BE ECHD VAN HET ZUIGEN HEERENBMI Nr. 36. Zaterdag 4 Mei 1929. 52e Jrg. TWEEDE BI ,AP. BUITENLAND. In Berlijn wordt de 1 Mei-strijd tusschen politie en communisten voortgezet. Het aantal dooden is reeds tot 17 gestegen. De rechtbank heeft het ontslag uit de voorloopige hechtenis van graaf Christiaan von Stolberg Wer- nigerode gelast, omdat er niet langer verdenking bestaat van misdaad en omdat het veroorzaken van den dood door schuld, geen gevaar voor ont vluchting insluit. In Duitschland blijft men zich ernstig kanten tegen den schulden last, die de herstelcommissie wil op leggen. Men spreekt van slavernij, die niet te verkroppen is. De Nederlandsche gezant in Pa rijs, Jhr. Dr. Loudon, is ernstig on gesteld. BINNENLAND. Prof. Dr. Jos. Schrijnen. Prof. Dr. Jos. Schijnen, prof, aan de Universiteit te Nijmegen, bekend linquist en folklorist, herdacht heden onder groote belangstelling zijn 60en verjaardag. HM. de Koningin en de Prins. Gisteravond ten 7 uur is H.M. de Koningin met den Prins naar Zwit serland vertrokken, via Bazel. Zij werden hartelijk uitgeleide ge daan door het publiek. De marine-vliegbooten naar Indië. De D 22 te Bagdad omlaag gestort. De bestuurder dood, de beide andere inzittenden gewond. Het Nederlandsche marine-water vliegtuig D 22, dat op weg was naar Java, is boven de brug over de Tigris te Bagdad in aanraking gekomen met telegraafdraden en omlaag gestort. De bestuurder werd gedood; de twee an dere inzittenden zijn gewond. Reuter meldt verder uit Bagdad Het geheele personeel van het hoofdkwartier van de luchtvaart zal morgen bij de begrafenis van luite nant Everts, die hier met zijn vlieg- boot is verongelukt, tegenwoordig zijn. De bedoeling was Vrijdag te ver trekken. Het ongeluk is gebeurd bij een proefvlucht. Terwijl het toestel zeer laag boven de Tigris vloog, raak te het de telegraafdraden. De bestuur der daalde onmiddellijk en kwam zeer goed op de rivier neer, maar het toe stel ging met groote snelheid door 't water en voer te pletter tegen een schipbrug. De schroef stak boven de borstwe ring uit, terwijl het toestel tusschen de pontons beklemd raakte. Luitnant Everts werd dadelijk gedood doordat hij tegen een dwarsbalk wTerd gesla gen. De twee anderen zijn ernstig ge wond, maar maken het goed. Het vliegtuig, dat zinkend was, is opge haald door het personeel van de Brit- sche luchtmacht. 1 Mei-dag. Ter gelegenheid van den 1 Mei-dag is het in ons land vrij kalm toegegaan, alleen in Haarlem was er herhaalde malen botsing met de politie. In Berlijn zijn hevige gevechten ge leverd tusschen communisten en po litie. Er waren zes dooden en vele ge wonden. Verslag der Prov. Commissie ter Be vordering van de Varkens fokkerij in Noord-Brabant over 1928. Aan dit verslag ontleenen wij het volgende De samenstelling der Commissie bleef in 1928 gelijk, n.l. de heeren Jac. Vos Azn. te Roosendaal, Voor zitter; W. Crooymans, Overloon; H. J. Elemans, Huisseling; J. Oomen Chrzn., Bavel; G. J. v. Poppel, Gilze; J. A. van der Schans, Drongelen; M. Vrijsen, Reusel; Ir. A. Th. Ariëns, Ginneken; Dr. Ir. J. F. H. Deckers, 's-Hertogenbosch, Secretaris. In 1928 werden vijf varkensfokda- gen gehouden, n.l. te Reusel, Mill, Hilvarenbeek, St. Anthonis en Zeelst. Deze fokdagen ondervonden alle zeer groote belangstelling. Verder werden een aantal Noord- Brabantsche varkens ingezonden op de Nationale Tentoonstelling te Den Haag, waarmede tal van prijzen be haald werden, waaronder zelfs 5 eer ste. Met de collectie Groot-Yorkshire werd zelfs den eersten prijs der Pro vinciale Collectie behaald, voorwaar een schitterend resultaat voor de Noord-Brabantsche fokkers. De Pro vinciale Collectie V.D.L. verkreeg den derden prijs. In 1928 bestonden in NoordBra bant reeds 28 varkensfokvereenigin- gen. Zooals uit de gegevens in 't ver slag te zien is, werken deze foltveree- nigingen bijna zonder uitzondering uitstekend en werpen zij een zeer gun stig resultaat voor de leden af. De kwaliteit der varkens gaat vol gens het verslag steeds vooruit en ook de vruchtbaarheid der NoordBra- bantsche varkens is in 1928 nog hoo- ger geworden, zoodat zelfs een gemid delde van bijna 11 biggen per toom voor beide rassen bereikt is. Een ernstige lezing in het verslag doet ons ten duidelijkste zien, dat de varkensfokkerij bloeit in Noord-Bra bant en dat de varkensstapel goed vooruit gaat. Aan de Provinciale Commissie komt hier zeker een woord van lof toe, voor hetgeen door haar leden voor de verbetering van den varkens stapel in NoordBrabant wordt ge daan. Sprookje naar Andersen. II. Daar kwamen twee dwaallichtjes aanhuppelen. „Zij komen! Zij komen!" riepen ze. „Reik me mijn kroon even aan, en laat me in den maneschijn staan!" zei de elfenkoning, die niet vrij was van Koninklijke ijdelheid. De dochters trokken haa'r sjaals hoog op en bogen tot op den grond. Daar stond de grijze kobold van Do- vre met een kroon van versteende ijs kegels en gepolijste dennenappels; ver der had hij een be'renpels om en water laarzen aan. Zijn zoons gingen daaren tegen met den blooten hals, want 't wa ren krachtige kerels. „Is dit een heuvel?" vroeg de klein ste van de jongens en wees op den El fenheuvel. „Dat noemen ze bij ons in Noorwegen eèn hol!" „Wel jongens!" zei de oude, „hoe heb ik het nu met je? Een hol gaat naar binnen en een heuvel komt naar boven Heb jullie dan geen oogen in 't hoofd!" Het eenige, waarover ze zich hier moesten verwonderen, was, volgens hun zeggen, dat ze maar zoo dadelijk de taal konden verstaan. Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verboden. DE ELFENHEUVEL. „Stelt je nu niet zoo raar aan!" zei de oude, „ze zouden denken, dat je niet goed gaar was!" Toen gingen ze den Elfenheuvel binnen, waar het deftige gezelschap reeds saamgekomen was, en wel met zulk een haast, dat het scheen, alsof ze bij eengeblazen waren door den wind Doch alles was er ten behoeve der ver schillende gasten netjes, ja keurig in gericht. Het zeevolkje zat in groote wa terkuipen aan; ze betuigden, dat het was, of ze te huis waren. Allen namen de tafelgebruiken in acht, behalve de beide jonge Noo'rsche kobolds, die de beenen op tafel legden; want zij dach ten, dat alles hun mooi stond. „De voeten van tafel!" beval de ou de kobold, en ze gehoorzaamden, al was het ook langzaam. Doch de vader, de oude kobold van Dovre, was heel anders; hij vertelde zoo mooi van de trotsche Noorsche rotsen en van de watervallen, die als wit schuim neerstortten met een ge bulder als van donderslag en zware or geltonen. Hij vertelde van den zalm die tegen het neerstortende water op sprong, als de watergeest op de gou den harp speelde. Hij vertelde van de heldere winternachten, als de bellen der sleden klonken en de knapen met GEMENGD NIEUWS. De betoogingen tegen den circus Gleich. De dagbladen te Charleroi melden talrijke bijzonderheden over de be toogingen tegen den Duitschen circus Gleich. Algemen betreurt men het voorgevallene. Volgens het Journal de Charleroi zouden de incidenten te wijten zijn aan een aantal ongunstige individu en, die door een concurreerende cir cus-onderneming tot hun daad zou den zijn aangezet. Ook de burgemeester van Charleroi heeft zijn leedwezen uitgesproken. Geruchten als zou zich bij het circus- lersoneel een Duitsch soldaat bevin den, die tijdens den oorlog had mee geholpen bij het deporteeren van Bel gische arbeidsrs, worden tegenge sproken. De directeur van den circus is een Fransche oorlogsinvalide, Harris ge naamd. Hij verklaarde, dat zich on der zijn personeel slechts twaalf Duitschers bevinden. Het grootste deel van zijn personeel bestaat uit Roemeniërs, Amerikanen, Hollanders en Tsjechen. Bij den Belgischen minister van binnenlandsche zaken en bij de ver schillende consuls zijn protesten in gediend. De aangerichte schade zou 200.000 franc bedragen. De ontploffing te Semtin. Omtrent de ontploffing in de fa briek van ontplofbare stoffen te Sem tin bij Pardubitz meldt Vaz Dias nog de volgende bijzonderheden: De fabriek bood na de ontploffing een beeld van ontzaggelijke verwoes ting. Het verscheidene verdiepingen hooge gebouw is geheel vernield. Groote stukken ijzer en balken wer den honderden meters weggeslingerd. Brandende stukken hout vielen op de overige gebouwen van de fabriek, die onmiddellijk in vlammen opgingen. Ook het op kleinen afstand liggende bosch raakte in brand. Eerst na vele uren gelukte het den brand te blus- schen. In geheel Pardubitz werden alle vensterruiten ingedrukt, daken beschadigd en gedeeltelijk weggerukt. In een huis in Semtin werkten met selaars, de stellage stortte in, waar bij 2 werklieden gewond werden. De lijken van de vijf omgekomen arbei ders zijn reeds geborgen. Het aantal gewonden bedraagt 30. De schade loopt in de millioenen. De fabriek behoort aan de Tsjechische Explosiv- A.G. in Praag, die belast is met de vervaardiging van alle voor de indu strie en het Tsjechische leger noodi- ge ontplofbare stoffen. Thans wordt ook eerst bekend, dat er Vrijdag reeds een ernstige ontploffing in deze fabriek was voorgekomen, waarbij 4 arbeiders ernstig gewond zijn, waar- an 2 gisteren overleden zijn. Offici eel wordt medegedeeld, dat de laat ste ontploffing niet in verband staat met de vorige. De oorzaak is nog niet bekend. Misdadige opzet is echter uitgesloten, naar direct werd vastge steld. Amerikaansch stoomschip vergaan. 120 personen omgekomen'! De Japansche radiodienst heeft noodseinen ontvangen van een Ame rikaansch stoomschip, meldende, dat dit stoomschip zich op den Stillen Oceaan in zinkenden toestand be vindt. Het zou een schip van vierdui zend bruto ton zijn. Drie reddings booten met 120 opvarenden werden te water gelaten. Volgens andere nog niet officieel bevestigde berichten zouden deze reddingsbooten met de inzittenden in de ruwe zee zijn vergaan. De brand in de abdij te Tonqerloo. Men meldt uit Brussel, dat de schade, door den brand der abdij te Tongerloo aangericht, op ruim 10 mil- lioen francs wo'rdt geraamd. Op initiatief van Mr. Frans Van Cauwelaert, burgemeester van Antwernen, wordt het plan overwogen een nationale of zelfs internationale inschrijving te openen teneinde den wederopbouw der vernielde abdij en het herstel van hare bibliotheek mo gelijk te maken. Brand. Woensdagmorgen heeft weer een eroote brand gewoed, ditmaal te Maassluis, waar een deel van het ge bouwencomplex der N.V. Vereenigde Touwfabrieken in vlammen is opge gaan. Vliegtuigongeluk. Vanochtend 8.45 was de officier vlieger derde klasse D. J. Duykers met een overgangsvliegtuig, type C 1, gemerkt F 12, voorzien van een B.M. W. 3 A motor van 185 P.K., opgeste gen van het marine-vliegkamp de Kooy bij Den Helder voor het maken van een dienst-oefenvlucht. Toe schouwers op den weg, die langs het vliegkamp loopt, hebben om kwart over negen waargenomen, dat het vliegtuig op een hoogte van ongeveer 200 meter in een vrille geraakte, af gleed en kort daarop loodrecht om laag stortte. De vlieger was alleen in het vliegtuig en vloog dus met ballast. Het toestel stortte neer op het Balg- zand en was moeilijk te bereiken. Een vlet moest over den dijk van het Noord-Hollandsch Kanaal worden gebracht en over dien van een daar achter liggend kanaal, zoodat het on geveer 20 minuten duurde, voordat n officier en manschappen de plaats van het ongeluk bereikten. De vlieger moet op slag dood zijn geweest. Zijn lijk werd per ziekenau to naar het marine-hospitaal in Den brandende fakkels over het heldere ijs liepen, 't welk zoo doorzichtig was, dat ze de visschen onder hun voeten bang zagen worden. Ja, hij kon zoo vertellen dat iemand kon hooren en zien, wat hij zei. Nu moesten de elfenmeisjes dansen „Prrrzei dè grijze kobold, ,wati is me dat een gedraai met de beenen! Maar wat kunnen ze nog meer dan dan sen de beenen uitstrekken en wervel wind maken?" „Dat zul je zien!" zei de elfenkoning en riep toen de jongste van zijn doch ters te voorschijn; deze was zoo fijn en zoo helder als de maneschijn; zij was de knapste van alle zusters. Ze nam een wit houtje in den mond, en toen was ze heelemaal verdwenen., dat was haar kunst. Maar de grijze ko bold zei, dat hij die kunst in zijn vrouw niet zou kunnen dulden en er aan twijfelde, of zijn zoons er ook veel van hielden. De tweede kon naast zichzelf loo pen, net alsof ze schaduw had, en die hebben kobolds niet. De derde wras van een heel andere soört; zij was in de keuken der moeras vrouw werkzaam geweest en verstonc de kunst elzenhouten bonken met glim wormpjes te lardeeren. „Zij wordt een goede huishoudster!" zei de oude kobold. Nu kwam het vierde elfenmeisje aan de beurt. Zij had een groote gouden harp om op te spelen; en toen ze op de eerste snaar sloeg, staken allen het linkerbeen in de hoogte, want de ko bolds zijn linksch met de beenen; en toen ze de tweede snaar aansloeg, moesten allen doen wat zij wilde. „Dat is een gevaarlijke vrouw!" zei de grijze kobold; maar de beide zoons verlieten den heuvel, want zij hadden er nu meer dan genoeg van. „En wat kan de volgende dochter?' vraagde de oude kobold. „Ik heb leeren houden van al wat Noorsch is!" zei ze, „en nooit zal ik trouwen, dan wanneer ik in Noorwe gen kan komen te wonen!" Doch de kleinste van de zusters JL Helder gebracht. De heer Duykers was 28 jaar en ongehuwd. Inbraak in een spoorwegstation. Volgens een mededeeling van de spoorwegdirectie is in den nacht van Zondag op Maandag in het stations gebouw van Erdmannshausen in Wurtemburg ingebroken. De brand kast is op een handkar weggebracht en op 300 M. afstand van het station door middel van dynamiet geopend. De inhoud, die slechts M. 50 bedroeg, werd gestolen. Gisteravond heeft een nieuwe moord op Macedoniërs te Sofia plaats gehad. In de in een buitenwijk gele gen bakkerij Trojanof drongen twee onbekend gebleven personen binnen en schoten de vier daar aanwezigen met talrijke schoten neer, n.l. den bakker Trojanof, diens zoon en doch ter en den Macedoniër Mitö Sjoesda- nof, die bij Trojanof op bezoek was. Drie personen, n.l. de Macedoniër, de bakker Trojanof en diens dochter werden gedood. Op Sjoesdanof losten de daders verscheidene schoten, toen deze reeds gewond op den grond lag. Het schijnt, dat de aanslag voorna melijk tegen hem gericht was. Hij werd namelijk gedoodverfd als een der moordenaars van generaal Proto- geroff. De daders zijn in de duister nis ontkomen. Gisteravond omstreeks half zeven Irwam de 18 jarige L Bardrul op ziin fiets uit den Hollenweg te S'ropelvild. Toen hij den provincialen wi g Lrebt- Simpelveld bereikte, pafsrufe dear juist een vrachtauto van drn hrer B. uit Heerlen, waar hij order peraakie. De jongen liep zoo ernstige veiwrr- d in gen op, dat hij korten tijd later is overleden. Gisteravond omstreeks half tien stopte even voorbij S'ttard err ui'de richting Heerlen gekomen goederen trein. De remmers maakten van dit oponthoud gebru'k om evenlargs de wagens te wandelen. Een van hen, van Gans uit Heerlen, had het orge» Ink van een der tunnels naar bereden ♦e storten Hij liep een ernstige her- senschuddir p op en is den afeeloopen nacht om éét uur in het Fransche klooster te Sittard overleden. Woensdagavond begaf de fabrieks arbeider J. van der Vliet zich per rij- wiel naar ziin woning te Ouder Amstel Hii had een bezoek prbrrcht aan zijn ouders te VInkeveen. Order de gemeente Abcoude kwam een automobiel hem achterop tFdm. Poor onbekende oorzaak is hii daardoor aangereden en onmiddellijk gedood. fluisterde den ouden heer in 't oor: „Dat is alleen, wijl ze uit 'n Noorsch liedje heeft gehoord, dat, als de wereld vergaat de Noorsche 'rotsen toch als gedenkzuilen zullen blijven staanen daarom wil zij daarheen, want ze is erg bang, dat ze zal wegzinken." „Ho, ho!" zei de oude kobold, „was dat de bedoeling? Maar wat kan de ze vende en laatste?" „De zesde komt voor de zevende!" zei de elfenkoning, want hij kon reke nen; maar de zesde wilde niet goed voor den d'raad komen. „Ik kan niet anders dan den men schen de waarheid zeggen!" sprak zij Nu kwam de zevende en laatste, en wat kon deze? Zij kon sprookjes ver tellen; en dat zooveel, als ze maar wil- de. „Dat is mooi zei de Koning. Gij wordt mijn vrouw." Maar, waaT zitten de jongens? Ja, waar zaten de jongens? Die lie pen buiten rond en bliezen de dwaal lichtjes uit, welke zoo gewillig waren gekomen om den fakkeloptocht te hou den. „Wat is me dat een rumoer, dat je maakt!" zei de grijze kobold. „Ik heb een moeder voor je gekozen, nu kun jullie een van de tantes uitzoeken!" Maar de jongens verklaarden, dat ze liever toespraken wilden houden en broederschap drinken wildenom te trouwen hadden ze nog volstrekt geen lust. En ze hielden redevoeringen en dronken broederschap en zetten hun glas omgekeerd op den nagel, om te laten zien, dat ze het schoon leeg had den gedronken. Daarna trokken ze hun jassen uit en gingen op de tafel liggen slapen, want ze geneerden zich niet Maar de oude kobold danste met zijn jonge bruid de kamer rond en wisselde laarzen met haa'r, want dat is voorna mer dan het wisselen van ringen. „Nu kraait de haan!" zei het oudere elfenmeisje, die het huishouden deed; „nu moeten we de vensterluiken dicht doen; anders loopen we gevaar, door de zon te worden verbrand!" En aldus ging de heuvel dicht. Doch de hagedissen er buiten liepen in den gebarsten boom op en neer, en de eene zei tot de andere: „Wat had ik een schik in dien ou den Noorschen kobold!" „Ik houd meer van de jongens!" zei de regenworm; maar hij kon ook niet zien, het a'rme dier! FLIK EN FLOK. Twee honden, Flik en Flok Die waren dikke vrienden En, waar d'een was, Kon men ook d'ander vinden. Alleen bij etenstijd Zocht elk zijn woning op. Flik's meester heette Knip, Flok was de hond van Knop. Den lieven langen dag, Ze speelden, Flik en Flok; Maar als de nacht begon, Moest ieder naar zijn hok. Èn als hun meesters sliepen Den langen winternacht. Dan hielden beide honden, Tezamen trouw de wacht. Elk waakte op zijn erf En als er een iets hoorde, Dan keken beide uit Wie toch de rust verstoorde. Gelukkig en tevreden Zoo leefden Flok en Flik. Zij waren met hun lot Zoo wonder in hun schik. Tot op een zeek'ren dag Iets in hun leven kwam, Dat aan het vriendenpaar Schier alle rust benam. Flik's meesteres had lang Geklaagd al over muizen, Die zouden, dacht ze, vast Wel in den kelder huizen. (Wordt vervolgd). Brieven en bijdragen voor deze rubriek te zenden aan: OOM WIM, De Echo van het Zuiden, WAALWIJK. -IIU—IIII Ill ■■III I' ■Will Uil HUB—» ECHTE FRIESCHE A jfnplaah van gewone tabak, f

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1929 | | pagina 5