Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. S Co. Do Vrouw no den Bankier. BIGGEL A AR'5 *BIKO* Prinses Juliana Meerderjarig FEUILLETON iet»* KOFFIE ODOR, ERWÜMD Pruimtabak NUMMER 35. ZATERDAG 30 APRIL 1927. 50e JAARGANG. UITGAVE: WAAJjWIJKSGHE stoomdrukkerij antoon tielen. Telefoon No, 38. Telegr.-Adre»ECHO. DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN. EERSTE BLAD. 1909 30 April 1927 We zijn niet gewoon de verjaar dagen der leden van ons Koninklijk Huis met veel luidruchtigheid en ui terlijk vertoon te vieren we beperken ons in de meeste gevallen slechts tot het vlaggen van openbare gebouwen en een traditie geworden zanguitvoe ring of vuurwerk. Die bescheidenheid I» de feestviering komt allerminst voort uit gebrek aan waardeering, doch is een gevolg van onzen kalmen en bedachtzamen volksaard, die slechts gelegenheid tot geestelijke ontdooiing laat, als iets zéér bijzonders, een buiten regel of verwachting verwekte gebeur- j tenis, het bloed 'n oogenblik sneller door onze aderen laat loopen. Zóó was het b.v. achttien jaar ge- leden op dezen dag. Wat goed en heilzaam gebleken is, bovendien door de historie wijding heeft gekregen, dèt weet ons volk te waardeeren Vandaar de eerbied voor het Huis van Oranje, welker his- torie met die van or.s volk is samen- geweven. in tijden van ellende en verdrukking, in dagen van voorspoed en glorie. Als het oude, dat goed bleek, ver loren dreigt te gaan, dan vreezen we voor 't nieuwe dat opdoemt. Vandaar de zorg van alle goede Nederlanders, toen het, in het begin dezer eeuw, scheen, alsof het Huis van Oranje- Nassau zou uitsterven, en er vizioenen rezen van een vreemde erfopvolging of érger nog: van twisten. Meermalen werd de hoop gewekt, dal een lang verbeden gebeurtenis in het Koninklijk gezin de sombere ver- wachtingen zou wegdrijven maar tel kenmale werd de hooge Landsvrouwe en haar volk teleurgesteld Totdat eindelijk in den vroegen morgen van den 30en April 1909 de klokken begonnen te beieren en men- schelijke juichtonen door de straten van stad en dorp galmden op het blijde bericht, dat het Koninklijk Echtpaar overleg! Goedkooper dan elke andere en toch goed C/ebn. v. ddftiggzlactp Jörzda eene dochter, het volk eene vorstinne geboren was. D&t was een dier weinige gelegen heden, waarbij 't strakke Hollandsche gezicht eens blij ontplooide en we in een innig verbroederingsfeest tusschen rangen en standen van onze recht— Hollandsche blijdschap in opgewonden toonen uiting gaven. We hebben nog wel eens aan een prinsje gedacht, maar waren toch ook heel tevreden, toen het bleef, zooals het sinds bovengenoemden dag ge worden was en jaar in, jaar uit, vier den we op onze eenvoudige, weinig emotioneele wijze, Prinsesje's verjaar- dag. Ook heden kenmerkt die dag zich niet door buitengewoon vertoon, maar niettemin is ons volk zich wèl bewust van de bijzondere beteekenis. die deze 18e verjaardag voor de Prinses zelve, voor ons Koninklijk Huis en voor héél het volk heeft. Wat dan is de beteekenis van den 18en verjaardag onzer Kroonprinses luist, laten we haar zoo noemen onze Kroonprinses. Officieel schijnt deze titel haar nog niet toe te komen, want er bestaat nog de theoretische mogelijkheid van de geboorte eens prinsen, die hoogere rechten op de erfopvolging zou kunnen doen gelden. Maar practisch is luliana toch de Kroonprinses der Nederlanden. En de beteekenis van haar 18en verjaardag ligt daarin, dat zij thans aan alle voorwaarden voldoet, die bij de Qrondwet gesteld zijn, om bij een onverhoopt verscheiden onzer Koningin deze aanstonds op den troon op te volgen. Bij leven onzer Kroonprinses is een regentschap dus thans uitge sloten. Als een recht immers van haar ko ninklijke geboorte is Prinses Juliana op heden meerderjarig geworden. Zij Is een onafhankelijk rechtspersoon geworden en zal uit dien hoofde ook binnenkort haar eigen woning gaan betrekken, een eigen hofhouding voe ren en ambten vervullen, haar door de Grondwet toegewezen. Zoo treedt zij nu toe tot het hoogste advies-college van ons land den Raad van State in een plechtige zitting zal de Kroon prinses Maandag a.s. als lid worden geïnstalleerd. Voor het Nederlandsche volk is er alle reden om dezen dag als een ge- wichtigen in haar historie te beschou wen. Als God de Kroonprinses be hoedt, zal deze eens haar Moeder op den troon opvolgen. Die wetenschap kan ons volk een vredige rust verze keren. Moge Juliana in volle male de ga ven van geest en hart van haar Moe der blijken te bezitten, zich kenmer kend door mannelijke vastberadenheid en vrouwelijke tact en beheersching om den vrede te bewaren. Daarvoor bidden we. Met blijdschap hebben we Juliana's geboorte begroet. Met trots en vreugde vieren we he den haar meerderjarigheid. Met vertrouwen zien we den dag tegemoet, waarop het haar droeve plicht zou worden, een wijze moeder op den troon der Nederlanden op te volgen. Leve onze Kroonprinses BINNENLAND. Na de verwerping van het verdrag met België. Een verklaring van d§n minister van buitenlandsche zaken. Het gedeelte van de rede, welke de minister van buitenlandsche zaken. jhr. mr Beelaerts van Blokland, gisteren in de Eerste Kamer gehouden heeft, handelende over het door die Kamer verworpen verdrag met België, luidt als volgt .Het kan niet in de bedoeling liggen, thans terug te treden in de debatten, welke hier In deze vergadering in de vorige maand hebben plaats gehad. Dat zou niet nuttig zijn en het zou ook niet goed zijn. Er is met betrek king tot het verdrag, dat van die de- balten het onderwerp vormde, zoowe' door sommige tegenstanders als door sommige voorstanders, zoowel aan deze als aan gene zijde der grens, we" het een en ander gezegd, dat misschien beter niet gezegd ware gebleven. Liever dan op het verleden slaan wij het oog op de toekomst Er is geen reden om niet met ver trouwen de toekomst tegemoet te gaan Nederland en België zijn nu eenmaal door hunne onderlinge ligging op el kander aangewezen. Het is een weder zijdsch belang en het is ook een al .h SMAAK .N STEVIGHEID gemeen Europeesch belang, dat deze beide landen in goede verstandhouding met elkander leven en zich als goede buren met elkander verstaan. Kleine wrijvingen kunnen uiteraard tusschen landen, die aan elkander grenzen, lichter voorkomen dan tus schen landen, die door een grooten afstand gescheiden zijn, Het is, wan neer men in vrede en vriendschap wil leven, eisch van staatkundig beleid, hetgeen tot zoodanige wrijvingen aan leiding zal kunnen geven, zooveel mogelijk bijtijds uit den weg te ruimen. De specifieke juridische grondslag van de onderlinge verhouding tusschen Nederland en België wordt gevormd door de scheidingsregeling van 1839. waarin de wederzijdsche verplichtingen staan omschreven. In het nakomen van zijn verplichtingen is Nederland niet tekort geschoten. En wanneer er thans aanleiding bestaat om tot een her ziening van enkele bepalingen dier scheidingsregeling onze medewerking te verleenen, dan dient het wel te zijn verstaan, dat er geen rechlsgrond is, krachtens welke van Nederland meer zou kunnen worden gevorderd dan waartoe het tot dusver gehouden was. Het gaat intusschen volstrekt niet uilsluitend om een juridisch probleem en uit het feit, dat Nederland tot gee- nerlel concessie verplicht is, volgt geenszins, dat Nederland in beginsel afwijzend zou staantegenover Belgische desiderata op economisch terrein die verband houden met de ligging van België ten opzichte van ons land. In tegendeel, de regeering heeft in de jongste discussies de bevestiging ge vonden van hare overtuiging, dat zij I De Echo van het Zuiden, Waalwyksche en Langslraatsche Courant Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco per post door het geheele rijk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. Prijs der Advertentlën 20 cent per regel; minimum 1,50. By contract flink rabat. Reclames 40 cent per regel. Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zyn. van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". OF r»3) Valentines gewetensbezwaren. André be logen te hebben, verminderden dan ook lang zamerhand en zij dacht de boete door haar lijden betaald te hebben. Wel dacht zij wel eens aan een mogelij ken terugkeer van Gaston, aan wien zij nog altijd met liefde dacht en vreesde dat haai man dan zou bemerken, dat zij hem met liefde voor een ander in het hart getrouwd had. In zulke oogenhlikkeu van angst was zij dan dikwijls van plan hem alles te bekennen en om vergeving te vragen, maar telken9 stelde zij het weer liit. zoodat er ten laatste niets van kwam> Zoo dacht zij nooit meer in de gelegen heid te komen haar man haar levensgeheim te moeten mededeelen. Zeker vermoedde zij niet, dat het verzwijgen daarvan haar het leven zou vergallen. Op een Novembermiddag, toen haar man voor zaken op reis was, bracht een der be dienden haar een brief, die door een onbe kende. die geweigerd had zijn naam te noe men. hij den concierge was afgegeven. Zonder de minste argwaan verbrak zij het enveloppe en las: „Mevrouw Is het te veel op uw hart gerekend als ik u om een half uur onderhoud verzoek? Morgen tusschen twee en drie uur zal Ik de eer hebben, my ten uwent te laten aan dienen. Markies de Clameran." Gelukkig was mevrouw FauYel alleen. Eoi^ even groote angst als die. welke aan den dood vooraf gaat. deed haar hart bij het lezen dezer woorden •ineenkrimpen. Zy herlas ze wel tienmaal halfluid om zieli van de werkelijkheid te overtuigen, om zeker te zijn dat het geen zinsbedrog was. Wel tienmaal met een aan krankzinnig heid grenzenden angst sprak zij den naam Clamernn uit en spelde dien alsof ze hem nooit gehoord had. En de acht letters welke dien naam vormden, dansten haar voor de oogen. O. zy Jiad geloofd, zy had gehoopt, dat hij het verleden vergeten had. dat hy ge storven was of voor altijd verdwenen. Dwaasheid, daar stond hy opeens levend voor haar. Arme vrouwAlsof alle vereenigde men- schelyke machten het verledene ongedaan konden maken. En nu werd hare hoop op de toekomst, evenals haar lmiselyk geluk plotseling ver nietigd Na eenigen tyd kon zy haar gedachten weer verzamelen en nadenken. Toen kwam het by haar op, dat zij zieli te vroeg en voor niets ongerust maakte. Van wien was die brief? Van Gaston zonder twy- fel. Welnu, wat stond haar te vreezen? zy zou sterk zyn en hem zoo koel mogeiyk ont vangen. Hy was in Franki-yk teruggekeerd en wilde haar terugzien. Dat verlangen was toeh gemakkelyk te.verklaren en zy kende hem genoeg om te weten, dat zy niets van hem te vreezen had. Hy zou komen en haar met een ander ge trouwd vinden, als een oude huismoeder zien. Zy zouden misschien over het verleden spreken en het beklagen, zy zou hem de sie raden teruggeven en dat zou alles zyn. Toeh werd zy door angst gekweld. Zou zy Gaston bekennen, dat zy nog veel aan hem gedacht had? Dit. zou geiyk staan met zich over te geven, met het geluk van haar man en kinderen op het spel te zetten. Zou zy zichzelf zoo kunnen bekeerschen, (lat 7,y haar gevoelens verborgen hield? Zy zat nog over alles na te denken, toen men haar kwam zeggen, dat de tafel gedekt was. De moed ontbrak haar echter om naar be neden te gaan. Zy gaf voor niet wel te zyn en ging naar haar kamer. Voor het eerst sedert haar hmvelyk. was ze biy, dat haar man niet thuis was. Weldra kwam Madeleine vragen, hoe het met haar tante ging. doch deze zond het meisje weg. voorgevende dat zy zware hoofdpyn had en slapen moest. zy wilde de toekomst onder de oogen zien en overleggen, wat haar den volgenden dag te doen stond. Eui die dag kwam. Tot twee uur telde zy de uren. toen de minuten. Eindelyk, toen 't half drie sloeg, werd de deur geopend en meldde een bediende de markies de Clame- ran aan. Mevrouw Fauvel had zich voorgenomen, kalm, ja zelfs koel te biyven. In dien sla- peloozen nacht had zy bedacht, hoe zy zich houden, wat zy zeggen zou. maar op het be slissende oogenblik liet haar wilskracht haar in den steek en hevig ontroerd lag zy in haar leuningstoel, niet in staat te denken of iet^ te zeggen. Clameran hoog diep en eerbiedig en bleef toen onbeweegiyk middenin de kamer staan. Het was efn man van ongeveer vyftig jaar inet gryzende haren en snor. treurig en streng gelaat, die er voornaam uitzag en met waardigheid zyn zwarte kleeren droeg. Mevrouw Fauvel hekeek hem met ontroe ring, op zyn gelaat de bekende beminde trekken zoekend en het verwonderde haar, by dien man op leeftijd niets meer te ont dekken, wat aan den jongeling van vroeger herinnerdeneen. hoegenaamd niets Daar hy niet sprak, zeide zy eindeiyk met zwakke stem Gaston. Iiy boog treurig het hoofd en antwoord de Ik ben Gaston niet, mevrouw. Myn broeder is tengevolge van verdriet en ellende bezweken. Ik ben Louis de Clameran. Hoe! Het was Gaston niet, die haar ge schreven had. O! de toon, waarop zy dien WitteSter p«p hall ona OVERTREFT ALLE ANDERE FABRIKANT: kV. aTOOMTABAHMAMIIH «X TM MCWUM, naam had uitgesproken, had haar reeds moeten verraden Zy beefde van top tot teen. Wat kon (lie ander, 'die broer van haar verlangen, in wien Gaston niet eens zooveel vertrouwen had gesteld, dat hy hem over zyn geheime liefde had gesproken. Het gelukte haar echter, zich te herstel len. zoodat Louis haar ontroering niet be merkte. Het vreemde van haar positie, de ge (lachte aan zelfbehoud, gaven haar buiten gewone kracht. Met een achtelooze bewe ging wees zy Louis een stoel tegenover haar aan, en sprak op kalmen toonMijnheer wil wel zoo goed zyn. my het doel van uw komst te \(-illen mededpelen, waarop Ik in het ge heel niet bedacht was. De markies scheen die. plotselinge veran dering niet te willen bemerken. Zonder zyn blik van mevrouw Fauvel af te wenden, zette hy zich; neer en begon Voor alles mevrouw, moet ik u vragen, of niemand kan liooren wat wy hespreken? Waarom die vraag? Ik geloof toeh niet. dat u my iets te zeggen zult hebben, wat myn echtgenoot of kinderen niet mogen hooren? Louis haalde de schouders op. ongeveer zooals men het over de woorden van een krankzinnige zou doen. Mevrouw ,zei hy, sta my top, er op aan te dringen, niet voor my, maar voor n. Spreek zonder vrees, mynheer, wy zyn hier hui ten gehoor. In tegenspraak met die verklaring, schoof de markies zyn stoel, vlak naast dien van mevrouw, teneinde heel zachtjes te kunnen spreken, alsof hy bang was, wat hy zeggen King. Ik zei u reeds, mevrouw, dat Gaston dood is, Toen hy zyn einde naby zag, heeft hy niy opgedragen zyn laatste wenschen te vervullen. IIy zweeg even, en mevrouw Fauvel dacht niet anders, dan dat hy de kostbare schatten van Gaston kwam opeischen, maar weldra vervolgde hy Ik zal u niet in herinnering brengpn. welke treurige omstandigheden het leven en de toekomst myns broeders indertyd ver nietigden. Hoe gelukkig uw leven ook moge geweest zyn, hebt u toch zeker dién vriend uit uwe jeugd niet kunnen vergeten, die zon der te aarzelen, zyn leven opofferde, waar uwe eer bedreigd werd. Geen spier in mevrouw Fauvols gelaat vertrok. Het was, alsof zy in haar geheugen naging, op welk voorval haar bezoeker zin speelde. Hebt u het vergeten, mevrouw, vroeg hy scherp, dan zal ik duideiyker zyn. Het is al lang, zeer lang geleden, toen u myn on gelukkige broeder beminde, en Mynlieer O, het is onnoodig te ontkennen, me vrouw. Gaston, ik herhaal het u nog eens. heeft my alles toevertrouwd. Zy stond op. en veel kalmer schynend dan zy was, zei Valentine Ik geloof, mynheer, dat u vergeet, dat go tot eene dame spreekt, die nu oud is en man en kinderen hepft. Het is mogeiyk, dat uw broeder my bemind heeft, dat is zyn ge heim. niet het uwé. Dat ik toen, als jong en onervaren meisje een weinig onvoorzichtig hen geweest, behoeft u my niet te herin neren. IIy zelf zou dat niet eens doen. Ik weet na twintig jaren niet alles zoo precies meer. I)us u hebt hem vergeten? Geheel. Alles mevrouw, zelfs hoe hij om uwent wil vluchten moest? Mynlieer, waar wilt u op neerkomen? Welnu, mevrouw, luister. Nadat Gas ton met veel moeite ontkomen was, heeft het schip, waarop hy zich begeven had, schipbreuk geleden. Ily werd door een En- gelsch zeilschip opgenomen en in Londen af gezet. Waarvan hy daar leefde en wat hy daar deed, behoef ik niet haarfyn te ver tellen. Ik wil u slechts meedeelen, dat hy daar van dc opbrengst van het geven van Fransche lessen leefde en dat hy u eenige malen schreef, doch nooit eenig antwoord ontving, zoodat hy na drie jaar dacht, dat gy hem vergeten had en ontrouw waart ge worden. (W«rd< rsrvelgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1927 | | pagina 1