Tneaewiid aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
De hoogste kunst.
F
1 Co.
De Trouw n den Bankier.
FEUILLETON
T
50e JAARGANG.
NUMMER 66. mH
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-AdresECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
Toen ik ruim 20 jaar was, zoo ver-
trouwde ons eens iemand in een soort
levensbiecht toe, nam ik zeer actief
deel aan het sociale levenik ver
richtte allerlei organisatorisch en pro
pagandistisch werk, koesterde me wat
in de lof en hulde van andere veree-
nieingen-maniakken, voelde me zeer
gewichtig en had meelij, eenige ver
achting zelfs, voor de enkelen, van
wie ik wist, dat ze noch mijn denk
beelden aanhingen, nóch mijn werk
Woonomstandigheden geraakte ik
eruit" en ik meende, dat het niet
slecht zou zijn, als ik nu maar dooc
ging. Wat had het leven nog voor
waarde? Al gauw echter ontdekte ik,
dat de „enkelen", die mijn werk vroe-
ger niet te apprecieeren wisten, inder
daad velen waren, en dat mijn „wereld
waarin ik me bewogen had en die ik
min of meer had helpen leiden, feite
lijk slechts een klein kringetje was,
terwijl ik mede de ontdekking deed,
dat er waarlijk nog wel andere zaken
waren, die het leven levenswaard
konden maken.
Door nieuwe vrienden kwam ik in
de sport, een bepaalde tak er van. Ik
ging er weldra geheel in op, had een
laatdunkende meening over andere
takken van sport, meende me einde^
lijk in „de" wereld en had innig
meelij met degenen, die zichmet
andere beuzelarijen, die ze sport
noemden, bezig hielden Een paar
jaren ondervinding en vee critiek en
snot van verstandige vrienden, die
onze hobby niet dulden, waren noo-
dig om we weer te genezen van mijn
waan en tot de werkelijkheid terug
te voeren.
Thans heb ik leeren leven. Aan
alles doe ik mee, voor zoover ik er
ambitie, tijd en middelen toe heb
maar alles in gepaste mateik heb
belangstelling voor alles, wat anderen
interesseert, maar bij die kleine ver
zetjes en afleidingen vergeet ik niet
mijn eerste levenstaak na te streven,
door mijn geestelijke en maatschap
pelijke plichten te vervullen, te trach
ten een goed mensch te zijn, nuttig
voor de maatschappij, door nuttig te
zijn voor mijn directe omgeving. Het
mooie in het leven is niet het streven
naar naar wat ver-af ligt, maar in de
waardeering van wat in ons naaste
bereik is.
Door maniakkerij, van welken aard
ook, plaatsen we ons ver van het
werkelijke leven. Maniakken zijn som
mige militairen, die met dédain neer
zien op al wat burger is. Maniakken
zijnde overdreven sportenthousiasten,
die over niets anders denken, noch
spreken, dan over voetbal, boksen
o. d. Maniakken zijn de politieke
tinnengieters, die in een mensch met
andere denkbeelden dan de hunne
geen eerlijkheid kunnen veronderstel-
len, óf geen verstand. Zeer talrijk zijn
tegenwoordig de z.g. kunst-maniakken
Ze honen de wereld, die hun smaak
niet deelt, ze verachten het publiek,
dat de theaters niet vult, hun kunst is
hun zóó genoegzaam, dat ze alle
maatschappelijke levenswijzen vermij
den en door uiterlijke kenmerken,
door kleeding en afwijkende gewoon
ten, zich van het vulgus ordinarius
trachten te onderscheiden.
We hebben natuurlijk niets tegen
de kunst, integendeel, deze kan bij
dragen om het leven te vermooien.
Maar nimmer kan de kunst het leven
vullen of dragen.
Een onzer kunstenaressen, Annie
Salomons, is naar Indië geweest en
uit dat warme land met zeer frissche
denkbeelden weergekeerd. Tot haar
eigen verwondering, naar we meenen
op te maken uit haar verhaal in de
Groene Amsterdammer.
In dat groote Indië vindt ze maar
weinig gelegenheid om aan kunst te
doen, of er van anderer kunst te ge
nieten. En 't viel mee! Ze schrijft:
.En is het niet goed voor ons,
„kunst-maniakken, te beleven, dat
„het echte leven zelf. het leven van
.alle dag, in staat is onze harten
„boordevol te vullen, zonder aflei-
„ding van artistieke verrukkingen-
En toen ze in Holland terug was
en dus weer in de gelegenheid om
haar dorstigen geest aan allerlei artis
tieke bronnen te laven, toen prefe
reerde ze nog maandenlang het ge
wone leidingwater des levens. Hoort
maar.
„Ik weet niet schrijf ze ot
„U me daar in den vreemde jam
merlijk verbruut zult vinden, als
„ik beken, dat ik, in Holland te
ruggekeerd, mij maandenlang vol
komen bevredigd heb gevoeld met
„het weerzien van familie en vrien-1
„den, het weerzien van mijn mooie
„land, het snuiven en proeven
.en tasten van de werke
lijkheid onzer hereeniging, zon-
.der ook maar te talen naar een
^schilderij, een beeldhouwwerk, een
„schouwburg; en dat ik den fijn-
„zinnigen kunstkenner, die er zijn
„spijt over te kennen gaf, dat ik net
„te laat teruggekomen was, om het
„sublieme tooneelspel der Russische
"troep te zien, ongetwijfeld min of
"meer verwezen moet hebben aan
gestaard, met het gevoel van:
„dacht je nu heusch, dat het genie
van zulke vertooningen me iets
"kon schelen, nu ik de kinderen
"weer terug heb en de wei met de
"boterbloemen...."
Het leven te nemen, zooals het is,
het te leven, zooals het zich aan ons
voordoet, te waardeeren, wat het ons
biedt, het leven met zijn zorgen en
plichten en kleine verrukkingen, -
dat is en blijft de hoogste kunst.
Daarin is geen plaats voor maniakkerij,
van welken aard ook.
GEMEENTERAAD.
N1EUWKUIK.
Zaterdagmorgen den 20 Augustus
des voormiddags 11 uur kwam de raad
dezer gemeente in openbare verga
dering bijeen.
Afwezig de heer A. van Halder.
Na opening der vergadering worden
de notulen goedgekeurd.
Aanbieding gemeenterekening dienst
1926.
De ontvangsten hiervan bedroegen
35145.63, de uitgave f 32377.14 /2.
Batig slot van f 2768 49' 2-
Wordt voor kennisgeving aangeno
men en zal 14 dagen ter visie worden
^Aanbieding Gemeentebegrooting
dienst 1928.
Is vastgesteld in ontvangst en uit
gaven op f 23341.63.
Besluit als voor.
Bespreking verkoop lepeboomen
langs den parallelweg.
Voorzitter. B. en W. hebben ge
meend, dat de iepeboomen, staande
langs de spoorlijn van wachtpost J4
tot de grens der gemeente Drunen,
geschikt zijn om te verkoopen.
We hebben hieromtrent inlichtingen
gevraagd bij het staatsboschbeheer en
de noodige vergunning hiervoor ver
kregen.
Voorzitter wil daarom den raad voor
stellen B. en W. hiervoor te machtigen
om de boomen publiek of onderhands
te verkoopen.
We hebben zoo ongeveer een waarde
bepaald en alhoewel de iepeboomen
thans geen groote waarde heb^n,
zullen we trachten ze aan een geschik-
ten prijs te verkoopen.
De heer van Son is van meening,
dat het bij inschrijving niet veel zal
U Voorzitter meent ook dat het publiek
doen verkoopen. zooals het vorig jaar
ook reeds is geschied en men "te'*
kens moest ophouden, niet veel uithaalt
Hii zou daarom liever een waarde
bepalen en ze dan in perceelen en
massa verkoopen, alsook de b(?omen
aan den anderen kant van wachtpost
34 die hier en daar zijn blijven staan.
De wettelijke voorschriften van de
staatspoor zijn ook. dat bij eventueele
rooiing der boomen 500 M. van de
overwegen niet meer geplant mag
worden.
De heer van Mierlo zegt een en
ander goed te vinden, doch zou er dan
niet te laat mede beginnen.
Voorzitter zegt toe er spoedig werk
van te zullen maken. Wordt goedge
keurd.
Vanwege de laatste vergadering van
den ouden raad brengt deVoorz.aan
de heengaande leden van Mierlo en
Fitters een woord van dank voor de
belangstelling die zij ten opzichte der
gemeente hebben getoond.
Hij hoopt, dat de aangename ver
standhouding die tijdens hun zitting
heeft geheerscht. ook met den nieuwen
raad zoo zal zijn.
Rondvraag.
De heer van Son dringt er op aan
om een verbod uit te vaardigen, dat
men met geen karren of hondenwagens
over het fietspad mag rijden naar de
Hoeve. 4
De heer van Mierlo meent, dat het
pad daar niet veel mee zal lijden.
De heer van Son meent, dat niet het
pad op zich zelf er veel mee lijdt doch
al de palen rijden ze er uit.
De heer Am. Mostermans. t is een
fietspad en dus niet voor hondenwa
gens of karren. Daarom zou ook hij
voor handhaving van het door van
Son gedane voorstel zijn.
De heer van Mierlo kan zich nu
hier ook mede vereenigen.
Wordt goedgekeurd het verbod uit
te vaardigen geen karren of honden
wagens op het fietspad toe te laten.
Hierna sluiting met den chr. groet,
BINNENLAND.
Onthulling van het Mgr. Zwijsen-
Monument te Kerkdrlel.
Herdenking te Tilburg.
Z D.H. Mgr. A. F. Diepen zal Zon-
dag 23 October het Mgr. Zwijsen-
monument te Kerkdriel onthullen na
aldaar een pontificaal Lof te hebben
gecelebreerd. Een neef van den groo-
ten kerkvorst, rector C. J. Zwijsen te
Rosmalen, zal de feestrede uitspreken.
Op 16 October a.s. zal te Tilburg,
naar de Msb. verneemt, op plechtige
wijze de 50ste verjaardag worden
herdacht van het overlijden van Z.ü.
H. Mgr. J. Zwijsen.
Op dien dag zal in de parochiekerk
van het Heike aldaar, waarvan Mgr.
Zwijsen vele jaren pastoor is geweest,
een pontificale Hoogmis worden opge-
dragen door Z.D.H. Mgr. A. F. Diepen,
WOENSDAG 24 AUGUSTUS 1927.
lïlcho van het Zuiden,
Waalwiiksthe en Laiigstraatsche Courant
PrtJa der Advertentiën
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprys per 3 maanden 1.25.
Franco per post door bet gebeele rflk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Prfls der Advertentlën
20 cent per regel; minimum 1,50.
By contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentlën moeten Woensdag en VrtJdag
des morgens om uiterlijk 9 uur ln ons beiit
zijn.
von „DE ECHO VAN HET ZUIDEN".
OF
85)
Met bevende vinger», zeker dat bij een
ongeluk zou vernemen, opende bij het cou
vert, ontvouwde bet grove koffiehuispapier
en las:
„Mijnbeer, U hebt uw kassier aan de
justitie overgeleverd, u hebt daar goed aan
gedaan, daar u van zijn ontrouw waart
overtuigd. Maar als bij die 350.000 francs
uit uw kas nam, was hij bet dan ook die
de diamanten uwer echtgenoote heeft ge
stolen, enz. enz."
Dat was als een donderslag voor dien
man, wien alles altijd voor den wind was
gegaai\ en die, als bij zijn geheele leven na
ging, geen traan kon vinden, dien bij om
een werkelijk ongeluk gestort had.
Hoe? Zijn vrouw bedroog liem en bad zij
laartoe onder allen den man moeten kiezen
lie zoo slecht was, dat bij zich van haar
liamanten had weten meester, te maken en
lie zijn afkomst zoo misbruikt had, dat hij
baar er toe had kunnen bewegen, zich aan
een diefstal medeplichtig te maken, die een
onschuldige ten gronde richtte.
Want dat alles duidde die anonieme brief
toch aan.
Mynheer Fauvel was eerst verdoofd, zoo
als een ongelukkige, die op een oogenblik
dat by het 't minst verwacht, een vuistslag
op het hoofd ki-ygt.
Hij kon zfln gedachten niet verzamelen
en deze dwarrelden dooreen, als tie blade
ren van de boomen bij een herfststorm.
Het was hem of hfj in liet; duister en zijn
geest beneveld was. Maar 11a eenige .minu
ten keerde zijn bewustzijn terug en riep by
uit: Welke laagheid, hoe schandeiyk, boe
E11 11a den vervloekten brief in elkander
gefrommeld te hebben, gooide hy hem in
den haard, waarin op het oogenblik geen
vuur brandde en prevelde:
Ik wil er, niet meer aan denken. Ik zal
mijn verbeelding niet met dien schandely-
ken laster bezighouden. Hy zei het en
meende bet ook, maar toch kon liij het. niet
van zich verkrygen zyn overige brieven te
lezen. Want als de argwafin eens in iemands
hersenen wortel gevat heeft, groeit zy 00
spoedig aan, vestigt er zich en tast ieder
geloof aan.
Mynheer Fauvel zat, zijn hoofd op de el
lebogen steunend, voor zyn schrijftafel na
te denken, en wendde nuttelooze pogingen
aan, zyn kalmte te herwinnen.
Als het eens waar was.
Op zyn verdooving der eerste minuten,
volgde zulk een gevaarlyke woede, die de
mensclien buiten zichzelf brengt en ben
zelfs misdaden laat volvoeren.
Ach, zei hy met op elkander geklemde
tanden, als ik dien ellendeling maar kende,
die my dat durft te scliryven, had ik hem
maar in myn macht.
Toen bedacht liy zich, dat bet hand
schrift hem misschien verder zou brengen,
en hy stond op, zocht den brief uit de asch,
streek hem glad en legde hem op zyn les
senaar.
Daarop bekeek hy de letters en gebruikte
al zyn verstand; om iedereu op- en neerhaal
te bestudeeren, iederen vorm van die en die
hoofdletter.
Het is stellig liet werk van een mynei
bedienden, die ik in zyn eigenbelang of
eergevoel beleedigd heb, dacht liy en ging
in stilte zyn talryk personeel 11a, maar by
kon niemand vinden, dien by tot die laag
heid in staat achtte.
Toen keek hy op de enveloppe, waar de
brief in dq bus was gedaan, in de hoop dat
dit hem eenig licht zou geven, maar toen
hy rue du Cardinal-Lemoine las, vervloog
ook die hoop.
Nogmaals nam hy bet papier ter hand,
woord voor woord spellende, iedere uitdruk
king ontledend.
Het spreekt van zelf, dat men toch iede
ren anoniemen brief moet verachten, want
hy is altyd het werk van een lafaard, en
men moet er dus nooit op letten.
Hoeveel drama's hebben hun ontstaan
daar niet in gevonden!
Hoeveel edele levens zyn niet gebroken,
door eenige regels, die een ellendeling op
goed geluk af op bet papier wierp!
Ja men veracht den anoniemen brief en
gooit' hém in het vuur, liy verbrandt... maar
nadat de vlam het papier verteerd beeft,
blyft de twyfel achter, die als een lang
zaam werkend vergif, dat fich verdeelt en
in de diepst gelegen organen van t lichaam
doordringt, het heiligste en hechtste geloof
aantast. Altyd blyft er iets van aanbangen.
Een vrouw, die. al is liet zonder reden en
slechts gedurende een uur verdacht wordt,
is niet meer die vrouw, welke men als zich
zelf vertrouwde.
De twyfel laat haar sporen achter, wat
er ook gebeurt, even als het zweet der han
den op liet verguldsel.
Hoe meer de heer Fauvel nadacht, voel
de hy zyn vertrouwen, dat voor eenige
©ogenblikken nog zoo onwankelbaar vast
stond, verflauwen.
Neen riep hy uit ik kan die on
zekerheid niet langer verdragen. Ik ga dien
brief aan mjjn vrouw toonen.
Hy stond op maar een vreeselyke ge
dachte deed hem weer op zyn stoel terug
vallen als het toch eens waar was! Als
ik eens zoo schandeiyk bedrogen was.
Als ik dien brief toon zal myn vrouw op
haar hoede zyn en ontneem ik my zelf ieder
middel achter de waarheid te komen.
Zoo kwamen alle voorspellingen van den
heer Verduret, dien grooten meiisclienken-
ner één voor één uit, want deze bad gezegd,
'als de beer Fauvel niet aan de ingeving
van het eerste oogenblik toegeeft, als by
nadenkt, hebben wfl den tyd voor ons. En
werkelyk, na er lang met smart over te
hebben nagedacht, besloot hy zyne vrouw
behoedzaam te bespieden.
Ja liy. de by uitstek oprechte man, be
sloot de onedele rol van den jaloerscbe te
spelen, van den buisspion, wiens treurige
onderzoekingen, hem zelf minstens even
veel verlagen als haar wie zy gelden.
Hy. de driftige man, wiens lievige toorn
altyd dadelyk bedaard was, nam liet be
sluit een effen gelaat te toonen en de be
wijzen van schuld of onschuld een voor een
op te zoeken, zyn gevoelens te onderdruk
ken en deze pas tot een uitbarsting te latei
komen als hy zekerheid liad
Om zich die te verschaffen kende hy
overigens een eenvoudig middel.
Men schreef hem dat de diamanten van
zyn vrouw naar de lommerd waren ge
bracht. Dat althans was toch gemakkelyk
U \l"d(lat°niet waar was, behoefde liy naar
het overige van den brief ook geen onder
zoek meer te doen, maar als het tegendee
eens waar was!
Zoo zat hy in gedachten verdiept, toen
men hem kwam waarschuwen, dat het ont-
byt klaar was. Nu was het zaak zichgoed
to houden. Voor dat hy zyn kantoor verliet,
keek hy even in den spiegel en bemerk;te
met schrik dat hy zeer bleek zag - Zou
,lo moed my ontbreken? vroeg by zichzelf
11 Aan tafel wist hy zich genoeg te bekeer-
schen om alle vragen van zyn vrouw te
vermyden, die zy hem anders bij de minste
ontstemdheid vol zorg deed. IIy praatte
zelfs druk en vertelde allerei grappen 0111
de attentie van zich af te leiden.
Ondertusschen dacht hy er slechts ovei
na hoe hy zoo spoedig mogelyk gelegen
heid zou kunnen vinden de laden van zyn
vrouw te doorzoeken, zonder dat zy het oe-
m Diegedachte hield hem zoo bezig, dat
liy niet kon nalaten baar te vragen of zy
van plan was, dien middag uit te gaan.
Ja, antwoordde zy. bet is wel slecht
weer, maar Madeleine en ik hebben eenige
dringende boodschappen te doen.
Iloa laat denkt ge uit te gaan?
Dadeiyk na het ontbyt.
Hii baalde diep adem, alsof by van een
K™„i„ last bevrijd werd, want doc—
beid was voor hem zoo een kwelling,
by de waarheid, hoe pymyk ook, er boven
U'Cn' de maaltyd afgeloopen was, stak
hy een sigaar op, maar by bleef niet als
naar gewoonte in de eetkamer, maar gib,
dadelijk naar zijn privékantoor dringend
werk voorwendend. Zoo ver strekte hy zy
voorzorgen uit, dat hy zyn zoon1
met een boodschap belastte; hy wilde al
leE.nSlS, na - ba« uur. dat b» een
eeuw scheen, hoorde hy het ïytuig me zy
vrouw en Madeleine wegryden.
Oogenblikkeiyk snelde h« naar de kamer
zyner vrouw en opende de ladetafel, waa
in zii bare sieraden bergde.
Vele hem bekende etui's ontbrakeu e
waren er 10 of 12 in, maar leeg. De brief
sprak dus waarheid.
Die zekerheid verpletterde hem - lm
toch! neen, stamelde hy, neen, bet. is
mogeiyk. Dadeiyk begon by nietyver en
angst alles te doorsnuffelen, alle luadjc.
te openen, maar voorzichtig en er op let
tend geen sporen van zyn onderzoek achter
l° Misschien had zy hare sieraden een an
dere plaats gegeven, of werden er eenige
nieuw opgemaakt of gerepareerd.
Maar hy vond niets, hoegenaamd niets.
Toen viel hem op eens in, dat hy op den
avond van het bal by de heeren Jandidler
aan zyn vrouw had gevraagd;
Waarom heb je in het geheel geen
diamanten aan? en dat zy daarop glim
lachend had geantwoord: Waarom?
Ach, iedereen kent ze, als ik er geen draag
zal ik des te meer opgemerkt worden. Ov .-
rigens zouden ze niet by myn kostuum
IWEnndat had zy kalm gezegd zonder de
geringste trilling in haar stem. TV elke
stoutmoedigheid! Welke h^chelarJJ stak
daar achter dat vroom gezicht, dat zij in dt
twintig jaar van hun huweiyk steeds ver
toond had. Maar op eens kreeg by weer
hoop, het was wel niet aan te nemen doch
misschien had zy hare diamanten in Made
leine's kamer geborgen.
(Wordt vervolgd).