Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Bel Buis der Stille Mo. S l PASCHEN. PASCHEN. FEUILLETOM TfollóJld §1 ieróchaff V a/s bi/verdie risk breimachine, NUMMER 26. ZATERDAG 30 MAART 1929. 52e JAARGANG. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO. DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN. EERSTE BLAD. Nog ligt in vroegere schemeringen het dal gehuld, van vochte, nevelige dingen is d'aard vervuld, de bergkruin, langer niet te dwingen, straalt zonverguld. Nog dragen die hun tenten bouwen in 't lage land, de huivering van kruis en rouw en doorboorde hand maar d'opgeheven oogen schouwen Gods zonnebrand. Nog toeft 't verslagen hart te drinken het nieuwe licht, tot van dien glans onz' oogen blinken omhoog gericht, en, God, elk duister doet verzinken Uw zongezicht. van Eet strijdtooneel, met roem en buit beladen, ijlden ze hem vooruit naar Jerusalem en als een donderslag klonk hun verschrikkend „Hij leeft" den boozen daar in de ooren. Jezus van Nazareth, de prediker dei' leert van liefde, de godsgezant. De mar telaar, Dien juichend zij omstuwden, toen Hij zijn kruisgang ging, Jezus v. Nazareth is uit zijn dood herrezen ont zettend schoon van glorie. Nu is het Huis van God vol liederen geluid. Den treurzang, dien wij bij Zijn sterven schreiden, wordt daverend weg gedrongen door het feestelijk triomf- Halleluja. Als een jubeling van liefde, licht en leven, als een bazuinenfeest, schallend van machtigen klank, juicht het he melwaarts, hooger, breeder, immer blij der, het daverend Paaschgezang den triumphater tegen. Alleluia! Hij is verrezen! De poor ten des hemels zijn opengegaan, en goud glanst de weg ,er naar heen! De dood ligt verwonnen door Chris- DUCO VORSTER. Voorbij zijn rouw en bloedbedekte schande, voorbij de geeselpijn en door- nenkrans, het hemelsch leven van den Zoon Gods glanst van glorie, de glorie van den eeuwigen Zoon des Vaders, vol van gratie en van waarheid. NAAR HET ENGELSCH. J. SCHEEPENS. 53. HOOFDSTUK XXV. OP KASTEEL LITTIMER. Indien men aan vijf inwoners van de bezitting Littimer de vraag had ge steld, wat zij elk persoonlijk dachten van den bezitter van de heerlijkheid Littimer, zou men ongetwijfeld ook van elk hunner een zeer verschillend antwoord hebben gekregen. Een vrouw zou misschien gezegd hebben, dat een nobeler en beter man nog moest gebo ren wordenhaar buurman zou u heb ben verklaard, dat Lord Littimer een hart had van steen, en boer George zou u verteld hebben hoe de landheer in zijn keuken onder gezelligen kout een glaasje bier had gedronken: hoer John daarentegen zou u hebben verze kerd dat de heer van Littimer een meedoogenloos, hardvochtig man was, zonder een greintje gevoel voor de menschen in zijn dienst als knecht of als pachter. En ge zoudt na een uur nog niet hebben geweten, waaraan u te hou den, en alle menschen in het dorp hebben aangezien voor zelfzuchtige Jesu, rex admirabilis Et triumphator nobilis! Jezus, Koning van wondermacht, overwinnaar goddelijk groot. Met ontzettenden kreet zijn de wachters van de grafplaats gesneld. Gelijk gevangenen voor den zegewagen van den triumphator, die terugkwam schepselen, zich alleen bemoeiend met hun eigen zaken en belangen. Misschien hadt ge Lord Littimer zelf wel op uw weg ontmoet, gezeten op zijn prachtig zwart paard, klein en bruin als ver geeld ivoor, met oogen fonkelend als diamant. Den eenen dag scheen hij bijna als een jongen zoo jeugdig, en dan lag er een glimlach van tevredenheid en ge luk over zijn perkamenten gelaat. En een anderen dag zat hij mistroostig voorover gebogen in het zadel, als tot een hoopje verschrompeld, een oude, verdrietige man, geknakt door de zor gen en de wederwaardigheden van het harde leven. Kortom, hij was een man van tegenstellingen, .veranderlijk als de hemel in April en ongestadig van temperament en hardvochtig, juist om dat hij wist dat iedereen geweldig bang voor hem was. Hij bezat boven dien een tong, zóó scherp en fel, zoo puntig en geslepen, dat hij er mee verwondde en schrijnde. Soms ge beurde 't dat hij zacht als 'n lam werd onder de vermaningen van den dorps geestelijke, en op dienzelfden dag kon hij van zijn paard springen en een of anderen strooper een geweldig pak slaag toedienen. Soms kreeg de predi kant alles van hem gedaan., en een andere maal maakte hij den goeden man het leven &oo zuur, dat hij voor de eer bedankte om nog langer zijn lordschap te dienen. Wat natuurlijk telkens opnieuw weer werd bijgelegd, zoodat beiden ten slotte toch goede vrienden waren, ofschoon de predikant steeds een warm verdediger was ge bleven van de lady Littimer. Maar niemand scheen iets te weten van dat somber schandaal. Men wist dat er tus' triomf. De zonne klaart den he mel vol met zuiverst lentelicht. Het dreunt alom in de klokkenklan- ken, het stuwt over de aarde in zan gen van dank: het lied van de zege; Den Christus Heil! Ons Paaschlam is Christus en Pa- schen is jubelen, het is gelooven, ho pen, minnen, het is herrijzen en leven, den langen blijden dag van zielejubel der Kinderen Gods. Paschen spreekt ons van Zijn liefde en Zijn troost„Zeg ons, Magda lene, wat zaagt gij alleene? De groe ve van Christus, die leeft, de glorie die Hem omzweeft, Christus, mijn hoop, is opgestaan en zal u voor naar Galilea gaan". Magdalena, ze was een zondares ge weest, maar, herboren, had ze veel be mind, en op dei^smartenberg stond ook zij, in haar liefde trouw, bij Jezus in het lijden. En Jezus wendt met zijn troost en Zijn liefde tot haar zijn eer sten gairg. En zij herkende Hem, de ziel vol plotseling licht, en strekkend de armen naar haar troost in het lij den, zegde ze haar gansche ziele uit in het zoete woord „Rabboni" „mijn Le,e- raar", haar leeraar in de liefde Gods. Petrus, hem was zoo wreed de droef heid in de ziel gekomen, sinds hij, den lijdensdag, dien blik opving in het vroege morgenuur, bij het kraaien van den haan, na zijn verloochening. Ook hem trad Jezus met zijn erbarmen te gen iii de zonne van den Paaschmor- gen. En blijheid straalde door die tra nenvolle oogen, en liefde en hoop klaarden de schreiende ziel: het was de Meester, zijn Christus, Dien hij on danks alles beminde, dien hij beleden had in vurig geloof en liefde, de Zoon van den levenden God, zijn verlosser. PaschenHerrijzenis! En Jezus gedenkt ons allen in zijn glorie-ston den, zooals Hij ons gedacht op Zijn lijdensdag; toen bad hij voor ons om vergeving, nu wijdt hij tot scheppers per wee/ zeven jaar geleden op het kasteel ean ontzettende scène zich had afgespeeld en dat lady Littimer en haar zoon toen het kasteel hadden verlaten om er nimmer meer terug te keeren. Lady Littimer moest ergens in een krank zinnigengesticht verblijven, zoo zei men en de zoon was de wijde wereld ingetrokken. En wanneer Lord Litti mer stierf, zou de gansche bezitting, het kasteel incluis het eigendom wor den van den neef van mevrouw Litti mer, mijnheer Reginald Henson. Ondanks die ontstellende schaduw, welke over de familie der Littimers hing, was Lord Littimer nog geen zier veranderd. Hij was zoo mogelijk nog slechts wat prikkelbaarder geworden, en zijn tong wat scherper en losser. De bedienden zouden hebben kunnen getuigen van sombere buien van hun meester en dagen van diepe terneer geslagenheid en verdriet, en dan was- het, alsof de schaduw des doods zweefde over het gelaat van hun mees ter. Weinig menschen waren in staat beter hun leed te dragen, en juist om dat Littimer het meestal zoo goed wist te verbergen, waren er dagen, waarop het dubbel zwaar op hem drukte en hij er dieper van leed. Welk leed dit was, en aan welke smart hij leed, zul len wij te zijner tijd zien. Er waren in Engeland weinig bui tengoederen, schooner dan kasteel Littimer. Het huis verhief zich op een vrij hoog tafelland met groote bos- schen. op den achtergrond, een vrij snel stroomende rivier liep voorlangs een aantal terrassen, welke naar den ingang voerden, terriijl aan de linker zijde een muur van rotsen als een na tuurlijke bescherming van den zeekant af, zich wel bjjna tweehonderd voeten boven den zeespiegel verhief. Aan den rechterkant strekte zich terras na ter ras uit, beschaduwd door hangende tuinen en verloren gaand in 'n schit terend park, waarin een kudde herten was ondergebracht, misschien de ee- nige kudde van dien aard en omvang in den ganschen omtrek. Wanneer de zon scheen op de grijze muren, was 't alsof ze beschilderd waren door een kundige hand, zoo zacht werd overal het grijs en rood en blauw getemperd. In het uitgestrekte kasteel zelf was een complete kunstgalerij onderge bracht. Honderden schilderijen en prenten en gravures waren daar te bewonderen. Ook de gangen- en trap— penmuren waren met schilderijen van groote meesters bedekt, terwijl in de verschillende salons en slaapkamers schatten van de meest verscheiden soort en waardevolle kunstvoorwerpen zich bevonden. Wanneer het electrisch licht dan was aangestoken, schitterde alles met grooten luister en bood het geheel een tooverachtigen aanblik. Aan de meeste schilderijen in de kunst galerij was een of andere geschiedenis van oorsprong of waarde verbonden. Lord Littimer had verschillende liefhebberijen, doch geen enkele boeide hem zooals deze laatste. Er bestond een verzameling van honderden ver schillende vogels, door hem in alle we- reljddeelen geschoten, overal hingen of lagen de huiden der neergelegde wilde dieren, de jachttropheeënmaar waar de meester het meest belang in stelde, was de omvangrijke, kostbare schilderij en verzameling. Dat was het groote vermaak en de groote afwisse ling in zjjn eenzaam leven. van het leven zijn priesters, opdat zij het hergeven zullen, het leven, aan zwakken en zondaars, die terngkeeren naar Zijn liefde en als Magdalena veel beminnen en als Petrus in boeteleed hun schuld beween en. Paschen, vreugdig zonnefeest, dat kleur geeft aan ons leven. Surrexit Christus, spes mea! Als een lied, ons door den Christus voorgezongen, ruischt het ons door de ziel, een lied van hoop op Hem, die de wereld over won, en met ons is, en bant de vreeze. Sterkende, machtige Alleluia-zang. Paschen, ons zegefeest. Onze harten zijn opengegaan en het licht en de warmte zijn binnengestroomd, licht van geloof en gloed van de liefde, die Christus is. Dwaas wie norsch de stralen weertover hem gaat de zonne heen, en de schaduwen die ze achter laat, zijn de schaduwen des doods. Wij gaan den Christus na de weg is zonbeschenen en dragen stil ons kruis,, den Heiland volgend en kussen blij Zijn hand, die ons de glorie wijst. Thans stapte hij door de galerij naar het uiteinde van de zaal, waar zich 'n groote erker bevond, met een raam van in lood gevat gekleurd glas. Het zonlicht dat er met volle bundels door werd geworpen, deed de heerlijke gla zen schijven schitteren als edelgesteen ten met purperen, blauwe en gouden glanzen. Aan een fraai gebeeldhouwd schrijf bureau werkte een typiste. Het zou 'n schoonheid geweest zqn, ware het niet, dat zij heur haren ver schrikkelijk stijf in twee groote vlech ten rond de slapen had gedragen en haar oogen niet overschaduwd waren geweest door een grooten, dubbel ge slepen bril met donker hoornen mon tuur. Haar fraai gevormd ovaal gelaat was eer bleek van kleur, maar achter de brilleglazen vonkten een paar don kerblauwe oogen vol leven en. geestig heid, vol durf ook en energie, vol on dernemingslust, welke laatste hoeda nigheden ook spraken uit de scherp geteekende trekken om de fijne lippen. Dat had ook Lord Littimer wel ge zien, even goed als hij had opgemerkt, dat zijn secretaresse even goed had kunnen werken zonder de weinig ver fraaiende brilleglazen. Een secretaresse, tevens archivaris,, was een nieuw idee van lord Littimer. Hij had een ontwikkelde hulp noodig voor het classificeeren van zijn vele schilderstukken en prenten, en hij had dit den predikant al eens meegedeeld. Hij moest daarvoor een dame hebben, die van ernstig werken hield, een ver standig, gevat meisje, dat niet bang voor hem moest zijn, maar ook wel met een weinig zin voor critiek en humor: een Amerikaansche zou wel het beste 4jn! (Wordt vervolgd.) De Echo van het Zuiden, Waalwykscbc en Langstraatsche Courant* Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnemen tsprtj s per 3 maanden 1.25. Franco per post door het geheele rjjk 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, en*, franco te zenden aan den Uitgever. Prfls der AdvertentlBn 20 cent per regel; minimum 1.50. BU contract flink rabat. Reclames 40 cent per regeL Advertentlën moeten Woensdag en VrUdag des morgens om uiterlijk 9 uur ln ons bezit eUn. van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". I CHÏM A56£TAJjnG5SV3TEEfiJWlKf COnTMft lOO^goswooceR oah bu omt cencustrain

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1929 | | pagina 1