0£ ECHO VAN H£T Witt
Voor Huis en Hof.
Stemt a.s. Zondag
beslist
E. E. MOONEN
Burgemeester van
Waalwijk
Het is voor de
toekomst
van Waalwijk van
'I grootste belang.
\o. It. Zaterdag 5 Febr. '27. 50e Jrg.
TWEEDE BLAD.
In den Bloementuin.
Het snoeien der heesters en boomen
dient men nu tot een einde te brengen.
Bij gunstig weer beginnen verscheidene
vroegere heestersoorten reeds te wer
ken en vóór dit geschiedt, moeten we
met het snoeien gereed zijn.
Ook de gewassen, die in het na
jaar tegen de winterkoude gedekt
werden, mogen we niet uit het oog
verliezen. Zoo geven de bollen reeds
teekenen van leven en komen met
hunne neuzen boven den grond.
Vooral Narcissen en Crocus zijn er
altoos vroeg bij. Bemerken wij dit
uitloopen, zoo is het gewenscht het
dekmateriaal gedeeltelijk weg te nemen,
anders schieten de neuzen te lang op,
worden geel en slap en kunnen later
de ruwheden van het weer slecht
weerstaan. Verwijdert men daarentegen
het dek voor een deel, zoo wordt
het loof sterker en is beter gehard
tegen deze ongunstige invloeden. Voor
het geheel wegnemen van de be
schutting is het nog te vroeg. Dit
doet men later, als geen strenge
nachtvorsten meer te vreezen zijn
doch ook dan moet men de planten,
die gedekt zijn, niet in eens geheel
ontdekken. Bij koud, schraal weer of
lichte nachtvorsten kunnen zij dan
groot nadeel ondervinden.
Het weerstandsvermogen toch dier
gewassen is door de langdurige be
dekking verminderd en langzamerhand
moet dit weer versterkt worden en
gehard.
Zoo b.v, bij rozen, wier kronen
naar den grond gebogen en met aarde
bedekt zijn, neemt men geleidelijk de
aarde weg; planten met riet of stroo
beschut worden halverwege ontdekt
en zoodoende voorkomt men eener-
zijds het te vroeg uitloopen en geel
worden der planten en anderzijds
tracht men te verhinderen, dat zij
lijden van het ongunstige weer.
Onze perken met voorjaarsbloemen
als Violen, Silenen, Vergeet-mij-Nietjes,
Muurbloemen enz moeten ook eens
nagezien worden. Hier en daar zullen
wel enkele planten den strijd om het
bestaan hebben opgegeven. Zij worden
verwijderd en vervangen door andere,
om zoo een mooi en vol geheel te
behouden, want zulke gaten staan
leelijk in een perk. Thans blijkt het
voordeel om althans een partijtje
planten in reserve te hebben, waar
voor wel ergens in den tuin een plekje
te vinden is.
Hebben we soms nog een perk,
dat door omstandigheden den winter
over leeg bleef liggen, dan kunnen
we dit nog wel met sommige soorten
voorjaarspianten beplanten. Zoo leenen
zich daartoe uitstekend de bekende
Grasanjer, de Sleutelbloemen (Primula
veris o.a.) en de verschillende soorten
van voorjaars Phloxen. Wanneer het
verplanten met de noodige voorzichtig
heid geschiedt, gaat dit bij al deze
soorten heel goed en geven zij in het
voorjaar of den voorzomer een rijk
dom van bloemen. Alleen de bloei
zal een paar weken later plaats vinden
dan wanneer men de verplanting in
het voorjaar verricht, doch dit is van
geen overwegend belang.
In den Moestuin.
Geregeld zijn we in staat te con-
stateeren met hoeveel zorg en moeite
een bloeiende perzik of abrikoos tegen
dreigende nachtvorsten wordt be
schut en verzorgd. Zeker, 't is goed,
't is zelfs noodig en als 't goed ge
beurt, krijgt men niet zeiden voor zijn
zorgen een flinke oogst, terwijl buur
man, die wat nonchalant met zijn
boom omgesprongen en minder of
geen zorg er aan had besteed, geen
of weinig vruchten verkreeg.
Niet alleen in de verzorging tijdens
den bloei, zit het meerdere of het
mindere succes in den vorm van
vruchten maar zeker komt een groot
aandeel op rekening van de verzor
ging vóór den bloei.
Vooral in kleine stadstuintjes, spe
ciaal waar die gunstig zijn gelegen
met betrekking tot het zonlicht en
bovendien gewoonlijk door huizen of
schuttingen zou zijn ingesloten, dat
zonder tegengaan eene te vroege ont-
wikkeling onvermijdelijk is, dairmoe.
ten vóór den bloei maatregelen wor
den getroffen, waardoor deze wordt
verlaat.
In de tweede helft van Februari en
vooral in Maart kan de zomerwarmte
reeds zóó sterk zijn, dat vooral op
beschutte plaatsen te vroege ontwik
keling komt. Daarom is het goed, de
warmte zooveel mogelijk buiten het
bereik van den boom te houden maar
niet alleen het bovengrondsche, doch
ook het ondergrondsche gedeelte, d.i.
het wortelgestel, moet zoodanig wor
den beschut, dat de zonnewarmte het
zoo min mogelijk bereiken kan.
Plaats daarom ter voorkoming daar
van een of meer rietmatten schuin
voor den boom, zoodanig dat deze van
onderen ongeveer een Meter van den
voet van den boom verwijderd zijn en
van boven natuurlijk op of tegen de
schutting rust. Wanneer men dit vooral
bij zonnige dagen doet, en bij. niet-
zonnig weer en vooral 's nacht de
matten verwijdert of oprolt en men
hiermede blijft doorgaan tot de bloem
knoppen het rood vertoonen, dan zal
men bemerken dat door zoo te han
delen de bloeitijd later plaatsheeften
dus valt in een tijd dat minder nacht
vorsten te vreezen zijn.
Langer of te lang mag dat z.g.
tegenhouden niet geschieden omdat
men anders de bloemknoppen te veel
verzwakt, waarvan bleeke, zwakke
bloemen en bijgevolg weinig vruchten
't gevolg zijn.
Denk er dan verder na den bloei
om, dat bij eenigszins koude dagen
de groei stil staat en de groene luis
(Aphis persicae) handig zich op de
jonge scheutjes vestigt, om een groot
gedeelte van de eerste ontwikkelings
periode te bederven.
Het bespuiten met tabakswater en
't 's avonds bestrooien van de bladeren
met tabaksstof is een voorbehoed- en
tevens bestrijdingsmiddel tegen deze
lastige kleintjes.
KERKNIEUWS.
Zevende Eeuwfeest
van St. Franciscus heiligen dood.
Centrale feestviering te Tilburg.
De talrijke leden der „Derde Orde"
te Tilburg en omgeving hebben onge
twijfeld met levendige belangstelling
de voorloopige mededeelingen gelezen
over de centrale viering van het St.
Franciscusfeest in de maand Februari.
Die belangstelling was niet ten onrechte
wijl de voorloopige aankondiging van
het feest reeds de verwachting wekken
kon eener luisterrijke huldiging van
Poverello. Deze gerechtvaardigde be
langstelling zal intusschen nog grooter
worden, nu het program voor dezen
St. Franciscusdag meer omlijnd kan
worden opgegeven.
Als datum van de centrale feest
viering, d.w.z. een feest in Tilburg als
centrum van een der districten van de
.Derde Orde", is thans Zondag. 20
Februari aangewezen.
De bisschop van 's-Hertogenbosch
Z D.H. Mgr. A. F. Diepen zal door
zijn tegenwoordigheid een pontificalen
luister bijzetten aan het feest.
Om ll'/a uur zal Z D.H. in de kerk
van het H. Hart (Noordhoek) de feest
viering openen door het opdragen eener
H. Mis. waarna door den Dominicaner
Pater Felix Otten een feestpredikatie
wordt gehouden.
Om 3 uur hebben groote vergade
ringen plaats in drie voorname zalen
der stad. In deze vergaderingen zullen
redenaars van naam de groote betee-
kenis schetsen, die St. Franciscus en
zijn volgelingen hebben voor het
behoud en de uitbreiding van het
katholieke geloof.
Om 5 uur zal in de groote zaal der
N. K. Harmonie onder de persoonlijke
leiding van den componist, den Heer
Willem van Kalmthout, het Franciscus
Oratorium worden uitgevoerd naar den
tekst van Pater Guilbertus Lohuis O.
F.M.
Het gemengd koor, dat dit door
kunstcritici zeer geprezen Oratorium
zal vertolken, wordt gevormd door de
Kon. Liedertafel „Souvenir des Mon-
tagnards" met verschillende jongens
koren der slad. Het orkest der R. K
Leergangen en de Symphonie der
N. K. Harmonie hebben de instrumen
tale begeleiding vo'or hun rekening
genomen met den Heer Jos. Vasters-
avendts aan den vleugel en den Heer
Hub. Mennen aan het orgel. Prof. J.
Heijmans, Docent aan het Conserva
torium der R.K. Leergangen, heeft zich
bereid verklaard de viool soli te spelen.
De Heeren Leo Verschuuren en Henri
van Loon zullen met de hun eigen
virtuositeit de magistrale soli voor tenor
en bas zingen.
Waar zooveel beproefde krachten
hun medewerking verleenen. belooft
de uitvoering van dit Franciscus Ora
torium inderdaad een der schoonste
uitingen te worden van het muzikaal
leven in Tilburg.
Alle factoren werken hier mede om
een vertolking te waarborgen naar den
geest van den componist en den dich
ter. waartoe zeker niet het minst zal
bijdragen de declamatie der schoone
verzen van dit St. Franciscuslied door
een fijnvoelend litterator als Dr. H.
Moller.
Om 7 uur wordt het feest met een
Pontificaal Lof, gecelebreerd door Mgr.
Ingezonden Mededeelingen.
Bij Griep en Gevatte koude
Sanapirin tabletten. Buisje 75,40, 25 ct
Verkoudheid der luchtwegen
Anga-bonbons. Doozen van 90 en 60 ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
Diepen, gesloten, waaronder door Pater
Felix Otten O. P. wederom een pre
dikatie zal worden gehouden.
Een opwekking tot deelneming aan
dit feest, behoeft aan dit program niet
te worden toegevoegd De talrijke ver
eerders van St. Franciscus in het
katholieke Tilburg en omgeving zullen
er van zelf een eer in stellen door
hun tegenwoordigheid mee te werken
aan het welslagen van deze huldiging
van den Arme van Assisië.
RECHTSZAKEN.
Ontrouwe knecht.
C. A. B uit Loonopzand, was als
schoensnijder in betrekking gegaan bij
Kuijpers te Hilvarenbeek, Op 4 Nov.
1926 vergreep hij zich in dienstbetrek
king aan verduistering van een vel
bruin leder, althans het leder was
netjes in een pakje gebonden en ge
reed gelegd om mee te nemen. Er
werd op het pakje en op verdachte
gelet en op 4 Nov. bleek het pakje
met leder dan ook verdwenen te zijn.
Verdachte had als schoensnijder steeds
dat soort leder onder bewerking.
Vernachte bleef pertinent ontkennen.
De patroon werd meermalen ge
waarschuwd dat er leder verdwenen
was en ook de knecht genaamd G.
werd verdacht. Echter volgens getuige
Kuijpers kon G. de dief niet zijn.
Doch er loopen daar meer werk
lieden rond en 't had er alles van dat
G. de schuldige was.
Doch getuige Kuijpers was niet te
overtuigen en bleef er bij dat ver
dachte de schuldige moest zijn.
Getuige Koenen, wachtmeester der
maréchaussee, was door Kuijpers ge
waarschuwd dat er ten zijne nadeele
gestolen werd. Getuige surveilleerde
in de werkplaats en vond onder de
werktafel van verdachte het leder dat
nadien verdween. Getuige toog op
onderzoek uit naar het kosthuis van
verdachte, doch vond daar niets. In
de woning van den chauffeur Van
Uden heeft getuige den verdachte B.
gearresteerd. Het leder werd nader
door getuigen in beslag genomen bij
van B. in Tilburg. Daar werden een
12-tal vellen aangetroffen. Het vel
leder in kwestie werd in
een pakje bij Adriaansen, een ander
schoensnijder, in beslag genomen.
Verdachte zou het daar gebracht
hebben. Het leder werd daar doorv.
B. uit Tilburg afgehaald.
Adriaansen beweerde van verduiste
ringen niets af te weten.
Van verdachte was voorheen niets
ongunstigs bekend
Getuige M. Hamers, schoensnijder
aan de fabriek van Kuijpers te Hil
varenbeek verklaarde dat alleen bij de
uitgave var. de vellen leder op de
grootte gelet werd. Genummerd waren
ze niet. Heel den dag, ook zelfs tijdens
de schafttijd was de opslagplaats van
het leder geopend en werd gesloten
als de fabriek gesloten werd. Over de
vele gestolen vellen leder weet getuige
niets verklaren. De werkplaats is zeer
uitgebreid. Ter plaatse van den diefstal
werd nooit werk gemaakt, er was daar
niemand.
Welwaar! aldus verdachte. Er zaten
vaak vijf werklieden hakken te maken.
Maar Hamers durft het niet te zeggen,
omdat hij bang is voor zijn patroon!
Getuige Hamers, nader gehoord,
verklaarde dat het zoo was als door
verdachte gezegd; maar na den diefstal
was de toestand veranderd en kwam
daar niemand meer werken.
Getuige J. Adriaansen, schoensnijder
aan voormelde fabrjek had ten zijnent
een pakje van verdachte in bewaring
ontvangen. Hij had er geen aandacht
aan geschonken wat er in zat.
Deze getuige wordt er door den
president op gewezen, dat hij onder
eede staat. Indien hij, getuige, zelf
schuldig is, dan zal hem, vermits hij
thans onder eede moet verklaren naar
waarheid, geen vervolging treffen.
Getuige hield zijn verklaringen
staande, ondanks door verdachte werd
gezegd, dat hij nooit een pakje bij
Adriaansen heeft gebracht.
Volgens den wachtmeester der ma
réchaussee werden meermalen pakfes
bij getuige gebracht.
Het O. M concludeerde tot schuldig
verklaring van verdachte en eischte 4
maanden gevangenisstraf.
De verdediger E. van Zinnicq
Bergmann meende, dat er meer schul
digen zijn ter zake. Het bewijs tegen
verdachte is moeilijk te leveren. Vraagt
men waar verdachte geweest is, dan
zegt hij: bij Adriaansen, Dat er leder
onder de tafel van verdachte werd
gevonden zegt niets. Een ander kan
het er neergelegd hebben. PI. wijst
op Adriaansen die mogelijk geheel
of gedeeltelijk zelf schuldig is en hier
wel meineed kan hebben gepleegd. Op
dien meineed, om welke reden moge
lijk ook gepleegd, zou de rechtbank
dus recht moeten doen? PI. meent
dat de rechtbank alvorens uitspraak te
doen wel eens nader mag overwegen
of op verdachte wel de straf mag neer
komen.
Verdachte blijft ontkennen.
Uitspraak 17 Febr. as.
Mollenvanger en Mandenmaker.
Van E te Vlijmen, die voormelde
beroepen uitoefent, stond terecht we
gens verboden vervoer van 'n mol. Bij
de politie staat hij bekend als mollen
vanger. En hij heeft er z'n hondje op
afgericht als hij de polders bezoekt.
Kan niet, aldus verdachte. Ik ben
mandenmaker. Ik kan toch geen twee
beroepen uitoefenen?
Toch well aldus de Kantonrechter.
Door de week maak je manden en
's Zondags ben je mollenvanger.
Verdachte mopperde dat er niks
van waar was en mopperde nog 'ns,
omdat zijn vriend er met twee pop
was afgekomen en hij een tientje
moest betalen.
De eisch luidde f 10.— boete.
Om af te leeren.
Een „snordienst
Aan P. J. F., directeur de Autobus
onderneming„De Onderneming" te
Wijk was in een lange dagvaarding
ten laste gelegd, dat hij opdracht had
gegeven tot een extradienst met de
autobus, die 7 personen te veel had.
Verdachte zou gezegd hebben, geen
opdracht te hebben gegeven, doch
voor zich de verantwoording van de
zaak te zuilen aanvaarden.
Verdachte wist echter van de gansche
geschiedenis niets af, vermits hij op
den bewusten dag niet thuis was.
De zaak kwam hierop neer, dat toen
er voor de eene bus te veel passagiers
bleken te zijn, de reserve wagen werd
gehaald, doch waarbij de politie voor
inspectie den bestuurder zóó lang op
hield, dat de tijd voor den gewonen
dienst verstreek en het den schijn
kreeg van een extra dienst z.g. snor-
dienst.
De zaak moest worden uitgesteld om
andere getuigen te hooren.
De openbare veiligheid.
P. B. 40 jaar, bakker te Vlijmen,
reed op 7 November 1926 met zijn
motorrijtuig door den Bosch en had,
toen de verkeersagent er het sein toe
gaf, den eersten keer dat hij gewaar
schuwd werd niet gestopt.
Er was een oogenblik gevaar door
dat uit de tegenovergestelde richting
vanwaar verdachte de straat om wilde
rijden, drie auto's aankwamen.
Verdachte werd vermaand voortaan
onmiddelijk te stoppen, indien men om
wille der openbare veiligheid -daartoe
het sein krijgt.
Verdachte werd voor dezen keer
veroordeeld tot f3.— boete.
GEMEENTERAAD.
GEERTRUIDENBERG.
Openbare vergadering van den Raad
dezer gemeente, op Donderdag 3 Febr.
des nam. 2 uur ten Gemeentehuize.
Voorzitter, de Edelachtb. heer Bian-
chi, burgemeester.
Bij de opening door den Voorzitter
zijn afwezig de heeren Sassen en Jan
sen.
De notulen der vorige vergadering
werden door den secretaris voorgele
zen en konden de goedkeuring der
leden wegdragen.
De Voorzitter stelt voor de notulen
goed te keuren en vast te stellen maar
er nog in te vermelden, dat van Oor
schot in de vorige vergadering kwam
rapporteeren, dat de gewone aankondi
ging van de vergadering was geschied
en de heer Jansen zich daarna nog
persoonlijk van de gedane publicatie
ging overtuigen.
Dit wordt met algemeene stemmen
goedgevonden.
De Voorzitter wenscht hierna allen
een gelukkig en voorspoedig nieuwjaar
en geeft een kort overzicht van de be
volking der gemeente, waaruit blijkt,
dat 't aantal ingezetenen over 1926 in
vergelijk met 1925 in totaal met 48
verminderde. Spr. hoopt, dat 1927 met
betere cijfers zal sluiten.
I)e heer de Kroon dankt namens den
Raad den Burgemeester voor zijn goede
wenschen en wenscht hem en zijn ge
zin eveneens een gelukkig nieuwjaar.
De Voorzitter deelt mede, dat van de
heeren Jansen en Sassen bericht van
verhindering is ingekomen, de eerste
wegens ziekte en de tweede wegens
zaken.
De heer Sassen had nog verzocht om
zijn schrijven aan den Raad te doen
voorlezen.
De Voorzitter leest den brief van den
heer Sassen voor. De heer Sassen deelt
o m. mede, dat hij niet om 2 uur, maar
wel b.v. om 6 uur zou kunnen verga
deren. Voorts vraagt hij, indien moge
lijk, om de beslissing omtrent de geld-
leening nog uit te stellen.
Voorzitter. Het eerste vrezoek: om
eerst te 6 uur te vergaderen, kan me
niet anders dan zeer verwonderen. Ik
heb ervaren, dat de heeren Jansen en
Sassen scherp toezien of de Voorzitter
zich wel aan de wettelijke bepalingen
houdt en hij van de vergadering wel
minstens 2 maal 24 uren te voren
openbaar kennis geeft. Als men meent
scherp en nauwkeurig te zien, dan ziet
men wel eens heelemaal mis, zooals bij
de heeren Sassen en Jansen gebleken is.
Maar nu vraagt de heer Sassen de ver
gadering te verzetten. Hiervan zou
ook binnen 2 maal 24 uur kennis moe
ten zijn gegeven, doch zulks was niet"
meer mogelijk. Ik vlieg daarop niet in.
1. Brief van Gedeputeerde Staten be
treffende begrooting en in verband
daarmede
a. Wijziging begrooting 1926 en
b. voorstel tot 't aangaan van een
geldlcening groot 20.000 ten behoeve
van het grondbedrijf.
De Voorzitter deelt mede, dat de wij
ziging slechts een administratief karak
ter draagt waaruit punt b voortkomt.
Voorts zegt spr. Op 't verzoek van
den heer Sassen kunnen wij niet in
gaan, aangezien Gedeputeerde Staten
vóór 5 Februari bericht moeten heb
ben, in verband waarmede ook de ver
gadering een dag eerder moest worden
uitgeschreven. De kwestie is urgent en
kan dus niet worden uitgesteld.
Aan de Stedelijke Godshuizen heb
ben wij gevraagd, of zij ons niet aan
het benoodigde geld kunnen helpen.
Wij ontvingen hierop een bevestigend
antwoord, dat wij 20.000 konden lee
nen tegen een rente van 4,5 pCt. en
een jaarlijksche aflossing van 500.
Deze aanbieding vind ik meer dan
aannemelijk. Bij onderzoek is ons
reeds vroeger gebleken, dat we nergens
goedkoopcr terecht kunnen.
Waarom vraagt de heer Sassen nog
eigenlijk aanhouding van dit punt? Ik
ken zijn motieven niet, anders zouden
wij misschien bij Ged. Staten om aan
houding kunnen verzoeken. Misschien
meent dhr. Sassen op nog voordeeliger
voorwaarden geld te kunnen opnemen.
Ik weet 't niet en zie er ook geen kans
toe. Mocht dhr. Sassen later een betere
oplossing hebben, dan is dat nog niet
van de baan.
Wiegman: We zullen nergens op
gunstiger conditiën geld kunnen opne
men.
Het voorstel van B. en W. wordt met
algemeene stemmen aangenomen.
2. Verzoek van M. Santbergen tot
het inhuren van een opslag in het pol-
dertje (Binnenhoven).
Na een korte toelichting door den
Voorzitter wordt het verzoek van Sant
bergen ingewilligd. De verhuring ge
schiedt telkens voor den tijd van 5
jaar, tegen een huur van 40 per
maand.
3. Vaststelling kohier hondenbelas
ting 1927.
Wordt zonder hoofdelijke stemming
vastgesteld.
4. Ingekomen stukken.
Ingekomen is o.m.:
a. een schrijven van den Ontvanger
der Registratie en Domeinen te Ooster
hout, waarin wordt medegedeeld, dat
aan het verzoek van B. en W. dezer ge
meente om de gronden, welke de ge
meente binnen niet al te langen tijd
in eigendom krijgt, te doen herschaf
ten, niet kan worden voldaan. De
waarde bepaling blijft overeenkomstig
die van Rijkswege in 1923 gedane
schatting.
Wordt voor kennisgeving aangeno
men.
b. Verzoek van het Wit-Gele Kruis
om een subsidie van b.v. 10 25.
Voorzitter wij stellen U voor, dit
verzoek voor kennisgeving aan te ne
men.
Wij hebben subsidies bij de begroo
ting te behandelen. Ik wil de nuttig
heid van een instelling als het Wit-Gele
Kruis gaarne erkennen, maar we moe
ten reeds zooveel subsidies bekrimpen,
dat wij dit stuk voor kennisgeving wil
len aannemen.
Wiegmans: Dat is jammer, 't Wit-
Gele Kruis is een sympathieke instel
ling.
Voorzitter: Dat is waar, maar we
kunnen het verzoekschrift toch niet be
handelen, omdat het niet gezegeld is.
Het verzoek van de Vroedvrouwen
school, wat toch ook een nuttige in
stelling is, hebben we ook afgewezen.
We kunnen niet overal op ingaan. Bo
vendien betwijfel ik of Geertruiden-
berg van het Wit-Gele Kruis wel zoo
veel nut zal ondervinden.
Wiegman: De kindersterfte is in
-V