Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
f
feulletom
jonge vrouw.
„NOO&D-BRABAND"
NUMMER 42
WOENSDAG 27 MEI 1925
48e JAARGANG.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
GEMEENTERAAD.
KAATSHEUVEL.
Algemeene vergadering van den
Raad op Zaterdag 23 Mei des middags
ten half drie uur.
Voorzitter Edelachtb. heer Van
Besouw.
Ongeveer half drie opent de Voor
zitter de vergadering afwezig de heer
De Bresser.
De notulen der vorige vergadering
worden na voorlezing onveranderd
goekgekeurd en vastgesteld.
Aan de orde
1. Voorstel verbetering van de
Nieuwe straat te Loonopzand en van
de Telefoonstraat te Kaatsheuvel.
De Voorzitter zegt dat de gemeente
opzichter aanwezig is om enkele ge
gevens te verstrekken betreffende het
aanleggen en de te ramen kosten en
stelt voor in geheime vergadering over
te gaan teneinde over het finantieele
gedeelte nadere inlichtingen te kunnen
verschaffen.
Na heropening der openbare verga
dering neemt de heer van der Horst
het woord.
Bij hem gaat het niet alleen wat
moet, maar bovenal wat kan. Heeft
het Dag. Bestuur ook overwogen of
het kan, heeft het overwogen wat het
van de finantiën zal vergen en wat in
de toekomst de gevolgen zullen zijn.
Men kan wel zeggen het moet, het is
wenschelijk, het is zelfs noodig. maar
eerst dient men zich toch af te vragen
kan het.
Het Dag. Bestuur stelt de vergade
ring voor een feit om een uitgaaf van
plm. f 40 000 te doen. Weliswaar is
de opzichter een oogenblikje geweest
die verschillende cijfers heeft gegeven,
maar wie is er die dit alles kan na
gaan, kan verwerken, in een oogenblik
het een met het ander kan overwegen
Dat kan niemand en daarom begrijp
ik niet aldus spr.. waarom van zulke der
gelijke gewichtige zaken de leden niet
wat eerder in kennis worden gesteld
en op de secretarie van een en ander
inzage krijgen. Nu komt men hier en
wordt ineens voor de feiten gesteld.
Van te voren heb ik nooit iets gehoord
dat het Rijk de gemeente verplicht
daar een harde weg aan te leggen en
zoo dat niet wordt gedaan men dan
f 8200 kwijt is, dat men dan dit be
drag moet teruggeven.
Bestaat nu de mogelijkheid niet dat
door die voorwaarden een streep kan
worden gehaald Kan men door over
leg niet tot resultaten komen Den heer
Schlungel zal het wel zijn opgedragen
maar er is toch te praten en zou ons
dat geen resultaten brengen, dan kan
toch worden nagegaan of op een
voordeeliger wijze aan de verplich
tingen kan worden voldaan.
Men kan wel zeggen het moet maar
men moet zich toch afvragen of men
zich zoo'n uitgaaf kan getroosten.
Ik stel U, mijnheer deVoorzitter.de
vraag kan dat.
Bij de behandeling van de begroo
ting hebt u gezegd dat het met de
financiën er treurig uitziet en ik geloof
dat er die nog treuriger zijn gaan uit
zien. j
Men kan nu wel zeggen dat bedrag
leenen we. Zeker, dat gaat, maar dat
kost ook weer geld en het gevolg zal
zijn dat de belastingen weer omhoog
moeten.
Moet dat alles niet ernstig onder
het oog worden gezien
Men kan wel zeggen het is een
goede verbetering, een reuzenverbete
ring zelfs die men gaarne zou wenschen,
maar op het oogenblik past het ons
niet daartoe over te gaan. Mettertijd
zal het wel komen, maar nu kan het
naar mijn bescheiden meening niet.
Bovendien, het gaat niet aan zoo'n
zaak zoo maar ineens van alle kanten
te kunnen bekijken. De opzichter heeft
een minuut of vijf staan praten en ik
geloof gaarne dat wat hij zegt, waar
is, maar men weet er toch niets van.
De Voorzitter zegt dat Burg. en
Weth. de eerste tijd zeker niet met
dit voorstel zouden zijn gekomen
indien ze daartoe door den Minister
niet werden geprest door het schrijven
dat, wordt er niet toe overgegaan,
men de f8200 moet teruggeven.
Spr geeft gaarne toe dat de finan
tiën er alles behalve rooskleurig uit
zien en daarom juist zouden Burg en
Weth. niet met het voorstel zijn ge
komen als ze daartoe niet werden
56)
TWEEDE DEEL.
gedwongen.
Van den opzichter heeft men nu
alle mogelijke inlichtingen verkregen,
maar gaarne geef ik toe dat het voor
de leden over een dergelijk gewichtige
zaak gemakkelijker is indien ze van
te voren een prae-advies krijgen thuis-
gezonden.
De kostenberekening van nu met
die van vroeger, geeft geen aanmer
kelijk verschil, zoodrt men veilig kan
aannemen dat alles naar waarheid is
opgemaakt.
Het cardinale punt bij den heer
Van den Horst is de finantiën.
Voor mij, aldus cL Voorzitter, zegt
dat ook veel en daarom heb ik in de
vergadering van de wegencommissie
gezegd dat het geen zaak is die men
met ambitie kan verdedigen, juist om
den finantieelen toestand.
Burg. en Weth. staan voor het geval
om die f 8200 terug te geven of aan
het verzoek van den Minister voldoen
en nu denkt mijnheer Van der Horst
dat door het houden van een confe
rentie, waarin op den slechten finan
tieelen toestand van de gemeente kan
worden gewezen, dat de Minister wel
zal zijn te bewegen om zijn eisch te
laten varen of althans die milder zal
stellen
Ik voor mij geloof niet dat men
(WtthjAWAALWU k. f Gggsp
DOOR ERVARING STERK-j
daarmede eenlg resultaat zal bereiken
dat is wel te merken aan de corres
pondentie.
De vraag is nu wat is het beste
Die f8200 teruggeven of aan he j
verlangen van den Minister voldoen
Van Amelsvoort. Die gelden zijn
dus gegeven voor verbetering aan de
wegen in die twee wijken.
Voorzitter Die zijn door den Minister
gegeven voor verharding van den weg
in Loonopzand
Van Amelsvoort. Het is daar toch
geen groote verkeersweg, want het is
nu maar een wei met een voetpad.
Een goede verkeersweg kan het nooit
worden ook want bij de kerk is de
weg veel te smal.
Voorzitter. Dat kan wel zijn dat 't
daar smal is. maar er zal toch heel
wat gaan passeeren.
Van Amelsvoort. En er wordt niet
bijgebouwd.
Verschure. Als er maar eens een
gasthuis komt met een pensionaat.
Van Amelsvoort. Als er eens. als er
eens. De O W. jaren zijn voorbij.
Waren er die nu gebleven, dan zou
het nog gaan.
Verschure. Om een gasthuis te
krijgen behoeven er toch waarachtig
geen O.W.-jaren te komen.
Van Beurden. De mededeeling moet
nog worden gedaan dat alles gedaan
is om die f 8200 zoo te behouden
maar dat de Minister aan den door
hem gestelden eisch blijft vasthouden.
Van der Horst. Nu komt men plot
seling met dit alles in den raad
Vroeger heeft men daar nooit een sy-
labe van gehoord. Ik neem dat alles
nu wel gaarne aan, maar waarom er
vroeger niet eens over gesproken.
Van Beurden. Het is niet voor ver-
betering. De Minister stelt eischen en
zegt zus en zoo.
Van Amelsvoort. Als de Minister op
de hoogte was van de toestanden, dan
zou hij wel aan het verzoek, als dat
wordt gedaan, gevolg geven. Een Mi
nister is toch ook een mensch met
een gezond verstand.
Van Beurden. De Minister wordt
door den heer Schlungel op de hoogte
gesteld
Wijdemans. Ik zou die f 8200 als
het niet anders kan. maar teruggeven,
dan hebben we ze in een paar jaar
tijd aan rente terug verdiend
De heer Vrinte is het daar geheel
mee eens.
Verschure. Men zal er toch ooit een
goede weg moeten leggen.
Van Amelsvoort. Het is geen ver
keersweg.
Voorzitter. Dat zal er toch wel van
komen want de auto's zullen dan veel
liever hier langs rijden dan over die
keien in de Qrootestraat Waar is het
dat er op het oogenblik niet wordt
gebouwd, maar het is toch de aange
wezen plaats om het te doen. Zal
men tot bouwen overgaan, dan zal
men het daar moeten doen, want het
is er voor aangewezen bij kerk en
school.
Daar komt bovendien nog bij dat
de gemeente dan veel gemakkelijker
van haar bouwgrond zal alkomen.
i Snoeren. Nu zal er zeker niemand
in dien zandweg willen gaan bouwen.
Van Amelsvoort. lk zou er ook wel
eenige verbetering willen aanbrengen
maar niet voor f 30.000 of 40.000.
Snoeren. Dus U zou misschien bij
de Zusters wel den weg willen verbe
teren en voor de rest niet. Dat gaat
toch ook niet.
Veischure De menschen kunnen er
nu nog met geen fiets door komen.
Van Amelsvoort. lk zou het alleen
voor de huizen wat verbeteren
Snoeren. Dan kunnen ze nog niet
naar de kerk.
Wijdemans. Ik kom er ook dikwijls,
maar zoo erg is het er nu niet.
Vrinte. Er zijn nog genoeg wegen
die heel wat slechter zijn en meer
bewoond.
De heer Snaphaan geeft toe dat de
straat in Loonopzand lang nog niet is
bebouwd, maar desniettegenstaande
mag men het toch een drukke ver-
keersweg noemen.
De meisjes en jongens die naar
school moeten, komen er allemaal
langs Het verkeer is z.i. zeker zoo
druk als hier en waar die weg ver
schrikkelijk slecht is. is het hoog
daarin verbetering wordt
noodig dat
gebracht.
Van Lier.
mij stelt de
niet als het
Weth. doet
Volgens
Minister die conditie zoo
voorstel van Burg. en
denken.
Voorzitter. De Minister stelt of beter
gezegd, heeft als eisch gesteld met het
voorschot verleenen aan den woning-
Witlwykscle en Langstraalscke Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prijs der Advertentiën
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regeL
Bij contract flink rabat
Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
van „DE EOEO VAN HET ZUIDEN
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
"HU"111inii....iii,i«,lliu.»
Bij middel van haar boor, en met ccnc onge-
mcene vlugheid en krachtdadigheid had Renée in
een hoek der deur van Sophie Mosser's kamer,
een gat gemaakt.
Door die kleine, onzichtbare opening in het hout
werk kon zij zien wat er In de kamer gebeurde.
Wat meer is, zij had zich verzekerd dat de
schroevendraaier zonder gerucht desnoods ook de
schroeven van het slot der slaapkamer van So
phie zou kunnen losmaken.
Zeer zachtjes had Renée dat werk beproefd en
bevonden dat alles naar wenscli ging.
Nu wachtte dc gevangene de gebeurtenissen af.
Zij had niet lang te wachten.
Rond elf ure, terwijl zij, nog altijd in haren
zetel uitgestrekt, met de grootste aandacht naar
het minste gerucht luisterde, hoorde zij opeens een
doffen hevigen slag, voorafgegaan van eene lichte
davering, waarvan zij de oorzaak niet kon bepa-
len.
Wat meer is, dat gerucht, op eenc ontploffing
gelijkend, scheen zich in dc verte voor te doen
en wekte niet verder hare aandacht.
Zij wachtte nog een wijl. Alles was weer stil
geworden, en Renée, die zich sterk en moedig ge
voelde, oordeelde dat het oogenblik om te han
delen gekomen was.
Zij trok een donkerkleurig kleed aan en stelde
zich aan het werk.
De schroeven gingen los zonder gerucht. Een
lichte stoot was voldoende om den grendel los te
maken en te doen vallen op het dik tapijt dat den
plankenvloer van den gang bedekte.
Zachtjes sloop Renée dan tot aan de kamer van
Sophie Mohh en kon door het gaatje la die
deur volkomen goed zien wat er in de kamer
gebeurde.
Zij moet op hem wachten, zeide Renée stil hij
zich zelve. Ha, dat hij komc want anders zou die
schrikwekkende vrouw bemerken, dat ik den
grendel losgemaakt heb, en lk zou verloren zijn
Voor het oogenblik was Sophie zonder wan
trouwen; zij stapte op en neer in hare kamer, nu
eens naar de klok kijkend, dan blijvende stil
staan als om naar een verwijderd gerucht te luis
teren.
Eensklaps zag Renée het gelaat van Sophie
Mosser opklaren.
De jonge vrouw zette zich in een leunstoel en
wachtte.
Wederom scheen een gerucht langs den muur
op te stijgen, maar opeens gleed het achtereinde
van het bed van Sophie In twee deelen, en het
hoofd van een man vertoonde zich.
Zijn hals, zijne wangen en zijn voorhoofd waren
nat van het zweet.
Zijne zeldzame, fijne haren, waarvan de platte
lokken door het zweet aan de slapen geplakt wa
ren, omlijsten een woest gelaat.
De heldere, wreede oogen hadden eene verwil
derde uitdrukking.
Sophie was aanstonds naar hem toe geloopen.
Maar hij verwijderde haar met een gebaar en
sprong in dc kamer.
Ik stik, geef mij water, zeide hij.
En zelf eene karaf nemend die, met water ge
vuld, onder zijn bereik op een tafeltje stond,
ledigde hij ze met een enkelen teug.
Ik ben bijna aangehouden, gromde hij dan.
Door wie?
Door dien domkop van een Ivan, antwoordde
hij, minachtend de schouders ophalend.
Dc Tcherkcss van graaf f de Thai?
De zonderlinge bezoeker gaf een bevestigend
hoofdteeken.
Ilij heeft mij achtervolgd tot aan het In op-
bouwzijndc huis.
Sophie schudde het hoofd.
Bah, zeide zij, des nachts zal hij daar niets
ontdekken. Op den dag zal hij in het keldergat
terecht komen er is dus niets te vrcezen.
O, thans ben lk gerust.
En, dat dof gerucht, die ontploffing, welke lk
daar aanstonds gehoord heb?
Hij boog het hoofd en antwoordde:
Het huis ls ln de lucht gevlogen, en daar de
generaal thuis was, denk ik dat hij op dit oogen
blik slch la een netelige* toeetaad moet bevinden.
Al sprekend, kortweg en met afgebroken woor
den, zooals hij het gewoon was, kwam Jan Stein
berg men zal hem reeds herkend hebben
meer en meer op zijn gemak.
Hij ontdeed zich van zijn jas en verfrischte zich
met koud water.
Dit gedaan zijnde, trok hij uit zijn zak een
revolver van zwaar kaliber. De stalen loop was
goed onderhouden en glansde bij het licht der
kaarsen.
Hij legde het wapen onder het hereik zijner
hand, op het tafeltje.
En naast den revolver legde hij een gevaarlijk
mes. J
Hij herademde thans huiten gevaar zijnde, en
hervond zijne kalmte, zijne zelfbeheersching en
zijn vertrouwen.
Maar weldra fronste hij dc wenkbrauwen.
Ik had u verwittigd zclde liij, dat gij de schuif
smeeren moest, zij heeft daar aanstonds weer ge
knarst.
Ik lieb het nochtans gedaan, antwoordde
Sophie Mosser met onderwerping.
Gij hebt ze niet genoeg gesmeerd, aangezien ze
nog geknarst heeft, drong Steinberg aan.
Welaan, 't Is niets, hernam zij, alles is goed
gegaan.
Gij zijt hier en hebt niets meer te vreezen; wcest
gerust en herstel u.
Ziehier, want gij moet voorzeker honger hebben.
Dit zeggende nam zij uit een kast brood en
vleesch en eene flesch wijn.
Steinberg liet zich niet aanwakkeren om te eten,
want het zuinig avondmaal dat hij genomen had
was reeds verteerd.
En dan, graaf dc Thai? vroeg Sophie Mosser,
terwijl zij hem bijna verlegen aankeek.
Al etende antwoordde hij op brutalen toon:
Ik heb u gezegd, dat die zaak afgedaan was,
dat is alles. Gij gelooft of hoopt toch niet dat lk
u in alle bijzonderheden ga vertellen wat ge
beurd is?
„Neen, dat zijn nuttelooze woorden, 't Is gedaan,
zeg ik u. De beurt ls nu aan een ander.
Als het zoo is, wat gaat gij doen?
Parijs verlaten, en spoedig.
Om waarheen te gaan?
jk weet er niets van, ik heb voor het oogen
blik geen bevelen. Vooreerst naar Zwitserland.
Gij moet mij dus weer verinten, Jan? Zullen wij
dan nooit te zamen blijven?
Dat ls weinig waarschijnlijk.
Zie, nochtans, wat lk zooal gedaan beb, terwijl
ik aan u dacht, en lioe ik deze schuilplaats ge
reed gemaakt heb toen de herstellingswerken aan
het huis uitgevoerd werden. Wanneer het nabu
rige niet meer in opbouw zal zijn, kunt ge langs
het keldergat binnenin plaats van te dalen zult
gij te klimmen hebben. Deze schuilplaats is on
vindbaar.
Hoe wilt gij dat men u hier zou ontdekken?
Wie?
Niemand, gij zijt eene uitmuntende vrouw.
En uwe zaken, hoe ver staan ze?
Dat alles goed. Er is niets te vreczcn, de gra
vin houdt zich rustig. De bewaking is gemakkelijk.
Wladlmir is in het bezit gekomen der goederen
van den prins Alexis.
Hebt gij geld?
Ja, ik heb er op zij gelegd, zooals gij het mij
bevolen liadt. Ik heb hier papieren waarden en
eene beurs.
Dat ls goed, geef ze mij, ik lieb er noodig voor
vele anderen.
Zij gehoorzaamde met onderwerping, stond op
en opende een schuiflade, waaruit zij eene met
bankbiljetten gevulde brleventasch nam en eene
metalen beurs.
Zij plaatste het alles naast den revolver, terwijl
zij tusschen hare tanden gromde:
Het geld van dien onnoozelen Wladlmir zal ten
minste tot iets dienen.
Vreesachtig en gansch onderworpen aan Stein
berg, dien zij voor een hoogcr en gevaarlijk we
zen scheen te beschouwen, vestigde zij nu op hem
een blik waarin eenc grenzclooze onderdauigheid
uitgedrukt lag.
Men zag dat die vrouw verbonden was aan dien
ellendigcn Steinberg, en dat zij, op een teeken
van hem, tot aan het einde der wereld hem zou
gevolgd hebben.
Waar had zij hem gekend?
Tc Riga, toen zij nog zeer Jong was, in de wo
ning van haar vader, een bemiddeld burger.
Vervolgens was zij naar Ny-slott gekomen.
Hij had haar hare gedragslijn voorgeschreven,
haar verbonden aan Wlademlr en hij smeedde het
duister en bloedig komplot dat voor eerste uit
werksel had dat eerloos verraad, hetwelk Alexis
Livaclioff verplichtte haastig de vlucht te nemen
onder de beschuldiging van samenzwcering tegen
het leven des keizers en van nihilisme.
Hij was reeds lang een der aangeslotenen dezer
verderfelijke sekte.
Soms was hij voor langen tijd afwezig, eens-
klap» verdwijnend, om weer te verschijnen, wan
neer men het minst zijne tegenwoordigheid ver
wachtte.
Al spoedig, onder den voortdurenden invloed
van dezen bedorven kerel, die haar meester was,
werd zij hoosaardiger, slechter, vcrdorvcner en
wrccdcr nog dan hij.
O, zij waren heel en nl geschikt om elkander te
verstaan.
Jan Steinberg wist dat Sophie Mosser muurvast
aan hem verbonden was.
Hij was overtuigd dat, wanneer hij haar op
zekeren dag, wanneer het hem zou believen, zcfi-
gen zou
Komdat zij alles verlaten zou om hem
te volgen.
Zij was onder zijn juk zeer sterk geworden.
Sophie had weldra begrepen dat, zooals zij zelf
aan Jan Steinberg geketend was, gereed om hem
in alles te gehoorzamen, Wladcmir Paloutine, op
zijne beurt, aan haar verbonden was, en dat zij
hem leiden zou waar zij maar wilde.
Op Alexis, daar was niet op te rekenen geweest,
•t Was te vergeefs dat zij het beproefd had ook
liem in haar net te wikkelen.
Alexis Livachoff, wij weten het, was een
rechtschapen, eerlijk en edelmoedig jongeling, en
Sophie Mosser had al spoedig ondervonden dat
hare macht op hem geen uitslag bekomen kon.
Van dan af was Alexis veroordeeld; hij moest
verdwijnen.
Den dag waarop Jan Steinberg zeker geweest
was van zijne volstrekte overheerschlng op
Sophie, had hij aan deze gezegd tot welk monster
achtig werk, zij hem hare hulp leenen moest.
Sophie was er niet in het minst verwonderd
over geweest.
Zij had zonder aarzelen en zonder tegenwerping
het afschuwelijk plan van haren medeplichtige
goedgekeurd.
Meer zelfs, dat misdadig werk beantwoordde
aan haren haat.
Zij had geen moeite gehad om Wladlmir tot liet
plegen van dat monsterachtig verraad tegen zijn
neef Alexis over te halen.
Van Rurick had zij dc beschuldigende papieren,
de brochuren en dc lijsten ln handen gekregen en
dat alles was door haar geborgen ln de brleven
tasch van Alexis, na zc aan dezen ontstolen te
hebben.
Men kent het overige; Alexis was verplicht ln
eene overhaastige vlucht zijne redding te zoeken.
Wordt vervolgd.