IE M HM. van Breda, jouffrouw de Gruyter, geestelijke dochter van 's-Hertogen- bos. Door deze behulpzaamheyd en den zegen des Heeren is naer dry a vier maenden alles wederom in staet gestelt, zoodat er niet meer resteerde als één zaek, te weten dat onze Eer- weerde Mater groot misnoegen had over de onvryigheyd die zy bevond in in ons clooster ten opzigte van den meester, die onzen heer rector had doen komen, om de jonge religieu- sen te leeren zingen en spelen, niet zonder groote kosten en wynig avan- cement, dewelke ook in ons clooster woonden. Zoo heeft onze Eerweerde Mater haer religieusen beginnen op te wekken om door de voorspraek van den H. Joseph, daer zij zeer de voot toe was, van den last verlost te zijn, tot welken eynde wy aengeno- men hebben dagelijkx te lesen des avonds naer de complet 4) de litanie van den zeiven heyligen met beloften; als hij ons een dochter zoude thuys stueren met dese konst begaeft, wy aen haer den naem van Maria Josepha zouden geven, het welk alzoo ge schied is. Want in de maent 7bre 5) is aen ons toegezonden door een beg- gijntjen van Turnhout een dochter desgelijkx, dewelke wy hebben ont- fangen den tweeden 9bre 6) int zelve jaer 1730, en is de eerste geweest, die onze Eerweerde Mater tot Waelwijck heeft ontfangen en is ook de laeste ge weest! Want door de ziekte, daer on zen Eerweerden heer rector mede was bevangen in het jaar 1731, zijn wy genootzaekt geweest onze kerke te sluyten, voor zooveel zijn Eerweerde onbequaem was om zijnen dienst te konnen doen. En wy geenen anderen heer in het publiek en mogten heb ben, zoo hebben wy het ongeluk ge had van op eenen Zondag berooft te zijn van het heylig sacrificie der mis se, hetwelk ons grootelijkx heeft ge- smert. Doen 2) heeft onze Eerweerde Mater hetzelve laten weten aen zijn clooster Korssendonck en den Eer weerden prior heeft aenstonds zijnen Eerweerden heer supprior met den brenger van deze tyding medege- stuert en heeft ons gedient in het stieltjen 7) tot den lesten dag toe, het welk is geweest zeven maenden. Als wij dezen yreerden heer Otgens had den bekomen en onzen rector een wy nig erstelt was, zoo hebben wy de voorbenoemde dochter het habeyt ge geven op den 25 dag van Meert 1731 en is genaemt zpster Maria Josepha Driessen; den dag daarnaer is ook ge- professit zuster Augustina van Maes- aclcer, zoo wij nu in het getal waeren: vijf religieusen, één novitie en zes zusters. 8). Naer verloop van dx-y a vier maen den hoorden wy zeggen, dat in het land van Heusden meer als seventig Fransche vlugtelingen waei-en aenge- komen, die den koning van Vrankjijk had uyt zijn land gejaegt in hetzelve jaer 1731 en dat gaf ons groot agter- denken van ook weggezonden te wor den, hetwelk naer eenige maenden ook aldus geschied is. Naer eenigen tijd is den drossaert Juynen 9) met nog eenen heer ende zijne huysvrouw in ons clooster gekomen als vriend, om ons te bezoeken, en naer een lange vriendelijke cantenantie 10) gehad te hebben, heeft hy ons Eerweerde Ma ter aen d'een zyde genomen en haer gezeyd, dat wy zouden moesten ver trekken; tenzy wy nog eenen Judas- bors op konden brengen, hy zijn best dan zoude doen om het op een uyt- sterven 12) te krygen. Doch daer en was geen kans, want wij waeren ge- ploekken tot de stoppelveders toe, zoodat wij inde grootste henoutheyd zijnde, onzen toevlugt hebben geno men voor den troon Gods en zijn H. Moeder en voestervaeder den H. Jo seph, dat zy ons wilden beschermen in eenen zoo troubelen tijd. Naer eene lange dagelijksche verzugting met de tranen in de oogen gedaen te hebben, zoo hebben wy ondeiwonden hoe meer dat wy smeekten en zugten, hoe meer wy geslaegen wierden, zoodat wij ons zeiven aen de voorzienigheyd Gods hebben overgegeven, dat Hij met ons zoude doen naer zynen goddelijken wille, die ons in korten tijd is voorge- stelt geweest als volgt. Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verboden. Aanteekeningen. 1). Sinxendag is Pinksterdag, die in 1730 op 28 Mei viel. 2). Doen is toen. 3). De hagelslag was op dien dag xxiet alleen erg'te Waalwijk, maar ook te Besoijen, Baardwijk en Drunen. 4). Complet is completen, het slot der getijden van den dag. 5). 7bre is September. 6). 9bre is November. 7). Stieltjen. Hiermede wordt be doeld het uitoefenen van zeker ambt (ambacht), hier het waanxemend rec torschap. 8). Religieusen zullen die nonnen geweest zijn, die uitsluitend de gees telijke belangen van het klooster be hartigden, terwijl de andere zusters de stoffelijke belangen ter harte na men koornonnen en werkzusters). 9. Wordt bedoeld Otto Juyn, se cretaris en provisioneel drossaard van Waalwijk. De eigenlijke drossaard was na 1731 Frederik Vliethoorn. 10). Hiermede zal vermoedelijk onderhoud of gesprek bedoeld zijn. 11). Judasbors is Judasbeurs, is Ju- dasgeld. De valsche apostel Judas hield de beurs, maar misbruikte die ten eigen bate. Het geld, dat de non nen moesten betalen, om haar bestaan te rekken, was in de handen van die zusters geen verradersgeld, geen Ju- dasgeld, maar wel in de handen van den schout, die, ondanks het ontvan gen van dat geld, de nonnen toch be dotte en misleidde. 12). Bedoeld wordt: het blijven bestaan van het klooster zóó lang te verlengen, totdat de laatste non ge storven zou zijn. Er mochten dan ge durende dien tijd geen nieuwe zus ters aangenomen worden. BINNENLAND. De kabinetscrisis opgelost. Naar verluidt hebben de pogingen van den Minister van Staat Jhr. Mr Ch. Buys de Beerenbrouck, tot vor ming van een extra-paidementair ka binet een gunstige uitkomst gehad. Naast Jhr. Mr. Ruys de Beeren brouck, die nevens het voorzitterschap van den Raad van Ministers de porte feuille van Binnenlandsche Zaken en Landbouw op zich neemt, zal, naar wij vernemen het Kabinet bestaan uit Jhr. Mr. F. Beelaerts van Blokland, Minister van Buitenlandsche Zaken. Mr. J. Donner, Minister van Justitie. Prof. Drs. R. H. Woltjer, Hoog leeraar aan de Vrije Universiteit te Am sterdam, ondervoorzitter van den on derwijsraad, Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Jh'r. Mr. D. J. de Geer, Minister van Financiën. Mr. Dr. L. N. Deckers, Lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, Minister van Defensie. M'r. P. J. Reymer, Lid van de Eerste Kamer der Staten-Gneraal, Burgemees ter van Hilversum, Minister van Wa terstaat. Mr. T. J. Verschuur, Voorzitter van den Raad van Arbeid te Breda, Minis ter van Arbeid, Handel en Nijverheid. S. de Graaff, Minister van Koloniën. De benoeming is eerstdaags te ver wachten. EENIGE PERSSTEMMEN OVER DE KABINETSFORMATIE. HetAlgemeen Handelsblad" schrijft: „Wat de personen betreft, men weet wat men aan de heeren Ruys de Bee renbrouck, De Geer en Donner heeft. Dhr, De Graaff, die zich als minister vooral ïïiet de bestuurshervoi-ming in Indië heeft beziggehouden, za"l wel zijn gebleven die hij was gedurende zijn vorig ministerschap. Wat nir. Reymer aan Waterstaat doen zal, is moeilijk te zeggen; wij gelooven van hem, dat hij in elk geval meer zal weten wat hij wil dan zijn voorganger. De heer Deckers zal de moeilijke taak hebben als niet- militair de^ beide deelen van het depar tement van Defensie te besturen; hij was onder de Roomsch-Katholieke Ka merleden een dei*genen, die het meest studie maakten, van defensie-zaken; of wij van hem een, krachtig beleid speci aal van onze marine-zaken te wachten hebben? Na den c.-h. dr. De Visser en den r.-k. heer Waszink, komt nu de an ti-revolutionair Woltjes aan het depar tement van Onderwijs; wat de richting betreft waarin ons onderwijs wordt ge stuurd, zal het verschil, vi'eezen wij, niet groot zijn. De heer Verschuur is in de politiek een geheel onbekende. „Een krachtige bewindsperiode tegemoet".i „Dat vier katholieken, twee anti-re volutionairen, twee christelijk-histori- sehen en een neutraal minister in het nieuwe kabinet zitting hebben (laatst genoemde uit het jongste kabinet Ruys) doet voorzien, aldus schHjft „De Tijd", dat de steun, welke aan het nieuw'e ka binet wordt geboden, voornamelijk door de rechterzijde zal worden gebo den. Ook het feit, dat twee ministers uit het Kabinet-de Gee'r onder wie de vorige premier in de nieuwe re geering zitting hebben genomen, wijst op de krachtige en aaneengesloten be windsperiode, welke wij tegemoet gaan". „Rechts, onder katholieke signatuur". „De Maasbode" is van oordeel, dat de namen der nieuwe ministers geen oogenblik twijfel laten aan den aard van het optredend Kabinet. ,,Het wil zijn, aansluitend bij den uitslag der verkiezingen, een 'rechtsch, ooruitstrevend gezind, zij het dan door den drang der omstandigheden, extra parlementair Kabinet. Rechts, onder Katholieke signatuur. Dat cachet wordt er niet alleen aan ge geven door den formateur, maar ook door de bezetting van een viertal depar tementen, waaronder dat van Arbeid. Hierdoor wordt het Katholiek sociaal program leidend voor het nieuwe be wind." Het blad spreekt voorts zijn teleur stelling uit over het feit, dat de heer Co- lijn niet benoemd is tot minister van Buitenlandsche Zaken. „De Belgische kwestie zal zeker een der hoofdzorgen vormen van het nieu we Kabinet, en Colijn was de man, om hier hoogst verdienstelijk werk te doen. Het aanblijven van minister Bee, lae'rts zal in ieder geval wel de meeste verbazing wekken. Misschien is het niet geheel onmogelijk, dat dit aanblij ven, wellicht in verband metj de Haag- sche Conferentie, thans bijeen, slechts als voorloopig is bedoeld. Het Kabinet-Ruys, ofschoon; ook ex tra-parlementair verschilt toch princi pieel van het Kabinet-De Geer. Dit laat ste sloot principieele kwesties uit de sfeer van zijn beleid uit, het Kabinet- Ruys zal ongetwijfeld voeren een prin cipieel rechtsche politiek, niet in vast accoord met, maar toch rekenend op den steun der rechtsche partijen, zoo noodig ook hulp van andere zijde dank baar aanvaardend. Zoo opgevat, aldus besluit het blad, wacht dit ministerie een taak, die tot rijke zegen kan gedijen voor ons vader land". Partijkabinet". Het Vaderland" wenscht zijn oordeel over het nieuwe kabinet op te schorten tot den derden Dinsdag van September, wanneer het regeerings-pogramma be kend zal worden. „Alleen moet ons nog van het hart, aldus betoogt het blad, dat een werke lijk extra-parlementair Kabinet niet kan bestaan uit ééne zijde van de Ka mer door het wegwerken van mr. Kan, wiens heengaan uit het ministerie een zeer groot verlies is bovendien, is de opdracht tot het formeeren van een extra-parlementair ministerie ontaard in 't formeeren van 'n partij-kabinet; de heer Ruys had als vernieuwde op dracht gekregen de formatie van een extra-parlementair kabinet zonder bij voeging, dat het enkel uit mannen van de rechterzijde zou moeten bestaan." Zeer teleurgesteld is het blad door de herbenoeming van den oud-minister van Koloniën, De Gx-aaff, tot leider dei- Indische politiek. De eerste indruk van het kabinet roept bij de Residentiebode gemengde gevoelens naar voren, allereerst wat betreft de politieke samenstelling. Deze, zoo vi-eest zij zal 'n zwakke stee wor den in het kabinet of anders tot een on- gewenschte politieke verwarring aan leiding geven. Wat de personen zelve betreft, merkt het blad op, dat het er noode eenige mist, die het nog meer waarborgen had- No. 63. Zaterdag 10 Aug. '29. 52e Jrg. j TWEEDE BLAD. Lotgevallen van de kloosterzusters van Nazareth te Waalwijk in de 18e eeuw, dóór J. van der Hammen Nicz. II. Als nu alles gedaen was, hebben wy alle de vervallen huysen aen het clooster toebehoorende gerepareert, als ook het clooster, en hebben het zelve jaer ontfangen Sr. Monica Schel- lekens, in het jaer 1729 zuster Mag- dalena van Boxtel, als leeke; voor nonnen: Sr. Theresia Eliens en Sr. Augustina van Maesacker. Naer dese ontfangen te hebben zoo heeft onzen Eerweerden heer Smyers, onzen rec tor van ons clooster, goedgevonden om voor een prioi'in te zorgen, waer- van ons clooster alle dien tijd berooft is geweest. Zoo heeft hij zyne toevlugt genomen, omdat hier maer twee non nen waeren, tot het clooster genaemt Zoeterbeke, gelegen aen de Dommel onder de parochie van Nuenen, waer dat hij heeft verzogt een bequaem re ligieus tot overste van ons clooster; hetwelk zoo ligtelijk niet en is ge schied, maer met groote moeyten, we- derzijdsche droel'heyd en commande van den Eex-weerden heer Nuntius, die benoemt heeft de eei-weerdige zuster Elisabeth Hurckmans als prio rin van ons clooster tot Waelwijck; en is hier gecomen in het jaer 1730, den 24 January op den avond van Paulus bekeei-ing en heeft dien nacht haer verblijfplaats genomen in onze gaste earner. Den volgenden dag heeft zij haeren intré gedaen als mater en is alsdan regt naer de kerke gegaen met zuster Augustina van Maesacker, die zij daer voor het eerst het habeyt heeft aengedaen en is den zeiven dag door den Eerweerd-en heer Landdeken geconfirmeert, maer niet zonder over- vloet van tranen. Als nu alles wel was en voor den wint scheen te zijn, zoo is er in hetzelve jaer 1730 op Sinxendag 1) zoo schrickelijk onwe- der van donder en blixem, vermengt met groote hagelsteenen, opgestaen, dat men niets anders mijnden óf het was den laesten dag des oordeels. Doen 2) is op dien streek alles ver- haegelt, wat de aerde voortsbrengt, alle oiise gelasen van de kerk, sellen (cellen), panden, refter, keuken, het heerenkortier, alsook het schallren dack en al het koren, zoodat wij doen 2) meer als duyzent guldens schaede geleden hebben 3). Maer den goeden God, die de zijne niet en ver- laet, heeft ons eenige goede vrienden toegezonden, die ons behulpsaam zijn geweest door hunne almoessen, waer- van den eersten is geweest den Eer weerden heer Joannes Verhyden, rec tor v. h. clooster Soeterbeeck, onzen Eerw. heer Smyers, rector van ons clooster, onze eerw. mater, zuster Eli zabeth Hurckmans, den Eerweerden heer Theodorus van den Broek, pas tor uyt den Ketel, jouffrouw v. Berk, Beste jongelui, Vacantie houden. Volgens belofte zou ik deze week een woordje zeggen over de vacantie. Hoe kunnen wij op aangename en tevens nuttige wijze onze vacantie doorbrengen Dat kunnen we natuurlijk op tal van manieren. Voor jongens en meisjes, wier ouders een rijke beurs hebben, is het vraagstuk natuurlijk niet zoo heel moeilijk. Die gaan b.v. met hun ouders naar zee en zoo al meer. Maar je kunt toch ook wel uitgaan, volop genieten zonder een volle beurs. Gods vrije natuur is toch zoo mooi, en daarvan kan iedereen zooveel ge nieten, als hij of zij maar wil. Bijna iedereen heeft toch wei elders een Oom of Tante of ander familielid wonen, waar het prettig zou zijn om te logeeren. Je schrijft er een vriende lijk briefje aan en vraagt of je een weekje zoudt mogen overkomen. En wanneer zich de jongelui netjes ge dragen en niet tot overlast zijn, nou dan zal menige Oom of Tante je gaarne ontvangen. Wanneer je de gast bent, moet je in alles voorkomend zijn. En onze nichtjes laten altijd een pret- tigen indruk achter wanneer ze Tante thuis een handje helpen en.... haar eigen kamertje in orde houden. Dat zijn zoo van die kleine lichte diensten, welke gaarne worden gezien en dank baar aanvaard. Zullen onze nichtjes dat goed ont houden Onze jongens gaan natuurlijk graag naar buiten. Nou, de omgeving van Waalwijk leent zich schitterend voor mooie uitstapjes. In overleg met je ouders kun je b.v. eens een ganschen dag met een troep vrienden naar den Roestelberg gaan er, de mooie duinen in. Daar hebben jullie volop gelegen heid om naar hartelust te spelen en te ravotten. Je gaat 's morgens weg en neemt den noodigen mondvoorraac en een flesch melk mee. In de duinen ga je dan heerlijk „piek—nicken" Met vriendjes onder elkaar beleef je in de vrije natuur veel genoegens. Maar denk er aan, blijft in alles netjes, laat het spel nooit baldadig worden, speelt nooit met vuur en ga ook nimmer over tot eenig vernielwerk. Wanneer je 't doet, zooals ik het zeg, zul je 's avonds dankbaar huis waarts keeren. Moe geravot, een kleur op de wan gen en de longen vol frissche lucht, 's jongens dan zal het eten smaken. Een aardige ontspanning is het ook 't visschen. Maar daarbij is het ge- wenscht, dat er toezicht is. Weest nooit roekeloos bij het water, en laat je nooit verleiden tot waag halzerij. Menigeen heeft dit met den dood moeten bekoopen. Bij de vele ontspanningen behoort zeker ook een gezamenlijk fietstochtje. Je kunt dan dorpen en steden be zoeken waar je voorheen misschien nog nooit bent geweest. Jullie ziet, dat er bij overleg nog veel te genieten is, zonder dat het veel geld behoeft te kosten. Benut de vacantie nooit om te luieren Sommige jongens blijven in de vacantie een paar uur langer op bed liggen dan gewoonlijk. Ze staan dan luierig op en hebben voor den geheelen dag geen zin meer nog iets te doen. Dat vind ik verschrikkelijk. Flinke jongelui zijn eiken morgen vroeg uit de veeren, ook in de vacantie. Gebruikt den vrijen tijd niet doel loos 1 Houdt je geest steeds frisch en opgeruimd. Als dan straks weer de tijd van werken begint zul je met nieuwen moed naar school gaan. Zoo doen we hé 1 Dag allemaal, Jullie aller OOM WIM. Van een Konlngsdochtertje. door OOM WIM. Heel lang geleden was er eens een prinsesje, dat altijd verdrietig gestemd was. Ze huilde om 't minste en alles had ze toch in overvloed, want haar vader was een zéér rijk en machtig koning, die woonde in een prachtig paleis, dat diep in een groot woud stond. Ze wilde zoo gaarne blij en vroolijk zijn, maar ze was nog onte vreden bij al 't rijke dat ze bezat en dat veranderde nooit Nu leefde er aan 't hof een zéér wijs man, met name Isidoor, die den koning al dikwijls zijn toekomst voor speld had. Op zekeren dag ging het prinsesje naar hem toe en sprak „Och wijze Isidoor, moet ik nou altijd zoo treurig in 't leven blijven? Ik wou, dat ik arm, héél arm was, maar vroo lijk en tevreden. Wat heb ik nu aan 't leven?" De wijze Isidoor keek haar héél lang aan en antwoordde.Ge zult gelukkig worden prinses Herma, want ge zult een klein gouden pitje vinden en als ge dat hebt ingeslikt, zult ge opeens 't vroolijkste kind van de wereld zijn. Maar waar en wanneer ge dit kunt vinden, dat weet ik niet". Even was 't prinsesje blij, maar weldra zat ze weer heel treurig in haar gouden stoel, die voor 't open raam van de prachtige eetzaal stond. Haar blond hoofdje, gesteund op een klein wit handje, keek verdrietig over haar kristallen bordje heen en huilerig sprak ze .Erwten voor een konings dochter. BaNiets is naar mijn zin". En opeens nam ze haar bordje en gooide den ganschen inhoud uit het raam, den tuin in. De vogeltjes kwa men kwinkeleerend aangevlogen en pikten vlug de erwtjes op. Ook een klein, grijs vogeltje was erbij. Enter- wijl 't prinsesje er steeds even treurig naar keek, zag ze, dat plotseling 't grijze vogeltje veranderde in een groote vogel, zoo heerlijk mooi, zoo goud glanzend in veeren, met allerlei kleu ren op kopje en staart, als ze nog nooit in den rijken tuin van haar vader had gezien. Ze sprong 'overeind en riep maar steeds; „O, die heeft 't gouden pitje ingeslikt. Nu zal ik 't nooit meer krij gen, nu zal ik nooit vroolijk kunnen zijn". Ze holde den tuin in, de vogel ach terna. Maar die vloog van boom tot boom en als hij zijn rijke veeren door- eenschudde, kwetterden de vele vogels van nijd en afgunst. „Ik wil 'm heb ben, ik wil 'm hebben", zei 't prin sesje en ze riep en flqot en zong, maar de vogel liet zich niet pakken. „Pak me maar, fiet-fiet" zong-ie en als ze hem dan bijna kon aanraken, fbot-ie haar uit; „Je krijgt me niet, sliep-sliep". Steeds holde 't prinsesje voort, vele, vele uren. Ze was nu heel ver van 't paleis verwijderd en 't begon reeds avond te worden. De zon keek laag door de boomen en de konijntjes zorg den voor 't avondeten. Opeens kwam 't prinsesje voor een zware ijzeren poort, die half open stond. De gouden vogel ging op een post zitten en 't prinsesje ging heel zacht den grooten tuin binnen. Met kloppend hart kwam ze bij 'n groot kasteel, dat er in de avondschemering erg verlaten uitzag. Daar liep een man met een blonde baard en een gouden kroon op. „Wie ben je?" vroeg hij met zware stem, terwijl hij naar haar toekwam. .Prinses Herma", zei ze lief. „Zoo. En wat zoek je hier? Waar kom je vandaan Het prinsesje keek hem met haar

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1929 | | pagina 5