Toegewijd aan Handel, industrie en Gemeentebelangen.
w.
De SehoGDnijvarbeid in 1926.
Witte "Rozen.
FEUILLETON
DIT NUMMER BESTAAT UIT
VIER BLADEN.
UïTfrA
VVAALWTJKSCHE STOOM I>RIi KRM A NT( >(>N Tl EL EN.
Teleur-.-All res-: ECHT
Telefoon No. 38.
EERSTE BLAD.
In het jaarverslag 1926 van de Ka
mer van Koophandel en Fabrieken
voor de Langstraat werd op blz. 92
de verwachting uilgesproken, dat de
cijfers van de schoenindustrie over
1926 wel vrij wat zouden uitgaan bo
ven die van 1925. Het dezer dagen
verschenen November-r.ummer van
het .Maandschrift van het Centraal
Bureau voor de Statistiek" komt dit
bevestigen; 1926 wus voor de schoen
industrie in meerdere opzichten een
record jaar.
Er waren op 15 April 1926 in Neder,
land bijna tien duizend menschen in de
schoenindustrie werkzaam (het juiste
getal is 9847); op 15 Sept 9580, in
1924. het jaar van het „Schoenen-
wetje" 9310, in 1919. het gunstigste
na-oorlogsjaar 9320.
pro'ÜLciic in 1026 was. vvnt hel
aantal betreft grooter dan In-één van
de vorige jaren: 7 960.000 paar; in
1924. 7 310 000 oaar. in het gunstige
jaar 1921 5.190.000 paar, een voor
uitgang dus in Nederland van meer
dan 50 pCt. Werden in 1925 130 000
paar schoenen meer gefabriceerd dan
afgeleverd, in 1926 werden 20 000
paar schoenen meer verkocht dan ge
produceerd. Een verblijdend verschijn
sel is ook de geleidelijke teruggang
van het invoersaldo van schoenen
in 1922 werden 6 600 000 paar schoe
nen meer ingevoerd dan uitgevoerd
Dit getal is. behoudens een kleine
sMjging fn 1925. geleidelijk gedaald
tot 4.040 000 paar In 1926.
Dit getal lijkt nog groot genoeg,
het Is immers half maal zoo groot als
het totale cijfer van de geproduceerde
schoenen in Nederland. J^emen wede
enmmflt nue n
oü steeds
Ovepfieerfrj(c!
genoemd Maandsch;./; zijn ook eenige
resultaten van de werking van het
Schoenenwei je van 1924 af te lelden;
1) degenen, die i'vrttsd hebben,
dat dit wetje de oorzaak zou zijn van
prijsvethooging der sjnoenen hebben
ongelijk gehad. We kunnen immers
vanaf 1922 een regelmatiger daling
van den verkoopsprijs constateexen
de gemiddelde prijs per paar was in
1923 f5.20, in 1924 14.97, in 1925
t 4 73 en in 1926 f470.
2) het „Schoener.Wetje 1924 heeft
wel de tendenz naar concentratie in
het sciioenenbedrijf lijdelijk vertraagd,
of misschien wel eerjige zwakkere be
drijven op de b^en' gehouden. Het
aantal ondernemingen met meer dan
1000 paar productie per jaar daalde
immers van 349 lii 1921 tot 32? in
1923, steeg in 1924 tot 363, maar
daalde sedert dien geleidelijk tot 341
in 1926.
Wanneer we de ci van de ver
schillende centra dei .schoenindustrie
vergelijken, blijkt
cijfers, die de waarde van de Nederl.
schoenen en het uit het buitenland
ingevoerd schoenwerk uitdrukken, ter
vergelijking naast elkaar, dan krijgen
we een veel minder ongunstige ver
houding.
Nederland produceerde in 1926
voor een waarde van 37'/a milioen
gulden aan schoenen; het bedrag van
het Invoersaldo was slechts f 5 700 000
Nederland voerde in 1926 346^00
schoenen uit, ter waarde van f 1.719 000
dus zoo wat f 5 per paar. het voerde
in 4 391 o00 paar tpr waarde van
f 7 407 000. dus f 1.70 per paar Wij
voerden zoo goed als uitsluitend lee
ren schoeisel In het buitenland in,
terwijl van het Ingevoerde slechts 21
pCb geheel of voor het grootste deei
uit leer bestond.
Uit de statistische gegevens van
io. dat Waalwijk de meeste arbei
ders heeft. Op 15 April 1926 was dit
getal 2026. op 15 Sept 1909 Voor
Tilburg zijn de cijfers 1156 en 1153.
Kaatsheuvel 1109 en 992, Dongen
1042 en 104C, overig N B. 2979 en
3031, 10 andere provinciën 1535 en
1455. We zien dus. dat de aantallen
arociders in Waalwijk en Kaatsheuvel
op deze twee tijdstippen nogal ver
schillen In tegenstelling met de andere
plaatsen in N,-Brabant, waar de sei
zoenarbeid niet zoo'n groote rol
speelt als in deze streek. (Het is jam
mer dat Drunen in de statistieken Riet
alzonderiijk wordt genoemd).
Opmerkelijk is het groote aantal
vrouwen en meisjes dat te Tilburg
we2kt nl. 38 pCt. van het geheele
personeel der schoenfabrieken, tegen
20 pCt. in Waalwijk en 18 pCt. In
Kaatsheuvel.
Wat de verkoopwaarde van de ge
fabriceerde schoenen betreft, stond
Waalwijk in 1926 weer ver bovenaan
t 7 659 000 tegen f 6 727 000 ln 1925.
De waarde der productie is hier dus
in 1 jaar met bijna een milljcen voor
uitgegaan mtar.. hpttentoonsieUing?-
jaar wqs juist voor waaiWipc zwrmtf
gunstig. De productie van 1925 bleef
ruim f 900 000 achter bij die van 1924,
geen enkG schoenencentrum vertoon
de in 1925 naar verhouding zulk een
teruggang. Gilukkig heeft Waalwijk
dten achteruitgang in 1926 meer dan
ingehaald, er. we hebben gegronde
hoop, dat 1927 nog betere cijfers zal
vertoonen. Geen schoenencentrum is
in de laatste jaren zoo snel vooruit
gegaan als Tilburg, het heeft sedert
1924 Dongen en Kaalsheuvel over
vleugeld. en kemt nu na Waalwijk.
De waarde der productie was in het
ongunstige jaar 1925 nog f 300 000
grooter dan ln 1924 en in 1926 weer
bijna f 800 000 grooter De productie
van ons land is sedert 1924 met twee
en een half mlllioen gulden vooruit
gegaan, daarvan kwam meer dan een
mlllioen gulden, dus bijna de helft
Titburg ten goede. Kaatsheuvel is
sedert 1924 ook geregeld vooruitge
gaan, terwijl Dongen zoowat gelijk
gebleven is, daardoor is Kaatsheuvel
als schoeneijcentrum Dongen voorbij
gestreefd en komt op deVerde plaats.
Naar de waarde der productie be
oordeeld levert Waalwijk 20pCt. van
het schoeisel, Tilburg 12 pCt., Kaats
heuvel ruim 11 pCtDongen 10,7 pCt.
Geleidelijken vooruitgarg sedert
1924 vertoonen ook Eindhoven en
omgeving, Oisterwijk, Loonopzand,
Hilvarenbeck. Moergestel en Sprang-
Capellc in Gifze en Rijen is de pro
ductie èn ln 1925 èn ln 1926 iets af
genomen, in de overige plaatsen van
NB Is ook in 1926 het cijfer van
1924.nog niet bereikt; evenmin inde
andere provinciën van ons land (be
houdens een kleinen vooruitgang in
Nijmegen).
De schoenindustrie wordt dus steeds
meer en meer een Brabantsche in
dustrie. Immers, van de totale Neder-
lardsche productie van 1926 ad
f37 345 000 werd slechfsvoorf5 600 000
buiten N. Br. gemaakt, ofwel 15pCt.
Waalwijk alleen fabriceerde voor twee
i tïretY chrtfWpi-ovi.._icS
samen 1 De schoenindustrie concen
treert zich steeds meer ln het district
.de Langstraat" en Tilburg en Om
geving.
Wanneer het aantal paren schoenen
en niet de waarde tot grondslag dezer
beschouwingen was genomen, waren
we tot andere verhoudingen gekomen.
Immers, sedert 1925 produceert Tilburg
Iets meer schoenwerk dan Waalwijk
te Tilburg in 1926 1 180 000 paar, te
Waalwijk 1 123 000
Het vergelijkingsmateriaal is echfer
te ongelijksoortig, om alleen het getal
schoenen als basis te nemen. We zien
dit reeds zoodra we de gemiddelde
verkoopswaarde van de schoenen met
elkaar vergelijken. Deze bedroeg ln
1926 voor een paar Waalwijksche
schoenen f 6 82. voor een paar Tll-
burgsche schoenen pantoffels) was
to>
NTMMËR .103.
ZATERDAG- 31 Di'iÏMBER 1927:
-■
50e JAARGANG.
Waalwpsck en Lanptraatsc&e Courant,
1 mi blad verschijnt
W i: N ril) A G en Z A '1' Tv lt DAG.
Auouneiuentsprijs per 8 maanden. 1.25.
Fr; ïico per posi door liet geheele rjjk 1.40.
Grieven. Ingezonden stukken, gelden, enz.
frapep ie zend-ui uan den Uitgever.
van „DE ECHO VAN HET ZEIDEN".
Utt het Dultsch
van
EtTFEWlNA VON ADLEBSFEI.D-BALI.MTREV.
Prijs der Advertent iën
KO i'i'UL per regel: minimum 1.5U.
Hij contract. flink rabat.
Itëtltluïös 4D cent per regel.
Ad vér tont lën moeten Woensdag en Vrijdag
dps morgens om uiterlijk 9 uur iu ons bezit
zijn.
..Eindelijkzeide zij, terwijl ze opstond.
„Ik was nl bang, dat. je in 't geheel niet
naar bed zondt gaan."
„En ik dacht, dat je reeds lang sliep".
Sigrid bief de hand op, als om elk verder
woord af te snijden, ging toen dicht naar
liare zntster toe en vroeg met zachte, maar
koude stem
„Heb je mij nog iets te zeggen?"
Iris dacht evenwel met schrik aan den vo-
rigen nacht.
„Niets", zeide ze sidderend.
Toen draaide Sigrid zich om en ging zon
der „goeden nacht" naar hare kamer. Iris
schoof zacht den grendel voor de deur en
begaf zich daarna met een verlicht gemoed
ter ruste.
Den volgenden morgen kwam er eene
boodschap van Sascha, die de beide meisj »s
tot een. bezoek aan het St. Marcoklooster
uitnoodigde, om de fresco's van den Beato
Angelico te zien. Iris verzocht echter thuis
te mogen blijven, daar zij hoofdpijn had
in waarheid echter zou ze vandaag niet in
staat zijn geweest de meesterwerken van
den vromen monnik onbevangen te bewon
deren. vandaag, nu in enkele uren hoor lot
zou worden beslist. Sigrid ging dus alleen,
en nadat de laatste vertrokken was, nam
Iris haar viool en ging daarmede naar bo
ven, om haren vader met haar spel niet te
storen. li Jjg
Toen zij den strijkstok over de snaren liet
glijden, hield het kloppen van haar hart op
en het werd weder kalm, volkomen kalm in
haar binnenste. Weldra wao zij geheel dooi
de muziek medegcsleept, en zoo verliep de
tijd. zonder dat ztj het bemerkte.
Daar werd de deur geopend en trad Sigrid
binnen.
„Hoe. nu' reeds terug?" vroeg Iris ver
wonderd.
„Het is één uur." antwoordde Sigrid
droog.
Iris streek met de hand over hel voor
hoofd zoo had zij alles vergeten doe haar
geliefde muziek.
„Ik heb heneden gehoord, dat vorst Hocii-
wald hier is geweest", merkte Sigrid op,
en de verwondering waarmede Iris haar
aanzag, bewees haar voldoende, dat zij den
vorst niet gezien, niet eens zijn bezoek ver
nomen had.
Verwonderd en bevreemd borg Iris haat
viool in de kast lifl was hier geweest, en
vader had haar niet laten roepen?
Gedurende het nu volgende „Pranzo"
middagmaal was graaf Erlenstein stil
en in zichzelf gekeerd en bleef het ook, toen
hy la-ter met zijne dochters een wandeling
ging maken. Alleen aan het scherpe oog van
Sigrid was het. niet ontgaan, dat de graaf
meermalen vol medelijden den blik op Iris
vestigde, die er bleek en treurig uitzag.
Maar Sigrid, noch hare zuster, noch de
graaf zelf deden eene vraag het was alsof
er onweerswolken boven den kleinen familie
kring zweefden en geen van drieën wist of
zij zouden losbarsten of voorbij trekken. En
zóó verliep de dag verliep een lange,
bange nacht
Sigrid had goed gehoord vorst Hocb-
wald had zich tegen twaalf uur by graaf
Erlenstein laten aandienen' en deze had hem
harteiyk ontvangen en het gesprek op het
uitstapje van gisteren gebracht. Maar Hoch-
wald had het gesprek niet opgenomen.
„Waarde graaf", begon hy, „een ernstige
zaak voert my vandaag naar ui toe zoo'n
ernstige, dat daarvan bet geluk van irqjn
leven afhangt.
„U maakt me ten zeerste nieuwsgierig,
beste Hochwald", antwoordde de graaf ver
wonderd. terwyi hy zyn gast een stoel aan
bood. De vorst nam evenwel geen plaats,
maar bleef met de band op den stoel geleund
staan.
„Waarde graaf, ik heb de eer u om de
hand uwer dochter, gravin Iris te verzoe
ken". antwoordde liij plechtig zichtbaar
diep bewogen.
.Graaf Erlenstein zag zUn gast een oogen-
biik sprakeloos^an. toen viel by in zyn stoel
terug en bedekte het gezicht metj beide han
denhet werd zóó stil in de kamer, dat her
tikken van de klok op den schoorsteen als
hamerslagen klonk.
„Waarde graaf, boe moet ik my dit ont
zettende zwijgen verklaren?" sprak de vorst,
do doodselie stilte afbrekende. Toen liet
graaf Erlenstein de handen van zyn gezicht
giyden, .welks trekken de diepste zielesmart
uitdrukten, en met bevende hand droogde
by zich de koude zweetdroppels van liet
voorhoofd.
„Ik prys Iris gelukkig, dat zg uw hart
heeft gewonnen," zeide hy eindeiyk met
moeite. „Maar vóór ik my over het geluk
van dit lieve kind mag verheugen, ben lk
aan m^jn eer verplicht, u een bekentenis te
doen, die ik u al« een diep geheim moet toe
vertrouwen
Vorst Hochwald knikte toestemmend,
daarvoor waren geen woorden noodig. Maar
Waarom werd de atmosfeer in dit vertrek
plotseling zoo drukkend, haast om te stik
ken, waarom bruiste het plotseling in zyne
ooreu en waarom .schemerde het rood voor
zyne oogen als bloed?
„Iris is myne dochter niet." zeide graaf
Erlenstein met gesmoorde stem.
„Niet uwe dochter?" herhaalde Hochwald
werktuigelijk.
„Myu wettige dochter niet. maar toch
myn kind naar geest en hart," vervolgd"
graaf Erlenstein nog zachter. „Wensclit u
to weten wie zy is?"
„Ja, het is myn goed recht, antwoordde
de vorst met moeite.
„Iris is de dochter van mijne zuster Morin
van Ravensberg".
By het hooien van deze woorden groep
vorst Hochwald de leuning van den stoel zoo
krampachtig vast, dal deze omsloeg, toen
hield hy een oogenblik de hand voor de oo
gen. als werd hy duizelig en leunde tegen
den muur, bleek, getroffen, tèrwfjl by er
minstens tien jaar ouder uitzag.
De beide mannen zwegen langen tgd. 1 n-
deiyk nam do graaf het woord.
„Wy hadden het kind Maria Itosa Iris
dadeiyk tot ons genomen, toen toi .1
hare moeder het huis verliet," begon In
fluisterend, als raedegesleept door de herin
nering, „en dnar wij niet zonder huiveren
aan het verdriet konden denken, waaraan
dit: arme schepseltje in de wereld bloot zou
staan, wruueer zij voor allen zichtbaar bet
Kninftoeken droeg, zoo wnngdo ik een ha-
rep op de genade des konings. Met diens
goedkeuring volbrachten wy het vrome be
drog, dat een jong meisjesleven voor kom
mer en verdrisu bewaren wy brachten
het verhaal in omloop, d t de kleine Maria
Rosa van Ra.v< asb'erg gestorven was «m
brachten haar onder haar derden doopnaam
Iris als de tweeling van dn- eenig kind Sig
rid groot Ons teruggetrokken leven in Kaïn»
maakte de zaak heel eenvoudig daar ging
:y v. or 0:1 ze ov.d'e dochter door aan de
llaliannscho kust, waar wy vervolgens jaren
lang hebben gewoond, golden ze voor twee
lingzusters. Zy weten beiden niet anders,
zy hebben onze liefde beliooriyk gedcefil. Zoo
is Iris in zonneschijn opgegroeid, ver van
liet land waar ze geboren werd, en myn ee
nig gebod voor haar is dageiyks, dat zy
nooit te weten zal la men. wiens kind zy i9.
Maar den man. die haar hand begeert eu die
my een borg sohynl voor bet. geluk van
haar leren, ben ik nan myn eer verplicht,
de waarheid (c zeggen".
Vorst Hochwald knikte toestemmend.
„Vergeef me," zeide hy. terwtyl hy moeite
deed 0111 zijne tegenwoordigheid van geest
te behouden, „de slag kwam zoo plotseling,
zoo onverwachts God alleen weet, waar
hy ons, slerken der aarde, kan treffen en
legen den grond slaan."
„Een woord, dat maar al te waar is," ant
woordde de graaf ernstig. „E11", vervolgde
bij aarzelend, „eu weet Iris
j „Sedert gisteren in de villa Poggio",
antwoordde vorst Hochwald met een zucht.
..Zij beloofde mfne levensgezellin, mijn zon-
noschyn te worden
Hij brak kort af.
„Arme. kleine Iris," zeide de graaf zacht.
„Arm bloempje, dat ontloken is. om zoo
spoedig weer te verwelken, zy zal er mis
schien wel niet dadelijk aan sterven, maar
vergeten zal ze het nooit, zy heeft, zoo'n
diepzinnige natuur, even evenals hapc
vader. Arme. kleine Iris!"
Vorst Hochwald hief belde handen op, als
kon hy deze pflniyke woorden niet langer
aa nli oor en.
„Laat me gaan, graaf, 0111 het alleen te
dragen", zeide hy. „Tk heb rust noodig."
Na een korten handdruk ging Hochwald
heen en liet den graaf alleen met zijn pfln-
l'jke gedachten.
„In dien heb ik me ook vergist", dacht hy
bitter, terwgl hy den vorst nastaarde. „Ik
had hem voor sterker gehouden, voor vaster
in zyne gevoelens, vrijer in zflne vooroor-
deolen. Maar aan den anderen kant, heli
ik dan het recht dit alles voor myn lieveling
ic verlangen, zou ik dan werkeiyk kunnen
denken dat een man. een edelman-, zijn stam
boom zou ontsieren met het wapenschild,
dat door den beul gebrandmerkt is en 7.yn
naam met het Kalnsteeken? Neen, ik ben
onrechtvaardig tegen dezen man, voor wiens
oogen zich de erfopvolgiugs-theorie als een
zwart spook zal hebben afgeschilderd. Arme,
kleine Iris! Wat zal ik haar zeggen, wanneer
ze vraagt
Graaf Erlenstein had den vorst inderdaad
onrecht gedaan. Niet do naam Ravensberg.
niet de erfopvolgings-theorie hadden hem
voor liet oogenblik doen duizelen gedach
ten, herinneringen van geheel anderen aard
waren het. die pflniyker aan zyn hart
knaagden, dan de gier aan den geketenden
Prometheus. Alleen te zyn, geheel alleen,
vor uit het gewoel der stad, dat was
hoofdzakelijk zyn doel. Maar waarheen?
Waar is men alleen? Toen viel hem hot
Franciscanerklooster op den heuvel van Fie-
solo ln, binnen deze muren kwam zelden
oen vreemdeling.
(W«*dt. r«rv»l#d)i