Toegewijd aan Handel, industrie en Gemeentebelangen.
II
m
m
aeleaentewormi
Sproeten komen vroeg in
FEUILLETON
DOOR EmARim
8TÉBm
Holland 1
imhierltuillow
NUMMER 38.
ZATERDAG 11 MEI 1929.
52e JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele rflk 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ens.
franco te zenden aan den Uitgever.
ÏJITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ; ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 88. Telegr.-Adres: ECHO.
Prijs der AdvertentlBn
20 cent per regel; minimum 1.50.
BS contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentlën moeten Woensdag en VrSdag
des morgens om uiterlSk 9 uur in ons bezit
cSn.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD.
Verloochend
In de „Nederlander" heeft de Chris-
telijk-Histörische senator de heer
Verkouteren een stuk geschreven over
het Kellog-pact, van ongeveer dezelf
de anti-pacifistische strekking als
zijn rede in de Eerste Kamer. Tot ons
genoegen zien wij, dat de redactie van
de „Nederlander" in een onderschrift
den heer Verkouteren vrijwel verloo
chent. Zij zegt eenige uitspraken van
haar „hooggeachten medewerker"
gaarne te hebben gemist:
Dat de oorlog wel zal bestaan
zoolang de zonde de harten be-
heerscht, is maar al te waar. En 't
woordenspel te Genève rondom de
plannen tot vermindering van be
wapening, dat terecht de veront
waardiging wekte van Mr. Rutgers,
bewijst wel hoe bitter weinig vor
dering de vredesgedachte nog maak
te in de harten der machthebbers
in Europa.
Maar daarom moeten wij toch
alle krachten inspannen om den
oorlog te vermijden en de mensch-
heid er van te overtuigen, dat het
beter en dat het ook mogelijk is
de geschillen tusschen de volken
op te lossen langs anderen weg dan
door wapengeweld. Een beschou
wing als van mr. V., welke het
moeilijker worden van den oorlog
bijna schijnt te betreuren, ware
beter achtergehouden. Er is een
goede dosis geloof en optimisme
noodig, om te volharden in 't vre
deswerk. En wij kunnen er God
niet dankbaar genoeg voor zijn, dat
er niettegenstaande alle teleurstel
lingen, nog mannen en vrouwen
zijn, die bezield door dit geloof en
gesterkt door dit optimisme, het
werk voor den vrede voortzetten.
Dat eerbied voor het recht en ge
loof in zijn zegepraal den weg' zul
len vinden, ook tot voorkoming
van verdedigingsoorlogen, blijft
onze hoop en onze vurige bede.
Algemeene actie voor algemeene
ontwapening blijve de leus.
V Geen dwergpartijen.
Vooral in deze dagen, nu men weer
de malligheid bot viert om alsmaar
nieuwe partijtjes op te richten, is 't
niet ondienstig eens te wijzen op het
werk, dat door de vertegenwoordigers
dier dwergpartijtjes in de Kamer ver
richt kan worden.
Dat doet de parlementaire redac
teur van de „Maasbode" als volgt:
Bij het thans gedurende twee we
ken in behandeling geweest zijnde
belangrijke wetsontwerp tot rege
ling van de finantieele verhouding
tusschen het Rijk en de Gemeenten
heeft niet een van de vertegenwoor
digers dier partijtjes het woord ge
voerd.
Hetzelfde zagen we bij de drie
wetsontwerpen tot herziening van
het strafstelsel.
De vertegenwoordigers van de
R.K. Volkspartij, de Staatkundig
gereformeerde, de Hervormd Gere
formeerde, de communistische en
de plattelandspartij hebben niet
eenmaal aan de beraadslagingen
deelgenomen. Slechts hoogst zelden
zag men ze in de laatste weken ook
maar een oogenblik in de Kamer,
waar nu eens positieve arbeid te
verrichten viel. Werk, waar ieder
in het land belang bij heeft, dus ook
zij, die een enkeling hadden afge
vaardigd. Het gold hier niet min
der dan een geheele nieuwe rege
ling van den belastingaanslag,
waarbij rijk en arm, arbeider en
werkgever ten zeerste betrokken
zijn. Hetzelfde mag gezegd van de
ingrijpende wijziging van ons straf
stelsel, waarvan ieder op de hoogte
kocht.
Alles viel bijzonder gunstig uit.
Niet alleen was van Sneck juist op
tijd boven water gekomen, maar hij
was bovendien in een toestand, welke
NAAR HET ENGELSCH.
J. SCHEEPENS.
65.
Maar het kwam Bell voor, dat er
één belangrijk ding was, wat hij in
orde moest maken, alvorens hij ver
der handelde. Hij stelde belang in de
ze zaak, zooals hij als geleerde belang
stelde in elke zaak waarin misdaad
en handigheid een rol speelden. Maar
nog' meer was hij er op gesteld, zijn
goeden naam in eere te zien hersteld,
te meer, waar dit hem beter in de ge
legenheid zou stellen het terrein zij
ner werkzaamheden uit te breiden.
In het licht der laatste ontdekkin
gen scheen het hem gebiedend nood
zakelijk toe, dat hij opnieuw op goe
den voet stond met Lord Littimer.
Wanneer dat eenmaal gelukt was,
zag Bell reeds de geheele oplossing
der zaak klaar en duidelijk vóór zich.
Het was al een groot voordeel dat
hij wist, wie of de vijand was: maar
het was een nog grooter geluk en
voordeel te hebben ontdekt, wie de
held was van den sigarenkoker en 't
slachtoffer van den moordaanslag in
de serre van Steel, namelijk de schurk
van Sneck, den schilderijenhandelaar,
die oorspronkelijk „Het Roode Gor
dijn" aan Lord Littimer had ver-
hem belette verder kwaad aa^ te rich
ten. En het kwam Bell voor t oogen
blik uitstekend van pas, dat de heer
van Sneck althans voorloopig „buiten
gevecht" gesteld was.
Het eerste wat er dus te doen viel
was zonder uitstel Lord Littimer te
spreken. Bell was echter niet van
plan om onderdanig om een onder
houd te vragen. Hij stapte daarom
den eerstvolgenden morgen onmiddel
lijk op een telegraafkantoor af en
seinde Littimer dat hij hem over een
dringende aangelegenheid wenschte
te spreken. Hij had een paar uur tot
zijn beschikking en nam een rijtuig
naar Downend-Terrace. Hij trof er
Steel aan, luierend in zijn serre, waar
'n dichte walm van tabaksrook hing.
„Zoo, dus je werkt niet vanmor
gen?" vroeg hij.
„Hoe ter wereld kan ik werken?"
riep David uit, een weinig geprik
keld. „Ik heb het genoeg geprobeerd.
Ik zou eigenlijk maar een lange va-
cantie moeten nemen, totdat heel die
ellendige geschiedenis haar oplossing
gevonden heeft. Wat gaat er nu weer
gebeuren?"
„Wat er nu weer gaat gebeuren, is
dat ik naar Lord Littimer stap om
hem te overtuigen dat hij me 'n groot
onrecht heeft aangedaan. Ik moet
weer zorgen dat Littimer naar me
luistert."
„Dus je bent van plan hem de
tweede Rembrandt-ets te toonen?"
„Juist. Ik vlei mezelf met de hoop,
moet worden gebracht.
Zoo ooit, dan is nu weder eens
duidelijk gebleken, dat deze partij
tjes tot positief werk niet in staat
zijn. Slechts als er negatief werk
te verrichten is, in den vorm van
bestrijding van de groote partij,
waarvan de dwergpartij zich heeft
afgescheiden, dan laten de heeren
zich zien en verbruiken daarvoor
den toch reeds zoo krap toegemeten
spreektijd.
Waar in de komende verkiezings
dagen weer velen van deze partij
tjes om stemmen zullen vragen,
daar is het te hopen, dat hetgeen
in de laatste weken in de Kamer te
zien is geweest ieder die iets voelt
voor werkelijk vruchtdragenden
politieken arbeid, weerhouden zal
aan die lokstem het oor te leenen.
BINNENLAND.
Nederl. Folklore Schouw.
Van bovengenoemde manifestatie,
welke gehouden zal worden te Tilburg,
van 20 Juli tot 5 Aug. e.k., verscheen
dat hij erover verbaasd zal staan. Ik
heb hem een telegram gestuurd met
het bericht dat ik vandaag bij hem
kom. Ik zal beginnen met het fort
stormenderhand te nemen! En ik ge
voel me des te veiliger, nu niemand
weet, dat ik de ets in m'n bezit heb!"
„Beste kerel, daarin nu juist ver
gist ge u. Iemand weet het zeker."
„Onmogelijk!" riep Bell ongeloovig
uit. „Alleen gij en Enid Henson kunt
weten dat
„En toch spreek ik de waarheid",
zei David. „Den laatsten nacht bij het
ziekenhuis hebt ge mij de plaat in
bewaring gegeven. Ter zelfder tijd
merkte ik een man op, oogenschijn-
lijk in slaap gevallen op de bank vóór
het ziekenhuis. Toen ik er later weer
voorbij kwam, was hij verdwenen. Op
dat oogenblik nam ik er geen notitie
van. Toen ik thuis kwam, legde ik de
kostbare rol op mijn schrijftafel on
der het raam ginds. Het raam is klein
en laag zooals ge zien kunt en stond
open geschoven. Ik zat hier zonder
licht, terwijl het licht uit de serre vol
doende de kamer verlichtte. Na eeni-
gen tijd zag ik een arm en een hand
grijpen naar wat op de schrijftafel
lag en ik weet zeker dat men het op
de Rembrandt-ets had gemunt. De
kerel mompelde iets onverstaanbaars
totdat ik toesprong en hem beet
greep. Doch toen kreeg ik op mijn
beurt een slag met een stuk gaspijp
op m'n hoofd en moest ik wel losla
ten".
„En van den indringer hebt ge ze
ker niets meer gezien?"
„Neen en dat verwachtte ik ook
niet. Ik kon zijn gelaat niet zien, maar
er was een bijzonderheid, die ik je
een uitvoerig en grafisch keurig ver-
zorgü prospectus, hetgeen op aanvraag
giatis aan belangh&oocnaen worai
toegezonden. Blijkens de in dit pios-
pectus voorkomende mededeeltngen
zuilen aan de „Nederlandsche Folklore
schouw" veroonden zijn een toikiore-
museum en oudneidkundige tentoon
stelling met aanverwante expositie
van het oude amhachtswezen en zijne
ontwikkeling; voorts demonstraties van
oude volksgebruiken en luisterrijke
gtldefeesten, internationale schietwed-
suijden voor schuttersgilden en der
gelijke corporaties. Het Folklore-
museum en oudheidkundige tentoon
stelling zullen ondergebracht worden
in ëen uit steen opgetrokken gebouw
de giideleesten en htstoriscne voor
stellingen zullen plaats hebben op het
Tilburgsch Sportpark; de internatio
nale schutterswedstrijden op de schiet,
terreinen van de te Tilburg gevestigde
gilden St. Uionysius en St. Joris.
In het folklore-museum en oudheid
kundige tentoonstelling zullen worden
ingezonden antiquiteiten en curiositei
ten op oudheidkundig gebied, voor
werpen met betrekking tot de folklore
in het algemeen en voorwerpen en
gegevens betreffende vraagstukken van
anthropologie, ethnographie, alsmede
voorwerpen en gegevens van het oude
en nieuwe handelswezen en bedrijfs
leven; ook kunstwerken, gegevens en
gebruiksvoorwerpen op maatschap
pelijk religieus- en economisch gebied.
Op Zondag 21 Juli, zal een groote
historische optocht der gilden gehou-
denworden, waarnadi verse wedstrijden
en historische voorstellingen plaats
zullen hebben. Behalve voor de schut
terswedstrijden zullen bekroningen
uitgereikt worden voer de uitvoering
van oude dansen en oude liederen,
rederijkerskunst, hetvoortbrengen van
folkloristische en historische groepen
e. d.
ADVERTEERT IN DIT BLAD.
vertellen moet, omdat ze ons in de
toekomst nuttig kan zijn. De man had
een duim, plat als de kop van een
slang, met een kleinen, regelmatig
gevormden blanken nagel in 't mid
den. Dus, wanneer ge onderweg soms
een kerel mocht ontmoeten met zulk
een duim, let dan op, en neem je in
acht. Ge kunt dus veilig aannemen,
dat onze vijanden beter op de hoogte
zijn dan ge wel denkt".
Bell knikte toestemmend. Deze in
formatie was voor hem van het
grootste belang. Het was een bewijs,
dat Reginald Henson volkomen op de
hoogte was van wat er was gebeurd.
Onder gewone omstandigheden zou
Henson zeker op weg zijn naar het
kasteel Littimer, om er den man
schaakmat te zetten, wien hij zooveel
grievend leed had berokkend. Maar
gelukkig was hij daartoe thans niet
in staat, althans, dit meende Bell.
„Dank je wel voor de mededee-
ling", zei Bell. „Ik kan van die infor
matie het grootste nut trekken! Ik
vind het jammer dat je niet werken
kunt!"
„Maak je niet bezorgd over me!"
zei David grimmig. „Ik doe thans een
groote dosis ondervinding op, welke
me later van veel nut zal zijn. Boven
dien kan ik mijn opmerkingen en
notities gaan vergelijken met die van
Ruth Gates, terwijl gij afwezig zijt.
Ze is geheel gekalmeerd".
„Dat zou ik meenen", antwoordde
Bell droog. „Maar nu ga ik heen. Ik
zal je laten weten wat er op kasteel
Littimer gebeurt. Intusschen, goed
loaoot grouts [ft» w-sna jaaatfaum
Geen bezwaar tegen publicatie
Laatst overhandigde nota zeer om
vangrijk.
De Belgische regeering heeft nog
geen besluit genomen omtrent het
verzoek van de Nederlandsche regee
ring om toestemming tot het publi
ceeren van alle documenten, welke
sedert de hervatting der besprekingen
tusschen beide landen zijn gewisseld.
Uit officieele bron kan echter worden
medegedeeld, dat de Belgische regee
ring het voorstel tot publicatie zal
aanvaarden.
Het gisteravond overhandigde do
cument is zeer omvangrijk Het zal
ter onderzoek aan verschillende
technische diensten worden voorge
legd. De ministerraad zal er in zijn
zitting van Maandag a s. kennis van
nemen. Er zal echter eenige lijd ver»
strijken, alvorens de Belgische regee
ring haar inzichten nopens het docu
ment aan de Nederlandsche regeering
kenbaar zal kunnen maken.
het voorjaar, koop tijdig een pot
Sprutol. Bij alle Drogisten
succes
En Bell spoedde zich heen. Het trof
hem aangenaam nog 'n telegram van
lord Littimer te ontvangen, waarin
deze mededeelde, hem te wachten en
voor het vijf uur sloeg, zat hij in den
trein voor Londen. Eerst toen hij Lon
den verlaten had, begon de reis te
kruipen en het was dank zij de slecht
corx-espondeerende treinen, dat hij
eerst tegen elf uur Moreton bereikte.
Doch het was niet zoo heel erg, wijl
lord Littimer had beloofd, dat zijn
rijtuig aan het station zou zijn. Maar
hoe Bell ook keek, op het kleine plein
voor het buitenstationnetje was geen
rijtuig, zelfs geen levend wezen te be
kennen. Een der beambten was zelfs
reeds vertrokken, en de tweede, die
Bell's kaartje aannam, wachtte klaar
blijkelijk op den laatsten reiziger, zoo
er zich iemand presenteerde, om te
kunnen sluiten. Deze vertelde Bell
op zijn vraag, dat er wel een rijtuig
van het kasteel naar het station was
gekomen, maar dat een of andere
geestelijke was komen waarschuwen,
dat het niet noodig was. Waarop de
dogcart weer was vertrokken.
„Vreemd", mompelde Bell, „wat
was 't voor een geestelijke?"
„Ik heb alleen zijn gezicht gezien",
geeuwde de portier, „maar overigens
droeg hij een zwart pak, een witte das
en een stroohoed. Hij liep eigenaardig
met zijn lange armen te schutteren
langs den weg; misschien de nieuwe
predikant van St. Albans wel. Hij zag
er echter uit als een echte mannetjes
putter, die zijn knuisten kan gebrui
ken als 't noodig is."
(Wordt vervolgd).
I
De Echo van het Zuiden,
Waalwpscbe en Langstraatsche Conranb
■lil J —III—us.A—IJIM1IHII nn »mi««iiiii—wTttw mm iimw—i m i
MM „DB BOBO VAN EBT ZUIDEN".
I
BREIMACHINE.
SEEHAf8ETAl!r!G»ySTUrt.STUIKT