O
1
-5-
..v. P;Rp:ri'A'r
Interieur
(Voor)Hal en trappenhuis
Via het bordes, onder het kruisgewelf door, komen
we in de voorhal. De rode baksteen is van kleiner
formaat dan die van de voorgevel om een geleide
lijke overgang te maken. In een nis staat een beeld
van Hertog Jan II van Brabant gehakt in zandsteen.
Hertog Jan II gaf Waalwijk in 1303 stadsrechten.
Het is een werk van de Waalwijkse kunstenaar Theo
van Delft (1883 - 1967). Het is zo geplaatst dat het
naar binnen en naar buiten is gewend: linkerbeen en
rechterschouder naar binnen, hoofd en hand met
oorkonde naar buiten. In de entree staat een paraplu
bak van prachtig koper drijfwerk, een geschenk van
N.V. Chroomlederfabriek De Amstel. De hal bene
den met het monumentale trappenhuis is gemetseld
in een rode handvormsteen op een blauwgroen ver
glaasde lambrizering. Aan deze hal zijn gelegen de
kamer van de burgemeester en van de secretaris. In
het metselwerk is een gedenksteen aangebracht, bo
ven de entree een tegel waarop een slang met de
staart in de bek, symbool van de eeuwigheid, daar
tegenover een in brons gedreven klok. Naast de bur
gemeesterskamer met teakhouten deur, oorspronke
lijk dubbele deuren, vinden we een asbak waar de
rokers een grote sigaar in kwijt konden.
De monumentale trap heeft granieten treden en een
opengewerkte gemetselde balustrade afgedekt met
een zware zandsteen band. In het trappenhuis zijn
aangebracht twaalf glas-in-loodramen met de te
kens van de dierenriem; twee met Venus en Mars.
De spreuken op het tegelwerk luiden: 'Concordia
res parvae crescunt' (Door eendracht groeien kleine
zaken) en 'Vigilate Deo confidentes' (Waakt in ver
trouwen op God). Verder treffen we in het trappen
huis aan een leeuw en een haan. Boven op de hoek
van de balustrade ligt de waakhond, symbool van
waakzaamheid, voor de raadzaal. Alle voorstellin
gen op glas en tegelwerk zijn van mej. Kropholler
te 's-Gravenhage, zus van de architect.
Boven gekomen is de zoldering van de hal uitge
voerd in eiken balken en delen. De vloeren in de hal
zijn van een Franse natuursteen comblanchiën. Aan
de hal boven liggen in de voorgevel de loggia met
carillon, de raadzaal, de trouwzaal, de wethouders
kamers en een garderobe met een prachtig handge-
smeed hekwerk, een staaltje vakmanschap. Aan de
achterzijde lag oorspronkelijk een buitenloggia. Ei
ken deuren en afgeschuinde negkanten aan het met
selwerk, geven toegang tot de raadzaal en de trouw
zaal.
Boven de entree van de raadzaal is in een tegelta
bleau een roos aangebracht, symbool van de zwijg
zaamheid met daaromheen een spreuk van Cicero
'Salus publica suprema lex esto' (Het heil van het
volk zij de hoogste wet).
LEX,,
c B-£Sccri'rj
Interieurtekening van de archi
tect: het trappenhuis met de
waakhond en de toegang tot de
raadzaal, de bovengalerij op de
bovenhal.
Tegeltableau boven de toegangsdeur naar de raadzaal.
