 jaar. De gemeente is dan niet
al te lang gebonden terwijl voor den
erfpachtster de termijn, met het oog
op de bestemming, ruim genoeg is.
Er zullen weinig kosten behoeven te
worden gemaakt om het gebouw aan
zijne bestemming te doen beantwoor
den.
Burg. en Weth. stellen voor het
gebouw voor f 50 per jaar in erfpacht
te geven.
De heer Roggeveen vraagt of, gezien
den finantieelen nood, het misschien
mogelijk zou zijn de huur wat hooger
te stellen.
Voorzitter. Dat moet de raad weten
wat hij in deze wil. Burg. en Weth.
stellen voor het zoo te doen De
De Echo van het Zuiden,
Waalwijkschc ei Langs! raatsche Courant
Dit blad T«iccbljat
WOENSDAG EN ZATIEDAO.
Aboiinémentaprlj» p«r S maande* 1.28.
Franco per poat door bet geheele rijk 1.40.
Brieven, lagenenden «takken, gelden ena.,
franco te «enden aan den Uitgever.
Prljff dar AdvertentUm
20 cent per regelminimam 1.60.
Reclame* 40 cent per regel.
Bfl contract flink rabat.
AdvertentiSn moeten Woensdag en Vrijdag
dea morgens om uiterlijk 0 usr in ons besit
■ljn.
van De Echo van het Zuiden".
Nasr tiet Dnitsch door H. Fr.
„Staat gij met haar in briefwisseling."
..Ik schrijf haar van tijd tot tijd, en elke
maand ontvang ik van haar een brief; ge
woonlijk lees ik er maar eenige regels van
en werp hem dan weg."
„Heeft zij reeds kennis?" vroeg mr. Borne
nadenkend.
„Onmogelijk. Hoe zou zij daartoe komen
in een pensionaat, waar zij onder streng
toezicht staat. Waar denkt gij aan, Digby?
vroeg lady Rokeby hem jaloersch aanzien
de"
Mr. Borne haastte zich te antwoorden:
„Ik dacht er aan wat het wel zijn zoude
als- dit jonge meisje eens belang kon gaan
stellen iai mijn zoon.
Als wü een huwelijk tussc-hen haar en
Ralph konden tot stand brengen zouden wij
haar vermogen hóuden 011 Ralph zoude ons,
voor den invloed dien wij op haar uitoefe
nen, jaarlijks tien duizend pond geven. Hoe
denkt gij daarover".
Lady Rokeby zag hem verwonderd, maar
zeer tevreden aan.
..Dat is uitstekend," riep zij uit. Ik had
er reeds aan gedacht dat wij 11a Nina's
terugkeer niet lang meer op Rookhurst zou
den kunnen blijven. Eene zoo 1'ijke erfge
name als zij is zal het niet aan minnaars
ontbreken, en zij zal huwen, zonder dat ik
het kan beletten, 't Beste is haar huwelijk
ten onzen gunste te schikken. Zou Ralph een
romantisch schoolmeisje kunnen bevallen?"
„Ik geloof het wel. Hij is nog geen een en
twintig jaar oud. hupscb, fijn en welge
vormd, eenigszins zwak van wil, gemakke
lijk te leiden en in mijne handen als was.
liij heeft romantische begrippen over liefde
en echt, en als hij de eerste is, die liet
meisje wordt te gemoet gevoerd, ben ik
overtuigd dat hij haar hart zal winnen. Een
paar weken geleden heb ik twist met hem
gehadop mijn hevel verliet hij mij en
huurde ergens goedkoope kamers en tracht
door schilderen den kost te verdienen. Ik
zal om hem zenden om hem bij mij te heli-
bon.
„En waarover hebt gij met hem getwist
Digby?" Ik meende dat gij zoo van hem
hield't."
„.Ta, dat doe ik nog steeds. Maar hij
waagde het zijnen wil te stellen tegenover
den mijne en daarom verstiet ik hem, om
hem te laten ondervinden hoe ver hij zon
der rnjj zal komen.
Hij is niet lang van de universiteit terug
en heeft er nog geen begrip van hoe men
geld kan verdienen. Maar hij houdt er eeni
ge hoogvliegende denkbeelden op na, waar
van de nood hem genezen zal. Om openhar
tig te zijn, onze twist, betrof eene muziek
onderwijzeres, op welke hij verliefd is. Hij
zal ze 1111 wel reeds opgegeven hebben en
blijde zijn als ik hem terug roep. Wanneer
zal miss Rokeby hier zijn?"
„Heden ontving ik een brief van de di
rectrice van liet pensionaat waar Nina zich
bevindtzij vraagt mij wat er met het
meisje moet gebeuren. Nina heeft hare stu
die voleindigd en kan haar intrede in de
wereld doen. De zomervacantie is daaren
boven reeds begonnen en de meeste pension
naires zijn reeds naar huis. Ik heb besloten
Luttrel nog heden naar Parijs te laten ver
trekken om Nina te halen."
„Doe dat; mijn zoon zal reeds morgen te
Rockham komen en daags na hare terug
komst aau de erfgename worden voorge
steld. Ik zal voor mij en voor Ralph kamers
nemen in het hotel te Rockham om tot aan
ons huwelijk in uwe nabijheid te zijn. Is dit
plan naar uw zin?"
„Volkomen. Wij moeten snel handelen
Nina moet met Ralph verloofd worden nog
voor zij de samenleving intreedt. Haar hu
welijk kan tegelijk met het onze in October
plaats hebben. De beide uitzetten kunnen
te gelijkertijd worden gereed gemaakt. Het
is een bewonderenswaardig plan en een
waardige voortzetting van ons stout spel.
MAATSCHAPPIJ VAN vebt;v?BING OP HET LEVEH
Nog lang spraken zij over hunne plannen,
om zich ten koste der jonge erfgename te
verrijken.
Digby Borne stelde zich aan als een
smachtend minnaar en zelfs de aanmatigen
de lady Rokeby gevoelde ziel) overtuigd dat
hij haar, zoowel als zij hem. mot grenze-
loozeu hartstocht beminde.
Toen het etensuur gekomen was nam sir
Borne afscheid, om niet dadelijk bij zijn
eerste bezoek dc praatjes der dienstboden
:aande te maken.
Onmiddellijk na tafel reeds mrs. Luttrel
in een grijs reiskleed met een rijtuig naar
Canterburry, om verder naar Parijs te rei
zen, vanwaar zij de erfgename van Rook
hurst huiswaarts zonde begeleiden.
Hoofdstuk VIII.
DE TERUGKEER VAN NINA ROKEBY.
Op een helderen warmen zomerdag, op
welken de van Calais naar Dover varende
stoomboot tamelijk veel reizigers aan boord
liad, maakte Nina op deze den overtocht,
om na jaren lange afwezigheid in haar va
derland terug te keeren.
Het reisgezelschap bestond uit Engel
sclien, Fransehen, Duitschers en Spanjaar
den, die zich wederkeerig zeer weinig om
elkander bekommerden, daar zeer velen aan
zeeziekte lijdend, kermend in een of anderen
hoek lagen.
Mrs. Luttrel zat geheel alleen op een af
gelegen plaats, met den groenen sluier op 't
meer dan ooit grauwe gelaat, en in een
heel erbarmeljjken toestand. Zij dacht geen
oogenblik aan hare jonge reisgenoote, maar
had slechts één verlangen, namelijk spoe
dig weder aan land te zijn.
En aan de andere zijde van 't stoomschip
zacht tegen de ijzeren verschansing geleund
en met verlangende blikken de steeds meer
en meer verdwijnende Fransche kust be
schouwende, stond een jong meisje van
zeldzame schoonheid.
Zjj was slank en bevallig en had eene
uiterst voorname houding. Daarenboven
sprak verhevenheid van geest en hart uit
geheel haar wezen.
Haar gelaat was buitengewoou. bijna al
te dichterlijk schoon.
Hare kleur was ongemeen zacht en blo
zend, bare lippen frisch rood en in haar
breed, schoon voorhoofd schitterden een
paar wonderbare bruine oogen met zeldzo-
men glans.
Haar weelderig haar was goudblond en
in dikke vlechten rondom haar klein wel
ïevormd hoofd opgestoken.
Zij droeg een zwart reiskleed en een zwar
ten hoed met donkere veer.
Het was Nina Rokeby, de eigenares van
Rookhurst, eene der rijkste erfgenamen
van Engeland, en thans het voorwerp der
booze plannen van bare stiefmoeder en Dig
by Borne.
Hare schooljaren waren thans voorbij en
zij was op weg naar haar te huis, dat zij iu
jaren niet had gezien, en naar eene hoed
ster, die zjj niet kende, en die in het geheim
hare vijandin was.
Zij had de vriendelijke zekerheid van de
kostschool verlaten en een terrein van al
lerlei gevaren betreden.
Zij scheen reeds van duistere vermoedens
vervuld, want een smartelijke uitdrukking
over hare verlatenheid kwam in hare oogen.
Weinige schreden van haar verwijderd
en ook tegen de omheining geleund, stond
een jonge man, wiens blikken schijnbaar op
de Fransche kust gevestigd waren, maar die
toch ook tusschenbeide met een uitdrukking
van bewondering en belangstelling over de
sprekende trekken van het jonge meisje
heengleden.
Hij dacht zoo hij ziehzelve, dat liij vroe
ger nooit zoo'n frisch, zacht en zeldzaam
schoon wezen had gezien.
Zij scheen geheel alleen te zijn. Niemand
vroeg hoe zij zich bevond. Niemand bood
haar een stoel aan of bekommerde zich om
om haar, en haar jeugdige bewonderaar
vroeg zich af of zij werkelijk zoo alleen in
de wereld zou staan als het den schijn had.
Nog peinsde hij hierover, toen een plot
selinge stoot, die de korte hoog gaande gol
ven van het kanaal aan het schip gaven,
Nina verschrikt de verschansing deed los
laten waardoor zij over het dek naar hem
werd toe geslingerd.
Hij sprong vooruit en ving haar op in
zijn armen.
Dadelijk kwam zij weder in evenwicht,
pakte de verschansing vast en stamelde blo
zend en verward haren dank voor zijne hof
felijkheid,
„De zee is vandaag nogal stormachtig,"
merkte de jonge man op, „Zal ik een stoel
voor u zoeken?"
,Neen, ik dank n, antwoordde Nina zacht.
..Ik sta liever!"
Deze woorden waren zeer eenvoudig en
haar uiterlijk was kalm en terughoudend,
maar hare stem drong den jongen man in
't hart.
Hij bleef voor haar staan en Nina zag
hém verrast aan.
Toen hij den vollen blik barer sehoone
oogen ontmoette, bloosde hij, zijne oogen
glinsterden en een vroolijke lach speelde om
zijne lippen.
„Pardon, maar heb ik niet het genoegen
miss Rokeby van Rookhurst te zien?"
vroeg de jongeman. Nlna knikte toestem
mend, hem met stijgende verwondering aan
starende.
Zoodra ik uwe oogen zag", riep de jouge
man uit, „was ik overtuigd dat gij Nlna
Rokeby moest zijn. Ik zie dat gij u mijner
niet meer herinnert. En toch, toen gij naar
het pensionaat te Parijs moest, hebben wij
heiden, gij en ik, bij 't afscheid tranen ver
goten en gij beloofdet mij getrouw te blijven,
kleine Nina.
„En nu hebt gij mij vergeten
„Neen," riep hot jonge meisje met insge
lijks van vreugde schitterende oogen. „Zijl
gij 't werkelijk. Ronald? Wat zijt gij veran
derd."
Zij reikte hem de hand, die hij hartelijk
drukte. Hare oogen hieven onderzoekend op
hem gevestigd en zij bloosde, ziende hoe
schoon hij was en hoe nabij bij het ideaal
kwam dat zij zich had voorgesteld.
Hij was licht van kleur met donkerblau
we oogen, goudblond haar en knevel. Zijne
trekken waren fijn en regelmatig besneden.
Hij had een edel, open gelaat en uit zijne
schitterende oogen blonk eene grootmoedige
ziel, onverschrokken moed, een helder ver
stand en een sterk, vast karakter.
Terwijl zij hem zoo vluchtig beschouwde,
dacht Nina dat hij er uitzag als een held.
(Wordt vervolgd).