Toegewijd aan Handel» industrie en Gemeentebelangen,
iet politieke werk hervat.
i
FEUILLETOn"
JNOORD-EpABAND"
Liklis2
Spit in den rug
en Spier-
v er rekkingen
dadelijk
wrijven
met Akker's
Kloa&terba hem
NUMMER 75
mem,
ZATERDAG 20 SEPTEMBER 924
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
dit nummer bestaat uit
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD.
De arbeid van het nieuwe zittings
jaar der Staten-Generaal is verleden
Dinsdag ingezet met de plechtige ver
gadering der Eerste en Tweede Kamer,
waarin de Koningin de Troonrede heeft
uitgesproken, die o.a. een opsomming
inhoudt van de voornaamste punten
welke de Regeering nog op haar pro
gramma heeft staan.
Onmiddellijk treft de hoopvolle toon,
waarin de troonrede is gesteld. Zoo
wordt gezegd, dat in de grootejakken
van volksbestaan eenige. zij het een
geringe opleving valt waar te nemen
en de verwachting wordt uitgesproken,
dat de economische crisis thans lang
zamerhand zal verminderen. Deze voor
spellingen zijn nu eenmaal, zooals alle
voorspellingen van dergelijken aard
min of meer gewaagd. Hier en daar
is zeker opleving. Laten wij het dank
baar vaststellen. Nu en dan komen
gunstige berichten ons vertrouwen op
een spoedige afneming der crisis ver
sterken. In dezelfde bladen, die de
trponrede bevatten, konden wij b v.
lezen, dat aan Nederlandsche firma's
te Amsterdam en Rotterdam het bouwen
van een zestal schepen is opgedragen
door en ten behoeve van een Engelsche
maatschappij. Een opdracht van on
geveer 14'/2 millioen. Dat geeft den
burger moed
Van den anderen kant staat het echter
nu reeds vast, dat de zware regenval
van Augustus en September aan den
landbouw belangrijke schade heeft be
rokkend en de opbrengst van graan
en aardappeloogst met groote bezorgd
heid tegemoet moeten worden gezien
Ook Troonrede-voorspellingen van
economischen aard mogen slechts met
de noodige voorzichtigheid worden
aanvaard
Met vreugde kan intusschen de
mededeeling worden ontvangen, dat
de toestand van 's Lands geldmiddelen
veel is verbeterd en dat de gewone
uitgaven en ontvangsten voor het
dienstjaar 1925 in evenwicht kunnen
komen als de Staten-Generaal zich
zullen vereenigen met de thans nog
aanhangige financieele maatregelen.
Hopen wij, dat de regeering harerzijds
ook in dezen bereid zal zijn tot het
noodige overleg. Is dit altijd noodig,
zeker kan het niet ontbeerd Worden
bij de vaststelling van maatregelen,
welke, zooals de financieele, diep in
het volksleven ingrijpen. Zoo kan, door
samenwerking tusschen Ministers en
Kamers, het onmiddellijk dreigend ge
vaar worden afgewend. Toch zal nog
op het pad der bezuiniging voorwaarts
gegaan moeten worden. Niet alleen om
te voorkomen, dat nieuwe tekorten
ontstaan, maar ook om sommige zeer
drukkende directe belastingen te kun
nen verminderen. Een dergelijke ver
mindering stelt de Troonrede reeds in
het vooruitzicht.
Met goeden moed moge de Volks
vertegenwoordiging den politieken ar
beid hervatten. Gedurende de weinige
maanden, die ons nog van de nieuwe
Kamerverkiezingen scheiden, heeft zij
belangrijk werk te doen. Is het geldelijk
herstel den aanstaanden zomer een feit
geworden, dan zullen Regeering en
Kamers, wat men haar ook moge ver
wijten en waarin zij wellicht ook te
kort hebben geschoten, Land en Volk
een dienst hebben bewezen, waarvan
men de beteekenis slechts dan ten volle
zou kunnen schatten, indien men de
ellende, waarin een belangrijke geld
ontwaarding de bevolking stort, uit
eigen aanschouwing kende er. aan den
lijve had gevoeld.
Deze ramp bleef door Godes goed
heid aan Nederland bespaard.
Dr. L. DECKERS.
75)
UIT DE MILLIOENEN-NOTA.
De dienst 1924—1925.
Voor 't gemak van den lezer hebben
we uit de Millioenen-Nota eenige der
voornaamste bijzonderheden gelicht
welke hieronder volgen:
Het tekort op den dienst 1924,
40 millioen kleiner dan de raming.
Het tekort van den gewonen dienst
1924 was geraamd op 62.09.107.91.
Sedert de vaststelling der fcegrooting
1924 zijn eenige posten verhoogd,
waardoor het tekort zou stijgen tot
64.322.107.71.
Door de genomen maatregelen tot
verhooging der inkomsten en verlaging
der uitgaven die echter niet geheel het
dienstjaar 1924 ten goede komen, mag
volgens den Minister van Financiën
verwacht worden, dat een en ander het
tekort zal doen dalen met een bedrag
van rond 20 millioen gulden. Gerekend
wordt verder dat de meerdere op
brengst der middelen, die over de eer
ste 7 maanden de raming met rond 15
millioen overschreed, aan het eind van
dit jaar tot een bedrag van rond 20
millioen zal stijgen.
Het tekort op den dienst 1924 zou
dan ongeveer 40 millioen kleiner zijn
dan aanvankelijk geraamd werd en
dus ruim 24 millioen gulden bedragen.
De begrooting voor 1925.
Een tekort van 20 millioen, dat
gedekt moet worden door de nieuwe
Tariefwet en verhooging van Tabak
accijns.
W)WAA LW UK/lugg)
ff®
MM
DOOR ERVARING STERK
De uitgaven voor 1925 zijn geraamd
(globaal genomen) op 605 millioen
voor den gewonen dienst, 86 voor bui
tengewoon, totaal 691 millioen.
De inkomsten zijn geraamd op 590
millioen gewoon, 21 buitengewoon,
totaal 611 millioen.
Het tekort zou dus worden 15 mil
lioen op den gewonen dienst, 65 op den
Kunt gij U nauwelijks verroeren
van de pijn? Waarom laat gij U
toch zoo onnoodig kwellen? Gij
kunt die pijn direct verdrijven
en U afdoend genezen. Laat U
helpt verbluffend snel
buitengewonen dienst, totaal 80 mill.
Hierbij dient in aanmerking geno
men dat in de begrooting nog niet is
verwerkt het resultaat van de op 1 Jan.
1925 in werking tredende salarisrege
lingen. Worden deze ingevoerd, dan
zal het tekort op den gewonen dienst
tot 8V2 millioen worden teruggebracht.
Verder wordt in dat geval op de sala-
rissen bij de Posterijen nog 700.000
bezuinigd, zoodat genoemd tekort daalt
tot rond 8 millioen.
De Minister van Arbeid heeft echter
12 millioen noodig als Staatsbijdrage
aan liet Ouderdomsfonds voor de V. O.
V., zoodat het tekort op den gewonen
dienst voor het jaar 1925 op 20 mil
lioen wordt gesteld.
Dit tekort hoopt de Minister te dek
ken door de 20 millioen opbrengst
vaii de nieuwe Tariefwet en de ver
hooging van den Tabaksaccijns.
De voor 1925 geraamde gewone uit
gaven bedragen 15.458.339.35 minder
dan het voor 1924 toegestane bedrag.
Hierbij dient bovendien in aanmerking
genomen dat alle crisisuitgaven, welke
voor 1924 nog tot een bedrag van
5.666.456 waren uitgetrokken, in 1925
geheel naar den gewonen dienst zijn
overgebracht.
De ontvangsten worden voor 1925
31.394.263.98 hooger geschat dan de
raming voor 1924 bedroeg.
De nieuwe belastingvoorstellen.
De Minister van Financiën deelt
mede, dat de indiening van het in de
Troonrede aangekondigde ontwerp tot
heffing eener belasting op weelde-ver-
teringen vergezeld zal worden van de
ontwerpen tot vermindering van som
mige al te drukkende directe belastin
gen.
DE FINANCIEELE TOESTAND.
Geconstateerd mag dan ook worden,
dat het - als de beide bovengenoemde
aanhangige wetsontwerpen aangeno
men zijn gelukt zal zijn om het on
middellijk dreigende gevaar voor ont
reddering van 's Lands financiën af te
wenden. Dat hiervoor met inbegrip
van de bovengenoemde 20 millioen
een bedrag van ongeveer 32 millioen
aan nieuwe heffingen noodig was, be-
(Wordt vervolgd).
47e JAARGANG
Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prfls der AdvertentlSn
20 cent per regel; minimum 1.50
Reclames 40 cent per regel.
By contract flink rabat.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk uur ln ons bezit
zün.
van „De Beha van het Zuiden".
GERECHTIGHEID.
Snel ontdeed hjj zich van zijn boven-
kleeren en trok de uniform aan, om tot be
sluit zijn blonde haren onder de pruik te
verbergen.
Prachtigriep hij uit, toen hij zich in
den spiegel bekeek, het kan niet beter, ik
zou me zelf niet herkennen.
Nu was alles gereed en Aurélien behoefde
slechts te wachten, tot Marguérite komen
zou.
Hij wierp zich languit in een leeren sofa
in de eetzaal.
Daar ging de huisbel over.
Aurélien sprong op, verliet het pavillioen,
ging den tuin door en opende de deur, waar
voor een rijtuig stond.
Een jonge dame stapte uit.
Wat verlangt mevrouw? vroeg Auré
lien, terwijl hij zijn stem zooveel mogelijk
veranderde.
De dame, in wie hij terstond Marguérite
herkende, antwoordde
Ben ik hier terecht bij kapitein
Massias?
Ja, mevrouw.
Is de kapitein thuis?
Zooeven thuisgekomen.
Dan wenschte ik- den kapitein terstond
tet spreken.
Aurélien bracht de hand aan de politie
muts en liet het argelooze meisje binnen.
Zij gingen den tuin door en in de gang van
het huis gekomen, opende Aurélien de deur
van een spreekkamertje, liet Marguérite
binnen en vroeg:
Wie mag ik aandienen?
Mejuffrouw Marguérite De Briais.
De gewaande soldaat sloeg weer aan en
ging heen.
Ziezoo, mompelde hij, buiten gekomen,
het muisje is ln de val. Owacht eens, de
koetsier staat nog te wachten, hem zullen
we eerst wegzenden.
Hij ging naar buiten en zeide tegen den
koetsier
Mijn waarde, die dame heeft uw dien
sten niet meer noodig, hier is uw vracht en
de fooi.
Tegelijk overhandigde hij den koetsier
een vijf francstuk.
Deze klom weer op zijn bok en reed weg
met een
Dank u, kannonier, goeden avond.
Aurélien sloot de tuindeur met den sleu
tel af en keerde naar Marguérite terug.
Deze bevond zich in een licht te begrijpen
toestand van opgewondenheid.
Bij het ontvangen van den valschen brief,
waarvan zij het handschrift terstond als
dat van Filip meende te herkennen, had zij
geen oogenblik geaarzeld, alleen kwam het
haar duister voor, op welke wijze zij hem
zou kunnen helpen en zijn onschuld bewijzen.
De brief sprak echter van kapitein Massias,
die haar inlichtingen zou geven, dus had zij
onmiddelijk een huurrijtuig laten halen en
was hierheen gereden.
Bij het betreden van dit huis echter had
zich een onverklaarbaar gevoel van be
klemdheid van haar meester gemaakt. Zij
was ongerust.
Waarover?
Het huis had toch niets ongewoons, noch
in den tuin, noch in de gang, noch in de
spreekkamer, had zij iets ontdekt, dat haar
achterdocht opwekte, een soldaat waar
schijnlijk de oppasser van den kapitein
had haar toegelaten en toch gevoelde zij in
deze omgeving een angst, dien zfl maar niet
van zich af kon zetten.
Zij had echter niet lang tijd om hierover
te denken, want de soldaat kwam spoedig
terug.
De kapitein heeft mij bevolen, mevrouw
naar zijn studeerkamer te geleiden, sprak
hij.
Marguérite stond op en volgde hem.
In de gang gekomen opende hij een deur.
Als mevrouw hier wil binnen gaan, dit
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP NET LEVEN
is de kortste weg naar de kamer van den
kapitein.
Toen Marguérite binnen was, trok de ge
waande soldaat de deur met een slag dicht,
sloot ze af en stak den sleutel bij zich.
Marguérite keerde zich eensklaps om en
zag hem met verwonderde oogen aan.
Wat doet gij? vroeg zij.
Och niets, antwoordde Aurélien met
zijn gewone stem, ik neem mijn maatrege
len, om ons gesprek van vanavond voort te
zetten en daarbij niet opnieuw gestoord te
worden.
Met een spottenden glimlach voegde hij
er bij
Wij zijn hier volkomen 'op ons gemak,
oneindig veel beter dan in uw vertrekken
in het hotel De Prabert, lieve nicht, alleen
kunt ge hier uw getrouwe Jeannine niet
roepen om mjj uit te laten.
Terwijl hij dit zeide, rukte hij politiemuts
en pruik af, wierp die in een hoek en loosde
een zucht.
Oef, dat lucht, die onnatuurlijke haar
bos benauwde mij.
Met een vriendelijk lachje schoof hij een
fauteuil bij en hernam
Neem plaats, wat ik u bidden mag, m'n
lieve Marguérite en laten we ons gewichtige
gesprek hervatten, want ik had nog niet
uitgesproken, toen ge mij zoo beleefd de
deur weest.
Toen Marguérite Zag, dat de soldaat zoo
eensklaps de deur afsloot, had zij een oogen
blik vrees gevoeld, maar nu Aurélien zijn
vermomming had afgeworpen, was die vrees
verdwenen en had plaats gemaakt voor
diepe verachting.
LafaardVerraderriep zij hem toe.
Eensklaps kwam er een gedachte in haar
op; zij haalde den brief uit haar mantel
die haar met zooveel spoed naar dit huis
gelokt had.
Deze briefriep zD uit. Deze brief
Wie heeft hem geschreven?
Aurélien lachte.
Hoe zou ik dat weten?
Met een oogopslag doorliep Marguérite
den brief.
Ja, het was wel de hand van Filip, maar
hij schreef nooit zulk een stijl. Een man als
hij kan zelfs onder het zwaarste ongeluk
i
Dit heerlijk verwarmende wrijfmiddel
dringt tot diep onder de huid door
en verdrijft snel de ziektestoffen, welke
Zich hebben vastgezet. Werkt daarom
onovertrofFen bij rheumatiek, jicht,
stramheid, stijve nek en spierpijnen.
Per groote pot van 20 gram 50 cent. Alom verkrijgbaar
Potten v. 50 gr. f 1.100 gr. f 1.75 nog voordeeliger.
niet zoo ontmo-digd zijn.
Falsaris! riep zij uit, terwijl zij den
brief vol verachting op den grond wierp. Gij
hebt dat geschreven of laten schreven.
Eensklaps doorzag zij de geheele waarheid.
Met dezelfde middelen hadden ongetwij
feld oom Daniël en Aurélien de verdenking
van landverraad op Filip doen vallen. De
geheele geschiedenis van dat ontvreemden en
verkoopen van geheime documenten, was
door hen met helsche bedrevenheid in elkaar
gezet, zij begreep het, zij was er van over
tuigd. Met weinige woorden, maar die Au
rélien deden sidderen van angst, deelde zij
hem mede, dat zij al zijn duivelsche listen
doorzag.
Gij hebt een sterke verbeeldingskracht,
mfln lieve, zeide hij met geveinsde kalmte,
maar laten we daar niet over spreken.
Wanneer ge hetzelfde aan een ander had
verteld, dan zou hij u zeker uitgelachen
hebben. Kapitein Dormelles is een landver
rader, dat is duidelijk gebleken en zelfs al
slaagde hij er in, zjjn rechtvaardige straf
te ontloopen, hetgeen niet waarschijnlijk is,
dan zult ge toch zijn vrouw niet worden.
Wie zou mü dat beletten? vroeg zij
met verachting.
Ik.
Zij haalde de schouders op.
Overtrouw maar niet te veel op de
toestemming van mijnheer De Prabert, ging
hij voort. Papa heeft dezer dagen genoeg
teekenen van verstandsverbijstering gegeven
om aan zijn verbintenissen alle waarde te
ontnemende rechtbank zal binnenkort zijn
ontoerekenbaarheid verklaren en dan wordt
er een nieuwe voogd over u benoemd, die
zeker, wie hij dan ook zijn mag, wat meer
rekening met de belangen van de familie
zal houden, daar zal ik wel voor zorgen.
Welk een monster zijt gij toch
Een mooi monster dat heeft men ten
minste wel eens gezegd dat u van gan-
scher harte lief heeft en het u bewijst door
zijn mede minnaar te verpletteren.
Zulk een liefde kan mj slechts afschuw
inboezemen.
Lief kind, of ge dat nu eens of hon
derdmaal zegt, daar ontmoedigt ge mij toch
niet mee. Gij zult wel tot inkeer komen.
Nooit.
Dat is een, dwaas woord. Alles veran
dert hier op aarde, gij zult ook wel van go-
dachten veranderen, als ge mijn vrouw zijt.
Liever dood
De trillende stem, waarmee zij deze woor
den uitsprak, trof Aurélien en deed hem de
kalmte, waar hij zich toe dwong, eensklaps
ver' iezen.
Ik heb mij voorgenomen, dat ge mijn
vrouw zult worden, en dat zal ik door
zetten.
Hij kwam haar een schrede nader met
fonkelende oogen en van hartstocht glooi
ende wangen.
Zij week terng.
Gij verlangt mijn vermogenriep zij
uit, welnu, neem het, maar laat mij gaan.
Dien koop had ge mij eenige maanden
vroeger moeten voorslaan, maar nu is mijn
hartstocht door al die hinderpalen geprik
keld, ik heb u nooit zoo vurig begeerd als
toen ik wist, dat gij voor mij verloren waart
en ik haat dien Filip Dormelles, ik wil niet
dat ge zijn vrouw zult worden, verstaat ge?
Niemand weet dat ge hier zijt en niemand
zal u hier komen zoeken.
Doe met mij wat ge wilt, dood mij,
maar nooit zult ge er in slagen, mijn tegen
stand te overwinnen.
Komkomriep hij uit, ik heb wel ge
duld om te wachten. Die moed zal spoedig
genoeg verflauwen, ik weet wel middelen
om den heldhaftigsten tegenstand te breken.
Morgen of overmorgen spreken we elkaar
nader. Tot weerziens, Marguérite, tot weer
ziens.
Hjj ging heen en sloot alle deuren zorg
vuldig achter zich.
VI.
HET WISSELBOEKJE.
Toen Robert Duhesme door Bataille en
zijn helpers uit het hotel De Prabert was
weggevoerd en in een rijtuig geworpen,
bracht men hem terstond naar de prefec
tuur.