it ECHO VII SET Z1IIKH.
No. 1">. Zaterdag 38 Febr. 102S. 51e Jrg.
TWEEDE BLAD.
DE STRIJD OM HET CONTROLE-
STEMPEL.
De actie welke sedert eenigen tijd in
de verschillende geledingen van hel
Schoenmakersbedrijf met kracht wordt
gevoerd men dcnke maar eens aan
de honderdduizenden verspreide circu
laires door de organisaties, aan de
openbare voordrachten van den heer
Donker en 1111 binnenkort de radio
reden van dhr. Fred Hoek zal 1111
nog meer verscherpt worden.
Men zal zich nog wel herinneren
den strijd die verleden zomer vooral
werd gestreden voor het Controle-
stempel.
Na cenige maanden van schijnbare
rust heeft zich dit vraagstuk weer
plotseling naar voren gedrongen en de
wijze waarop dit punt nu wederom in
de algemeene actie van 't Schoenma
kersbedrijf betrokken wordt, wijst er
op, dat de voorstanders meer dan ooit
voor hel L.C.S. zullen vechten.
In de periode van schijnbare rust,
laat ons zeggen van wapenstilstand,
heeft men, voorzoover nu te zien, we
derzijds gedachten uitgewisseld, met
een onvruchtbaar resultaat.
Opnieuw wordt nu 't „Onverzwaard
is goud waard", lot een brandpunt van
algemeene belangstelling gemaakt.
De stoot hiertoe gaf de „Zoolleer
commissie" van de Federatie van Le
derfabrikanten, die op 9 Januari 1.1. 'n
aantal conclusiën heeft aangenomen
inzake het stellen van normen voor
lederoverlading.
De strijd ontbrandt nu vooral 0111 de
slotalinea van de 3e conclusie, waarin
wordt vastgesteld, „dat het theoretisch
mogelijk is looistoffen in leder te bin
den, waardoor het stellen van normen
de oneerlijke concurrentie in de hand
kan werken".
Duidelijker had men voorzeker niet
het doodvonnis kunnen uitspreken
over het L.C.S., dat juist getoeste nor
men wil, om meer waarborg te bieden
i voor den lederkooper.
Als men deze derde conclusie van de
„Zoolleercommissie" goed leest, dan
ziet men dat zij inhoudt de mogelijk
heid om de bij het L.C.S. aangesloten
ledcrfabrikanten er van te verdenken,
looistoffen in het leder te binden, die
er niet in behooren en dus hel leder
onnoodig verzwaren.
Het vakblad „De Schoen", dal door
de genoemde conclusie weer tot den
strijd werd geprikkeld, teekenl in een
hoofdartikel van j. 1. Donderdag hier
bij aan:
„Deze looiers zouden dan niet beter
zijn als de anderen, maar ze hadden dit
voordeel, dat hun leder toch van een
controlestempel kon worden voorzien.
Daarmede hadden ze dan een voor
sprong op hunne collcga's-zoolleerlooi-
ers, want leder met een conlrolestein-
pel is het gevraagde reparatieleder.
In deze slotalinea zit iets dat in de
hand van den lasteraar een wapen
wordt van scherpe insinuatie. De eer
lijke looiers kunnen daarmede worden
gedupeerd, den eerlijken handelaar
kan daarmede een „hieb" worden ge
geven, de schoenmaker kan daarmede
i „in het zonnetje worden gezet", maar
bovenal, voor het L.C.S. kan zoo'n in
sinuatie storend werken. Want looi
stoffen in leder binden, boven de nor
men van 't L.C.S.. is misdadig en niet
op één lijn te stellen met „overladen"
in het algemeen. Waar dit laatste, zij
i het ook ten onrechte, voor enkelen tot
een economische gewoonte is gewor-
den, uitsluitend voor concurrentie-mo-
gelijkheden, kan er bij dezen van geen
opzettelijk bedrog sprake zijn.
Met deze 3e conclusie kon, niettegen-
staande dc onbenulligheid die er uit
spreekt, wantrouwen worden gezaaid
juist tegen den bonafide looier en dit
wordt nu ook met listige, kwistige
hand gedaan."
En het blad besluit met aan de Fe
deratie van Lederfabrikanten te ver
zoeken of zij de volgende verklaring
wil geven:
„le. dat de derde conclusie zooda
nig moet worden gewijzigd, dat de laat- plaats. (Algemeene instemming),
stc alinea, „waardoor het stellen van j Namens den Raad dankt dhr. A. v.
normen den oneerlijken handel kan in d. Wiel den voorzitter voor diens goede
de hand werken", als vervallen moet wenschen en hoopt dat ze in vervulling
worden beschouwd, totdat de waarheid
van het theoretisch veronderstelde is
bewezen;
2e. dat de Bond van Lederhandela
ren insinueert, als hij, volgens het jaar-
zullen gaan en do vergaderingen van
den Raad in prettige samenwerking ge
houden mogen worden. De belangen
door tien voorz. naar voren gebracht,
stelde de Raad op hoogen prijs. Ook
verslag '27, tien Secretaris laat zeggen, i verklaart spr. dat de voorstellen van
„dat volgens deskundig oortleel is uit
gemaakt dat het stempel niet strekt ten
bate van tien reëelen handel", omdat
zulks in het geheel niet uitgemaakt is."
GEMEENTERAAD.
DRUNEN.
De verbetering van zand en
keiwegen. Verharding van het
Kerkpad en aanleg rijwielpad
naar het Sempke.
Dc Raad der gemeente Drunen ver
gaderde Donderdagavond 16 Februari
j.l. ten Raadhuize, onder voorzitter
schap van den Edelachth. heer Burge
meester, Mr. H. J. M. Loeff.
De voorzitter opent tie vergadering
met den Christel, groet en trekt als j
stemmingsnummer 5, aanwijzende, dat
tie omvraag begint hij den heer Pijnen
burg.
Bij den aanvang tlezer eerste verga
dering in het nieuwe jaar, wenscht de
voorzitter allen een gelukkig en voor
spoedig 1928 en hoopt, dat dit jaar
voor de geheele gemeente vruchtdra
gend zal mogen zijn.
Loop der bevolking:
Geboren 108, er vestigden zich 152,
overleden 51, vertrokken 104.
Met een totale vermeerdering van
105, telde de gemeente Drunen op 1 Ja
nuari j.l. 3294 inwoners.
In 1927 werden 23 bouwvergunnin
gen verstrekt, waarvan 11 voor nieuw
bouw.
De Industrie.
De schoenindustrie gaf een ietwat
beter resultaat dan in 1926. Een minder
gunstig beeld geeft het land- en tuin
bouwbedrijf over 1927.
De voorzitter uit den wensch, dat
Gods besten zegen moge rusten op den
arbeid van den Raad en de geheele
1.
a.
b.
B. en W. steeds goed werden behan
deld. Spr. besluit met de hoop uit te
spreken, dal 't den voorzitter gegeven
moge zijn nog een lange reeks van ja
ren werkzaam te zijn tot algemeen wel
zijn van Drunen. (Algemeene instem
ming).
De voorzitter dankt.
Agenda:
Ingekomen stukken, waaronder:
Proces-verbaal v. kas opneming;
Verslag der arbeidsbemiddeling,
waaruit blijkt, dat er zich over 1927,
totaal 499 werkzoekenden hebben aan
gemeld
c. Goedgekeurde wijziging begroo
ting 1927;
d. Goedgekeurde begrooting voor 't
dienstjaar 1928.
Al deze stukken worden voor ken
nisgeving aangenomen.
e. Brief van den Commissaris der
Koningin, inzake aanschaffing van
brandblusch-apparaten.
Voorzitter. Door den Boerenbond zijn
hier reeds 50 apparaten geplaatst en ik
hoorde, dat er nog meer geplaatst zul
len worden. B. en W. hebben zich hier
omtrent nog verstaan met het Bestuur
van de Brandweer, dat ook van mee
ning is, dat aanschaffing van schuim-
bl u schappara ten hier nog niet noodig
is. Deze apparaten zijn vooral bedoeld
als blusschingsraiddel ingeva 1 van
brand bij benzine tanks, e.a.
Maar zoover zijn we hier nog niet.
B. en W. meenen daarom, dat er voor
ons nog geen termen aanwezig zijn,
om aan het verzoek van den Commis
saris te voldoen.
De Raad kan dc gevoelens van B. en
W. in deze wel deelen.
2. Benoeming leden van de Com
missie tot wering van schoolverzuim.
Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek vet boden.
CORRESPONDENTIE.
Miesje B Waspik Een nichtje dat
zóó keurig kan schrijven wil ik heel
graag in onzen kring opnemen.
Je hebt zeer goed je best gedaan
Miesje, maar 't lot was je niet gun-
s'ig Maar wie weet, een volgende
maal
Krijg ik nog eens een briefje van
je? Heel veel groeten Miesje.
Steven van D Raamsdonksveer.
ja S'even als ik tc beslissen had.
dan zou jij stellig een prijs hebben
gekregen. D'r was één klein foutje in
je oplossing Weliswaar behoorde je
dus ook onder de Jotelingen" maar
je weet dat vrouwe Fortuna zich niet
laat dwingen. Doch jij zult je niet
laten ontmoedigen voor een volgende
maal hé! Wil je ook eens probeeren
voor ons hoekje een opstel te ma
ken
|a Steven, mijnheer Tielen kent jou
vader ook heel goed! Voor jou, mijn
vriend, de stevige vijf.
70 L. Kaatsheuvel.
Ik had ik met jou gehoopt op een
prijsje voor je To, maar het geluk
was niet aan jou kant. Maar ik ben
er zeker van, dat mijn nichtje zich
hierdoor niet zal laten ontmoedigen,
maar ook een volgende maal weer
mee doet aan een of anderen wed
strijd van ons hoekje Of zou ik het
mis hebben To? Neen hé!
Heel graag ontving ik nog eens een
brief van je Dag To!
Bastiaan D. Sprang.
Geloof me Bas, ik was echt blij
voor jou, toen ik zag dat jij ook tot
de gelukkigen behoorde. Hartelijk dank
voor je schrijven. Ik wilde wel, goede
vriend, dat al mijn neefjes en nicht
jes zoo openhartig schreven als jij
Bastiaan ik geef je de verzekering
van mijn belangstelling en genegen
heid voor jou.
Ik vind het prachtig dat je Koos
10 pCt geeft en het overige spaart
Dat is een alleszins navolgenswaardig
voorbeeld Ik houd ook niet van jon
gens die snoepen en al op jeugdigen
leeftijd sigaretten rooken. Blijf jij
maar goed luisteren naar raad van je
vader en opa. Ik wensch je veel suc
ces met je studie, en ontving nog
eens gaarne een brief van je.
Koos D Sprang.
Wel m'n jonge neef je boft er dus
ook nog bij. Bas is dan toch maar
een goede broer van je En nu hij
zoo'n goed voorbeeld heeft gegeven
zal Jo jou ook wel een dubbel'je ge
ven. Ik zal voor jullie kleine manne
kens ook wel eens wat. raadseltjes
opgeven. Natuurlijk r.iet zoo moeilijk.
Is kleine Piat pas 2'/2 jaar Dan zal
het nog wel een jaar of vijf duren
voor hij ons hoekje begint te volgen
Tegen dien tijd behoor je al tot mijn
grootere neefs hé KoosjeDag Koos
Clasientje V. Waalwijk.
Geen dank, Clasientje. je verdient
werkelijk het prij-je. Ik heb er goede
nota van genomen, dat je een vol
gende maal weer zult meedoen. Daar
reken ik dan ook stellig op. Je moest
ook eens probeeren een opstelletje
voor me te maken Als het goed is
dan laat ik het in ons hoekje afdruk
ken. Probeer't eens. Zal je?Doewe-
derkeerig de hartelijke groete aan moe
en de zusjes.
Jan KWaalwijk.
Laat ik je eerst eens welkom heeten
Jan in onzen kring, die nog elke
week grooter wordt.
Ik weet van nabij, dat jullie thuis
gezamenlijk hard hebt geijverd voor
de oplossing van de „Echo puzzle".
Ofschoon voor jou de kans op een
prijs heel klein was, bleek het lot je
toch nog gunstig te zijn. Laat bij ge
legenheid nog eens iets hooren Jan.
Volgende week ga ik verder met
het beantwoorden der brieven.
Uw aller
OOM WIM.
ren, zoo maak ik diimaal een begin
met een heel mooi verhaal van den
Vlaamschen schrijver Ernest v. d.
Hallen.
Het is één van de wondermooie
verhalen uit het boek „Begenadig
den" van den schrijver, die voor ons
hoekje het recht van plaatsing hier
voor gat.
Misschien zijn er die na kennisma
king van dit eene verhaal (dat iknog
slechts verkort geefj gaarne het ge
heele boekje zouden wenschen. Wel
nu, dezulken kunnen hun wensch dan
te kennen geven aan het bureau van
„de Echo", Grootestraat, dat den ge-
heelen dag doorloopend geopend is
van 's morgens 8 tot 's avonds 8 uur.
Bij voldoende bestelling kan op
den prijs van het boekje, die toch al
niet hoog is, misschien nog wel een
extra korting worden gegeven.
Wij beginnen ditmaal met het ver
haal van Sinte Odrada, dit is als
een wondersprookje dat oude vrou
wen vertellen onder den heerd bij
schemeruur.
Ge most het geheel langzaam en
rustig lezen om er ten volle van te
kunnen genieten.
Ik geloof dat jongens en meisjes
vanaf 13 jaar de verhaalijes wel zul
len kunnen volgen.
Gaarne ontving ik brieven van mijn
nichtjes en neefjes waarin ze mij hun
oordeel zullen zeggen over dit werk.
OOM WIM.
Een mooi verhaal voor de
grooteren.
Daar ik weet dat ook grooteren ons
hoekje lezen en zelfs vaders en moe
ders met evenveel b langstelling de
jeugd—rubriek volgen als hun kinde-
Van Sinte Odrada.
door
ERNEST VAN DER HALLEN.
In de hooge zaal van het kasteel
van Scheps brandde knakkend het
houtvuur onder de wijde schouw. De
sombere zaal met haar eiken muren en
haar kleine smalle en diepe vensters
was half donker. Daarbuiten schoof
de stilte gerulschloos door de gangen
vol verwachting om wat gebeuren
ging. De peinzende portretten van
gemijterde abten en geharnaste ridders
en baroenen keken donker naar het
vuur dat vlamde en knakte, of er 'n
duivel in zat die grinnikend het vuur
aanblies en gedurig takjes brak en in
de vlammen wierp Rond de donkere
tafel stonden de stoelen te wachten en
te zwijgen en één enkel glasruitje in
'n venster klepperde zachtjes en onop
houdelijk. Ja, heel de zaal was In
verwachting om wat gebeuren ging
dezen nanoen en één witgekapte abdis
boven den zetel rechtover de deur,
vertelde fluisterend met één hand op
het getijdenboek vóór haar op latei*
wat ze had hooren vertellen dien
morgen door de dienders die de zaal
hadden klaargemaakt. Roerloos luis
terden daarrond de andere prelaten en
abdissen en geharnaste ridderen.
Odrada. de kleine mooie Odrada.
het allerliefste gravenkind en de
koningin van het donkere kasteel van
Scheps; Odrada, het zonneke in de
wijde slotgangen en de leeuwerik in
het ruischende park, de lieve Vrouwe
der slaven van den Heer graaf van
Scheps en de engelbewaarder van de
zieke helbewoners uit den omtrek;
de mooie, lieve kleine Odrada was
ten huwelijk gevraagd door een ridder
van een nabije kasieel en vandaag 7ou
in de grooie zaal plechtig de verloving
plaats hebben zoo de mooie kleine
Odrada tnee'emde.
l>at vertelde de witgekapte ab
dis, boven den zetel, fluisterend, met
één uitgestoken hand. Een stoel
kraakte eventjes, het vuur knakte
luiüei, en dc Daroenen ert gcrrnjieidc
abten kregen den krop in de keel als
ze dat treurige nieuws hoorden en
vielen roerloos in diepe gepeinzen
over hun sombere eenzaamheid en
hoe treurig het nu wel zou» worden
als de mooie, kleine Odrada weg zou
zijn uit het oude kasteel van Scheps.
Plois gaat de deur open en gansch
de stoet schuift binnen
Daar is de strenge graaf Hugo, de
genadige heer vdn Scheps en de ver
dere landen binnen Taxandrië de abt
van de abdij van Sint Ti uiden en deze
der abdij van Or.ze Lieve Vrouw ten
Woude de slotkapelaan en de mooie
kleine Odrada. licht en lief in haar
witzijden kleedje met purperen zoom
bij haar de abdis van de nabije abdij
der Zeven kruisjes, en daarachter een
gansch gevolg van jonkers en dienen
de knapen en edelvrouuen Ook de
jonge ridder Otto is onder hen hij is
jong en fier als een grieksche god,
en schoon is zijn hocld van manne
lijkheid en durf Hij is het die de
mooie edelt Odrada lot vrouw begeert
zijn oogen gaan geer» oogei blik van
haar af Het dwarrelt in zijn kop en
van gansch de menigte ziel hij enkel
Odrada En hoe langer hij haar ziet,
hoe meer hij zich voelt groeien in
overmoed en trots Odiacia zal nu wel
spoedig de zijne w iden en hij zal
de rijkste ridder zijn binnen de landen
van Taxardrië; de naburige ridders,
zijn vrienden, zullen hem zijn bruid
benijden en heel zijn leven zal een
zang van liefde en van glorie worden
Zoo droomt de jonge ridder Otto
van zijn toekomstig geluk dat voor
hem open klaart als zonbeschenen
verten. En de strenge graaf Hugo, heer
van Scheps, en de prelaten en de
abdis en de aalmoezenier en de edel.
knapen en de vrouwen gaan zitten,
en de stilte valt meteen in de hooge,
donkere zaal.
Graaf Hugo staat dan recht... Hij
is niet gewend, veel te sprekenook
nu zal hij kort zijn En met weinige
woorden zegt hij waarom hij hen allen
samenriep dat de jonge dappere graaf
Otto hem verzoekt zijn dochter tc
mogen huwen, en aldus de glorie der
beide familiën hoog te houden. Hij
wil hierover de meening kennen van
zijn vrienden, en verlangt dat zijn
dochter en den jongen ridder zich
schikken naar hun besluit.
Alle aftredende leden werden voor
deze zittingsperiode wederom herko-
•suojjgnj^ \iq^) 110 uuttdioa
K 'inun^o^ 'rooft un.\ j no.iooq
op 110 napuug -p -a -.qq -foj^ 'uoz
3. Voorstel van B. en W. tot wijzi
ging van het reglement van het Bur
gerlijk Armbestuur, in verband met
uitbesteding van personen.
In het reglement wordt nu nog op
genomen de bepaling dat geen der
huisgenooten geestelijk gevaar mag op
leveren voor den bestedeling.
4. Vaststelling suppletoir-kohier
hondenbelasting over 1927.
Wordt vastgesteld als ter tafel ge
bracht met een eindcijfer van 63.50.
5. Vaststelling vergoeding ingevol
ge art. 101 der L. O. wet 1920 voor de
Bijzondere Meisjesschool, over 1926.
B. en W. leggen een ontwerp-besluit
over, waaruit blijkt, dat de school door
214 leerlingen werd bezocht en de ge
middelde kosten per leerling 5.127?
bedragen. y
Overeenkomstig voorstel wordt de
vergoeding bepaald op 1096.75.
6. Vaststelling voorschot op de ver
goeding overeenkomstig art. 101 der L.
O. wet 1920, voor 1928.
Goedkeuring wordt gehecht aan hel
ontwerp-besluit waarbij 80 pCt. der
vergoeding wordt verstrekt, zijnde
885,60 voor de Meisjes- en 744.90
voor de Jongensschool.
De volgende punten worden gecom
bineerd behandeld.
7. Verzoekschrift van het Kerkbe
stuur van St. Lambertus tot het aanleg
gen van een harden weg naar het kerk
hof.
8. Verzoekschrift van C. Jehoel e.a.
tot verharding van het Kerkpad.
9. Verzoekschrift van J. v. d. Lee
e.a. tot het aanleggen van een verhar
den weg naar het Sempke.
Voorzitter. Wij zijn van oordeel dat
we de bestaande wegen, die in slechten
toestand verkeeren, eerst in orde moe
ten brengen, zooals bv. den weg naar 't
station, den keiweg. Deze wegen geven
werkelijk aanleiding om geleidelijk te
worden herzien. De. kosten hiervan zijn
niet gering en wij achten 't niet ge-
Beide abten spreken over het hu
welijk en zijn vele plichten, en over
den band tusschen den man en de
vrouw en de liefde die hen beiden
bindt. De hofkapelaan bevestigt dat
alles met een Instrmmend hoofdknik
ken en bedeesd waagt de biet ke abdis
een enkel woordje over den maagde
lijken staat D< ch ziet, daar staat de
mooie kleine Odrada recht zie hoe
I jong ze nog is: bijna een kind.— Zij
is schoon als een jong*- koningin, en
haar ooger» en haren zijn bruin als de
koninklijke hei bij winter.
„Heer vader, zegt ze er. haar stem
is vast als deze van eer manik zal
niet huwen, met graaf Ono evenmin
als met een ander: ik begeer maagd
te blijven en de bruid van Christus
alleen."
Zoo sprak dc kleine mooie Odrada.
Zie, ware de grond plois openge
scheurd onder htm, of de muren van
de zaal ingestort dan zou graaf Hugo
niet meer verbaasd geweest zijn dan
toen zijn dochter dat zegde. Beide
prelaten schudden afktu*erd bei hoofd
en de abdisse glimlachte blij gelukkig.
Dan heDbtn dv btlde abien wijze
woorden gezegd over de jonge jaren
van de kleine Odradaovei den roem
en het geluk van een mooi huwelijk
en over den rijken verloofde; doch
almaardoor schudde de mroie kleine
Odrada her hoofd En nadat graaf Hugo
lang gepensd had met een zoekend
harobewegtn in z'n baard en de edele
abdisse, graaf Hugo's nobele zuster,
vrome woeden had gesproken over
mogelijke irgevlrg G'dv c n d» zuiver
heid die Gooe welgevallig was. werd
er daar besloten dat de mooie kleine
Odrada niet zou ten huwtlijk gedwon
gen worden, maar vrij in zuiverheid
blijven leven thuis, tot radere teekers
duidelijk den wil van God over haar
zouden doen kennen.
Hue nu de edele jonge graaf Otto
dat besluit aanhoorde, weet ik rif
over hem schrijft de kror ijk overigens
weinig woorden. Doch meer. helaas,
schrijft de kror ijk over het lijden dat
nu begon voor de mooie kleine Odrada.
(Wordt T«rrolgd)
OUDERS, LEZEN OOK UWE KINDE
DEREN ONS JEUGDHOEKJE?