Moeders! laatste antwoord van Burg. en Weth. m.i. wel duidelijk af. De commissie heeft te kennen ge geven, dat zij gaarne het oordeel had vernomen van Burg. en Weth. omtrent de beantwoording van de overige be merkingen. Thans schrijven Burg. en Weth.Inderdaad hebben wij de door den Directeur gegeven toelichtingen voldoende geacht". Terwijl in de laatste alinea op een na wordt ge schreven „aangezien de afspraken zijn gemaakt tusschen de Commissie voor het bedrijf en den Directeur, kunnen wij ook niet treden in de beoordeeling of de gemaakte afspraken zijn op gevolgd. De toelichting van den directeur stemde niet overeen met de besluiten volgens de notulen der bedrijfscom- missie. Burg. en Weth. kunnen niet treden in de beoordeeling of de ge maakte afspraken zijn opgevolgd, doch wel de door den directeur gegeven toelichting inderdaad voldoende achten. Zoo weet men niet waar men aan toe is en dat treft de Commissie onaan genaam. De heer Timmermans-Verschure zegt ook deel van de Commissie, belast met het onderzoek der rekening, te hebben uitgemaakt en moet verklaren, dat het antwoord door Burg. en Weth gegeven op hem ook geen prettige indruk heeft gemaakt. Het antwoord is heel mooi geredigeerd maar er is absoluut niet in te vinden wat er in te vinden had moeten zijn. Hij wil niet in herhaling treden, maar dat wil hij hier wel verklaren, dat er genoeg motieven waren om een zakelijk antwoord te geven. Als de Commissie haar taak goed opvat en op fouten wijst, moet men die com missie in een eindrapport niet met een kluitje in het riet naar huis zenden, want dan zal men een precedent gaan scheppen waarvan men geen plezier zal hebben, want geen der leden zal dan meer eenige ambitie overhouden om voor de belangen van de gemeente werkzaam te zijn en z'n kostbaren tijd daaraan te geven. Voorzitter. De heer Roggeveen valt over de redactie maar ik heb er niets, hoegenaamd niets in gevonden, dat moet ik eerlijk zeggen. Roggeveen. U hebt het toch niet geredigeerd. Voorzitter. Neen, ik schrijf alleen de brieven voor het kabinet, alle andere stukken worden door den Secretaris geschreven maar door mij nagelezen en geparafeerd en voor accoord ge- teekend. Zoo is'took met dit schrijven gegaan. Ik heb niets gezien wat, voor wie ook onaangenaam kan zijn. Wil de heer Roggeveen misschien dan even aangeven waar de toon voor de leden onaangenaam moet treffen. Roggeveen. Als U dat zelf niet voelt, dan spijt het mij heel erg voor U. Spr, wijst op de minder aangename passages als het compeent zijn van Burg. en Weth., het gebruik maken van wat later in een geheime verga dering is gezegd. De Voorzitter zegt dat dit alles slechts volledigheidshalve er is bijge voegd. Hij weet zich niet te herinne ren wat in de geheime vergadering is gezegd, zooiets dat de Commissie beter in staat was te oordeelen welke herstellingen aan de huizen moeten worden gedaan wijl Burg. en Weth. daar niets van terecht brachten en daarop is gereageerd. Ik dek het ge- heele antwoord, zegt spr., gaarne met mijn verantwoordelijkheid. De heer Timmermans zegt dat die opmerkingen zijn gemaakt omdat aan gemeente-woningen in de Mr. van Coothstraat en in Baardwijk veel te veel is gedaan in verhouding van de huurwaarde. Bij de bouwcommissie zou dit niet zoo gemakkelijk voor komen. De Voorzitter zegt dat'de kwestie der afschrijving een oude koe is, dat die kwestie achter de rug is. De heer Roggeveen merkt op dat van soepelheid werd gesproken en dan heeft hij het recht om over die kwestie te spreken. En trouwens zoo'n oude koe is het nog niet ook. Voorzitter. De Directeur heeft een fout gemaakt, meer kan ik er niet van zeggen en daarom heb ik ook niets ter zijner veronlschuldigingaangevoerd. De heer Timmermans-Verschure zegt dat het antwoord tweeslachtig is, dat daarin niet op de naakte waarheid wordt gewezen en dat acht hij hooge- lijk verkeerd. Het alles trachten weg te redeneeren acht hij een zeer treurig iets, iets wat hem absoluut niet kan bevredigen. Mooi gestelde preadvie zen worden niet verwacht, wel zake lijke waar iets in staat. Aan poëzie heeft men in den raad niets. Voorzitter. Dus u is verbolgen over de manier van schrijven, ik voel niet dat er iets in zit en nu nog niet. Mis schien is het een gebrek aan mijn opvoeding, ik weet het niet. Op één feit is er nog niet gewezen. De heer Timmermans zegt dat het niet opgaat om de woorden aan te wijzen. Het gaat als met een boek dat men aan het lezen is, pas op het einde kan men daarvan iets zeggen. Wat de kwestie van de gastentoon- stelling betreft, een feit is dat niet is opgevolgd wat is gevraagd. De Voorzitter moet opmerken dat de notulen van de gascommissie niet erg volledig zijn en toen heeft de directeur in de vergadering van Burg en Weth. gezegd wat zijn bedoeling v/as In het antwoord dat -door Burg. en Weth. is gegeven wordt heelemaal niet getracht om iemand schoon te wasschen. Gezegd wordt dat de direc teur zich niet aan de afspraak heeft gehouden, maar wij kenden die af spraak niet en konden dus daarvan niets zeggen. Wat de heer Smolders heeft gezegd betreffende de woningen moet worden opgemerkt dat dit lijnrecht in strijd is met de wet. De gasfabriek is een bedrijf en ver huurt als zoodanig woningen. De heer Smolders wil toegeven dat de Commissie volgens artikel 54 van de Gemeentewet, indeze onbewust te ver is gegaan en de Commissie zal daar dan ook wel Qp terug komen, dat wil zeggen haar eerstgenomen standpunt intrekken. Voorzitter. Dan krijgen wij het aangehouden adres van den heer Surig om hem te machtigen de huur aan den heer L. Verwiel over te dragen. Van der Geld. Wat is het advies van Burg. en Weth. Voorzitter. Om het verzoek niet in te willigen. Met 6 tegen 5 stemmen wordt be sloten op het verzoek niet in te gaan. Voor het verzoek stemden de heeren Timmermans, van Driel, Smolders, Roggeveen en Eibers. 'Tegen de heeren Oomens, Gragt-" mans, van der Aa, Verwiel, van der Geld en de Graaff. 3. Voorstel van Burg. en Weth. tot verhuring van een gemeente woning. Wordt besloten de woning, staande bij de Handelsschool, te verhuren aan den heer Charpentier, Ieeraar aan de Handelsschool. 4. Benoeming van een lid in de Commissie van Bijstand voor de Ge meentelijke Licht- en Waterleiding bedrijven (vacature J. P. Groenen). De uilslag was dat de heer Smolders 6 stemmen verkreeg, de heer Eibers 2 en de heeren v. d. Geld, de Graaff en Timmermans ieder 1 stem. Smolders. Ik heb al zooveel functies te vervullen, Woningbedrijf, Lichame lijke opvoeding, commissie van onder zoek van de rekeningen en begrootin gen enz. Dat zijn nogal veel functies voor een persoon en daarom wil ik deze benoeming in beraad houden. De Voorzitter moet dit motief res pecteeren, maar waar de heer Smolders altijd bewezen heeft veel belangstelling in de gasfabriek te hebben, mag hij een eerste kracht genoemd worden die in de commissie op zijn plaats zal zijn Smolders. Juist omdat de zaak mij interesseert, wil ik de benoeming in beraad houden. 5. Voorstel tot herbenoeming van twee leeraren aan de Gemeente- Teekenschool. De heer Smolders vraagt of er een bijzondere reden is geweest om den heer Bouman na het eerste proefjaar niet voor vast te benoemen, waarop de Voorzitter zegt dat daarvoor geen enkele reden aanwezig is, maar slechts op een vergissing heeft berust. Hierna wordt conform het voorstel opnieuw voor een jaar benoemd de heer P. van Gestel en voor vast de heer lr. K. L. C. Bouman, beiden te 's Bosch. 6. Voorstel tot verkoop van een perceel bouwterrein aan de Mr. van Coothstraat. Het Ingenieurs- en Architectenbureau Van Gestel en Bouman vragen namens de N.V. Handel Mij. Rosenberg een perceel grond, gelegen in de Mr. van Coothstraat, te kunnen aankoopen. Wordt besloten op de gewone pon- dities 618 M2. grond te verkoopen a f 2800. Adressanten verzochten nog eenige perceelen grond voor'hen in reserve te willen houden, aangezien ze prin cipalen hebben die daar binnenkomt willen gaan bouwen. 7. Voorstel tot conversie van enkele leeningen. De Voorzitter deelt mede dat nog een kleine wijziging in het voorstel is gekomen, wat echter van geen in vloed is. Besloten wordt te converteeren f 336 327.43 tegen 5°/0 waardoor een besparing wordt verkregen van f 2925. De leening is geplaatst bij het alge meen Burgerlijk Pensioenfonds. 8. Voorstel tót vaststelling van een retributie-verordening. Smolders. In den korten tijd dat wij deze voordracht ter bestudeering in ons bezit hebben, heb ik nog niet veel sympathieks in dit voorstel kunnen ontdekken. Opnieuw zullen weer een massa zaken gereglementeerd worden en daarnaast, wat het meeste ingrijpt, een nieuwe belasting komt er mee in 't leven die op meerdere punten nogal ingrijpend is. Het komt mij voor dat voor dit voorstel de tijd werkelijk veel te kort is geweest om zich voor te bereiden en daarom kan ik er mijn stem ook niet aan geven. Liever zou ik zien. dat de behandeling hiervan alsnog wordt uitgesteld. De heer Eibers Is het voor een groot deel met den heer Smolders eens. Hij zou nog verder willen gaan en een commissie benoemen om het voorstel eens te bestudeeren. Zoo gaat het niet en als later zou blijken, dat men voor moeilijkheden komt te staan, dan zou dit aan ons zelf te wijten zijn, wijl men de zaak niet genoeg onder het oog heeft gezien. Hij stelt dan ook voor tot benoeming van een commissie over te gaan. De heer van Driel wil dit voorstel gaarne steunen. Hij is het met den heer Smolders eens, dat de tijd van voor bereiding veel te kort is geweest. Voor zoover hij kan nagaan, komen er ook zaken in voor waarmede hij zich niet kan vereenigen. De heer P. Verwiel steunt het voor stel ook, wijl ook hij van meening is, dat de tijd van voorbereiding te kort is. De Voorzitter zegt expres niet met het voorstel om een commissie te be noemen te zijn gekomen, omdat de heer Roggeveen nog kort geleden ge zegd heeft tegen het benoemen van commissies te zijn, wijljeder lid voor zich zelf de zaak maar moet bestu deeren. Roggeveen. Men moet iedere zaak op zich zelf beschouwen. Met op een na algemeene stemmen, die van den heer Roggeveen na, wordt besloten een commissie te benoemen. Daarvoor worden benoemd de hee ren Verwiel, Eibers en van Driel. 9. Voorstel tot het verleenen van een crediet voor restauratie van den ouden toren aan de Minister Loeffstraat. De heer Eibers vraagt of hiervoor de juiste tijd wel is gekozen, of nu voor dergelijke zaken zooveel geld moet worden uitgegeven. De Voorzitter zegt, dat zulks aan het beleid van den Raad wordt overge laten. Het Rijk wil nu een bijdrage verleenen en het is de vraag of het daartoe later nog bereid wordt gevon den. De kosten voor de gemeente zullen niet zoo hoog loopen en zal uit de kapitaaldienst betaald moeten worden. De heer Oomens meent dat er alle reden zijn om hierin bij te dragen. Men kan op den toren zien hoe hoog in 1452 het water Jieeft gestaan, terwijl ge ook nog kuiif zien waar vroeger de menschen gevangen hebben gezeten. 10. Vaststelling van instructies voor den Secretaris en den Ontvanger. De heer Roggeveen merkt op dat in de instructie eene bepaling is op genomen dat de Secretaris geen be zoldigde bijbetrekking mag vervullen. Hij vraagt of het secretarisschap van de Kamer van Koophandel nog slechts tijdelijk is? waarop de Voorzitter zegt dat voorzoover hem bekend dit een vaste benoeming is, wat door den heer Timmermans wordt beaamd. Vervolgens vraagt de heer Rogge veen of twee maanden voor "hij den dienst der gemeente gaat verlaten, hij ontslag moet vragen, niet wat kort is. Bij het onderwijs is dit over het alge meen 3. maanden. De Voorzitter zegt dat een Secretaris ook een mensch is die vooruit wil komen. Twee maanden van te voren om ontslag vragen, acht hij voor deze gemeente geen bezwaar omdat er amb tenaren zijn die dit werk wel tijdelijk kunnen vervullen, in een kleine ge meente, waar men niet die krachten heeft doch alleen maar de beschikking over zoo'n duizendpootertje, zou hel veel bezwaarlijker gaan. Hierna worden de instructies vast gesteld zooals die door Burg. en Weth. zijn aangeboden. De heer Eibers vraagt op welke grond aan van den Broek eene bekeu ring is gegeven, naar aanleiding van welk artikel. De Voorzitter zegt dat hij op de vraag welk artikel, niet direct kan ant woorden en daarom dan een schrifte lijk antwoord zal geven. De reden waarom proces verbaal is gemaakt is dat door van den Broek midden in den dam een schutting is geplaatst waaraan een poort is gehangen, 's Avonds bij donker weer, liepen de menschen tegen de- scherpe kanten aan. Omdat hij het verkeer in gevaar heeft ge bracht, is tegen hem, nadat hij eerst op een en ander was gewezen, pro cesverbaal opgemaakt. Vervolgens zegt de Voorzitter nog dat de dammen voor de toepassing der politie verordening worden be schouwd als publieke wegen, doch dit niet afdoet aan de vraag of ook in burgerrechtelijken zin de dammen als pubtieke wegen aan te werken. Die kwestie zal wel door den Kantonrech ter worden uitgemaakt. Eibers. De bedoeling zal zoo nooit bij den raad hebben voorgezeten. De heer de Graaff wijst op den ón- Ingezönden Mededeelingen. - Als uw Kinderen zich bezeerd hebben, gebruik dan onmiddellijk 30 60-90 ct. PUROL. houdbaren toestand van de St. Chris- pijnstraat daar waar nog geen riolee- ring is aangebracht. De treksloot, die nu het water moet afvoeren loopt zoo dicht langs de huizen dat het niet van gevaar is ontbloot. Nog heel kort ge leden is een kind daarin geval len en was op punt te ver drinken. Hij weet wel dat het veel centen kost, maar aangezien de toe stand zoo niet bestendigd kan blijven, zou hij toch tót spoedige rioleering ook van dit gedeelte willen overgaan. De Voorzitter zegt dat daaraan juist wordt gewerkt. De heer van der Geld dringt op spoed aan, want zooals hij nog on langs hier heeft gezegd zullen de menschen bij nat weer niet droog voets van den eenen naar den anderen kant kunnen komen. De Voorzitter zegt dat naar hij meent, juist gisteren de rioolkolken zijn gelegd. De heer Smolders zegt dat zooals uit het door den heer Eibers gespro kenen bliikt, de raad nooit de bedoe ling heeft gehad om een dergelijk artikel in de politieverordening te zien opgenomen. Hij vraagt of de raad daarop terug kan komen. Bij de be handeling van de politieverordening heeft hij wel gevraagd of het plaatsen van hekken in den Buitenpolder geen moeilijkheden zou veroorzaken. Waar het kan gebeuren dat na verloop van tijd men voor meerdere van dergelijke zaken kan komen te staan, zou het goed zijn als de raad daarop kan terug komen. Voorzitter. De raad is bijna almach tig. Wat hij maakt, kan hij ook af breken. Smolders. Ik spreek hier niet van afbreken en nog minder is dat mijne bedoeling. Voorzitter Een stuk uithalen dan. Ik heb al tegen den inspecteur gezegd dat wij de verordening perio diek zullen herzien. Wil de raad dat niet, dan zal opdracht gegeven worden dat geen gevolg aan een en ander wordt gegeven. Daarna gaat de raad over in geheim Comité omdat de Voorzitter nog eenige mededeelingen heeft te doen. WASPIK. Openbare vergadering van den raad dezer gemeente op Vrijdag 30 October 1925, des namiddags 4 uur. Voorzitter Edelachtbare heer Dekkers. Te klokslag 4 uur opent de Voor zitter de vergadering met gebed. Aan wezig alle leden. De notulen der vorige vergadering 'worden voorgelezen en onveranderd goedgekeurd. Aan de orde: 1. Mededeelingen. De Voorzitter doet mededeeling van enkele ingekomen missieven van Ged. Staten en van het proces-verbaal van kasopname bij den gemeente ontvanger. Een en ander wordt voor kennis geving aangenomen. 2. Verkoop electrisch net. Over dit punt was dien middag nog een geheime vergadering van den ge meenteraad gehouden, zoodat dit thans weinig discussie meer uitlokte. De Voorzitter leest de concept-acte van overdracht voor, waaruit o.m. blijkt dat alles wat tot het electrisch bedrijf behoort, dus aanleg, aansluitingen, meters, enz., .aan de P.N.E.M. in eigen dom wordt overgedragen, die daarvoor zal vergoeden de renten en aflossingen van de leening van f 70 000 De P.N.E.M. zal een stroomprijs voor licht- en klein krachtverbruik in reke ning brengen van 45 cent per K.W.U. in den spertijd en van 25 cent per K.W.U. buiten spertijd, terwijl zij be voegd zal zijn om speciale tarieven vast te stellen voor groot-afnemers. Bij stijging der kolenprijzen kan zij de stroomprijzen naar evenredigheid ver- hoogen. De gemeente garandeert een stroom- afname voor verlichting van 3600 K.W.U. per jaar. Verder zijn bij dit contract nog uit voerig omschreven de verplichtingen van de P.N.E.M. om bij eventueele uitbreiding of wijziging van het net, waarbij opgebroken en gegraven moet worden, alles weer in zijn ouden toe stand te herstellen; verder zijn daarin nog geregeld de speruren in de ver schillende maanden van het jaar, de opzegtermijn, enz. enz. De heer v. d Rijken zou bij de verplichting tot het in orde brengen van een opgebroken weg, een termijn willen stellen binnen welken die weg weerhersteld moet worden, bijvoor beeld 6 weken of 2 maanden. Men heeft toch de bewijzen dat zulks niet altijd direct gedaan woidt. De heer Verschure vindt genoemden termijn in vele gevallen te lang. Hij acht het moeilijk een termijn te stellen, daar het veelal van den aard der werk zaamheden afhangt Het zal z.i. vol doende zijn als in voorkomende ge vallen de Voorzitter de P.N.E.M. er opmerkzaam op maakt. De Voorzitter is het met den heer Verschure eens. Het betreft ook vaak een provincialen weg en daarover heefl de gemeente niets te zeggen. Hierna wordt de concept-acte van overdracht ongewijzigd met algemeene stemmen goedgekeurd. 3. Vaststelling rekening 1924 en be grooting 1926. De commissie van onderzoek advi seert bij, monde van den heer De Hond tot goedkeuring. De rekening 1924 wordt daarop vast gesteld in ontvangsten op f 70.895,40'/2 en in uitgaven op f 71.394 69'/2, dus met een nadeelig slot van f 499 29. De begrootitie 1926 op ontvangsten en uitgaven van f 69.341,lö'/a- 4. Subsidie Wit—Gele—Kruis. Van het bestuur van het Wit—Gele— Kruis is een schrijven ingekomen, waarin wordt medegedeeld dat besloten is tot stichting van een Wijkgebouw. Gevraagd wordt over 1926 een bij drage in de stichtingskosten toe te kennen van f 500 boven de gewone jaarlijksche subsidie. De heer Brokx zou de vraag willen stellen of het Wit-Gele—Kruis hier voor niet met het schoolhuis genoe gen zou kunnen nemen. Naar hij heeft gehoord zou er een bedrag van f 6000 voor dit wijkgebouw besteed worden. Hij is niet tegen het toestaan van de gevraagde subsidie, maar hij zou dit een beetje zakelijk willen behandelen. Als de gemeente zoo royaal is, dan mag zij ook wel iets eischen en vond spr. dit een mooie gelegenheid om de gemeente van een strop af te helpen. De Voorzitter merkt op dat hij heel andere cijfers heeft hooren noemen n.l. een bedrag van f 2500 a f 3000. Het hier bedoelde antwoord van den directeur der gasfabriek luidt als volgt: Naar aanleiding van XJw schrijven van 21 dezer, No. 1827, heb ik de eer U hierbij te doen toekomen een gewijzigde afrekening van de gehouden gasten toonstelling. Ik heb de rekening thans zoo ongezet dat in ontvangst worden verantwoord de pos ten die ingevolge besluit der commissiever gadering van 24 April 1924 voor rekening van het bedrijf zijn genomen, terwijl in-uit- gaaf ziji? gebracht de advertentiekosten die in mijn eerste rekening niet zijn opgenomen, omdat deze betaald zijn door het bedrijf. Eveneens zijn thans in uitgaaf opgenomen do kleinere posten, door de Commissie in haar nader rapport reeds aangehaald. Van deze posten behoort, die van de Wed. O. van Huiten te worden teruggebracht van 59.op 55.93. Do rekening op deze wijze samengesteld, sluit met een nadeelig saldo van ƒ81,63. De commissie verwijt mij dat ik deze ten toonstelling lieh beschouwd zooals zij zegt. als „een zaakje voor mij zelf". Ik heb ge tracht naar best vermogen de tentoonstelling te maken tot. een krachtig propagandamiddel voor het gasverbruik. Ik heb mij met het personeel der bedrijven dat mij belangloos heeft terzijde gestaan, geen moeite ontzien, om den opzet te doen slagen en ik meen met recht te mogen wijzen op de gunstige resul taten die de tentoonstelling voor ons bedrijf heeft opgeleverd. De gasaflevering is na de tentoonstelling zeer toegenomen en al zal die toename niet geheel een gevolg zijn van de tentoonstelling, heeft deze niettemin belangrijk daartoe bij- godragen. De kwalificatie der Commissie treft mij dan ook zeer onaangenaam. Zij is ook niet juist, alle bescheiden die op deze tentoonstel ling betrekking hebben zijn door mij bewaard om desgevraagd tot mijne verantwoording te kunnen dienen. "Zij zijn dan ook op -d,e eerste aanvraag overgelegd. De Cpmmissie voor de rekening is van oordeel dat aan do Bedrijfscommissie verant woording had moeten plaats hebben. Een verantwoording is mij nooit gevraagd, was dit wel gebeurd dan had deze op staanden voet kunnen worden gegeven en hadden on aangename opmerkingen en onverdiende ver wijten als thans door de Commissie voor de rekening worden gemaakt, achterwege kun nen biyven. Ik acht niet juist de opvatting der com missie, dat de tentoonstelling van het be drijf uitging, althans niet in strikten zin. In dat geval zou immers het bedrijf liet risico hebben moetendragen, wat blijkens de no tulen der vergadering van de Bedrijfscom missie niet bet geval was. Ook zou het dan nimmer by my zijn opgekomen, dat ont vangsten én uitgaven uit de boeken van het bedrijf zouden kunnen blijven. De notulen van de vergadering der Bedrijfscommissie berusten niet ten kantore van het bedrijf, doch bij den Secretaris der Commissie. Ik heb. aangaande op de met de Commissie ge maakte 'afspraak, steeds zoo vast in de mee ning verkeerd dat- mijne opvatting de juiste was, dat ik geen inzage heb gevraagd van de notulen der vergadering waarin (leze aan gelegenheid werd besproken. Zooals ik reeds in mijn voorgaand rapport mededeelde heb ik de advertentie's be schouwd als gewone propagandamiddelen voor 't gasverbruik. Van de betaalde adver tentiekosten zijn er dan ook vijf tot een ge zamenlijke waarde van ƒ79.10, waarin met geen enkel woord wordt verwezen naar de tentoonstelling, doch alleen wordt gewezen op de tarieven, huurkoopgelegenheden, enz. Of de kwalificatie van „een zoo globale en onjuiste berekening" juist is, meen ik dan ook te mogen overlaten aan Uw College. Het- verschil in eindcijfers van de eerste en tweede rekening der tentoonstelling be draagt 81.63. Houdt men er rekening mede dat de pust advertentie's, waarbij niet wordt verhezen naar de tentoonstelling een be drag geeft van 79,10, dan zou het verschil slechts 2.53 bedragen. De later toegevoegde uitgaafposten, van Hulton, Pot en Hens, zijn posten, die op de betrokken nota's zijn gevoegd tusschen de gewone vorderingen voor de bedrijven en zoo doende over het hoofd gezien.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1925 | | pagina 2