9
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
jonge vrouw.
FEÜLLETOM
„NOQRD-BRABAND"
NUMMER 2
ZATERDAG 3 JANUARI 1925
48e JAARGANG.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ AN TO ON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
II.
Aan welke eischen moet het plaatsje
voldoen
Art. 4 zegt:
le. voor 't doel geschikt zijn;
2e. met inbegrip van de eerste
noodige verbeteringen aan bestaande
gebouwen en land, niet meer dan
f 4000 kosten.
Af te leiden uit de eerste redactie
der wet is de bedoeling van 't onder
le genoemde: niet te duur, doel
matige woning, gunstige ligging.
Met het oog op de dure gronden
in tuinbouw- en bollenteelt-gebieden
is aan de Kroon de macht dit maxi
mum van f 4000 te boven' te doen
gaan.
Men leze echter uit dit artikel niet,
dat de woning reeds zou moeten
bestaan, immers art. 14e zegtwaar
het gaat over de over te leggen
stukken: ingeval de woning nog ge
bouwd moet worden, moet tevens
worden overgelegd het bouwplan met
de raming der kosten.
Aan welke eischen moet het los land
voldoen
Art. 5 zegt
1. het moet in de nabijheid van
de landarbeiderswoning gelegen zijn
2. voor het doel geschikt zijn
3. de jaarlijksche pachtprijs mag
niet hooger zijn dat f50, de Kroon
kan afwijking toestaan
4. de pachtprijs mag niet belang
rijk hooger zijn dan die van grootere
uitgestrekheid grond van overeenkoms
tige hoedanigheid en ligging.
In de Memorie van Antwoord zegt
de Minister hieromtrent uitdrukkelijk,
dat met de woorden niet belangrijk
hoogeru bedoeld is eenige verhooging
toe te laten wegens de bijkomende
kosten van verkaveling, administratie
en dergelijke.
Aan welke lichamen is de uitvoering
dezer wet opgedragen
Art. 6 noemt
lo. rechtspersoonlijkheid hebbende
vereenigingen öf stichtingen met voor
16)
beide de aanvulling; die uitsluitend
ter bevordering van de verkrijging van
onroerend goed door landarbeiders
werkzaam zijn, mits zij als zoodanig
door Ons, Gedeputeerde Staten ge
hoord, zijn toegelaten.
2o. de gemeenten.
De volgordevereenigingen, stich
tingen, gemeenten, is geen toevallige,
maar een opzettelijk aldus bedoelde,
wat blijkt uit de behandeling in de
Tweede Kamer, waar de Minister zich
ten sterkste kantte, zoowel tegen het
amendement de Wijkersloot om ver
eenigingen en stichtingen te doen
schrappen, als tegen het amendement
Schaper om de gemeenten de voorrang
te geven.
Een voordeel hiervan is zeker, dat
van een vereeniging of stichting uit
sluitend tot dat doel opgericht of ge
sticht, veel intensievere werkzaamheid
mag worden verwacht, dan van een
gemeente, die in den regel toch al met
zooveel werk is belast.
Men lette goed op de volgende be
palingen
lo. daar waar een vereeniging of
stichting bestaat, is deze het eenige
lichaam, aan wie de uitvoering der
wet is opgedragen en mag haar der
halve door de gemeente het werk niet
uit de handen worden genomen
2o. in elke gemeente mag slechts
écne vereeniging of stichting bestaan,
ook al bestaat die gemeente uit ver
van elkaar gelegen wijken.
Men moge dit betreure en opmerken
dat dit in de praktijk voor zulke ge
meenten ontzettende bezwaren zal op
leveren, de wet gebiedt het aldus,
't Wordt ten overvloede in de Memo
rie van Antwoord nog eens uitdruk
kelijk bevestigd. En nogmaals in een
circulaire van 12 Februari 1919.
3o. De kring eener vereeniging kan
wel meer dan één gemeente omvatten,
doch mag zich niet verder uitstrekken
dan het rechtsgebied van een kanton
gerecht.
(Wordt vervolgd.) A. v. D. PLU1JM.
GEMEENTERAAD.
GEERTRUIDENBERG.
Openbare vergadering van den Raad
dezer gemeente op Dinsdag 23 Dec.
des namiddags ten 2 uur.
Voorzitter Edelachtb. heer I Bianchi.
Ongeveer kwart over twee uur opent
de Voorzitter de vergaderingafwezig
met kennisgeving de heer Timmermans
De notulen der vorige vergadering
worden na een kleine opmerking van
den heer Segeren goedgekeurd en
vastgesteld.
Aan de orde
1. Mededeeling proces-verbaal kas
opname gemeente-ontvanger, vierde
kwartaal.
Wordt voor kennisgeving aange
nomen.
2 Schrijven van Ged. Staten, be
treffende begrooting dienst 1925.
Aangezien de opmerkingen allen van
administratieven aard zijn, wordt de
afhandeling daarvan in handen van
Burg. en Weth. gesteld.
3. Wijziging tarief voor de levering
van electriciteit.
De Voorzitter merkt op dat in een
vorige vergadering al in principe be
sloten is om het tarief van 45 op 40
ct. per K.W.U te brengen
Met algemeene stemmen wordt daar
toe thans definitief besloten.
4. Voorstel van Burg. en Weth.
tot vaste aanstelling van den ge
meentebode.
Voorzitter. Een vorig jaar is Goosens
voor tijdelijk aangesteld op een salaris
van f 300. Burg. en Weth. stellen voor
hem thans voor vast aan le stellen en
zijn pensioensgrondslag aldus vast te
stellen.
Sassen. Wat zal hij nu per week
verdienen?
Voorzitter. Op 't rogenblik heeft hij
f 300 als bode en f 300 als nachtwacht.
Sinds 1 October is hij havenmeester,
waarvoor hij f 100 per jaar krijgt. Voor
(<S^WAA LW U K.
DOOK. ERVARING STERK,
dit jaar is dit dus f25. Bovendien
krijgt hij f25 voor gebruik van zijn
rijwiel. Hij heeft dus een jaarwedde
genoten van f650 per jaar. In 1925
wordt dit salaris gebracht op f 925
omdat hij dan ook nog de functie van
assistent politie-agent gaat bekleeden.
Dit jaar heeft hij alzoo een weekloon
van f 12.50 per week genoten.
Sassen. Ik heb hier al meermalen
de verdediging op mij genomen voor
de salarieering van de arbeiders en
met groote gerustheid wil ik thans
opkomen voor de belangen van den
bode. Een loon van f 12.50, niemand
toch die daarvan kan leven. Nu is het
waar dat Goosens er nog wat bij mag
doen, maar aangezien hij een geheelen
dag in dienst van de gemeente is, kan
hij niets doen. Daarom stel ik voor
hem voor 1924 een gratificatie te ver-
leenen van f50. dat is dan f25 voor
nachiwaker en f25 voor bode.
De Voorzitter noemt dit een sym
pathiek voorstel omdat ook hij de
overtuiging is toegedaan dat het salaris
in het afgeloopen jaar zeer gering is
geweest. Voor 1925 wordt dit f 18 per
week, dan kan het iets.
Over zijn diensten kan men niet
anders dan zeer tevreden zijn en wat
betreft het verrichten van werkzaam
heden voor andere personen, daar komt
practisch heel weinig van terecht om-
dat de tijd hem daarvoor ontbreekt.
Alleen voor den notaris brengt hij zoo
nu en dan eens een biljet weg.
De heer Allard wil het voorstel van
den heer Sassen gaarne ondersteunen.
De heer Tak is niet tegen het voor
stel maar Is bang dat men hier een
precedent gaat scheppen. Gaarne ziet
hij dat dergelijke zaken eerst onder
het oog worden gezien want volgt men
dezen weg, dan kan men telkens in
een vergadering met een voorstel
komen en dat acht hij uit den booze.
Men heeft het hier al eens meegemaakt
dat men ook onverwachts met een
voorstel kwam en toen niet anders
kon doen dan aannemen alhoewel al
heel spoedig bleek dat het nooit tot
dat besluit had moeten komen.
De heer Jansen is het daarmede eens
en stelt voor het daarom tot een vol
gende vergadering aan te houden.
Segeren. Wat de persoon betreft,
hij is nog zoo jong. Hij is nogal jong
onder de man gebracht. Later kan je
hem niel gaan verlagen en daarom
juich ik het voorstel van den heer Tak
toe. Verhoogen kunnen wij hem nog
altijd.
Voorzitter. Het gaat er niet om,
om zijn salaris te verhoogen. De heer
Sassen stelt alleen voor hem voor 1924
een gratificatie van f50 te verleenen.
Segeren. Dat weet ik wel. Hij is
voor tijdelijk aangesteld en wie ver
diend er dan al direct zooveel. Dat
is toch zeker nergens in de heele
wereld. Hij is te jong over het paard
getilt en daar moet men altijd een
beetje voorzichtig voor zijn. Ik ben
er niet tegen om hem een subsidie te
verleenen, maar zou het toch gaarne
eerst in handen van Burg. en Weth.
stellen.
De Voorzitter kan zich voor een
groot deel met het gezegde van den
heer Tak vereenigen want zelfs is hij
ook een vijand om de zaken zoo maar
zonder eenige voorbereiding in de ver
gadering te brengen, omdat men dan
veelal zijn oordeel niet kan hebben
gevormd.
De heer Sassen meent wel te mogen
constateeren dat allen het er over eens
zijn dat Goosens een subsidie toe,
komt, alleen is men het er niet over
eens om daartoe nu al te besluiten.
Met het oog op de Kerstdagen zou hij
een uitzondering willen maken en zijn
voorstel thans in omvraag zien gebracht.
De heer Jansen blijft zich daartegen
verzetten. Burg. en Weth. moet de
.gelegenheid om eerst iets te onder
zoeken, niet worden ontnomen.
De heer Tak zou ook geen uitzon
deringen willen maken want met even
veel recht kan later iemand dan ook
weer om een uitzondering komen aan
dringen. Goossens heeft thans de
overtuiging dat hem de f 50 zal worden
gegeven en dat zal hem al zeer welkom
zijn.
Voorzitter. Principieel ben ik het
met den heer Tak eens. Of dit voorstel
nu echter van zulk een ingrijpenden
aard is, betwijfel ik.
Met vier tegen twee stemmen wordt
hierna besloten het voorstel in een
volgende vergadering te behandelen.
Voor directe uitbetaling stemden de
heeren Tak en Sassen.
5. Subsidie aanvrage van de Zwem-
club.
De Voorzitter merkt op dat door de
vereeniging om een subsidie van f 150
is gevraagd en dat Burg. en Weth.
hebben voorgesteld f 125 te verleenen.
Een ander voorstel was om f 100
subsidie te verleenen en daarvoor
hebben in een vorige vergadering de
■v:
1
Waalwpscle en Langstraatscke Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 8 maanden 125.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stokken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
PrQs der Ad verten üfin
20 cent per regel; mlnlmnm 1.50
Reclames 40 cent per regel.
BU contract flink rabat
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om alterlUk 0 nor ln ons baalt
«Dn.
van „DE ECHO VAN EET ZEIDEN
EERSTE DEEL.
Buiten, door de luchtgaten van den toren,
drong een dof gerucht door tot de arme
Renée, als het verward rumoer eener op
eengepakte menigte. Soms ook weerklonk
een geroep, een soort van kort bevel, en
Renée begreep dat de menigte aankwam om
het ïyk van den ongelukkigen prins, wiens
moord zij begewoond had, naar zijne laatste
rustplaats te vergezellen.
Weldra hoorde zij een ander geluid, dat
van paardengetrappel, gekletter van wapens
en van pantsers. Dat was de ruiterij, want
prins Demetrius had voor zijne ongenade
eene hooge plaa'-j aan het keizerlijk hof be
kleed, en de krijgseer moest hem bewezen
worden.
En bij het overtrekken der enge brug, die
toegang gaf tot Ny-Slott, lieten de soldaten
een doordringend trompetgeschal weerklin
ken.
Mij zullen zij ook dooden, mompelde
zijmij zal weldra ook zulk een vreeselijk
lot beschoren zijn. O, moeder, welbeminde
moeder. Nooit zult gij uw ongelukkig kind
terug zien.
Een gerucht van vleugelslagen deed haar
het hoofd oplichten. Verschrikt door al dat
ongewoon gerucht dat de gewone stilte ^er-
stoorde van Ny-Slott, vlogen de zwaluwen
binnen den toren angstig op en neer.
ZiJ rusten een oogenblik op de klimop-
ranken, die met hunne scheuten een der
luchtgaten van de gevangenis versperden,
maar zy hernamen al spoedig weer hunne
dolle vlucht.
De oogen van Renée bleven gevestigd op
die klimplanten, die in lange, dooreenge-
strengelde twijgen langs den wand hingen.
Een zinnelooze gedachte, iets als de moge
lijkheid van eene onuitvoerbare daad, kwam
op in den geptjnigden geest van het slacht
offer. Zij wilde die klimopranken bereiken.
Zy klom de treden van den steenen trap
op en zette haren tengeren voet in de kleine
opening van een afgebrokkelden steen.
Driemaal viel zy terug, terwyi zy hare
vingeren bezeerde aan den boek van een
uitstekende steen, waaraan zy zich vastge
klampt hield.
Maar zy liet zich niet ontmoedigen.
En ten koste van wanhopige pogingen,
waartoe men haar niet in staat zou geacht
hebben, gelukte zy er in.
Een gekraak deed zich hooren, eene stof
wolk verblindde Renée's oogen en een breede
steenlaag van den rand van de gevangenis
stortte in en viel op den bevloerden grond.
Door een wonder werd de jonge gravvin
onder die steenmassa niet verpletterd.
In één sprong bereikte zy opnieuw de
klimop, klampte er zich aan vast met eene
door de wanhoop verdubbelde kracht en
dank zy onzeggeiyke pogingen, gelukte zy er
in op te klimmen tot aan den binnenrand
van het kleine venster waardoor haar don
kere gevangenis eenig licht ontving.
Aanstonds stelde zj) zich aan het werk;
met hare handen begon zy de steenen weg
te ruimen en weldra gelukte zy erin zich een
engen doorgang te banen, door welken zy
zich gereed maakte te ontkomen.
De ïykplechtigheden van prins Demetrius
duurden vyf volle uren.
De doodkist, zeer zwaar, gesloten in een
zinken omhulsel, werd geplaatst in den fa
miliekelder, aan den ingang van het kerk
hof, dicht by Ny-Slott gelegen en waarin
een talryk geslacht der Livachoff's den
laatsten slaap sliep.
En de menigte ging langzaam uiteen; de
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
troepen vertrokken op het geschal der trom
petten en keerden terug naar Revel, terwyi
de bewoners dezer stad hen langzaam volg
den.
Wladimir Paloutine, omringd door gansch
zyn personeel, keerde terug naar Ny-Slott.
Op den dorpel zyner vertrekken stond Ru-
rick, de rentmeester, die, zich tot aan den
grond buigend, dengene groette die nu zyn
meester geworden was.
In zyne groote slaapkamer, gansch behan
gen met kostbaar tapijtwerk, zette Wladi
mir zich in een leunstoel neer.
Dienaren brachten flambouwen, want de
avond begon reed9 in te vallen en in die
groote plaats met hare kleine vensters en
geschilderde ruiten wa9 het reeds half don
ker.
Wladimir bevond zich alleen.
Hy ademde nu vry, alsof hy een zwaar
gewicht dat zyne borst verpletterde, ver van
zich afgeworpen had.
Zy'ne misdaad was onbekend en zou dus
ongestraft biyven.
IIy ging nu de hand leggen op het aan-
zieniyke fortuin van zyn oom. Ja, hy was
overwinnaar en alles was hem nog beter ge
lukt, dan hy het had durven verwachten.
Hy was nog bezig met dien schoonen
droom, toen de deur met groot gerucht ge
opend werd en Sophie Mosser voor hem ver
scheen, doodsbleek, met verwilderden blik
en onsamenhangende woorden stamelend.
Zy is vertrokken. Verstaat ge my? Ja,
Wladimir, zy i9 gevlucht. Ha, vervloeking
en ongeluk over die vrouw, riep het ellendig
schepsel.
Ja, de graaf had haar begrepen en hy
zelf was doodsbleek geworden.
Vertrokken de gravin ontsnapt. Renée op
vrye voeten. Wel, dat was hun ondergang.
Zou zy hem niet gaan aanklagen?
Hy was opgesprongen, gepynigd door een
onzeggeiyken schrik en nu vertelde Sophie
Mosser hem met woedende stem, hoe die on
verwachte ontsnapping gebeurd was.
Zy kende er nochtans slechts eenige by-
zonderheden van.
Renée, eens in de holte van het luchtgat,
gelukte er in haar hoofd door de enge ope
ning te werken.
Dan rustte zy een oogenblik en ademde
met een gevoel van onzeggeiyk genoegen'de
zuivere buitenlucht in.
Hare blikken omvatten gansch den omtrek.
Onder haar, twintig voet diep zag zy de
grachten van Ny-Slott.
Ja, zy zou er zich inwerpen, met gevaar
van er in om te komen, liever dan in de
handen te blyven van hare vtyanden.
Met gesloten oogen, om niet door een dui
zeling bevangen te worden, klampte zy zich
aan de klimopranken vast en met de kracht
die de wanhoop geeft, liet zy zich omlaag
glyden, totdat zy terecht kwam beneden aan
den toren, met de voeten in een siykerig
water, onder li oogopgeschoten waterriet ver
borgen.
Was zy gered?
Voor het oogenblik ten minste, bevond zy
zich in veiligheid.
De grachten van Ny-Slott waren sinds
jaren verwaarloosdde aarde had er zich in
opgehoopt en Renée slaagde er in byna ge
heel droogvoets aan de overzyde te komen.
Dan beklom zy met veel moeite den nogal
steilen muur over en bereikte al .spoedig de
dennenbosschen, welke zy haastig binnen
drong.
Aan den zoom, nochtans, achter een boom
stam hield zy een oogenblik stil.
In de verte hoorde zy nog het gezang der
popen en de stemmen der koorzangers, be
nevens de scherpe tonen der koperen instru
menten, hetgeen haar bewees dat de ïyk
plechtigheden nog niet geëindigd waren.
zy had dus nog eenigen vryen tyd. Haar
vlucht zou nog niet aanstonds opgemerkt
worden.
Wat ging zy doen? In haren verschrikten
geest had hoegenaamd geen plan den tyd
gehad zich te vormen. Hare ontsnapping had
zich voorgedaan met zulk een snelheid en
zoo onvoorbereid, dat zy nog niet had kun
nen denken wat zy met hare vry held doen
ging-
Waar zich verschuilen? Aan wie zich toe
vertrouwen. Zeer zeker zouden Wladimir en
Sophie Mosser, zoodra haar vlucht bekend
was, haar achtervolgen, zy kende het ge
heim hunner misdaad, zy mocht nog op ver
schooning nog op vergiffenis hopen. Ten
allen prjjze, als het ware ten koste eener
nieuwe misdaad, zouden zy zich van haar
stilzwijgen verzekeren.
Op een gegeven oogenblik bleef de arme
Renée plotseling stil staan. Hare beenen
weigerden haar nog verder te dragen en
haar hoofd draaide. Dan herinnerde zy zich
dat zy sinds 's avonds te voren niets meer
gegeten had?
zy had een soort van klein open dal be
reikt waarvan de steille helling met varen-
hruid overdekt was.
Aan den ingang van dit dal lag een hoop
mos, daar vereenigd ongetwyfeld om te dro
gen.
Renée legde zich neer op dat zachte bed.
Het was haar niet mogelijk verder te gaan,
de nacht viel in, duister en mistig, verdon
kerd nog door de zware en dichte kruinen
der boomen.
Verpletterd van vermoeidheid en ten prooi
aan de kwellingen van den honger en den
dorst, viel zy in eene pyuiyke sluimering,
terwijl haar geest gefolterd werd door vree-
seiyke droomgezichten.
Hare moeder, zy zag hare moeder, het ge^
laat overdekt met brandende tranen. Zy
stak de handen tot haar uit. Wladimir en
Cazéres rukten haar brutaal uit de armen
van de welbeminde. Dan was het weer het
immer spottend galaat van Sophie Mosser,
dat haar voor de oogen kwam.
(Wordt vervolgd.)