DE ECHO VIN HEI ZUIDEN
DE WATERSNOOD.
A
S
i
No. 3. Zaterdag 9 Januari '2G. 49e Jrg.
TWEEDE BLAD.
DE REDDING DER BEVOLKING.
De paniekstemming die er heerschte
in de door den watersnood geteisterde
dorpen van Oost-Brabant, begint te
verdwijnen. Nu allerwege hulp wordt
gebracht en de getroffen bevolking on
dervindt dat geheel het land met baal
lot is begaan, herleeft de hoop, dat de
grootste ellende voorbij is. Voor velen
/.iet dc^toe.komst er weliswaar donker
uit. maar indien hun woning slechts
gespaard blijft, komt alles wederom
terecht. Het gevaar voor instorten dei-
woningen neemt voortdurend toe. Het
water beukt met kracht jegen de mu
ren, vernield deuren en vensters en
spoelt het weinige huisraad weg, dat
men heeft moeten achterlaten.
Gelukkig was gisteren in het land
van Cuyk een sterke daling waar te ne
men. Op verschillende plaatsen was
het water meer dan een meter gezakt.
Dit versterkte vele van de in hun wo
ning opgesloten menschen in hun op
zet, om daar te blijven. De redders wa
ren verplicht met zachlen dwang de
boeren uit hun gevangenschap te ver
lossen. Wanneer hcloofd werd, dat ook
het vee zou worden gehaald, lieten de
meesten zich overreden om in de boo
ten te slappen. Door dakvensters wer
den de door het water geblokkeerden
naar buiten gewerkt om vervolgens met
gymnastische behendigheid in de boo
ten te worden neergelaten.
Den ganschen dag is men hiermee
bezig geweest, niet rustend voor men
wist dat allen buiten gevaar waren. Op
het droge land werd aan de slachtof
fers van den vloed een liefderijke ont
vangst bereid. Warme koffie, brood en
kaas was in overvloed aanwezig en
zoodra de van koude verstijfden weer
wat waren opgekikkerd, verhelderde
hun stroevö blik. Ze waren blij meege
gaan te zijn, hoe hard het ook viel om
te scheiden van het huis.
IN HET LAND VAN MAAS EN WAAL
Een gedeelte der bevolking uil het
land van Maas en Waal, in het hijzon
der de streek van Dreumel, is te 's-Her-
togenbosch met autobussen binnenge
bracht. Te ongeveer 3 uur 's nachts
kwamen de vluchtelingen, ongeveer
een honderdtal menschen, in eenige
vol geladen autobussen bij de Isabella-
kazerne aan. Enkele zieken werden di
rect overgebracht naar het groot-zie-
kengasthuis, waar zij na al de doorge
stane koude en ellende een warm on
derdak vonden. Bij de aankomst der
vluchtelingen waren verschillende doc
toren aanwezig, die, waar noodig, ge
neeskundige hulp verleenden.
Het was een troostelooze aanblik. De
meesten der ongelukkigen hadden geen
bagage bij zich en waren doornat; ook
waren er velen, die in hun verbouwe
reerdheid allerlei nietswaardige dingen
hadden meegenomen en als kostbare
schatten ingepakt.
Allen zagen er doodvermoeid uit en
vielen onmiddellijk op de gereedstaan
de nachtlegers neer. Hoe dankbaar wa
ren zij, toen hun,daarop warm eten en
drinken werd verstrekt en zij uit den
mond van talrijke verplegers en ver
pleegsters woorden van bemoediging
vernamen.
Later in den ochtend kwamen meer
dere menschen uit Dreumel aan, die
aanvankelijk hun woning niet hadden
willen verlaten en tenslotte eerst op
herhaald aanmanen van de marechaus
see hiertoe waren overgegaan.
Het was alles ellende en jammer wat
zij vertelden. Tot op het allerlaatste
oogenhlik hadden zij elkander gehol
pen en bijgestaan op zolders gezeten
met of 8 gezinnen tegelijktotdat
het water hen ook daar bereikte. Met
kleine kinderen aan de rokken en zui
gelingen op den arm waren moeders
tot vier, vijf maal toe naar hooger lig
gende huizen gevlucht, waarbij ze dik
wijls fot over de knieën door het water
waden
Steeds hooger steeg het "water, tot
tenslotte geheel Dreumel overstroomd
was, zoodat de enkele nog achtergeble
venen eindelijk lot vluchten gedwon
gen werden. En zelfs toen verlieten zij
de plaats waar zij geboren en gelogen
waren slechts noode
De ellende der menschen was onbe
schrijfelijk. Geen troost baatte hier,
waar zóóveel smart ineens hun harten
binnendrong. Eén voor één zagen zij
hun woningen als het ware in het wa
ter verzinken, terwijl zij angstig luis
terden naar het blaffen van den trou
wen waakhond, het klagend loeien der
koeien, het gehinnik der paarden, en
zoovele andere sombere geluiden.
Angstig kindergeschrei roept hen tot
de werkelijkheid terug en een laatsten
droeven blik laten zij weiden over de
watervlakte, waaronder zich hun
woonplaats bevindt, die thans nog
slechts in de herinnering voor hen be
staat. De zachte drang en vermaningen
der geleiders van de autobussen bren
gen hen tot bezinning. Uiterlijk kalm
stijgen zij in de wagens. Een angstig ge
roep om harder te rijden, weerklinkt
dan, want ook de weg wordt over
stroomd
De ongelukkigen komen niet tot rust
voor men Den Bosch bereikt heeft.
Daar wacht hun drinken, eten, rust.
Doch vóór alles veiligheidLWant
de ellende der laatste dagen en niet'het
minst de vlucht in de duisternis van
den nacht doet hen in een alles over-
heerschendcn angst verkeeren, welke
eerst uren later langzaam begint te wij
ken voor het bewustzijn van eigen vei
ligheid.
Dieper nog is deze indruk gewor
den, toen we vandaag te 's-Hertogen-
bosch een groot aantal vluchtelingen
uit verschillende dorpen hijeen zagen.
Hier waren moeders en kinderen,
zieken en gebrekkigen, gansche huis
gezinnen door de zorg van het R. K.
Huisvestingscomité ondergebracht. Zoo
goed mogelijk heeft men de vluchte
lingen gehuisvest in kazernes en groo-
te particuliere gebouwen, terwijl de
zieken in het gasthuis zijn opgenomen.
Wij konden een kijkje nemen in de
Citadel-kazerne, waar in den namiddag
een groot aantal vluchtelingen uit
Dreumel en Heerewaarden was aange
komen. Met groote vrachtbooten zijn
de vluchtelingen afgehaald uit het
overstroomde gebied.
Aan de Buitenhaven werden zij aan
wal gezet en vandaar per autobus naar
de verschillende gebouwen vervoerd.
Het was een droeve stoet, toen het
eerste transport aan wal werd gebracht.
Uit het donkere ruim van de boot
kwamen afgematte vrouwen met
schreiende kinderen en zieken, 't Door
gestane leed sprak uit haar blikken.
Velen hadden tranen in de oogen.
Bange dagen hadden ze doorgebracht
in de door het water omringde huizen.
Dorst hadden ze geleden wegens gebrek
aan water en wakend was de nacht
voorbijgegaan, terwijl zij opgesloten
zaten op donkere zolders, kamertjes,
voortdurend gekweld door het onheil
spellend lied der golven die immers
dreigden het huis te zullen wegspoe
len, waarin, ze gevangen zaten
Thans bevrijd uit dezen verschrik-
kelijken kerker, moesten ze zich laten
wegvoeren naar onbekende plaatsen,
met vreemde menschen, zouden ze "het-
zelfde dak moeten deelen en brood
moeten vragen aan onbekenden.
Het kleinste kind op den arm, de
andere moeder's kleerën angstig vast
houdend, stonden de vrouwen op den
wal te wachten tot dat ze in de auto's
werden gelaten.
Thans werden ze onder de nieuws
gierige belangstelling van het publiek
naar hun voorloopig verblijf gevoerd.
BIJ PANNERDEN.
Op sommige plaatsen bij Pannerden
staat het water bijna 10 meter hoog.
Men wees ons de plaatsen waar wo
ningen moeten liggen. Er is letterlijk
niets meer van te vinden. De zee heeft
ze in zich opgenomen. Alleen enkele
hooger gelegen woningen steken er
nog boven uit.
Uit hetgeen de menschen ons ver
telden valt op te maken, dat de door-
braak niet geheel onverwachts kwam.
Men is hier met het hoog water ver
trouwd. De menschen weten niet beter
of dat komt eiken winter een of meer
malen voor, maar de dijken zijn sterk,
men ducht er geen gevaar. Ook nu de
watervloed abnormaal was, achtte men
zich veilig. Men kan dan ook gerust
zeggen, dat de bewoners hier letterlijk
in hun bed door het water verrast zijn.
Omstreeks 6 uur werd door iemand
ontdekt, dat er een gat in den dijk was
ontstaan. In enkele oogenblikken werd
dit gat wijder. De dijk werd onder den l
geweldigen druk van het zich baan-
brekende water vancengescheurd en
binnen korten tijd was er een opening
van meer dan 50 meter.
Aan redden viel niet te denken. Alles
•vluchtte naar den dijk, de eenig mo
gelijke wijkplaats.
Vlak bij de ontstane opening stond
een groote, stevig gebouwde boerderij.
Deze had den eersten aanval van den
geweldigen vijand te weerstaan. Lang
duurde de strijd niet. In een oogenhlik
waren vensters en deuren weggesla
gen. Het dak werd afgerukt, de muren
verbrijzeld en in een korte spanne
tijds was er niets meer van deze boer
derij te zien. De bewoner zelf, die nog
een poging wilde doen om wat te red
den, werd door den stroom meege
sleurd, totdat hij ten slotte zich aan
een boom kon vastgrijpen en van daar
uit zich verder kon redden. Het vee
verdronk in de stallen. Dc huisboedel
werd weggespoeld of kort en klein ge
slagen en steeds verder baanden de
woelende watermassa's met donderend
geweld zich een weg, alles vernielend
wat er in den weg stond.
Een paniek ontstond onder dc uit
hun slaap gewekte inwoners van het
dorp. Tijd om te redden was er niet
meer. Slechts weinigen konden iets van
De St. Antoniusstraat Waalwijk op Oudejaarsdag 1925.
beteekenis meenemen. Men had slechts
tijd om eigen leven en eigen lijf te ber
gen. Velen hadden zelfs geen tijd zich
behoorlijk te kleeden. Zieken en ge
brekkigen moesten door hun familie
worden weggedragen.
Zooveel mogelijk heeft men het groo
te vee nog los gesneden en dan zochten
de dieren, eenmaal buiten van zelf hun
heil wel in de vlucht, klagend en
loeiend meeloopcnd met de niet min
der verschrikte meesters. De varkens,
die minder vlug waren, zijn grooten-
deels verdronken evenals het pluim
gedierte. Men schatte het verlies van
groot vee ook nog wel op een honderd
tal, al was dit nog niet juist te zeggen,
daar de meeste eigenaars nog niet eens
wisten of hun vee gered was, en zoo
ja, waar het gebleven was.
Een uur na de doorbraak stond Pan
nerden onder water en nog trachtte
men uit den steeds hooger stijgenden
stroom te redden wat er te redden viel.
Ook levende have kon nu en dan nog
worden gered.
Op den dijk heerschte een paniek
stemming. Menschen en dieren holden
in den donkeren ochtend radeloos door
elkaar, 't hoofd kwijt, niet beseffende
nog wat daar in die enkele oogenblik
ken was gebeurd. Gelukkig bood de
zware, breede dijk voorloopig een vei
lige wijkplaats.
Hooger steeg inmiddels het water,
eerst Pannerden in zich opnemend.
Dan greep het verder om zich heen
naar Lobith en Herwen, waar de bewo
ners inmiddels gewaarschuwd, even
eens hun heil zochten op den dijk, na
eerst nog zooveel mogelijk het vee te
hebben gered.
U kende haar alleen
Van foto's in de kranten?
Door intocht in de stad?
Hoera's aan alle kanten?
U dacht haar in den Haag
Tusschen de goudlakeien?
U zag de gouden koets
Met fijne Hoflivreien?
En wat was volgens U
Als Koningijl regeeren?
Alleen maar in den Haag
Besluiten confereeren?
Als 't water woest en wild wordt.
Als de Zuid-Wester woedt.
Dan voelen we de woorden
„Getrouw tot in den doet."
Zij wilde zélf aanschouwen
't Geteisterde gebied,
Wilhelmina van Nassauwe
Zij wist van wijken niet.
Want noch het woedend water
Noch 't dreigende gevaar
Konden Haar wil verand'ren:
Mijn plaats is heden „Daar".
En wie haar mocht aanschouwen
Tusschen de boeren in
Zal levenslang onthouwen:
Ik zag de KONINGIN.
't Bloed heeft zich niet verloochend
Wij hebben het gezien;
Zij is een der Oranje's
De trouwe Willemien.
EEN INCIDENT MET
H. M. DE KONINGIN.
Een man vraagt in het water staande
om gratie.
Toen H. M. de Koningin Zaterdag
Venlo bezocht, deed zich naar we in de
Crt. lezen, plotseling een incident voor,
Een herbergier zekere Schreurs was op
een vlotje de boot van H. M. gevolgd
J&.
't eerst eiken morgen
'M een pijp -
De St. Antoniusstraat Waalwijk op Oudejaarsdag 1925.
Hoe weinig begrip de menschen had
den van den omvang van de ramp,
bleek wel daaruit, dat velen zich een
wijkplaats hadden gezocht op de zol
ders. Eer de dag aanbrak steeg het wa
ter echter reeds tot de daken en de
menschen zagen den dood voor oogen.
Gelukkig heeft men in deze omgeving
vele booten en rappe gasten, met het
water vertrouwd, welke spoedig in de
weer waren om de achtergeblevenen te
redden van de daken der woningen.
Sommigen hadden als laatste toevlucht
een schuilplaats gezocht op den nok
van het dak, dat onder hen werd stuk
geslagen.
Zoover men weet, zijn er ondanks de
zoo snel opkomende vloedgolf geen
menschenlevens te betreuren.
De geheele omtrek, ruim 700 H. A.
vruchtbaar land, staat thans diep on
der water. Met Pannerden liggen Lo
bith en Herwen en Aerdt in deze wa
termassa verdronken.
Van alle kanten is hulp opgevraagd.
Eerbied en respect moet men gevoe
len voor onze Vorstin, die toont zoo
mede te leven met het leed en de el
lende van hare onderdanen. In de Te
legraaf schrijft Clinge Doorenbosch
onderstaand
en plotseling in het water springend en
met uitgespreide armen tot dc borst in
het water voor de Koningin staande,
verzocht hij met luide stem, H. M. een
verzoek te mogen doen. Verwonderd
en glimlachend maakte H. M. een toe
stemmend gebaar, waarop de heer
Schreurs ongeveer het volgende zeide:
„Majesteit, U ziet, ik volg U door het
water, daar U de eenige zijt, die mij uil
den noodtoestand, waarin ik verkeer,
kan redden. Ik heb een vrouw en vier
kinderen en beb ze met eere zoover ge-
bracht. Ik ben thans veroordeeld. Ik
smeek u om gratie. Geef mij gclegen-
I heid, voor mijn vrouw en kinderen het
brood te -verdienen."
H. M. vermoedelijk niet goed begrij
pend, wat de man wilde, zeide dat zij
hem niet zou vergeten, en met den bur
gemeester over zijn zaak zou spreken.
De heer Schreurs is in hooger be
roep tot acht maanden gevangenisstraf
veroordeeld, wegens doodslag gepleegd
op een zekeren C., een berucht indivi
du, op wie de heer S. een revolverschot
gelost had, toen C. na de spiegelruit
van zijn café en zijn meubilair stuk
geslagen te hebben, wilde binnen ko
men.
Maandagavond 7 uur is H. M. in den
Haag teruggekeerd.
DE BEERSCHE MAAS.
Een lezer vraagt aan de N. R. Ct. wat
de Beersche Maas eigenlijk is, die hij
op zijn kaart niet kan vinden.
De Beersche Maas ontleent haar
naam aan het dorpje Beers, tusschen
Cuyck en Grave gelegen ten zuiden
van de groote Maasbocht, waarmede
de Maas zich naar het Westen wendt.
Ten Noorden van Beers en ten Oosten
van Grave ligt de Beersche overlaat,
waar men bij een zekeren rivierstand,
om het benedengedeelte der rivier te
ontlasten, het water laat overstroomen,
dat dan de Beersche Maas heet. Deze
loopt in de richting van 's-Hertogen-
bosch, wordt ten Zuiden begrensd door
hooge heidegronden en ten Noorden
door den Maasdijk, daarbij echter de
door eigen dijken beschermende pol
ders, al naar de hoogte van hun wa-
terkeering, vrij latende. Ten Noorden
van 's-Hertogenbosch loost de Beer
sche Maas, die dus slechts een bij Imo
gen stand van de Maas ontstaande
breede overstroomingsrivier met ge
ringe stroomsnelheid is, haar zich
over Noordoostelijk en Noordelijk Bra
bant verspreidend water op de Dieze.
Indien deze het water niet bij fort Grè-
vecoeur op de Maas kan terugbrengen,
kan het water over den overlaat van
Baardwijk dc buitenwaarden der Lang
straat overstroomen en door de Beer
sche Maas en de Amer het Hollandsch
diep bereiken.
UIT WAALWIJK.
Woensdagmiddag kreeg onze
Burgemeester van z'n collega te Vuchl
bericht dat het water hooger steeg en
den kant van Helvoirt enz. opkwam,
i De burgemeester liet direct door den
gemeente-opzichter e.a. een onderzoek
instellen, waaruit bleek dat bet water
werkelijk den Nieuwkuikschen en Dru-
nenschen polder instroomde, maar dat
als toen geen gevaar bestond dat het
over den z.g. (in 1920 nog zeer ver
sterkten) berm zou gaan, wat tot dus
verre ook niet is geschied. Inmiddels
wordt door de politie overal zooveel
doenlijk toezicht gehouden en door Ge
meentewerken zooveel mogelijk maat
regelen ten deze genomen.
De toestand was Vrijdagmorgen als-
volgt
Het water in het Kanaal in den
Overlaat is nog wat gestegen.
Door politie en boeren uit den om
trek wordt dag en nacht gepatrouil
leerd om toezicht te houden, terwijl an
deren behulpzaam zijn met het vullen
van zandzakken om die zoo noodig te
brengen op plaatsen waar wellen ont
staan of het ecnigszins doorspoelt; ge
vaar is er echter geenszins, wat ook de
meening is van den Ingenieur van den
Waterstaat.
Belangstelling is er natuurlijk te
over.
Het water in den Buitenpolder is
vannacht aanzienlijk gestegen, zoodat
ook reeds enkele laag gelegen huizen
nabij de Groensteeg onder water ko
men. Ook de St. Antoniusstraat loopt
weer groot gevaar onder te komen.
Donderdagmorgen zijn van 't
klooster te Boxmeer, dat geheel onder
water staat, 10 oude mannetjes en 10
oude vrouwtjes alhier aangekomen
om te worden ondergebracht in 't R. K.
Gasthuis alhier.
Ze werden aan 't station door den
Eerw. Adviseur en 't Bestuur van 't R.
K. Huisvestings-comité en per auto dei-
firma Pulles van Gerwen Co., naar 'l
Gasthuis gebracht waar ze liefderijk
werden opgenomen.
Die ouden van dagen, waaronder er
een van 88 jaar, hebben heel wat
angsten moeten uitstaan.
Slechts met de grootste moeiten zijn
ze langs een ijzeren buitenladder uit
het bedreigde gebouw gehaald kunnen
worden.
Deze oude mannen, die Woensdag
avond hier zouden aankomen, konden
wegens groote over-vermoeidheid, het
dien dag niet verder dan tot 's Bosch
brengen en hebben in Mariënburg al
daar moeten overnachten.
I
I