Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
1
Ij
mm
FEULLETO
GEEN GEWETEN.
NUMMER 36.
WOENSDAG 5 MET 1926.
49e JAARGANG.
UITGAVE
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
EERSTE BLAD.
GEMEENTERAAD.
MADE.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Vrijdag 30 April
des voormiddags ten half tien uur.
Voorzitter Edelachib heer A. van
Gils.
Ongeveer kwart voor tien uur opent
de Voorzitter de vergaderingafwezig
de heeren Stijnis, v d. Sluis en
Diepstraten.
Voorzitter. Heden is het juist de
verjaardag van Prinses Juliana. Ik
meen de tolk van den geheelen raad
te zijn als ik haar Gods besten zegen
toewensch op haar verdere levensbaan.
De notulen der vorige vergadering
worden na voorlezing onveranderd
goedgekeurd en vastgesteld.
AAN DE ORDE
1. Mededeelingen.
a. Schrijven van Ged. Staten hou
dende de goedkeuring van het raads
besluit tot afschaffing van de bouw
terreinenbelasting
b. Verslag toestand van de gemeente.
Wordt voor de leden op de Secre
tarie ter inzage nedergelegd.
c. Beredeneerd verslag van hetgeen
met betrekking tol de volkshuisvesting
is gedaan.
Wordt eveneens voor de leden ter
inzage nedergelegd
d. Schrijven van Ged. Staten hou
dende nota van aanmerkingen op de
begrooting.
Voorzitter. Daar ze allen slechts van
administratieven aard zijn. hebben
Burg. en Weth. deze al reeds beant
woord.
Van Beek. Die zaak met die bouw
terreinbelasting, is die nu heelemaal
van de baan. Ik heb gehoord dat de
gemeente een proces is aangedaan.
Voorzitter. Mij is daarvan niets be
kend. Alleen weet ik dat er nog enkele
bezwaarschriften zijn te behandelen.
Van Beek. Dus de gemeente is geen
proces aangedaan.
Voorzitter. Neen, anders zou ik er
toch wel iets van gehoord hebben.
Van der Reijdt. Dat kan niet ook.
Daarover kan de gemeente geen proces
worden aangedaan. Men kan in beroep
en in hooger beroep gaan.
Norbart. Het zou kunnen zijn dat
gronden zijn aangeslagen die volgens
de wet buiten de belasting vallen.
Voorzitter. Ik ben wel voor geweest
voor een beroep. Dat is toen uitge
steld en naderhand heb ik er niets
meer van gehoord. Al worden adres
santen in het gelijk gesteld, dat ver
andert niets aan de zaak. 't ls ter
goeder trouw geheven.
2. Vaststelling heffingspercentage
voor de Inkomstenbelasting dienst
1926/1927.
Voorzitter. Burg en Weth stellen
voor het heifingspercentage op 2'/2
te stellen evenals een vorig jaar. Met
een zeer zuinig beheer kan daarmee
worden volstaan maar dan moet er
niets buitensporigs gebeuren of men
komt er niet mee. Dc raad moet dus
nu zelf maar weten of de belasting
om hoog moet ja of neen.
De heer Norbart zegt dat op de
eerste plaats eens begonnen moet
worden met de onbillijkheden uit den
weg te ruimen, ledereen moet naar
draagkracht betalen en wordt dat ge
daan, dan kan gerust iets uitgegeven
worden wat in het belang van de
gemeente en de inwoners is. Hij voor
zich zou zeggen dat. eischt het belang
van de gemeente dat het helfings-
percentage op 3 wordt gesteld, dit
gerust moet worden gedaan. Is er iets
zeer noodig, dan moet dit worden
gedaan. Langs anderen kant moet ge
zocht worden waar men wal meer kan
halen. Er bestaan veel te veel onregel
matigheden.
Voorzitter. Wat het woord onregel
matigheden wil zeggen, wat daarmee
wordt uitgedrukt, zal U wel niet be
doelen
De heer van der Reijdt moet op
merken dat de raad de aanslagen niet
meer vaststelt. Vroeger gebeurde zulks
wel doch sinds eenige jaren is dit het
geval al niet meer. Nu kan men de
aanslagen wel becritiseeren en bespre
ken. doch wijl men over geen enkel
gegeven beschikt, ziet men alles maar
heel oppervlakkig en dari gaat het
gemakkelijk om te zeggen die of die
aanslag is niet juist. Een frappant
staaltje van wat dezer dagen is voor
gevallen, wil hij hier mededeelen De
plaats waar het is voorgevallen alsook
de naam zal hij kieschheidshalve niet
noemen. Door de gemeentenaren
werd daar al lang gemopperd dat een
persoon geen schoolgeld of belasting
behoefde te betalen. Men sprak er
luide over en vond het een schande
dat een zoo kapitaalkrachtig persoon
zoo iets kon klaar spelen. Wat is nu
dezer dagen gebleken Dat de persoon
in kwestie heelemaal niet kapitaal
krachtig was maar integendeel juist
het omgekeerde.
De heer Norbart zegt meer te be
doelen dat kinderaftrek moest plaats
hebben en dat de heffing progressief
moet zijn.
Voorzitter. Kinderaftrek heeft hier
reeds plaats. Progressief heffen is voor
veel plaatsen goed en billijk, echter
niet voor alle plaatsen, ook niet voor
Made. Waren hier veel personen met
groote inkomens, dan was er veel
voor te zeggen, maar nu ge die maar
een paar hier hebt waarvan men kan
zeggen dat ze geld verdienen, nu is
een progressieve heffing niet aan te
bevelen. De inspecteur van de belas
ting is het hier geheel mee eens Er
zou op enkele personen te veel druk
uitgeoefend worden. Men moet in
aanmerking nemen dat in zulke plaat
sen op dergelijke menschen alles,
althans heel veel terecht komt. Voor
alles en dagelijks worden die menschen
aangesproken.
Norbart. Dat is toch niet billijk. Nu
gaat men het groot kapitaal in be
scherming nemen. Of er veel of niet
veel zijn doet, zou ik zeggen, aan de
zaak niets af.
De heer van der Reijdt zou zich
met den heer Norbart kunnen vereeni
gen als men hier reuzen-kapitalisten
had, maar nu dit niet het geval is, nu
kan hij zich geheel en al vereenigen
met den Voorzitter wiens standpunt
in deze ook door den inspecteur wordt
gedeeld. In aanmerking moet worden
genomen dat door de kinderaftrek
veel menschen van belasting zijn vrij
gesteld.
Segeren. De belasting moet men zien
te verlagen Ik lees dat men daartoe
hier en daar overgaat.
Voorzitter. Wij beheeren de zaken
zoo zuinig mogelijk, maar kunnen
absoluut nog met geen voorstellen tot
verlaging komen. Slechts bij een zeer
zuinig beheer kan men er met 2'/2
pCt. komen. Al ziet men in de cou
ranten staan dat het heffingspercentage
wordt verlaagd, dan wil dat altijd nog
niet zeggen dat men minder belasting
betaalt dan hier. dan kan men daar,
doordat andere belastingen worden
geheven, nog heel wat meer betalen
dan hier.
Ligtvoet Ik zou niet gaan verhoogen
als zulks niet noodig is.
Met algemeene stemmen wordt
daarna het voorstel van Burg. en
Weth. aangenomen
3. Vaststelling verordening inge
volge art. 178 der gemeentewet.
Conform het voorstel van Burg. en
en Weth wordt besloten.
4. Vaststelling algemeene politie
verordening.
De Voorzitter deelt mede dat Ged.
Staten eenige aanmerkingen hebben
gemaakt, alle echter meer van admi
nistratieven aard. Zoo staat er b.v. in
de verordening het is verboden op
openbare wegen enz. Ged. Staten
willen hebben dat daarvoor in de
plaats wordt gelezenHet is verboden
op wegen enz. Dan bestrijkt men alles
terwijl in het andere geval men voor
gevallen zou kunnen komen te staan
dat niet zou kunnen worden ingegrepen.
Wordt besloten aan het verlangen
van Ged. Staten te voldoen.
5 Vaststelling rekeningen Burgerlijke
Armbesturen.
De rekening voor het Burgerlijk
Armbestuur te Made heeft bedragen in
ontvangsten f5675.84, in uitgaven
f 5623 50, alzoo sluitend met een batig
saldo van f 52.34.
De rekening voor het Burgerlijk
Armbestuur te Drimmelen heeft bedra
gen aan ontvangsten f2011.35, aan
uilgaven f 1319.15, alzoo sluitend met
een batig saldo van f691.78.
De Voorzitter merkt op dat er In
werkelijkheid een tekort is bij het
Armbestuur van Made. Van Drimmelen
krijgt men telkens al een flink bedrag
en nu zijn er al groote voorschotten
ook gedaan.
Norbart. Door wie.
Voorzitter. Door de gemeente zelf.
Het opnemen in ziekenhuizen en het
laten opereeren kost maar al te veel
geld. De rekeningen van de Gasthuizen
zijn altijd zeer hoog
Ligtvoet. Men zou onderhand zelf
veei beter een gasthuis kunnen bouwen.
6. Vaststelling kohier Hondenbelas
ting 1926
Wordt vastgesteld op een bedrag van
f 1105.
7. Voorstel Burg. en Weth. inzake
verordening slachthuis Raamsdonk.
Voorzitter. In de vorige vergadering
hebben hieromtrent langdurige bespre
kingen plaats gehad. Het voorstel is
toen aangehouden, zoodat thans een
beslissing moet worden genomen.
Burg. en Weth. stellen voor om geen
aandeel te nemen in een eventueel te
bouwen slachthuis te Raamsdonksveer
en zulks om de bekende redenen. De
Madensche slachters hebben er zich
krachtig tegen verzet.
De slagers zijn nu verplicht, 't zij
zelfstandig, 't zij voor gezamenlijke
rekening, een slachtplaats te bouwen
die aan de eischen voldoet.
De slagers worden niet gedwongen
om van Made te gaan, maar vooreen
ïoed slachthuis moeten ze nu zorg
dragen.
Norbart. Er is veel tegen en maar
weinig voor, voor het bouwen van een
slachthuis.
Segeren. Er is alles tegen en niets
voor. We hebben in de vorige verga
dering de zaak van alle kanten hooren
Wtal«(jksrlr en Lmfslrailseke Courant,
Dit blad verschijnt
WOENSDAG EN ZATERDAG.
Abonncmentpi-ys per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prijs der Advertentlën
20 cent per regelminimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit
zijn.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
van „DE ECHO VAN EET ZUIDEN
ROMAN VAN
R E I N II O L D O R T M A N N.
13)
Maar hy werd voor alle verdere hoofdbre
kens gespaard, toen na een kort tamelijk ge
dwongen gesprek tusschen hen beiden, Inge
borg zelf de deur open maakte om de beide
beeren aan tafel te noodigen. Een enkele
blik bad hem tot zyn geruststelling gezegd,
dat zij zich weer volkomen hersteld had en
dat baar gedrag den bezoeker wel geen aan
leiding zou geven, ongewensebte beschouwin
gen omtrent bet huiselijk leven van den pro
fessor te houden.
Zyn veronderstelling bleek juist te zijn ge
weest maar de maaltijd verliep toch anders
dan gewoonlijk. Doctor Artois koos voort
durend stof voor een gesprek, waarvan de
inhoud den professor niet kon behagen. In
dien zulk een verdenking hem zelf niet over
dreven was voorgekomen, dan zou bij ge
dacht hebben, dat daarbij een boosaardig op
zet in bet spel was. Hoe ter wereld kwam
deze jonge man er toe, juist nu herinnerin
gen uit zijn leven op te diepen, die niemand
interesseerden en die bovendien zulk een
wanhopige gelijkenis met de huiselijke om
standigheden van den professor vertoonden
Waarom moest by zoo breedvoerig schilde
ren, boe zwaar bij als knaap en al9 jongeling
onder zekere ongelukkige huiselijke omstan
digheden geleden had en boe wonderlijk het
leven zich tenslotte voor hem geopenbaard
bad, toen by zich eindelijk van dezen druk
bevrijd bad en bet ouderlijk buis had verla
ten
„Ik zou mijn vrijheid destijds voor iede-
ren prys gekocht hebben, waarvoor zij te
verkrijgen zou zyn geweest", riep hy uit en
alleen de herinnering aan bet eens doorge
stane lijden scheen liem thans nog met die
pe ontroering te vervullen. „Want van alle
ongelukken, waardoor een menscb bezocht
kan worden, is er geen verschrikkelijker dan
de noodzakelijkheid te moeten huichelen. Bij
iedere voorkomende gelegenheid een kin
derlijke liefde te veinzen, die men niet meer
gevoelt en eerbied te toonen voor personen,
die men in werkelijkheid niet in staat is
achting toe te dragen. Dat is een tegenstrij
digheid, die langzamerhand al bet goede in
ons verstikt en alle lust om te leven in ons
doodt een niets ontziende ziekte, die een
des te sneller verloop heeft, naarmate een
menscbenziel, die door deze ziekte getroffen
wordt, jonger en meer naar liefde verlan
gende is."
De professor schraapte zyn keel en dronk
langzaam zyn wijnglas tot op den bodem
leeg. De blik van den jongen chemiker ech
ter vestigde zich op bet gelaat van Ingeborg
Wallroth en een" bliksemsnel opflikkeren in
zyn oogen verried, dat bij tevreden was met
betgeen hij daarop gelezen bad.
Aangezien niemand hem antwoord bad
gegeven, kon hy moeilijk met betzelfde on
derwerp voortgaan en alsof hij zelf daar
thans geen interesse meer voor gevoelde,
ging by na een kleine, eenigszins drukkende
stilte met de hem eigen beminnelijkheid be
hendig tot een vroolyker chapiter over. De
ontstemming van den professor kon hij daar
mee echter niet meer verdrijven en eenige
scbynbaar doelloos uitgesproken opmerkin
gen, toonden hem maar al te duidelijk, dat
zyn gastheer een al te lange duur van zijn
bezoek vandaag allesbehalve op prijs stelde.
Onmiddellijk na de koffie verlieten Inge
borg en haar gezelschapsdame de kamer,
zooals zij dat steeds gewoon waren en by
een gesprek, dat ondanks alle pogingen van
den doctor slecht vlotte en sleepend bleef,
rookten de beide beeren bun sigaar. Stellig
bad Artois geen ongunstiger oogenblik kun
nen kiezen dan juist dit, om den professor
zijn persoonlijke wensclien in berinneriug tc
brengen. Nu bij zulks toch deed, moest hem
wel (je een of andere dringende noodzakelijk
heid daartoe dwingenwant bij was in ieder
geval menschenkenner genoeg om te consta-
teeren, in welk een kwaden luim de profes
sor zich bevond.
Minder vrijmoedig, dan het overigens zijn
gewoonte was, begon bij te spreken over de
byna onoverkomelijke moeilijkheden, die zich
by de verwezenlijking van zyn toekomstplan
nen voordeden. Met een norscb gezicht luis
terde de professor eenige oogenblikken naar
liem om liem dan, toen Artois juist van plan
scheen voor de eerste maal een bepaaid om
lynd verzoek tot den professor te richten,
op bijna onvriendelijken toon in de rede te
vallen.
„De eenige werkelijke dienst, dien ik u op
dit punt zou kunnen bewijzen, waarde doc
tor, bestaat volgens-mijn overtuiging in den
welgemeenden raad, de gedachte aan een
academische loopbaan voorloopig-geheel op
te geven. Zelfs als ik in staat was voor u de
een of andere kleine bindernis uit den weg
te ruimen, dan zouden er toch zooveel be
langrijke moeilijkheden te overwinnen zyn,
dat bet uw krachten vermoedelijk zou ver
lammen, lang vóór dat ge iets noemenswaar
digs bereikt zoudt hebben. liet is een betreu
renswaardig feit, dat slechts bemiddelde
mannen of zij, die reeds door wetenschappe
lijke resultaten in breeden kring bekendheid
hebben verworven, eraan kunnen denken,
deze moeilijke en langdurige loopbaan te
kiezen."
Dat was een afwijzing, die aan duidelijk
heid niets te wenschen overliet. Artois kneep
gedurende een ondeelbaar oogenblik zijn lip
pen op elkaardaarna echter ging by schijn
baar niet in bet minst uit het veld geslagen
voort„In 't algemeen hebt u met deze ziens
wijze natuurlijk volkomen gelyk, professor;
maar er zyn toch wel uitzonderingen en ik
zou mij op een groot aantal beroemd gewor
den mannen kunnen beroepen, die zich bij
den aanvang van bun loopbaan in geen be
tere omstandigheden bevonden dan ik."
„Natuurlijk! Maar wat bewijst dat! Van
de bonderden, die daarby te gronde zijn ge
gaan, weet u totaal niets. En ik kan met den
besten wil niet inzien, waarom u zich abso
luut aan deze gevaren wilt blootstellen, aan
gezien u zich, wanneer u uw kennis ook ver
der in dienst van bet practische leven stelt,
toch zeker binnen enkele jaren een zeer goe
de positie zult kunnen veroveren. Laat u de
eerzucht om u een naam als beroemd geleer
de te verschaffen, dan werkelijk in 't geheel
geen rust?"
„Ik bezit de eerzucht om mij naam als
beroemde geleerde te verwerven inderdaad,
professor en u zult deze zeer begrijpelijk vin
den, indien ik u beken, dat de wensch een ge
liefd meisje ook in de oogen der wereld
waardig te worden, de bron van deze eer
zucht is. Slechts met de zekerheid van te
behalen roem en een eervolle maatschappe
lijke positie zal ik den moed hebben, den
vader van de jonge dame om haar hand te
vragen."
„Wat? U denkt er aan u te verloven of
zelfs te trouwen in uw tegenwoordige om
standigheden?" vroeg de professor ten hoog
ste verbaasd. „Maar denkt u dan werkelijk,
dat een verstandige vader u het lot van'zyn
kind zal toevertrouwen, ook wanneer u in
derdaad het recht zoudt hebben den titel
van privaat-docent voor uw naam te plaat
sen?"
„Daar reken ik stellig op, professor! De
vader in kwestie zal, voorzoover ik zijn edel
moedig hart ineen te kennen, niet door
kleinzielige bezwaren zijn dochter ongeluk
kig willen maken."
„Een kleinzielig bezwaar zou u het noe
men, wanneer de vader van n de zekerheid
verlangde, dat u werkelijk in staat is in het
onderhoud van u en uw gezin te voorzien?
Nu waarde doctor, misschien zult u toch
eerst nog wel eens rijpelijk overwegen, al
vorens u een stap waagt, die naar alle waar
schijnlijkheid op een fiasco zou uitloopen!"
Doctor Artois zweeg en blies eenige zwaar
dere rookwolken uit zijn sigaar. Toen keek
hij op zyn horloge en stond op.
„Ik heb nog een bijeenkomst en moet nu
afscheid nemen. Nogmaals mijn hartelijken
dank voor de wederom genoten gastvrijheid,
professor."
De gastheer deed geen poging hem terug
te houden. Hij liet hem zelfs vertrekken met
een bereidwilligheid, die voor zijn gast bijna
iets beleedigends bad en ook de gebruikelijke
afscheidsgroet, waarin liem een spoedig tot
weerziens werd toegeweuscht, bleef ditmaal
achterwege.
Op de gang trof Artois de dochter der hui
zes aan. De ontmoeting was door haar stel
lig niet gezocht; want zy maakte by het
zien van den doctor een beweging, alsof zy
zich haastig wilde terugtrekken. Maar het
was al te laat, daar hy reeds op haar toe
getreden was om haar aan te spreken.
,.Ik heb met leedwezen moeten constatee-
ren. dat ik my op de een of andere onver
klaarbare wijze het misnoegen van uw vader
op den hals heb gehaald," zeide hy. „Aan
gezien ik deze zekerheid als een groot onge
luk beschouw, zou ik u zeer dankbaar zyn,
indien u my zoudt kunnen zeggen, waaraan
ik dat eigeniyk te danken heb.
Om (le lippen van het jonge meisje ver
toonde zich een bittere glimlach. „Ik weet
het niet," antwoordde z.y. „Maar als u er
werkelyk zooveel aan gelegen is u in de
gunst van myn vader te biyven verheugen,
dan raad ik u aan in zyn byzyn nooit weer
geschiedenissen te vertellen, waarin van on
gelukkige huiseiyke omstandigheden of van
kinderen sprake is, die tegen hun ouders in
opstand komen. Ily houdt er nu eenmaal niet
van dergelijke dingen te hooren."
„I)at was het dus! Maar als het dit al
leen was. dan heeft myn vermoeden my
ook niet bedrogen, dat my byna sinds myn
eerste bezoek in dit huis zoo zwaar en druk
kend op het hart iigt. Ook u ïydt, zooals ik
eens geleden heb ook u bent niet geluk
kig. juffrouw Ingeborg."
Zy wendde haar hoofd af. omdat z.y voor
hem haar tranen wilde verbergen, die we
derom in haar oogen opwelden. Wel had zy
het gevoel, dat het haar plicht was, de al
te drieste deelneming van den vreemdeling
met een ondubbelzinnig woord af te wyzen;
maar in de zachte, innige klank van zyn
stem lag iets nis betoovering, waardoor dat
beslissende woord niet over baar lippen
kwam.
(W*rit vervolgd).