Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen
Iflfl
Gemeenteraad
EERSTE BLAD
FEUILLETON
.NOORD-3RAB AND"
NUMMER 59
WOENSDAG 23 JULI 1924
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon NO. 38. Telegr.-Adres; ECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
ALMKERK.
B. en W. komen in deze zaak met
geen voorstel, wijl men niet tot over
eenstemming' is gekomen.
De Voorzitter brengt weer ter sprake
zijn voorstel indertijd gedaan tot
oprichting van een watervoorziening
fonds.
Uit de gevoerde discussies blijkt,
Doenbare vergadering van den raad dat door de langdurige droogte zeer
dezer gemeente op Vrijdag 18 Juli waarschijnlijk dezen toestand is ïnge-
^Afw^zig^ de heeren Snoek en v. d. De"' Voorzitter stelt dan ook voor
Meiiden I dit adres'aan te houden.
Voorzitter de Edelachtb. heer J. W. Een schrijven var. Ged. Staten
P berts betreffende een besluit tot het aangaan
Secretaris den heer C. J. v. d. Wiel. van een geldleening groot f 18.000 van
De Voorzitter opent de vergadering denIRaad dezer gemeente, waarin de
als naar gewoonte met gebed en Raad verzocht wordt, nog eenigever-
verzoekt den Secr. de notulen der anderingen noodig tot goedkeuring
vorige vergadering voor te lezen, aan te brengen
gemeenterekening 1923.
Bij de gebruikelijke rondvraag deelt
de heer van Leeuwen mede laatst op
den toren te zijn geweest. Spreker
zegt dat de bel wel eens schoon
gemaakt mag worden, daar deze erg
bevuild is door de vogels, 't welk de
klank zeer doet verminderen.
De heer de Jong vraagt of er dan
geen gaas zit voor de galmgaten.
De heer van Leeuwen zegt dat nu
nieuw gaas is aangebracht.
De heer Verschoor vraagt wanneer
de lichtafnemers, wonende op de
bestuur van Giessen worden gecor
respondeerd
Verder vraagt de heer Verschoor ot
de ingezetenen die een nieuwe woning
bouwen ook in 't genot worden gesteld
van 2 gratis lichtpunten.
De Elec. Commissie zal in deze met
een voorstel komen.
De' heer Koekkoek zegt dat de
lijkwagen er zeer onoogelijk uitziet,
en stelt voor deze wat te laten
opknappen.
De heer de Jong zegt daar ook al
eens over te hebben gesproken
Ged. Staten verzoeken in het besluit
alsnog te vermelden de namen der
geldschieters, alsmede te bepalen dat
met de aflossing zal worden begonnen
.welke na een kleine opmerking door
den heer van Leeuwen, worden goed.
gekeurd.
Aan de ordeingekomen stukken
Een schrijven van Ged. Staten dezer 0p 1 Jan. 1926 „,nrfien
provincie, houdende goedkeuring reke- Aan een en ander zal worden
m Besloten wordt de ingezonden reke- Hetzelfde college vraagt
nino 1923 en de begrooting 1925 van Van de winst- en verliesrekening ov
de Gezondheidscommissie te Heusden 1923 van het Elec bedrijf alhier,
goed te keuren. De gemeente Almkerk De Voorzitter zegt dat deze kan
moet in deze bijdragen voor 1925 de worden toegezonden. vfl0rstei
snm van f216 96 Thans is aan de orde het voorstel
Een schrijven van den heer C de van B. en W. tot wijziging der begroo-
Bok alhier, waarin hij de Raad bericht ting 1923 voorstel van
dat hij als lid van het Burg. Armbe- De Voorzitter licht het voorstel van
cimir hpdankt B. en W. eenigsztns toe. Daar deze
De voordracht van B. en W. ter toelichting gedaan door den Voorzitter
voorziening in deze vacature bestaat niet goed door de heeren Raadsleden
uit de heeren G. Tollenaars en C. P. wordt begrepen, stelt men voor,
v Noorloos, waarvan eerstgenoemde dat ook de heer Secr. zijn meening
met meerderheid van stemmen wordt te dien opzichte kenbaar maaKt.
gekozen. Besloten wordt dat de heer beer. in
Tevens worden tot leden van het geheime vergadering het woord zaï
College van Zetters gekozen de heeren voeren. DhDim» „Pr
A. Groeneveld en P. v. d. Wal. Nadat ongeveer 1 uur geheime ver-
Een schrijven van de bewoners van gadering is gehouden, worai ae
de Achtersteeg alhier, waarin zij den openbare vergadering weer neropena.
Raad verzoeken, met het oog op de Als vergoeding voor de u,™®erl"j»
zeer slechte watervoorziening nabij Van het bedrag ingevolge atl ïuo
hunne woningen, daarin te voorzien, der L. O. Wet, wordt vastgesteld t /.o
Adressanten geven den Raad in over- per leerling, over 1922.
weging, door 't leggen van duikers, Eene Commissie bestaande uu ae
in dezen toestand verbetering te heeren Walraven, Verschoor en Donker
brengen. I wordt benoemd tot het nazien van de
„Giesen Eng" schadeloos zullen wor
den gesteld voor hunne lichtpunten.
Deze zaak is nog niet afgedaam Spr
stelt voor een bedrag van f 10 voor
ieder beschikbaar te stellen, terwijl
dan door de gemeente Giessen ook
in deze kan worden bijgedragen.
Over deze zaak zal met 't gemeente-
(nrrrpj A A LW U K
DOOR. ERVARING STERK.
De Voorzitter deelt mede daarvoor al
eens eene opgaaf van kosten te hebben
gevraagd, doch tot heden nog geen
voldoende gegevens te hebben ont
vangen
De heer Koekkoek vraagt terwijl hij
naar bovenlijkt.of het op den zolder
niet doorregent.
De Voorzitter meent van niet, want
zijn meubelen staan ook nog op zolder
te kraaien.
De heer de Jong stelt voor om de
„Balie"£in de Raadzaal te verplaatsen,
zoodat de plaats voor het publiek aan
den straatkant komt. Spr. zegt dat dit
een heele kleine kosten is.
De heer Koekkoek wil dit werk
publiek aanbesteden.
De heer Ottevanger is van meening
dat de onkosten een bedrag van f 10
niefteLboven zal gaan.
B. en W. wordt machtiging tot
verder handeien in deze verleend
Niets meer aan de orde sluit de
Voorzitter deze openbare vergadering.
58)
47e JAARGANG.
Langstriatsfhr Courant
Waalwjjksche en
«5 Prijs der Advertentie
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk f 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prfls der Advertentlën
20 cent per wregelminimum 1.50
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur ln ons bezit
:i' -
IWi TT n M* en doorzitten bij fietsen (zadel-
1pijn)'kunt gij gemakkelijk en da-
delijk verhelpen met den alom ge-
lOOPan prezen Akker's Kloosterbalsem.
II IC U1I.U5HI
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
De Internationale Tentoonstelling is
Vrijdag 1.1. bij zeer slecht weder ge-
opend.
Terwijl een woeste orkaan voor het
j Scheldegat de visschersschepen deed
kraken om ten laatste tegen de hoog
opbruischende golven te pletter te
slaan'en waardoor de visschers voor
goed in de onmetelijke diepte der zee,
de zee die hun zoo lief is en van kinds-
af-aan heeft aangetrokken, te verdwij
nen, spookte het op het tentoonstel
lingsterrein ook geweldig.
De wind gierde aanhoudend en
beukte geweldig tegen gebouwen, ten
ten en kramen met het gevolg dat op
het attractie-terrein het oud-Hollands
Marktterrein, dat men nog bezig was
te bouwen, als een kaartenhuisje
in elkaar werd gedrukt. Ook de lout
speaker, die 's Ministers rede langs de
aetergolven de wereld in moest zenden,
bleek niet bestand te zijn tegen de
kracht van den wind en kwam naar
beneden getuimeld met het gevolg dat
niets anders overbleef dan talloos vele
stukken hout, glas enz.
Door den aanhoudenden'regen was
de toegang tot het terrein in een mod
derpoel herschapen. On het tentoon
stellingsterrein was het nog,erger. Van
de door de gemeente beschikbaar ge
stelde 45000 tegels waren slechts hier
en daar enkele smalle paden aange
legd terwijl de rest voor het groote ter
ras van het mooie restaurant noodig
zijn gebleken, tengevolge waarvan een
ze^r groot gedeelte der paden ongepla
veid is gebleven en alleen uit lossen
grond bestaat zoodat het welhaast niet
anders kan of bij den minsten regen
val moet alles in plassen en modder
worden herschapen.
De gebouwen zelf hadden veel door
den maar aldoor neer-zwiependen
regen te lijden.
Terwijl de Minister in een mooie
rede zijn beste wenschen voor het wel
slagen van deze tentoonstelling uitte,
dreinde de regen het cabaret binnen,
zoodat spoedig een timmerman zijn
hamer liet hooren, waardoor voor
velen het woord van zijn Excellentie
onverstaanbaar was.
Ook in de groote hal had de regen
heel wat op zijn geweten. Op talrijk
vele plaatsen drupte het zoo geweldig
door dat men heele stands moest ont
ruimen. Niettegenstaande dat alles lie
ten Z.Excellentie de Minister, gezanten
van „De Echo van het Zuiden".
Men kan er van zeggen wat men wil,
het is en blijft een duister zaakje, sprak
mijnheer Cyprien de opperstalmeester.
De heele boel staat hier overeind, ant
woordde de eerste kamerdienaar van me
vrouw, eveneens een gewichtige persoonlijk
heid onder de bedienden van het hotel.
Zij staan in deze familie allen vijandig
tegenover elkaar.
De tante tegenover de nicht.
De zoon -tegenover den vader.
Die arme oude man, liij is' gisteravond
geheel buiten westen geraakt. Ik heb mijn
heer Aurelien hooren zeggen
Op mijn woord van eer, mijn vader
wordt krankzinnig.
En wat had hij er toch mee voor, om
zoo aanhoudend te roepen„RobertRo
bert
Zoo zal de man lieeten, die door mijn
heer Bataille gearresteerd en meegenomen
is.
Men zou zeggen dat mijnheer Bernard
hein kende, omdat liij op de kamer van
mijnheer geknipt werd.
Maar hoe is het hem gelukt in huis
te komen, terwijl de politie in de vestibule
zoo streng de wacht hield.
De tuinman heeft bevonden, dat het
gras in den tuin, nabij het hek was plat
getrapt.
Dus zou hij over het hek geklommen
zijn.
Het schijnt dat lil) zoo brutaal is ge
weest.
Weet ge wat, dat alles voorspelt mij
niets goeds.
Een famiie, waar zulke dingen gebeu
ren loopt op haar eind.
En wie verstandig is, pakt in tijds
zün biezen.
Het is in elk geval toch jammer want
wij hebben het hier zoo kwaad met. We
overwerken ons niet en maken een lief
spaarpotje, want er wordt hier niet op de
kleintjes gekeken.
Als ge daarmee alleen u zelf bedoelt
mijnheer Oyprien, zeide mijnheer Baptist,
de kamerdienaar van Aurélien, dan heb ik
er vrede mee, want ik voor mij ben. met...
Stil, geen woord meer, daar is juf
frouw Leonore.
Het was inderdaad de gezelschapsjuftr.
van mevrouw De Prabert, de oppermach
tige Leonore, intendante van het huis, <lie
haar gewone morgenronde deed en wier
statige verschijning en strenge blik voldoen
de waren, om het gebabbel te doen ver
stommen.
Zij stoven uiteen, maar nauwelijks was de
gevreesde dame weg, of de hoofden werden
weer bij elkaar gestoken en het doen en
laten van de meesteres in huis, werd op de
scherpste wijze gecritiseerd.
Tegen mejuffrouw De Briais had men
persoonlijk niets, maar haar kamenier, de
Lotharingsche. Jeannine, hield zich streng
van de overige bedienden afgezonderd, men
mocht haar daarom nietl ijdennoemde
haar verwaand en die ongunstige meening
viel op haar meesteres terug. Aurélien daar
entegen was zeer -gezien bij het personeel
hij was wel ruw en lomp, maar niemand gaf
zooveel fooien als hij.
Hij kan u afsnauwen als een hond,
maar dan weet hij het met een 20-francstuk
weer goed te maken.
Mevrouw De Prabert was de koningin
van het huis, haar wil was daar een wet,
men knielde dus voor haar in het stof en
daar zij tevens evenmin als haar zoon
waarde aan het ged hechtte, was dat voor
de hebzuchtige lakeienwereld een reden te
meer, om haar te vereeren.
Men noemde haar nooit anders als die
„goede mevrouw", die „lieve mevrouw" of
„onze geëerbiedigde mevrouw". "Wel waag
de men het soms den draak te steken met
haar coquetterie en haar zucht om altijd
jong te schijnen wel had men eens harte
lijk moeten lachen toen een der lakeien die
als een grappenmaker in huis bekend stond
had uitgerekend hoeveel mud poudre de
riz en hoeveel kilo blanket en lippenrood zij
per jaar noodig had, maar die spotternijen
waren niet kwaad gemeend, en men verloor
niet uit het oog, dat één woord van haar
voldoende zou zijn om het geheele personeel
op straat te doen zetten.
Wat mijnheer De Prabert, of, zooals hij
altijd genoemd werd, .mijnheer Bernard
betrof, voor hem haalde men altijd de schou
ders op, over hem sprak men op minachten
den toon, hij was de spellebreker, de isegrim
die altijd maar op zijn kamer zat te suffen
met den onuitstaanbaren en belachelijken
Puybarrau, die nooit op een feest verscheen
en die alleen goed genoeg was om liet noo-
dige geld te verschaffen. Dit was dan ook
de reden, dat men met veel belangstelling
naar de gezondheid van mevrouw De Pra
bert vroeg, terwijl men zich om „mijnheer
Bernard" bijna niet bekommerde.
Nu, de schoone Felicienne wqs geheel bui
ten gevaar; haar zwakke zenuwgestel
zwichtte wel voor de -minste ontroering,
maar de aanvallen waren altijd licht en
hadden nooit ernstige gevolgen.
Niettemin had zij dien morgen geen kracht
gevoeld om op te staan en toilet te maken
Leonore had haar op bed gekapt en een
weinig rood en poeder op haar wangen ge
legd. Half liggend, half zittend in haar le
dikant, te midden van een wolk van kanten,
gaf z}j audiëntie aan haar zoon en haar
broeder.
Men had belangrijke en geheimzinnige
zaken te verhandelen, naar het scheen,
want men sprak met gedempte stem en alle
deuren stonden wijd open, teneinde te be
letten, dat een luisteraar zich daarachter
kon verschuilen.
Oom Daniël zat midden in de kamer aan
de tafel, Waarop eenige papieren verspreid
lagen en schreef langzaam het adres van
een brief naar een voorbeeld, dat hij bij elke
pennestreek raadpleegde.
Ziezoostaat erzeide hij ter
wijl hij de pen neerlegde, niets meer te
doenalles gereed
Aurélien naderde de tafel en beschouwde
het werk van zijn oom.
Het is prachtig, uitmuntend! riep hij
uit. Het handschrift is onverbeterlijk nage
maakt, dezelfde vorm van letter, dezelfde
krulletjes, Filip Dormelles zelf zou geen
onderscheid zien tusschen het origineel en
de copie. O! oom Daniël gij zflt een man van
talent.
Parbleu, ik zal de laatste zijn om dat
tegen te spreken.
Mevrouw De Prabert hief zich langzaam
op haar elleboog overeind en fluisterde:
Dus er bestaat kans van slagen, mijn
zoon
Niet alleen de kans maar de volkomen
zekerheid, antwoordde Aurélien eenigszins
ongeduldig terwijl hij zijn monocle- in zijn
linker ooghoek klemde. Ik heb u dat toch
al gezegd, mama, welk nut steekt er in, het
tot in het oneindige te herhalen?
Ach mijn jongen, wij hebben in den
laatsten tpd zooveel tegenspoed gehad, dat
ik bijna niet meer aan den goeden uitslag
van onze plannen durf gelooven.
O ja, die geschiedenis met mijn oom
uit Amerika, den gewezen galeiboef, die op
een onverklaarbare wijze, al onze maatre
gelen ten spot, hier in huis is gekomen. Ja,
drommels, die burger Robert Duhesme, lijkt
me een snaak toe, die niet voor een klein
geruchtje vervaard is. Ik weet nog altijd
niet waarom gij beiden zoo beeft en zoo ang
stig uw oogen laat rollen, als zijn naam
maar genoemd wordt. Ik voor mij vind hem
daarentegen hoogst interessant en zijn
klein, rumoerige bezoek hier in huis kan ons
nog van veel nut zijn, tegenover de zonder
linge plannen en bedoelingen van mijnheer
mijn papa. Ik heb al een aardige manoeu
vre op touw gezet, ge zult het zien, later
waneer wij eerst onzen onmiddellijken vij
and hebben onschadelijk gemaakt. Voor het
oogenblik zullen wij ons dus alleen met hem
bezig houden. Kapitein Filip Dormelles, die
vermetele fortuinzoeker, zit ons op de hin
derlijkste wijze in den weg, bij is voorne
mens te huwen met mijn lieve nicht Mar-
guérite en zijn ledige beurs te vullen niet
de vijf millioen van de familie De Briais.
Een lief sommetje, nietwaar, maar jammer
voor hem hebben wij dat kapitaaltje drin
gend noodig, zoo wij er niet in slagen, de
socialistische plannen van mijnheer De
Prabert te verhinderen.
Moeten slagenmoeten die verhin
deren... mompelde Daniël.
Jawel, zoo denk ik er ook over, wij
moeten daarin slagen door de middelen, die
ons vanzelf in de hand zijn gevallen en
waarvan wij flink gebruik zullen maken.
Maar al was het ook niet om dat geld, dan
zou er voor mij nog een andere reden be
staan, om handelend op te treden: Ik wil
niet dat mejuffrouw De Briais de vrouw
van een ander zal zijn, ik wil dat zij mijn
vrouw zal worden.
Mijn lieve, beste Aurélien, mompelde
Félicienne, als wij dat maar vroeger gewe
ten hadden.
- Ach, wist ik het dan zelf wel eens. Zij
heeft in mijn oog eerst waarde gekregen
toen een ander naar haar dong, maar laten
we niet van ons onderwerp afdwalen. Oom
Daniël heeft getracht ons van dien soldaat
te ontslaan, het is hem niet gelukt.
Niet mijn schuld... duivel beschermde
hem.
De stroom heeft hem niet willen ver
zwelgen, het rotsblok heeft hem niet willen
verpletteren, dat kan geen m nsch helpen,
ongelukken zijn kwade kansen en niet alle
middelen van geweld slagen. Wij hebben dit
dus opgegeven en zijn een anderen weg in
geslagen. Filip Dormelles is nu kapitein ge
worden en geplaatst aan het ministeiie,
waar hfl overal omringd is door belangrijke
papieren, die het geheim onzer nationale
defensie bevatten. Hiqrdoor hebben wij een
groot voordeel op hem, kunnen we hem niet
doen verdwijnen, dan zullen we hem wel
onteeren en dan is hij evengoed als dood. Is
dat nu niet verstandig gesproken.
Zeker mijn jongen, fluisterde mevr.
De Prabert, maar
Neen, neen, nu geen „maar" en,
oom Daniël heeft het plan rijpelijk overwo
gen en wij hebben te zamen alle voorberei
dende maatregelen genomen. Het is trou
wens zoo eenvoudig als iets. Wij hebben nog
alle troeven in onze hand, voornamelijk
zullen wij veel steun hebben van kolonel
Allevard, den onmiddellijken chef van Dor
melles, die onze vriend is en die hem ver
foeit. Niet dat wij voornemens zijn Allevard
tot onzen medeplichtige te maken, o neen
Die militairen zijn zoo kleingeestig, maar
wij maken hem doodeenvoudig tot ons werk
tuig, zonder dat hij er iets van bespeurt
(Wordt vervolgd.)