iPSl m m H i "sport. vecntenj 01 inspan n fiïg7~ u fi v i nu m g ten oiirecme a au [\n.uaiu Wagner werd toegeschreven. Ook had hij reeds onderscheidene andere stuk- geleverd, o.a. de twee beroemde winding (dij Soms heeft een kleine aderlating in de kam goede gevolgen. Het diertje ijskoud water op den kop druppelen brengt ook soms baat. Niet te krachtig voer, zoo nu en^dan een purgeermid del, hulsvesting op een frissche plaats kunnen het leven der aangetaste dieren wel eens rekken. Absolute blijvende genezing kan ik echter niet garandeeren. J. TEURLINGS, Piuimveeteeltleeraar, Kaatsheuvel. KÜNST EN LETTEREN. Biografie van Mendelssohn. Over enkele dagen zal alhier door de Waalwijksche Gemengde Zangver- eeniging uitgevoerd worden het groot- sche werk „Elias" van Felix Mendels sohn Bartholdy. Ongetwijfeld zullen de lezers met belangstelling uit eene levensschets eenige bijzonderheden vernemen over dezen onsterfelijken componist die naast een groot kunste naar, een edel mensch was, naast een geniaal musicus een hoogstbeschaafd, veelzijdig ontwikkeld man van de wereld. Den derden Februari 1809, op den dag van den dood van Haydn, kwam te Hamburg een kind ter wereld dat eenmaal een meester-symfonist zou worden die op "zijn generatie een zeldzaam gunstigen invloed zou uit oefenen. Felix Mendelssohn was de klein zoon van den beroemden Duitschen wijsgeer Mozes Mendelssohn en de zoon van Abraham Mendelssohn een zeer bekwaam bankier die gedroomd had de gunst van het volk te verwer ven door zijn vrijgevigheid en 2 ijn kunstzin. De jonge Felix deed echter reeds zóó vroeg van zich spreken door zijn buitengewonen muzikalen aanleg dat de arme Abraham op zekeren dag te leurgesteld uitriep: „Ik geef mijn plan op eenmaal een beroemd man te wor den, weleer was ik de zoon mijns vaders, thans echter ben ik de vader van mijn zoon". Inderdaad, reeds in zijn prilste jeugd toonde de jonge Felix een ongemeenen aanleg voor muziek. Hij ontving on derwijs te Berlijn, trad op 9-jarigen leeftijd reeds op met een „concert militaire" van Dunek en leverde als 12-jarige knaap welgeslaagde proeven van compositiën zoodat Zeiter (Karl. Friedrich Zeiter 1758—1832, directeur der zangacademie) hem zijn besten leerling noemde. In 1822 componeerde hij een con certo voor piano in re mineur, drie fuga'j en melodieën, in 1823 een con certo voor viool, een quintet in ut mineur en verschillende stukken kerk muziek. Het wonderkind werd aan j den dichter Goethe voorgesteld en ontving daarna onderricht van Ignaz 1 Moscheles toen deze in 1824 concer- ten gaf te Berlijn (Ignaz Moscheies 1 1794-1870 componist en piai 0 virtuoos, professor aan de muziekacademie te Londen later aan het conservatorium te Leipzig) Totn Ch rubini (Maria 1 Luigi Carl Zonobio Salvador Cheru-1 bini). de grootmeester der moderne toonkunst, te Parijs bijzonder ingeno' men was met de gavin van den jon- j geling, maakte Abraham geen bezwaar tegen den hartewensch van zijnen zoon om zich geheel en al aan de kunst te mogen wijden, zijne opvoeding werd echter in andere opzichten geenszins verwaarloosd. Met bijzonderen ijver legde hij zich toe op de oude talen, maakte zich de werken der voornaamste dichters eigen en gaf zelfs een uitstekende Duitsche bewerking van de „Andria" van den beroemden Romeinschen blijspeldich ter Terentius, in 't licht. Tevens leerde hij Fransch, Engelsch, Italiaansch en Spaansch en bezocht in 1827 de hooge- school te Berlijn waar hij zich gedu rende twee jaren inzonderheid bij de wijsbegeerte bepaalde. Van 1829 af wijdde hij zich onver deeld aan de muziek Vóór dien tijd had hij reeds vier opera's gecompo neerd van welke in 1827 „Die Hoch- zeit van Gamacho" in twee acten te Berlijn met goed gevolg was opge voerd. Hierin vindt men reeds iiet ge bruik van het leit-motiv waarvan de ken Ouvertures van den „Zomernachts- droom" waarin de vermaarde Bruids- marsch is ingelascht. en Meeres- stille und Glückliche Fahrt". Daaren boven deed hij de „Matthauspassion" van Sebastian Bach ten gehoore bren gen welke alle vrienden der muziek met geestdrift vervulde. Mendelssohn begaf zich daarop naar' Londen waar Mocheles hem aanstonds deed opnemen in het Philharmonisch Genootschap en de opvoering der Ouverture van den „Zomernachts- droom" voorbereidde. Zij vond grooten bijval en werd, op een concert, door Henriëtte Sountag (gravin Carlo Rossi) gegeven, een zegepraal voor den com ponist. Op een reis door Schotland schreef hij de „Hebriden Ouverture" alsmede het bevallige blijspel „Die Heimkehr aus der.Fremde*. Hij keerde voorts naar zijn vaderland terug en vertrok in 1830 naar Rome waar hij den „Walpurgisnacht" en den eersten bundel zijner „Lieder ohne Worte" schreef, een concerto in sol-mineur, alsmede 3 motetten voor de nonnen van „Frinita dei Monti". Tevens vond hij een vriend in Baini, directeur der Sixtijnsche Kapel (Giuseppe Baini, bas zanger in de Pauselijke Kapel, onderwezen door GuiseppeZannaneoni, directeur van de Pauselijke concerten, later (1814) directeur der Pauselijke Kapel, bekend door een Miserere en een werk over Palestrina). Nadat hij Napels bezocht had, ging hij naar München, vertoefde van 1831 tot 1832 te Parijs, deed een uitstap naar Londen, keerde naar Berlijn terug en begaf zich in 1833 nogmaals naar Londen, terwijl hij in dat jaar ook het muziekfeest te Diisseldorf dirigeerde. In deze stad werd hij muziekdirecteur en met Immermann (Karl Lebrecht lm- mermann, tooneeldichter en roman schrijver 1796 1840) schouwburg ondernemer in welke hoedanigheid hij echter menige teleurstelling moest boeken. Hij schreef er voorts het grootste gedeelte van zijn „Paulus", de ouver ture van Ruy Bias en onderscheidene „Lieder ohne Worte". In het voorjaar van 1835 bestuurde hij het muziekfeest te Keulen, wees de betrekking van hoogleeraar in de muziek te Leipzig van de hand, maar verklaarde za'ch bereid aldaar concer ten te dirigeeren, waarna hij zijn ver blijfplaats van Diisseldorf naar Leipzig overbracht. Zijne werkzaamheid hier was een aaneenschakeling van triomfen. Hij schiep er een nieuw leven op het gebied der muziek, hielp er in 1843 het Conservatorium stichten, was er als leeraar van onvermoeiden ijver doordrongen en legde alzoo den grondslag voor Leipzig's muzikale ver maardheid. In 1836 was hij reeds door den Se naat der universiteit tot doctor honoris causa benoemd In 1837 trad hij in het huwelijk met Cecilia Jeanrenaud, de dochter van een predikant te Frankfurt en in 1841 schonk de Ko ning van Saksen hem den titel van Kapelmeester. In dit laatste jaar riep de Koning van Pruisen hem naar Berlijn waar hij de muziek voor „An tigone" componeerde, doch weldra keerde hij naar Leipzig terug en onder nam in 1842 eene reis naar Zwitser land. dirigeerde in 1846 het muziekfeest te Aken en bracht te Luik zijn „Lauda Sion", te Keulen zijn „Festgesang an die Künstler" (op woorden van Schiller) en te Birmingham zijn oratorium „Elias' met grooten bijval ten gehoore. Na zijn terugkeer leed hij te Leipzig aan zenuwzwakheiddit belette hem echter niet in Engeland de repetitiën van zijn „Elias" te leiden doch op de terugreis trof hem de doodstijding zijner zuster „Fanny" geworden Mevrouw Hensel, op een vernietigende wijze. Wel kwam hij te Interlaken tot herstel, schreef het oratorium „Christus" en fragmenten van de opera „Lorelei", doch een bezoek te Berlijn, waar alles hem aan zijne aangebedene zuster her innerde, deed hem instorten en hij overleed te Leipzig den 7den Novem ber 1857. Het aantal zijner compositiën is verbazend groot en daaronder zijn talrijke stukken die hem een onver- gankelijken roem waarborgen. Een loffelijke daad van piëteit werd verricht door denZwtedschentialkenner |ohannes Ernst Rietz 11010—1868) die de gezamenlijke muziekwerken van den meester in het licht gaf. W. BUITENLAND. Wat de wereld niet mag hebben geleerd uit den wereldoorlog, één ding heeft ze maar al te goed geleerd, en dat is zich spoedig over schokkende dingen heen te zetten. Hoe men ook de buitenlandsche persnapluist, nergens kan men meer deverontruste, verbaasde, .geïndigneerde of opgeblazen uitingen vinden, welke Maandag de kolommen vulden. Hindenburg is president gewor den en men legt er zich bij neer, zoekt er zelf de lichzijden van op en trekt er conclusies uit. die alle hier op neerkomen „De Fransche répu bliek is indertijd het stevigst onder den monarchistischen maarschalk president Mac Mahon, waarom zou de republiek Duitschland niet even stevig worden onder den monarchalen maarschalk Hindenburg? De strijd tegenstelling tusschen socialisten zou onder een halven man als Marx veel scherper zijn geweest. De Duitsche nationalisten hebben thans hun zin, en daarmee kunnen ze nog genoeg in hun maag zitten." Het is vooral Engeland, dat met die redeneerende opvatting de wereld tracht te beleeren, en men kanV.iet ont komen aan het gevoel, dat er iets rust gevends van uitgaat, De Engelsche zich zal laten spelen, wel dan zal zoo'n carmarilla zich niet kunnen vor men aan het stille hof van den weduw naar zonder kleinkinderen. Bovendien zal hij het kabinet—Luther voor het rijk, en het kabinet Braun voor Pruisen ongemoeidlatenzoodatpolitieke crisissen volkomen zijn uit gesloten, en de staats zaken haar normalen gang kunnen gaan. De eenige man, die binnenkort in Duitsland regeert, is de Duitsche Lloyd George, Stresemann en van Stre- semann heeft de Entente niets dan goeds te verwachten, daar hij de ver- vullingspolittek in practijk brengt en bovendien de geestelijke vader is van de veiligheidspacten. BINNENLAND. De bekende medewerker van het H b 1 d. de heer G. Nijpels. die eenige tijd in Rome heeft vertoefd, wijdt een beschouwing aan de beteekenis van het Vaticaan als wereld—centrum. Welke regeering beschikt over zoo'u uitgebreid, over zoo'n toegewijd en betrouwbaar consulaircorps, over zulk een inlichtingsdienst al die kwesties een hoop af moet weten, maar die ook en waarschijn lijk juist daardoor in het Vaticaan zeer gezien is. In Rome dat heerlijke Rome, waar de menschen niet veel anders te doen hebben heeft men het ook klaargespeeld den graad van dat „gezien zijn" onder cijfers te brengen. Daar weet men bijv. precies hoeveel minuten elke audiëntie geduurd heeft, die kardinaal Gasparri, op zijn weke- lijkschen ontvangdag, den diversen gezanten bij het Vaticaan bij zich gehouden heeft. Welnuelk goed Romein weet te vertellen, dat onze gezant bij den Heiligen Stoel, Jhr. O. van Nispen tot Sevenaar, steeds langer bij den kardi naal gehouden wordt, dan zijn collega's, zelfs dan die van veel grootere mogend heden. En ook, dat de kardinaal hem meer dan eens roepen laat. Het gaat toch soms vreemd in de wereldziedaar nu eens een diplo matieke post, die èn nuttig is, èn nog goed bezet tevens; iets dat wij, helaas, niet van alle zeggen kunnen. Deze organisatie, in lange eeuwen steeds verder uitgebreid en gegroeid, is iets geweldigs geworden, eenig waarschijnlijk in de geschiedenis der menschheid, en waar alle Foreign- office's (het Engelsche ministerie van Buitenlandsche Zaken) enQuai d'Orsays het Fransche ministerie van Buiten landsche Zaken) kinderspel naast zijn. Het ware m.- i. wenschelijk, dat allen, die het nut of de gewenschtheid van 'n vertegenwoordiging bij het Vaticaan nog niet inzien, eens een dag of wat in dit Rome konden rond- kijken. Principieele bezwaren zouden zoodoende waarschijnlijk niet uit den weg te ruimen zijn, maar al wie het groote belang begrijpt van steeds op de hoogte te blijven van wat in deze best ingelichte centrale ter wereld geregeld binnenloopt, zal zeker spoe dig de overtuiging krijgen, dat wellicht geen gezantschap zulk een prachtige observatie— en luisterpost is als juist dat bij het Vaticaan. Over groote bewegingen, als het voortdringen van het bolsjewisme in het ook in ons Oostenover En juist dien zouden velen graag opgeheven zien RECHTSZAKEN. mmm In 1844 werd hij directeur-generaal der muziek te Londen, doch hij ge voelde er zich niet recht thuis. In 1845 bezocht hij opnieuw Londen, dirigeerde daarna zijn „Paulus" en 1 „Walpurgisnacht" op het muziekfeest te Zweibrücken en nam in November afscheid van Berlijn waar hij de muziek geleverd had van de „Ahalië" van 1 Racine. I Nu begaf hij zich naar Frankfurt, 1 waar hij werkteaan „OedipusColoneus" van Sophocles en aan het oratorium „Elias" in een ietwat dramatischen vorm behandeld om het bij gelegenheid 1 als tooneelwerk te kunnen opvoeren. Daarna belastte hij zich weder te Leipzig met de besturing van concerten pers stelt de zaak aldus: „Wie en wat is Hindenburg en wat kan hij, nu men hem rijfcspresident heeft gemaakt En dan zijn de eensluidende antwoor den, dat Hindenburg een oud man is, die onder den keizer een gehoorzaam dienaar was, en onder de republiek eveneens een gehoorzaam man, dat hij evenmin onder het keizerdom als onder de republiek ooit excessen heett begaan. De Kapp Putsch heeft zijn steun niet gehad, en de Putsch van Hitier en Ludendorff heeft hij streng veroordeeld. Als hij dus nu officieel den eed van trouw aflegt op de grondwet van Weimar, wel, dan zal hij dien eed gestand doen. En als hij verklaart, gelijk hij aan de Lokal Anzeiger heeft gedaan, dat men niet moet de verschillende argumenten, die de zendelingen en vertrouwden van de Komintern (Communistische Internatio nale) voor hun propaganda daarginder bezigenover de uitwerking daarvan over den rising tide of Islam (de rijzende vloed van den Islam)over de combinatie bolsjewisme—islam over deze en zooveel andere problemen van het heden en de toekomst voor koloniale mogendheden, kan men nergens beter en vollediger gegevens krijgen, dan op het ministerie van buitenlandsche zaken van het Vaticaan bij den kardinaal—staatssecretaris Gasparri. Nederland heeft daarbij nog het voordeel, bij het Vaticaan een gezant te hebben, die niet alleen een uiterst Poging tot doodslag op een politieagent. P. Th. R., schilder, wonende te Eindhoven, thans gedetineerd, had zich voor de Bossche rechtbank te ver antwoorden, beklaagd ter zakedat hij in den nacht van 15 op 16 Februari 1925 te Eindhoven opzettelijk ter uit voering van zijn voornemen om den dienstdoenden agent van politie Den Brok van het leven te berooven, dezen met kracht een mes in de borst heeft gestoken, zijnde de uitvoering van zijn voorgenomen misdrijf niet voltooid alleen tengevolge van de van zijn wil onafhankelijke omstandigheid dat het mes het kraakbeen van een rib heeft getroffen en niet in de borstholte is gedrongen, zoodat geen edele deelen werden geraakt en de agent alleen ernstig werd verwond. Het O. M. eischte 3 jaar gevangenis straf met aftrek van voorarrest. Vanwege het O. M. waren 4 getuigen gedagvaard. Raadsman Jhr. Mr. van Meeuwen te 's Bosch pleitte clementie. Ontaarde moeder. H. V., huisvrouw van Th. Foliant, te Eindhoven, stond terecht voor de bekende mishandelingen op haar kind dat op sterven lag. Beklaagd ter zakedat zij in den nacht van 2 op 3 Maart 1925 te Eind hoven opzettelijk mishandelend haar dochter Antonia Foliant gewelddadig heeft geslagen waardoor deze pijnlijk werd getroffen, terwijl ze in doodstrijd was. Het meisje is tegen den morgen van 3 Maart gestorven. Vanwege het O M. zijn 3 getuigen gedagvaard. Beklaagde heette brutaal alles liegen en toonde geen zweem van moederlijk gevoel, noch beroqw over haar gruwe lijk misdrijf. De eisch tegen deze ontaarde moeder luidde 5 maanden gevangenisstraf. Louis Bouwmeester, Xeerland's f/root- str tooneelspcler, l.l. Maandag te Am sterdam gestorven en vandaag ter aar- da besteld. 1 foderne kleun1 Combinaison-tasch van moiré zijde, roor sehouivbu rg. etc., ge- d ra (jen in de tint van het toilet. Tv In het Stedelijk Museum te Amsterdam werd Zaterdagmiddag de tentoonstel ling ran Ons Huisgeopend, in tegenicoordigheid van Burgemeester de Ylugt. Eerste-ri/' vd.n.r., geheel links: Mej. Aspcrcn, directrice van Ons /luis", Mevr. de Vdugt, li urge meester de YlugtMevrouw TeggelenE. Polak. M De reis van den Engclschcn Kroonprins in West-Afrika. De prins ran Wales kijkt met belang stelling naar dc dansen door een in- landsche danseres voorhein uitgevoerd. Voetbalsport. WAALWIJK. QuickNoad 42. Het is Zondag voor Quick een goede oefen wedstrijd geworden, alhoewel Quick met a invallers verscheen. Dat Quick goede re serves heeft, is Zondag duidelijk bewezen, want de invallers hebben uitstekend werk verricht. Voor rust maakte Quick er zoo wat niets van en wist Noad tweemaal te doelpunten. Met 2—0 voor de Tilburgers ging de rust in. Na de hervatting had Quick haar opstel ling gewijzigd wat een verbetering bleek. Het samenspel was beter terwijl het verband ouderling beter verdeeld was. 4 maal wist Quick te doelpunten, terwijl Meeth zich niet meer liet passeeren. Einde kwam met een verdiende overwinning voor Quick. Quick II speelde voor de competitie tegen Kaatsheuvel II en wist met 60 te zegenvieren. Een mooi slot voor de Quick- reservers van hun competitie. Zijn de Serie-wedstrijden welke Quick telken jare in de maand Mui organiseerde iets bijzonders, de serie welke Quick thans organiseert overtreffen al de vorige door een der Waalwijksche clubs uitgeschreven. Een kostbare collectie prijzen zyn beschik-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1925 | | pagina 6