i
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen
~7EüTrET0H
Het Vastenmandement
van ïïlgr. j$. F. Diepen
,N00RD-BRABAND"
NUMMER 17
WOENSDAG 25 FEBRUARI 1925
48e JAARGANG.
UITGAVE;
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
In alle kerken en kapellen van ons
Bisdom werd Zondag het mandement
voorgelezen van Mgr. A. F. Diepen,
Bisschop van 's Bosch, waarin de
Bisschop vooral aanspoort tot ont
hechting, zelfbeheersching en waak
zaamheid, welke alle drie onontbeerlijk
zijn voor eenieder, die slagen wil zijn
leven in te richten naar Christus' leer
en welbehagen, gedachtig aan de waar
schuwing. welke den priesters in het
breviergebed dagelijks wordt voorge
houden. Mgr. waarschuwt vooral tegen
den geest van hebzucht, waaraan een
maal |udas de Apostel-verrader ten
offer viel, de hebzucht, de oorzaak
van oorlog en twisten onder het volk
en waaruit moord en doodslag voor
komen
Denken we dagelijks goed na over
ons gebed waarin we God smeeken
„Geef ons heden ons dagelijksch
brood", maar denk er dan bij aan
hetgeen dat daarop volgt: „en ver
geef ons onze schulden gelijk ook wij
vergeven aan onze schuldenaren-.
Hebzucht voert niet alleen tot moord
en doodslag, het voert tot volkeren
en familietwisten, tot landverraad,
heiligschennis en geloofsafval, waarbij
nog het huiselijk geluk verwoest wordt
Z. H. Benedictus XV z g wees reeds
in zijn encycliek, d.d. 1 Nov. 1914,
de hebzucht aan als de aanleidende
oorzaak tot den wereldoorlog. Daarbij
voegt zich thans de rustelooze. sluwe,
vaak met goud gesteunde propaganda
der communistische en den daarvan
slechts in graad afwijkende, socialisti
sche denkbeelden, instellingen en prac-
tijken, wier grootste steun 's menschen
hebzucht is. Verstaat de lessen u door
den toestand van het diep rampzalige
Rusland gegeven, begrijpt den vreese-
lijken ernst onzer tijden, de strijd gaat
tusschen Christus en den Satan, tus-
schen de standaard des Kruises en de
roode vaan.
Deze waarheid is vastgelegd in het
schrijven van Z.H. Pius XI op 18 Dec.
j 1., toen hij zich, beroepend op het
door God Hem geschonken vaderschap,
zijne waarschuwende stem deed hooren.
„Onze hulp zij in den raam des
Heeren" en die hulp is te verkrijgen
door het dikwijls bijwonen der H. Mis
door het bidden van het Rozenhoedje
in het huisgezin en door de vereering
van Jezus Goddelijk Hartdat zijn de
middelenomden verwoestenden invloed
van den aartsvijand het socialisme en
communisme te breidelen en te fnuiken.
Het familie- en zakenleven moet van
hebzucht vrij zijn, gelijk Mattheus
VI 24 schrijft: „Gij kunt niet God en
den Mammon dienen-. Mgr. waar
schuwt dan voor onrechtvaardige werk
stakingen en uitsluiting, vaak nog
schuldiger dan bedrog, woeker, roof
of diefstal in het private of zaken
leven tegen onrechtmatige prijsopdrij
ving of speculatiewoede oj) beurs of
elders, tegen woekerloon waarvan niet
alleen God gruwt maar dat ook in de
oogen der medemenschen verfoeilijk is
De socialisten praktijk is in alles
en steeds de hebzucht van het volk
te prikkelen.
Zijn er conflicten in onze organisa-
ties, men beslisse die in den geest
des geloofs en onbaatzuchtigheid, be
waar de wederzijdsche liefde en recht
vaardigheid, de tevredenheid en het
onderling vertrouwen, vermijdt alle
twist en bevorder den vrede van
Christus bijzonderlijk door de ver
broedering van alle standen te be
vorderen Het geloof zij ons schild,
het gebed ons zwaard en de macht
i in onze vereenigingen.
Ten slotte dankt Mgr. van ganscher
harte voor den milden steun voor de
uitbreiding en verbouwing van het
Groot Seminarie waarvan een gedeelte
reeds voltooid en betrokken is; de
verbouwing vordert nog ongeveer een
jaar en vraagt nog groote sommen die
niettegenstaande den edelmoedigen
steun, nog de financieele krachten van
het bisdom te boven gaan en waar
voor Mgr. opnieuw op aller hulp een
beroep doet.
De Bisschop wijst met het oog op
de a s. verkiezingen op den plicht ook
in de politiek de Christelijke naasten
liefde te betrachten, de éénheid en de
macht der Katholieke Staatspartij te
bevorderen en door het uitbrengen
uwer stem de groote weldaad der
Christelijke regeering aan vaderland
en kerk te verzekeren. Dien goeden
uitslag verkrijge voor zijn vaderland
de Zalige Peirus Canisius, dien ons
Bisdom aan de H. Kerk schenken
mocht, wiens heiligverklaring wij wel
dra te Rome hopen bij te wonen en
na onze terugkomst van onze jubilé-
reis met ongemeenen luister in zijne
geboortestad Nijmegen te gaan vieren.
Aan het eind van zijn Bisschoppelijk
schrijven vraagt Mgr. Diepen aller
gebed voor die in overheid gesteld
zijn opdat allen deelachtig worden
aan den gelukkigen vrede van Christus
De dispensaties van verleden jaar
gelden ook voor dit jaar.
BINNENLAND.
De Vereeniging van Kamers van
van Koophandel in Nederland heeft
een commissie ingesteld om het vraag
stuk der verlaging van posttarieven
te onderzoeken.
De Liinburgsche redacteur van
de Maasbode schrijft
De pessimistische rede van Heerlens
burgemeester, Vrijdagavond in den
Raad aldaar gehouden, moge iets te
donker zijn gekleurd, vast staat, dat
er alle reden bestaat tot groote be-
'forrr^WAA LW UK./"
DOOD ERVARING STERK.
zorgdheid. Voor onze mijnen indi
reet dus ook voor al wat er mede is
verbonden wordt de toestand met
den dag ernstiger. Een zeer vaag
teeken illustreert wel den ernst der
situatie: in grooten getale beginnen
de vreemde arbeidskrachten meest
Duitsche vaklieden hun ontslag te
nemen.
Op het tot stand komen van de
groote waterwegen kan niet worden
gewacht. Een tiental jaren zijn ermee
gemoeid. Zoolang kunnen de mijnen
het niet uitzingen, want niets doet
voorloopig verandering in gunstlgen
zin voorzien
Overigens kan ook niet alles worden
verwacht van wellicht belangrijk te
verlagen transporttarieven, in de Ruhr-
kolen zit b.v. voor een paar gulden
minder arbeidsloon per ton. Westphalen
schept momenteel de malaise hier en
elders, want ook in België wordt de
toestand zorgwekkend. Daar werden
reeds 1,2 millioen ton opgestapeld.
Naar we hoorden, worden dan ook
nieuwe banen gezocht, waarin onze
mijn industrie zich in afwachting
van betere condities of voor de verdere
toekomst zou kunnen ontwikkelen.
Reeds bestaan er procedé's om benzine
en diverse oliën uit steenkool te winnen.
De exiractie van tal van chemische
producten wordt trouwens elders reeds
toegepast. Zijn onze inlichtingen juist,
(we blijven eenig voorbehoud maken),
dan zou getracht worden langs dezen
weg een betere toekomst voor onze
mijnen te scheppen.
De drie bonden, waarmee door
den Bond van Kleermakerspatroons
nog werd onderhandeld over het nieuwe
collectief contract, hebben thans dat
contract goedgekeurd, zooals dat was
voorgesteld door de patroons.. De uit
sluiting voor de leden van de moderne,
syndicalistische en neutrale bonden is
dus weder opgeheven.
Naar het orgaan van den Nederl.
Schiidersgezellenbond meldt, hebben
de modern georganiseerde schilders
gezellen met overweldigende meerder
heid van stemmen het patroonsvoorstel
het bestaande collectieve contract voor
1925/'26 vrijwel ongewijzigd te conti
nueeren, verworpen.
Naar wij vernemen heeft de Bond
van Kleedermakerspatroons in Neder
land aan de Tweede Kamer een adres
gezonden, waarin wordt verzocht de
wet tot aanvulling van de zegclbe-
lasting 1917 te verwerpen.
Opheffing van de cavalerie en de
rijdende artillerie, die reeds tot het
uiterste zijl teruggebracht, kan niet
in overweging worden genomen de
meening „dat wielrijders het werk
vroeger door ruiters verricht veel beter
kunnen waarnemen-, kan geenszins
worden gpdeeld, Zoowel voor de
cavalerie als voor de wielrijders is bij
den verkenningsdienst en den veilig
heidsdienst een belangrijke taak weg
gelegd aldus lezen wij in de Memorie
van Antwoord van den Minister van
Oorlog op het voorloopig verslag van
de Eerste Kamer op het hoofdstuk
Oorlog.
30)
LAND- EN TUINBOUW.
Wat iedere maand te doen geeft.
(2e helft Februari.)
Nadruk verboden.
De klachten over de emeltenplaag
worden algemeener en ernstiger. Menige
akker rogge moet omgebouwd worden
of bijgezaaid met zomerrogge. Ook in
tal van weiden laat het kwaad zich
weer ernstig aanzien. Gelukkig hebben
we in „Parijsch groen" een uitnemend
bestrijdingsmiddel In een hoeveelheid
van 1 K'lo per Hectare mengt men het
met 25 K G. tarwezemelen het geheel
maakt men iets vochtig en strooit het
dan breedwerpig uit. Zeer voorzichtig
't is maaggif ook voor andere dieren
en voor den uitstrooier. Men koope
gezamenlijk bij „Phyto" te Wageningen
en vrage bij den Plantenziektenkundigen
Dienst te Wageningen verdere inlich
tingen, om geen fouten te begaan De
vorige week strooide ik zelf de ver
giftigde zemelen uit in grasland twee
dagen later vond ik honderden emelten
dood of stervende 't Was verrassend.
Men kan nu. als men acht geeft, onze
natuurlijke bondgenooten in den strijd
tegen het ongedierte aan het werk zien
en nog meer leeren waardeerende
mollen, de kraai (of roek) voornamelijk.
Door het zachte weer zit de mol hóóg
in den grond en verorbert daar de
emelten nooit zagen wij meer mols-
hoopen in het land dan thans. En nooit
ook zagen wij de kraaien (lees roeken)
zóó talrijk: bij vele honderden strijken
ze neer in de weilanden en doen zich
Courant
en
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enx.
franco te «enden aan den Uitgever.
Prijs der Advertentlfin
20 cent per regel; minimum 1.50
Reclames 40 cent per regel.
Bi) contract flink rabat.
AdvertentiCn moeten Woensdag en Vrijdag
de» morgens om uiterlijk 9 uur in ons bedt
■ga.
van „DE ECHO VAN HET ZEIDEN".
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
EERSTE DEEL.
Ja, zoo is 't, herhaalde de brigadier,
baron Andréa Cazéres. Dus, mynheer Mon-
teray, gy moet er toe besluiten die twee da
mes terug te geven, want gy* weet zoo goed
als ik, mijnheer Monteray, dat de wet moet
geëerbiedigd en nageleefd worden.
Terwfll Migneton sprak, had Alexis, die
rakelings tegen hem stond, den tijd niet ge
had de twee mannen te zien die de gendar
men vergezelden.
Ztjne oogen vielen nu op Cazéres, dien hfl
een blik vol verpletterend mispryzen toe
zond.
Wat den gezel van den baron betrof, graaf
Wladimir Paloutine, deze had zich tot dan
toe in het duistere deel der zaal gehouden.
Iloe hadden Cazéres en Paloutine de
schuilplaats van mevr. Cazéres en hare
dochter ontdekt?
O, op de eenvoudigste wijze.
Natuurlijk hadden de twee ellendelingen
toen zij te Saint-Panl-de-Léon aangekomen
waren, een rijtuig genomen en zich naar
Goulven laten brengen.
In de afspanning had Cazéres, als een
listige vos die hij was, een der meiden aan
het spreken gebracht.
Hij gaf zich uit voor een openbaar ambte
naar, evenals zyn gezel, beiden belast met
een onderzoek.
En hij wist vele bijzonderheden aan te ha
len om het vertrouwen der jonge meid te ver
schalken, hij sprak van de laatste ongeluk
ken op zee en kwam eindelijk tot de schip
breuk van de Ebbenhouten Brick, die tegen
de rotsen verbrijzeld werd.
Hij vroeg of men het lijk niet gevonden
had van de jonge dame, de vrouw van den
eigenaar van het vaartuig en die bij de
schipbreuk omgekomen was.
En de meid, eene dochter van Roscoff,
zeer praatziek van aard en die des te meer
dienstvaardig was, daar Cazéres haar een
vyffrancstuk in de hand gestopt had, liet
zich niet wachten om alles te zeggen wat zy
vernomen had.
Zy wist niet veel, nochtans, alleen dat
men vele opzoekingen gedaan had, die zon
der uitslag gebleven waren.
De burgemeester van Goulven had brie
ven van den eigenaar van het vaartuig ont
vangen.
Hij had tevergeefs alles doen beproeven
wat maar mogelijk was; er was geen lijk
ontdekt.
En de meid voegde er tot besluit bij
M.ar zie, mynheer, daar zijn zoo vele
drenkelingen die nooit teruggevonden wor
den.
Er is echter iemand, die er u veel meer
van zou kunnen zeggen, indien hij wilde, en
die meer weet dan wij allen te zamen. Dat
is Monteray.
De baron spitste het oor gelijk een speur
hond. Monteray, die naam had hem reeds
getroffen, hij was er zeker van.
Parbleu, die naam was die van den onder
teekenaar van den brief dien hij gestolen
had op de tafel van de baronnes.
Ha, wedervoer hjj op onverschilligen
toon, en wat doet hij, die Monteray?.!.
Dat is een zeer braaf man, mijnheer,
hij is de meester van de fabriek van Ker-
mor.
En hoe komt het dat hij meer dan de
anderen over de schipbreuk der Ebbenhou
ten Brick weet te vertellen?
Ha, omdat hij zich dien morgen op het
strand van Goulven bevond.
Hij is bijna door de onstuimige golven
verzwolgen, 't Is een wonder dat de man
niet omgekomen is.
Is hij getrouwd, die heer!
Wel neen. Maar men zegt in de streek
dat hij misschien niet lang meer jongeman
blijven zal.
Ha.
De baron verloor de meid niet uit het oog.
Hij voelde dat hij op het ware spoor kwam,
maar wachtte zich wel zijne vreugde te la
ten blijken.
En is het met een jonge vrouw van de
streek, dat hij trouwen gaat? vroeg hij.
O neen. Er is in gansch de streek, op
twintig uren in het ronde geen jonge vrouw
zóó schoon als zij die mevr. Monteray wor
den zal. Zij zijn bloedverwanten van hem,
naar men zegt, die dames, de moeder en de
dochter. Zij zijn zeer vriendelijk en beleefd
en ieder is hun hier genegen.
Baron Andréa Cazéres keerde zich naar
Wladimir Paloutine, die hoegenaamd geen
belang gehecht had aan de eindelooze sa-/
menspraak tusschen den baron en de meid.
Beste graaf zeide hij op stillen toon,
zoodra de meid zich verwijderd had, ik mag
ti wel verzekeren dat gij zonder mij, nooit
de overwinning zoudt behalen.
Welke overwinning? Waarvan spreekt
gil?
Waarlijk, de graaf begreep hem niet, en
Cazéres keek hem bijna met minachting aan,
terwijl liy de schouders ophaalde.
Beste graaf, hernam hij langzaam, wilt
gij voor duizend louis wedden dat gy, voor
aleer er een uur verloopen is, reeds in het
bezit van de gravin Paloutine zult gesteld
zijn?
Wlndiinir werd door een hevige siddering
geschud.
Weet gij waar zij ls? vroeg hij.
Ik weet het, ik hen er zeker van. Neemt
gij de weddenschap aan?
Ik neem ze aan.
Maak de wissel gereed.
Wladimir begreep dat hij niet weigeren
mocht en aanstonds teekende hij een wis
selbriefje.
Nu? vroeg hij.
Kom, antwoordde de andere, wij zul
len nu eerst naar den burgemeester gaan.
Gij zijt reeds met hem in betrekking geweest
per brief en nu zullen wy hem gaan spreken.
Gij zult zien dat de zaken op wieltjes loo-
pen.
Ik heb u altijd gezegd, niemand kan zoo
als ik de moeilijkste en Ingewikkeldste za
ken in orde brengen. Maar zie, wy moeten
de hulp der gendarmen inroepen en al onze
voorzorgen nemen opdat de gravin gedwon
gen wordt u onmiddeiyk te volgen.
De burgemeester van Goulven heette
Gazeau.
Op een afstand van ongeveer vijf hon
derd meter van het dorp, op een schaduw-
ryke hoogte, bewoonde hij een klein boeren
huis.
IIy telde een zeventigtal jaren en was
eertyds handelaar geweest.
Kondig graaf Wladimir Paloutine en
baron Andréa Cazéres aan, zegde deze tot
een jongen die de deur kwam openen.
De jongen keek de bezoekers gapend aan,
deed zich wel driemaal de namen en de
titels herhalen en zou er misschien nooit in
gelukt zyn er de juiste aankondiging van te
doen.
Maar Gazeau, die juist in het gezelschap
van zyn vrouw en zyn dochter zyn eetmaal
geëindigd had. had de stem van den baron
gehoord en deed de bezoekers binnenkomen.
Gazeau groette herhaalde, malen en bood
stoelen aan. Andréa Cazéres toonde zich be
leefd en hoffelyk, terwyi graaf Paloutine
styf en koel licht het hoofd boog.
Onderweg had de baron zyn gezel de les
gelezen.
Cazéres had reeds geraden met wat voor
een man hy te doen had en hy was over
tuigd dat hy hem alles zou doen gelooven
wat hy maar wilde.
Wladimir begon met den burgemeester te
bedanken voor de hulpvaardigheid welke
hy getoond had na de schipbreuk der Eb
benhouten Brick, tydens het treurig onder
zoek en de lange en vruchtelooze opsporin
gen die gedaan waren om de stoffeiyke over-
hiyfselen van de gravin terug te vinden.
Gezean boog meermalen het hoofd.
Mynheer de burgemeester, begon de
graaf nu op stillen toon, terwyi hy wan
trouwend naar de deur en de vensters keek,
ik wil u vragen of wy hier niet kunrien be
luisterd worden? Want de mededeeling die
wy n te doen hebben is zoo ernstig, dat zy
alleen door u mag gehoord worden.
Gazeau keek den baron verbaasd en ont
steld aan.
Gy zult begrypen dat wy verplicht zyn
de grootste voorzichtigheid in acht te ne
men, omdat de eer van tweevoorname fa
milies op 'tspel staat.
De burgemeester begon ongerust te wor
den; het woeste gelaat van Wladimir, de
trotsche houding en de voorname manieren
van den baron, henevens die dramatische
geschiedenis waarin hy zou gemengd wor
den, dat alles bracht hem zichtbaar in ver
legenheid.
Ik zie dat wy volkomen op u rekenen
mogen, vervolgde Cazéres. Ziehier nu dit
somber drama, dat aanleiding geven kan
tot de ergste verwikkelingen.
Ik ben In tweede huweiyk getroiiwd met
mevr. Gabriella de Ligneuiles, die my vol
maakt gelukkig gemaakt heeft.
Ongelukkig voor my, mocht dit huiseiyk
genoegen slechts van korten duur zyn.
Na eenlge jaren huweiyksleven. heb Ik
moeten zien dat zy in haar verstand ge
krenkt was. Hare geestvermogens waren in
de war gebracht, zy is door vervolgings
waanzin aangegrepen.
Die soort van zinneloosheid ls zeer ge
meen, merkte Gazeau op.
Ja maar, mynheer de burgemeester,
daarby bepalen onze ongelukkigen zich niet.
Zy verwikkelen zich op de zonderlingste
wyze. En ziehier hoe:
Andréa richtte zich In zyn volle lengte
op, rustte een paar seconden en hernam dan
Gy zyt een der eersten die den schrik-
keiyken ramp gekend hebben, waardoor myn
vriend, myn^zoon, want ik mag graaf Wla
dimir dien naam geven, zoo pyniyk getrof
fen werd.
De schipbreuk der Ebbenhouten Brlck
van den graaf, zal altyd versch in myn ge
heugen biyven, .verzekerde Gazeau. 'tWas
tydens een vreeseiyken storm. Ik dacht dat
geheel het dorp Goulven door de zee zou
verzwolgen worden.
Die- schipbreuk kostte het leven aan myne
stiefdochter, de gravin Paloutine.
Helaas, ja. Al de opzoekingen om het
ïyk der ongelukkige jonge vrouw terug te
vinden zyn vergeefsche moeite geweest.
Ik geloof het wel. zy konden hoege
naamd geen uitslag opleveren.
En waarom niet? vroeg de burgemees
ter verwonderd.
Om de zeer eenvoudige reden, dat wy
de vaste overtuiging hebben dat de gravin
Renée Paloutine In die ramp niet omgeko
men is.
(Wordt vervolgd.)