Toegewijd aan Handel, Industrie en Cemeentebelangen.
iifiSêf
m
NGORDBRABATiD
<9WML\VLRtëj&
FEUILLETON
i
Holland
ONS KERKORGEL.
St. Michiei.s-Gestei..
Jn felHoekje vein Jen/taarty
Runt aijye/olverdienenj.
NUMMER 36.
ZATERDAG 4 MEI 1929.
52e JAARGANG.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-Adres: ECHO.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD.
in.
Wanneer het gaat over de restau
ratie van een bestaand orgel, dan
komt men vanzelf voor velerlei moei
lijke kwesties te staan: wat moet er
van het oude materiaal behouden blij
ven wat moet er vernieuwd wor
den wat moet er aan de inrichting
verbeterd of veranderd worden
wat moet er aan uitgebreid worden;
waarbij zich voor den orgelbouwer
weer de moeilijke opgave voegt, om
het nieuwe met het reeds bestaande
in volkomen gelijkwaardige overeen
stemming te brengen; allemaal
punten, waarop vooral de eischen des
tijds met zijn vooruitgang inzake
techniek, veranderde omstandighe
den van plaats, ruimteverhoudingen
en acoustiek van zeer grooten in
vloed zijn, en welke men met vaklui
wel terdege onder de oogen behoort
te zien. Vooral bij ons orgel is dit ge
boden; immers, toen wij aan de hand
van het parochiaal archief en andere
gegevens de geschiedenis van het or
gel nagingen, kwamen we tot de ont
stellende ontdekking, dat het groot
ste gedeelte van het werk reeds zéér
oud is. Vroeger had men altijd een
voudig weg hooren beweren, dat het
orgel in 1877 „nieuw" gebouwd was
door de firma Pierre Schijven Cie.
te Brussel. Hoever dit bezijden de
waarheid is, moge blijken uit de vol
gende historische gegevens.
In de jaren 18021803 kreeg onze
parochie een orgeltje uit Oostmalle
(bij Antwerpen), dat door den orgel-
NAAR HET ENGELSCH.
J. SCHEEPENS.
63.
„Ik hoop, dat die tijd nog verre is",
mompelde Henson meesmuilend.
„Ja, dat hoop ik ook", beaamde
Lord Littimer koeltjes, „en dat is een
van de nadeelen als men conservatief
is aangelegdMaar a propos, wie was
die zoetsappige schurk, die vanmid
dag in je gezelschap was?"
Henson haastte zich de zaak bloot
te leggen.
Maar Lord Littimer was van mee
ning, en hij gaf hieraan nog al luid
ruchtig uiting, dat dergelijke bezoe
kers voor het moment maar liever
niet moesteen worden binnengeloodst
op de gronden van het kasteel. Als
eenmaal alle kostbare voorwerpen
ten bate van de armen verkocht zou
den zijn, kwam dat er minder op aan
zoo meende hij.
„Er was een tijd", zoo zei hij met
nadruk, „dat een actief inbreker wel
zorgde bijzonderheden betreffende 't
huis en de aanwezige schatten en
voorwerpen van de onvoorzichtige, al
te spraakzame bedienden te weten te
komen. Maar nu verandert hij de
zaak en tracht munt te slaan uit eigen
observatie en daarnaar zijn werkplan
in te richten. De methode verdient
zeker onze bewondering en is er op
gericht alle verdenking van den wa
ren schuldige af te wenden."
maker De Volder uit Gent geplaatst
werd in de schuurkerk, die destijds
achter de pastorie stond. Toen in 1829
door Pastoor Van Baer de nieuwe
(onze vorige) parochiekerk in gebruik
was genomen, werd er in hetzelfde
jaar een orgel in geplaatst, dat af
komstig was uit Aldebiezen (kanse
larij of provinciale commanderij van
de Duitsche Orde bij Maastricht).
Dit orgel was dus toen al niet
nieuw meer, en het is ditzelfde orgel,
dat na enkele reparaties van weinig
beteekenis (in 1846 en 1869), in de
jaren 1875—1877 aan een grondige
restauratie werd onderworpen, waar
voor onderhandeld werd met twee
destijds zeer befaamde orgelbouwers:
F. Lorei te Mechelen en P. Schijven
te Brussel, hetgeen blijkt uit een brief
van H. van Giersbergen, prior van de
Kruisheeren te Diest (België) aan
Pastoor Rijke, gedateerd van 12 Sept.
1875. Deze H. van Giersbergen schijnt
als tusschenpersoon voor de onder
handelingen met genoemde Belgische
firma's gefungeerd te hebben, en op
zijn aanraden wrerd het werk gegund
aan Pierre Schijven Cie. Uit het
bestek dat deze firma in November
1875 inzond, blijkt, dat er slechts 6
(zegge zesregisters nieuw geleverd
werden, terwijl 12 registers uit het
oude orgel, na gerestaureerd en bijge
werkt te zijn, in het nieuwe orgel
zouden behouden blijven. Bij de uit
voering van dit plan is er echter nog
één nieuw register aan toegevoegd,
zoodat ons orgel 19 sprekende stem
men kreeg, waarvan er 7 nieuw en 12
oud waren. Een zeer groot gedeelte
van deze 12 registers hebben dus den
respectabelen ouderdom van meer dan
een eeuw\\\ Nu is deze ouderdom op
zichzelf absoluut geen teeken van
minderwaardigheid; integendeel, bij
„U zoudt aldus niet spreken, als u
Merrit kende", zei Henson.
„Nu, om de waarheid te zeggen,
verlang ik daar absoluut niet naar!"
glimlachte Littimer fijntjes. „Iemand
met een gelaat als die man is niet tot
geestelijken arbeid in staat: de na
tuur zou zich zelfs gebelgd gevoelen
over zulk een enormiteit. En toch,
men kan het nooit weten. Zoo heeft
bijvoorbeeld mijn vroegere vriend
Hatherly Bell een prachtig gevormd,
schoon gelaat, ofschoon...."
„Ik moet eerlijk bekennen, dat ik
wel benieuwd ben, hem te zien", on
derbrak Chris hem. „Ik ik heb
eens een lezing van hem bijgewoond
in Amerika. Hij hield een zeer inte
ressante causerie over honden-in
stinct. Maar mijnheer Henson haat
honden, zegt hij".
„Ja", ging Henson kort voort, „dat
is zoo, en de honden haten mij, maar
dat neemt niet weg dat ik toch be
langstellend ben naar de komst van
dokter Hatherly Bell. En er is nie
mand, die zooals ik hoop, dat hij er
in moge slagen zijn naam voorgoed
van alle smet te zuiveren".
Littimer glimlachte sarcastisch,
terwijl hij met zijn wijnglas speelde.
Op zijn gewone cynische manier zag
hij het onderhoud tegemoet, en zelfs
eenigermate met genoegen. Immers,
er was een tijd geweest, waarin hij
had genoten van het onderhoudend
gezelschap van den schranderen Bell.
„Nu, daar zult ge niet lang op be
hoeven te wachten", zei Lord Litti
mer. „Het is al lang over tien en Bell
verwacht ik om ongeveer elf uur.
Breng ons koffie in de veranda, als 't
u belieft!" wendde hij zich tot zijn be
dienden.
Het was een heerlijk warme avond,
met juist voldoende wind dm 't weer
niet drukkend te doen zijn. In de
oude orgelwerken worden vaak regis
ters van hooge kunstwaarde aange
troffen, welke men dus niet roekeloos
mag opruimen, wanneer er tenminste
geen andere factoren in het spel ko
men. Dit is helaas bij ons orgel maar
al te zeer het gevalImmers, de tand
des tijds heeft ons orgel geenszins ge
spaard; want al spoedig bleek bij een
onderzoek, dat door vakkundigen bij
het oude materiaal werd ingesteld,
dat vele houten pijpen op zeer beden
kelijke wijze zijn aangetast door
houtworm, met het gevolg, dat geen
enkele orgelbouwer de verantwoor
delijkheid op zich wil nemen, de aan
getaste pijpen in het nieuwe orgel te
gebruiken, - en vervolgens dat ver
schillende metalen pijpen, vooral de
oude van vóór 1877 eveneens onbruik
baar geworden zijn ofwel wegens ver
ouderde constructie, ofwel wegens
verte ruischte de zee kalmpjes tegen
de klippen; op de grasvlakte vóór in
den tuin blaatte een eenzaam schaap
je om zijn moeder.
Chris wandelde den tuin in, volko
men rustig voor 't oogenblik. Ze was
bijna haar zending vergeten.
Een keurig gekleede gestalte ging
haar op het gras voorbij, doch zij
merkte het niet op
j „Een aardig meisje", zei Littimer,
en beslist allervermakelijkstExcu
seer me dat ik je hier alleen laat
een neiging tot koortsigheid en En-
gelsche nachtlucht gaan slecht sa
men".
HOOFDSTUK XXX.
verouderde samenstelling der metaal-
legeering, ofwel wegens onoordeel
kundige behandeling. De noodzakelij
ke gevolgtrekking ligt dus voor de
hand, dat van de pijpen, hoe heerlijk
en schoon hun geluid vroeger ook
moge geweest zijn, een gedeelte to
taal onbruikbaar moet verklaard
worden.
PETRUS DE BREE, Pr.
Seminarie „Beekvliet",
R.K. KIESVERËENIGING
WAALWIJK.
Zooals den leden per oproepings-
kaart is bekend gemaakt, heeft Zon
dag 5 Mei de stemming plaats om te
komen tot de vaststelling van de of-
ficieele candidatenlijst. Aan deze
stemming kunnen deelnemen de le
den der R.K. Kiesvereeniging, die dat
lidmaatschap bezaten op 31 Decem
ber 1928. Het bewijs van dat lidmaat
schap bestaat in de contributiekaart
en in het voorkomen op de ledenlijst.
Mocht iemand meenen stemgerech
tigd te zijn en heeft hij geen oproe-
pingskaart ontvangen, dan vervoege
hij zich toch bij het stembureau.
Nu de stemming zelve. Het stem
biljet ziet er uit als achterstaand. Op
het eerste gezicht lijkt dat nog al in
gewikkeld, 't valt echter mee. 't Is
het beste te begrijpen als men de ont
wikkelingsgeschiedenis er van nagaat.
In de gecombineerde kieskringen
Den BoschZeeland wordt verwacht
de verkiezing van 5 katholieken.
Daarom moet de stemming van Zon
dag feitelijk uitmaken, wie die vijf
leden zullen zijn en wie xle plaatsver
vangers er van. We zouden dus, als
alle „aangewezenen" (zie onze vorige
BREIMACHINE
artikelen) in één kolom stonden, vijf
hokjes vóór de namen moeten zwart
maken en vijf hokjes achter andere
namen. De vijf eerste zouden wij dan
kiezen als lid, de andere vijf als
plaatsvervanger. Echter de instelling
van het veel geprezen en veel bestre
den statuut „kwaliteitszetels" brengt
in deze eenvoudige inrichting een
verandering. De gecombineerde kies
kringen Den BoschZeeland kiezen
op de eerste plaats i%mand, die spe
cialiteit wordt geacht voor Landbouw
en voor Defensie en een derde voor
Middenstandszaken, waarna er nog 2
vrije zetels van de 5 overblijven.
Daarom diende het stembiljet te
bevatten 4 kolommen, n.l. een kolom
voor de candidaten die in aanmer
king komen voor Landbouw, een voor
hen die zulks doen voor Defensie, een
voor de deskundigen in Midden
standszaken en een voor de vrije ze-
VERDWENEN!
Dat was het oogenblik waarop
Henson gewacht had. Al zijn luste
loosheid en kalmte waren als bij too-
verslag verdwenen. Hij sprong over
eind en haastte zich de laan uit. Of-
schoon het donker was, bewoog hij
zich door de paden met het gemak
van iemand, die van elke duimbreed
gronds nauwkeurig op de hoogte is.
Een man die niet half zoo zwaar en
niet half zoo oud geweest was, zou
zich niet met meer behendigheid en
snelheid hebben kunnen bewegen.
Hij naderde het uiterste randje van
de klippen en verdween. Er lagen
daar rotssteenen en grashoopen, wel
ke hem den weg wezen, doch de ge
ringste misstap kon een ernstig on
geval veroorzaken. Boven een donker
gat verscheen opeens het hoofd van
een man.
„Ben jij dat, Merritt?" vroeg Hen
son heesch.
„Ja, natuurlijk ben ik dat!" klonk
het onverschillig antwoord terug, ,,'t
is tenminste maar goed dat ik op zee
ben geweest, want anders had ik die
klimpartij nooit met goed gevolg uit
kunnen voeren. Waar is het meisje?"
„O, dat is in orde", mompelde de
zwaarlijvige Henson buiten adem. Ze
staat juist op goeden afstand om de
kreten van den in nood verkeerende
te hooren. Maar dat gedeelte van het
drama kun je gerust aan mij overla
ten. Het is een schoone jonge dame
met veel moed, maar ik zal toch een
dankbaar gebruik maken van haar
aanwezigheid hier. Heb je het zaakje
bij je?"
„Alles, collega. Ik heb een aardige
muilpeer gehad op den koop toe!"
„Hoe heb je dat nu opgeloopen?"
„Wel, bij mijn ontmoeting met Bell
natuurlijk. Waarom heb je hem ook
niet rustig hierheen laten komen en
zijn schilderij hier voor den dag laten
halen? Dan zou het toch nog vroeg
genoeg zijn geweest om hem even on
der handen te nemen, als hij hierheen
gekomen was."
„Maar dat weet ik heel goed, beste
kerel, ik twijfel daar niet aan. Maar
ik maak mijn plannen te zorgvuldig
op, dan dat ze ooit zouden kunnen
mislukken en ik heb altijd meer dan
één pijl op den boog bij den aanval
en steeds meer dan één uitweg, als 't
gewenscht is de vlucht te nemen.
Vergeet niet, dat als wij Bell tevoren
van zijn plaat hadden kunnen beroo-
ven, het voor hem nutteloos zou zijn
geweest, om hierheen te komen. Hij
zou, schrander als hij is, verkozen
hebben onverrichter zake terug te
keeren, inplaats van hier bij Littimer
te komen aandragen met een onwaar
schijnlijk verhaal van een overval en
een berooving van zijn schat onder
weg! Dus hij is je de baas geweest
hè?"
„Dat zou ik denken! Ik dacht, dat
ik nogal een paar stevige knuisten
had, maar enfirf, 't doet er ook
niet toe! Hier heb ik alles bij me en
dezen keer zal ik slagen. Voor Bell zal
de val gereed zijn en gij zult er gemak
kelijk in slagen een alibi op te geven."
Henson lachte grijnzend. Hij hield
van een dramatisch tintje in zijn on
dernemingen en hier was er iets van
dien aard aan de hand. Hij meende
bijna het blanke gelaat te zien van
Christabel Lee van de plaats waar hij
zich bevond.
„Vooruit nu", sprak hij toen, „er
valt geen tijd te verliezen."
Merritt knikte en begon verder naar
boven te klauteren. Op eenigen af
stand kee Chris i^aar beneden. Haar
scherp oor had een verdacht geluid
bespeurd en zij was er op afgegaan en
sloeg alles levendig gade. Juist even
beneden haar viel een straal van het
electrisch licht uit een der zalen van
het kasteel op de klippen en vormde
er een breede band. Op hetzelfde mo
ment bemerkte zij een hand, die
greep naar een rotspunt in de licht
streep en een haastig teruggedrongen
kreet welde haar van de lippen. De
duim van die hand was plat als de
kop van een slang en een kleine rose
nagel zat er als een parel in het mid
den boven op.
Een oogenblik slechts greep Chris
naar haar bonzend hart, doch dan
kreeg zij met een schok haar zelfbe-
heersching terug. - Ze behoefde van
niemand te vernemen, dat die hand
was van den eerwaarden heer James
Merritt en evenmin dat deze gelegen
heids-predikant tot geen enkele goe
de daad in staat was.
(Wordt vervolgd).
De Echo van het Zuiden,
WaalwUfcsche en Langstraatsclie Courant*
Dit blad verschijnt
PrtJs der AdvertentiSn
WOENSDAG en ZATERDAG.
20 cent per regel; minimum 1.50.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Bfl contract flink rubat.
Franco per post door het geheels rijk 1.40.
Reclames 40 cent per regel.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ens.
franco te eenden aan den Uitgever.
Advertentiën moeten Woensdag on Vrfldag
des morgens om uiterlijk 9 uur ln ons bezit
sfln.
«m „DB BOBO VAN EBT ZUIDEN".
r^TSCtlAPPyVAN YEBZEKtaitK OP HCTLEVM
6EEP1 AFBETA, irtG55y5T£Eri3TRJKT COfTTAflf
IC*>% GOÊöKoopfeR ayi bij oiuê conuiRfcni6/i t