Toegewijd aan Handel, industrie en Gemeentebelangen.
De Wijziging der Ziektewet.
FEUILLETON
NGDRDBRABATID
NUMMER 31.
WOENSDAG 17 APRIL 1929.
52e JAARGANG.
„Uns
Dit blad verschuilt
UITGAVE;
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO.
wt
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
Wij vinden in «De Nederlandsche
Werkgever" 't volgende artikel
Nu de behandeling van het wets
ontwerp tot wijziging der Ziektewet
in de Tweede Kamer achter ons ligt
en dit wetsontwerp, behoudens zuiver
redactioneele wijzigingen bij tweede
lezing, geen veranderingen meer kan
ondergaan, hebben wij de vraag, of
het ontwerp in zijn definitieven vorm
acceptabel voor ons is, ernstig onder
de oogen gezien en zijn wij tot de
slotsom gekomen, dat die vraag be
vestigend door ons kan worden be
antwoord. We spreken het vertrouwen
uit, dat ook de Eerste Kamer het zal
aanvaarden dat de Tweede Kamer
dit zal doen staat thans reeds vast
en dat het niet te lang zal duren, eer
de wet in werking zal treden. Het is
zeer gewenscht, dat er aan de on
zekerheid, welke op het gebied der
ziekteverzekering sinds 16 jaren
heerscht, nu eindelijk eens een einde
komt en dat er voorde zieke arbeiders
een definitieve regeling komt voor de
uitkeering van ziekengeld. We zien
niet voorbij, dat er in de overgroofe
meerderheid van de bedrijven reeds
zeer voldoende voor de zieke arbeiders
gezorgd werd, maar tevens erkennen
wij. dat nu men deze aangelegenheid
eenmaal wettelijk heeft willen regelen,
de spoedige invoering van deze re
geling in zekere mate bevrediging zal
kunnen schenken.
Wanneer wij dit zeggen, dan be
kruipt ons daarbij het onaangename
gevoel, dat dit weer tegen ons zal
worden uitgebuit door zekere politici,
die gewoon zijn, indien een wetsont
werp niet èl hun wenschen bevredigt,
NAAR HET ENGELSCH.
J. SCHEEPENS.
58.
„Ik moet n zeggen, dat u lieel koel
bloedig en handig optreedt!" sprak zij
na een oogenblik. „Gij zijt twee gauw
dieven, die hier gekomen zijt om Lord
Littimer van zijn kunstschatten te be-
rooven. Het gelukt mij, een van beiden
gevangen te nemen en die wordt on
middellijk gepromoveerd tot den zoon
van den eigenaar van het kasteel! Ik'
ben nogmaals gelukkig en knip ook
nummer twee en die verklaart zich
waarempel een der oude vrienden te
zijn. van hun onvrij willigen gastheer!
't Is fraaiEn u gelooft werkelijk, dat
ik geloof hecht aan dat sprookje?"
„Ik moet u toegeven, dat de schijn
tegen ons is", zei Henson. nederig,
„maar het is toch de waarheid".
„Inderdaad? Maai* waarom zijt ge
dan niet door de voordeur binnenge
komen? Voor iemand van uw zwaarte
en omvang moet die zeer eigenaardige
manier van hier binnenkomen uiterst
gevaarlijk zijn! En vermoeiend
voegde zij er glimlachend bij.
„Ik denk dat ik het u maar eens dui
delijk moet vertellen sprak Henson
tenslotte met een! glimlach, die volgens
op de scherpste wijze daartegen te
fulmineeren en die dus allicht, wanneer
wij verklaren dit wetsontwerp te aan
vaarden, zullen zeggen dit moet wel
een regeling zijn naar het hart der
werkgevers; hun bezwaren tegen ver
schillende bepalingen van het wets
ontwerp waren dus slechts voorge
wend en moesten slechts dienen om
de volksvertegenwoordiging ervan te
weerhouden in nog meerdere mate
tegemoet te komen aan de wenschen
der arbeiders.
Omdat wij een dergelijke verkeerde
uitlegging van onze woorden vreezen,
hebben wij een oogenblik geaarzeld,
of wij bij het geven van onzen eind
indruk van het ontwerp wel voorop
zouden stellen, dat wij adviseeren het
te aanvaarden, als onder de gegeven
omstandigheden de meest aanneme
lijke regeling. De politici, op wie wij
het oog hebben, moeten echter niet
vergeten, dat wij zeer ernstige be
denkingen hebben tegen verschillende
belangrijke onderdeelen van de rege
ling en dat wij sommige bepalingen
uit principieel oogpunt zelfs volkomen
onjuist achten. Wij willen daarbij op
twee voorname punten de aandacht
vestigen. In de eerste plaats is, door
de verwerping van het amendement
van den heer van Gijn, de mogelijk
heid uitgesloten, dat
voor jeugdige arbeiders
lager ziekengeld
wordt bepaald dan voor andere. De
argumenten, welke daarvoor in het
adres van ons Verbond waren aange
voerd en die nader op uitnemende
wijze door den heer van Gijn zijn
uiteengezet hebben niet geholpen.
Ofschoon de Minister zelf verklaarde,
dat die argumenten indruk op hem
hadden gemaakt en hij het amendement
dan ook aanbeval, heeft de Kamer het
anders gewild. Toch waren de argu
menten, tegen de mogelijkheid van
dit onderscheid in ziekengelduitkee-
ring aangevoerd, zoo zwak en gaven
zijn meening al heel vertrouwelijk en
vriendelijk moest zijn. „U weet zeker
wel, dat aan die Rembrandt-ets een
geschiedenis is verbonden. Het is een
maal den tegenwoordigen eigenaar
ontstolen geworden eh ik heb altijd be
weerd, dat het nog ééns zal gebeuren.
Zelf heb ik Lord Littimer meer dan
eenmaal gezegd, het schilderij te laten
vastzetten."
„Wat moet u me dan dankbaar zijn,
dat ik het tenslotte wist gedaan te
krijgen
„Zóó: ge zijt wel cynisch en spot
ziek, beste jongedame, maar dat is
heelemaal niet aardig voor zulk een
jonge en, e schoone verschij
ning! Ik kwam hier om mijn familie
lid te bezoeken en zijn zoon vergezelde
me
Hier rustte hij even uit, in werke
lijkheid om na te denken over hetgeen
hij nu zou zeggen.
„Ik wilde vrede stichten", ging hij
dan voort op zoetsappigen toon, „vrede
tusschen vader,en zoon. Maar dat zijn
familiezaken, welke ik ik hoop dat
u het mij niet kwalijk nemen zult
niet tegenover vreemden kan blootleg
gen. Onze trein was,laat, want in het
andere geval zouden wij reeds lang eer
hier zijn geweest. Toen we hier aan
kwamen, „kreeg ik opeens een idee, om
Lord Littimer een lesje te geven voor
zijn zorgeloosheid. Het was mijn idee
om hier binnen te klimmen, de Rem-/
brandtets te stelen en kalm mijn
slaapkamer op te zoeken, waar ik ge
woonlijk mijn intrek neem. En den
volgenden morgen, als de verdwijning
van de Rembrandt zou zijn geconsta
teerd, zou ik eenvoudig alles verteld
ze zoo zeer blijk van onzaakkundig
heid, dat het een enorme ontgooche
ling voor ons is geweest te moeten
constateeren, dat de Kamer daarmede
meeging. Wij zijn nog overtuigd, dat
de gevallen beslissing volkomen ver
keerd is en in strijd met het belang
van ons volk.
In de tweede plaats wijzen wij op
het onverantwoordelijke besluit,om 4
per duizend van het verzekerd loon
bedrag als extra-bijdrage aan het pro-
phylaxefonds van de werkgevers te
eischen ten behoeve van de ziekte
verzorging.
Het schijnt waarlijk, alsof een deel
van onze wetgevende macht de meening
is toegedaan, dat een werkgever een
wezen is, wien het geld op den rug
groeit, zoodat men slechts zijn hand
heeft uit te steken om het eraf te
plukken. Volkomen geïmproviseerd
was de regeeringswijziging, waardoor
deze extra bijdrage werd geïntrodu
ceerd. Zij was toen op ten hoogste
2 per duizend bepaald. In een avond
vergadering verdween onverwachts
het „ten hoogste" en werd het bedrag
hebben. Daarom kwam mijnheer Litti
mer aldus hier binnen, en volgde ik
hem toen ik hem niet zag terugkeeren.
Het was eigenlijk dom van me, en het
slot is geweest een zeer vernederende
scène voor mijIk verzeker u echter,
dat dit alles is."
„Niet heelemaal"sprak Christabel
langzaam. „Er is nog iets anders!"
„En wat z°u dat zijn. mijn lietA
jonge dame?"
„U zult uw geschiedenis moeten ver
tellen aan Lord Littimer, alvorens u
ter ruste te begevenIn Engeland toch
kan men mogelijk een dergelijk ver
haaltje gelooven, maar in Amerika
gaat het niet op! Daar gelooft men
dergelijke sprookjes niet!"
Maar m'n beste jonge dame, ik bid
u ik smeek u
„U is niet wel bij het hoofd mijnheer.
Ik zou u zoogenaamd rustigjes naar
bed laten, gaan en morgen zoudt ge bei
den verdwenen zijn, na hier* den heelen
boel geplunderd te hebben? Neen,
mijnheer
Henson kwam ineens woedend op
haar af. Thans had hij zijn gewone
voorzichtigheid uit het oog verloren en
vergat zichzelf.
Doch het jonge meisje richtte vast
beraden en snel haar i'evolver op hem
en vuurde tot tweemaal achtereen snel
over zijn schouder heen. De kogels
sloegen achter in de zaal tegen den
muur en het schot veroorzaakte een
geweldige holle echo in de groote zaal
en del daarop uitkomende breede gang.
Het was alsof de donder in huis'was
ingeslagen. In de verte werd een slaap
kamerdeur geopend en een stem riep
wat er aan de hand was.
maar even verdubbeld.Als men in het
veen is, ziet men niet op een turijel
„Wat de Ziektewei beueff'aldus
de Minister in zijn Memorie van Ant
woord aan de eerste Kamer inzake
de begrooting van zijn Departement
„spreekt het wel vanzelf, dat bij
den stand van het vraagstuk, gelijk
die in Maart 1926 werd aangetroffen,
slechts een uiterst voorzichtig en
tastend beleid
hoop op welslagen kon doenkoesteren.
Werd met dit tastend „tastend"
beleid soms gedoeld op een „tasten"
in de zakken der werkgevers?
Doch scherts terzijde. Ziet men dan
niet in, dat al die bijdragen -- voor
de premie, hoe men ze ook verdeelt
over werkgever en arbeider geldt het
zelfde, zooals de heer van Gijn in het
licht heeft gesteld economisch
enkel en alieen uit het bedrijf komen
en dat men dus hier te doen heeft
met het leggen van weereen nieuwen
last op het bedrijf? Of alie bedrijven
ook dus de grensondernemingen
die voortdurende lastenverzwaring
kunnen dragen, betwijfelen wij in
hooge mate. Wij betreuren de ge
vallen beslissing dan ook meer dan
wij kunnen zeggen.
Resumeerende willen wij zeggen,
dat wij ondanks de zeer groote be
zwaren, welke wij tegen het ontwerp
hebben, van meening zijn, hei toch te
moeten aanvaarden. De politiek heeft
nu reeds lang genoeg met dit arbeiders
belang gesold, het wordt tijd dat
daarmede niet langer politieke winst
kan worden behaald. Wij hebben een
andere opvatting van algemeen belang
dan degenen, die zich zoo lang en
met zooveel genoegen met dit politieke
spelletje onledig hebben gehouden.
Wij willen niet, dat ons parlement op
dit terrein nog langer den arbeiders
steenen geeft voor brood. En daarbij
willen wij toonen. dat de werkgevers
bereid zijn zich voor een behoorlijke
wettelijke ziekteverzekering der ar-
„Ik geloof dat we nu de poppen aan
liet dansen liebben!" zei Christabel
ijzig kalm.
Henson liet zich weer in zijn zetel
vallen en kreunde en bromde tegelijk.
I Heel kalm, gekleed in een zijden pya-
ma, een revolver van zwaar kaliber in
de hand, kwam Lord Littimer in de
i gang aangestapt. Een paar nieuws-
gierige bedienden volgden hem, doch
j toen hij met een oogopslag gezien had,
wat er in de groote zaal te doen was,
zond hij hen met een gebiedend hand
gebaar terug, omdat zij volgens hem
met het geheele geval niets te maken
hadden.
„Mejuffrouw Lee sprak hij, met
een zachte overdrijving in zijn stem,
„en mijn dierbare neef en vriend Re
ginald Henson Reginald Henson,
de toekomstige bezitter van Kasteel
Littimer en verdere bezittingen! Wel,
wel
„Dat vertelde hij me tenminste,
maar ik wilde hem niet gelooven
sprak Christabel langzaam.
„Zoo zijn meisjes op haar leeftijd nu
eenmaal", merkte Lord Littimer glim
lachend op, en dan wendde hij zich tot
zijn neef: „Reginald, wat heeft dit te
beteekenen?"
Mijnheer Henson schudde onrustig
het logge hoofd: hij gevoelde zich vol- j
strekt niet op z'n gemak. „De jonge j
dame wilde me beslist aanzien voor
een inbreker", bromde hij.
„Was er voor mij een enkele reden,
om dat niet te doen?" vroeg Christa--
bel. „Ik wilde juist naar bed gaan,
toen ik beneden mijn vensterraam
stemmen hoorde en voetstappen over
liet grint, al gebeurde het nog zoo
beiders evenzeer offers te getroosten
als zij dit reeds jaren in hun over-
groote meerderheid voor de zieken-
gelduitkeering aan hun arbeiders
geheel vrijwillig hebben gedaan.
BINNENLAND.
WILLEM MENGELBERG VRAAGT
ONTSLAG.
Naar het Handelsblad van Zaterdag
avond uit Den Haag vernam, heeft dr.
Willem Mengelberg aan het bestuur
van het Concertgebouw' te Amsterdam
een schrijven gericht, waarin hij tegen
1 September a.s. zijn ontslag neem^i als
leider van liet Concertgebouw-orkest.
De reden van dit ingrijpende besluit
moet enkel en alleen worden gezocht
in het feit, dat dr. Mengelberg sinds
jaren z.i. buitengewoon onbillijk door
den fiscus wordt behandeld, die hem
dwingt tot het betalen van dubbele be
lasting.
Immers, hoewel dr. Mengelberg tij
dens zijn jaarlijksch verblijf in Ameri
ka een zeker percentage van zijn daar
te lande getoucheerde gage in, de Arne-
rikaansche schatkist moest s.torten,
wordt de Amerikaansche gage hier te
lande ten tweeden male verdisconteerd
in dien zin, dat ook de Nederlandsche
fiscus daarvan belasting heft. Hoewel
reeds eenige keeren verhaal werd ge
zocht tot in de hoogste instantie,
werd nog nimmer eenige restitutie
verleend, aldus het Handelsblad.
DE 20.000ste BIJ PHILIPS.
Maandag deed de 20.000ste arbeider
zijn intrede in de Philipsfabrieken te
Eindhoven. Om kwart voor 12 werden
op de| vele fabrieks- en kantoorgebou
wen de vlaggen gehesehen en gierden
de sirenes, ten teeken dat het gedenk
waardige oogenblik, een mijlpaal in
den ontwikkelingsgang van de groote
nationale industrie was aangebroken.
De 20.000ste werd bij het binnenko
men in de fabriekspoort begroet door
voorzichtig. Toen ben ik met mijn re
volver de gang ingegaan, omdat ik
aan het ruischen der blaren hoorde,
dat een der mannen tegen het, klimop
langs den muur omhoog kwam en ten
slotte in de corridor belandde. Ik
hield hem met mijn revolver in be
dwang en heb hem in een slaapkamer
opgesloten
„Twee vliegen dus in één klap!"
lachte Littimer, ten zeerste vermaakt
door de koele en daardoor grappige
wijze van vertellen van zijn secretares
se.
„Toen kwam nummer twee. Die wil
de de Rembrandt-ets stelen!"
„Niets van waar!" schreeuwde de
gehate Henson. „Niets van waar! Ik
wilde u een lesje geven, lord Littimer,
anders niet! Mijn plan was hier door
het raam binnen te dringen, den Rem
brandt te ontstelen eni u de heele zaak
te vertellen, wanneer u tot de ontdek
king zoudt gekomen zijn van den dief
stal! Mijn karakter laat toch geen twij
fel over!"
„Kereltje!" sprak Lord Littimer op
vermanenden toon, „Ge zijt nog zoo
jong, zoo onervaren en voortvarend,
ReginaldWat zouden je toekomstige
onderhoorigen hebben gezegd, als ze
je zoo hadden zien kruipen langs het
klimop? Het zijn allemaal ernstige
menschen, die de zakenj ook ernstig be
schouwen. Dat zou een prachtig onder
werp voor een spotprent; zijn, m'n jon
gen Ik ben in staat om het gegeven
zelf aani de pers te verschaffen!"
Littimer had plaats genomen op 'n
bank en schaterlachte van puur ge
noegen.
Wordt vervolgd.
De Echo van het Zuiden,
WaalwQbscbe en Langstraatscbe Courant*
ij
Prfls der Advertentiën
WOENSDAG en ZATERDAG.
20 cent per regel; minimum 1.50,
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ens.
franco te zenden aan den Uitgever.
BtJ contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentiën moeten Woensdag on Vrfldag
des morgens om uiterlijk 9 uur In ons bezit
zfln.
„DB BOBO VAN HET ZVIDBN".
fWJSCHAPPy VAN VERZEKERING OP HET LEVEN