I V. El tri «Cl. WOENSDAG 2 OCTOBER 1929. No. 78. i van i geh e raa i Hei Hj dei deze n die zon van ij mei DERDE BLAD. De raad onzer gemeente kwam gis terenavond in openbare vergadering bijeen onder voorzitteschap van den EdelAchtb. heer Moonen. slag Afwezig waren de heeren H. Donkers lege en B. Timmermans. De notulen der vorige vergadering werden zonder opmerking vastgesteld. AAN DE ORDE: 1. Ingekomen stukken. a. Van M. C. M. van der Heijden een bericht dat hij zijn benoeming als onderwijzer aan de openbare lagere school aanneemt. b. Exploitatie-rekening 19281929 van het blok van 14 woningen der Wo- ningbouwvereeniging „Baardwijk". De heer Rox Vraagt nadere inlichtin gen over het nadeelig saldo van 2741,09l/2 dat deze rekening aanwijst. De Voorzitter zegt- dat blijkens de bijgevoegde toelichting de subsidie van d gei het rijk hierop in mindering gebracht moet worden. Het eigenlijke tekort be draagt slechts 144.56. c. Proces-verbaal van kasopname. d. Schrijven van het bestuur der Christel. School te voorm. Besoijen, gem de 1 abtei d aai 1 zou :ervo an I id te meen ïeer gevol ér d: ijl el iblik erkla het ot dat het ten behoeve van die school en- :rst 0 le lee loop ting j uiteei ie wi j verl te. lelijk e nie staai iging kom' jferdi belasl ran wen tegen ;rs a l gew epteni it. 2 204 5 1271 3 74 8 100 6 Dctob jst. 91 179 s fdstr, \REN 13328 kele nieuwe leermiddelen zou wil len aanschaffen, waarvan de kosten 342.50 totaal bedragen. De Voorzitter zegt, dat hij de wets bepalingen die hierop van toepassing zijn heeft nagezien en op grond hiervan kan hij adviseéren de gelden hiervoor beschikbaar te stellen. Aangenomen. e. Schrijvén van eenige bewoners van de Eerste Zeine (Westzijde), met verzoek een lichtpunt op dezen wg bij te doen aanbrengen. Nu staat bij het klooster der Eerw. Zusters de laatste lantaarn en is het verderop vooral bij slecht, regenachtig weer, 's avonds zeer gevaarlijk loopen. Voorzitter. Het ligt in onze bedoe ling om die electrische lamp die aan den paal bij het station is aangebracht, te verhangen en aan te brengen aan een draad gespannen tusschen de beide laatste huizen der Mr. van Coothstraat. Zoedoende meenen wij dat men er in de le Zeine meer licht van zal heb ben. We zullen afwachten of het helpt. Aldus wordt goedgevonden. 2. Benoeming van diverse leeraren aan de gemeente-teekenschool. Er is en oproeping geplaatst voor een leeraar in het schoenvak-teekenen en een voor machine-teekenen. Voor elk dezer functies is slechts één candidaat komen opdagen, die dan ook beiden door B. en W. worden voorgedragen, n.l. voor schoenvak-teekenen de heer J. A. Bergmans te Waalwijk en voor machine-teekenen de heer J. G. Bon uit 's Bosch. Beide heeren worden met ingang van 1 Oct. a.s. voo'r een jaar tijdelijk be noemd. De heer L. Leblanc uit 's Bosch, des tijds eveneens tijdelijk benoemd, wordt thans door den raad, mede op advies van den directeur der Teekenschool, voor vast aangesteld. 3. Aankoop grond aan de Mr. van Coothstraat van het rijk. Hoewel de raad in geheime zitting B. en W. machtiging gaf tot dezen aan koop over, te gaan, moet deze nog for meel bij raadsbesluit worden goedge keurd. De raad gaat hiermede accoord. Van der Geld. Zou het geen aanbe veling verdienen dat wij ook den ver koopprijs thans vaststelden. Anders gaan gegadigden soms af op hetgeen de gemeente er voor betaald heeft. Voorzitter. Laat ons dat in de vol gende vergadering doen. Tegen den winter zullen wel geen liefhebbers meer komen om te bouwen. Wordt aangehouden. 4. Onderhandsche verhuring van een woonhuis aan de Mr. v. Coothstraat aan G. J. de Vries Het betreft hier slechts een verleging 'de'r huur, waarmee de. raad accoord gaat. 5. Voorstel tot onderhandsche verpachting: le van den „Elder waard" aan P. v. d. Brand; 2e van land langs de Burgemeester Smeele- laan aan A. v. Veldhoven en 3e van land bij het Oude Maasje aan W. CO' lijn. Op voorstel van B. W. worden deze landerijen aan genoemde heeren, die het thans ook in huur gehad heb ben, opnieuw verhuurd. Loeff. Toen de „Elderwaard" vóór J. 2 jaar verpacht moest worden, heb ik voorgesteld dit publiek te doen, zoo als met de andere landerijen gebeurt, maar nu ik mij op de hoogte heb ge steld van de ligging van dat land, kan ik er mee accoord gaan om het on- derhandsch aan v. d. Brand te ver huren. 6. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een crediet tot uitbreiding van de netten voor gas-, electriciteit en waterleiding voor de Eerste Zeine. (Zie prae-advies van B. en W. in ons vorig nummer) v. d. Geld. Wanneer dit crediet wordt toegestaan, wordt dan ook on middellijk begonnen met den aanleg? Of gaat het zooals met den aanleg van trottoirs in de Nieuwstraat, waar voor het crediet reeds zoolang is toe gestaan en waarmee men eerst dezer dagen begonnen is. Voorz. Het zal natuurlijk heel spoe dig gebeuren, want de aanleg is noodzakelijk voor de nieuwe wonin gen en zoo'n werk heeft natuurlijk den voorrang. Voor het werk door U bedoeld is 't crediet op de begrooting voor 1928 verleend, dus wordt het dit jaar gedaan zooals dit het best niet de werkzaamheden uitkomt. 7. Aanbieding gemeente- en be- drijfsbegrooting voor 1930. Voorz. Het eindcijfer is nog niet juist vastgesteld. De opbrengst dei- belastingen zal iets hooger geraamd moeten worden dan vorig jaar, maar we hopen dit hooger cijfer te kunnen krijgen met hetzelfde heffingspercen tage. Als gewoonlijk zal nu een commis sie van onderzoek door den Raad moe ten worden gekozen. Bij de eerste stemming verkregen de heeren B. Timmermans, C. Pullens, A. v. Schijn- del, H. v. d. Waerden en P. Verwiel elk 2 en de heer van Loon 1 stem, zoodat een herstemming tusschen de 5 eerstgenoemde heeren plaats moet hebben. Het resultaat dezer herstem ming is: B. Timmermans 2, H. v. d. Waerden 2, P. Verwiel 2 en C. Pullens 1, zoodat tusschen de 3 eerstgenoem- den moet worden geloot. Bij loting wordt de heer v. d. Waerden als lid der commissie aangewezen. De stemming voor het volgende lid heeft tot resultaat: P. Verwiel 6, C. Pullens 3 en B. Timmermans 2, zoodat ook de heer P. Verwiel geko zen is. De uitslag <Jer stemming, voor het 3e lid is: C. Pullens 5, B. Timmer mans 2, v. Loon 2, v. Schijndel 1 en Rox 1, zoodat een herstemming tus schen de 3 eerstgenoemde heeren plaats heeft met als resultaat: C. Pul lens 6, B. Timmermans 2 en v. Loon 1. Als derde lid is dus gekozen de heer C. Pullens. De Voorzitter verzocht de commis sie haar werkzaamheden zoodanig te regelen, dat B. en W. hun antwoord op het rapport der commissie nog voor de volgende vergadering kunnen indienen. 8. Stemming omtrent het voorstel betreffende den schoolartsendienst, aangehouden in de vergadering van 30 Aug. 1929. De heer v. d. Waerden zegt, dat, nu B. en W. niet met een nieuw voor stel zijn gekomen om alsnog bij den Prov. Schoolartsendienst aan te slui ten, hij enkele punten naar voren wil brengen om het groote nut hiervan aan te toonen. Op de eerste plaats citeert hij ver schillende zinsneden uit het hoofdar tikel in „De Echo" van Woensdag 4 September j.l. over dit onderwerp en onderstreept de daarin genoemde ar gumenten die voor een aansluiting pleiten. Niet een geneesheer met een drukke praktijk, maar alleen een daar voor speciaal aangewezen arts kan zich concientieus met volle toewij ding geven aan het geneeskundig schooltoezicht dat niet alleen een ge meente-belang, maar een algemeen- sociaalhygiënisch belang genoemd kan worden. Verder citeert spr. een uitlating van den Burgemeester van Drunen, voor komende in het raadsverslag in „De Echo" van 18 dezer, waarin deze toe treding met klem van redenen wer l geadviseerd en de overtuiging werd uitgesproken, dat, als alle gemeenten medewerken, men een flinke subsi die van de Provincie mag verwach ten, zooals in Zuid-Holland reeds ge schiedt, waar de Provincie 50% bij draagt. Ten overvloede heeft spr. zich nog gewend tot een der doktoren, die na mens 't Wit-Gele Kruis den brief aan de gemeenteraden mede onderteekend heeft. Uit zijn antwoord haalt spr. o.m. het volgende aan: „Het werk van een schoolarts int et worden opgevat als een sociaal-vn idi- sche functie. Dat wil naar zijne mee ning zeggen, dat deze werkzaamheid in de eerste plaats gericht is op het voorkomen van lichaamsafwijkingen en slechts in de tweede plaats op het herstel van bestaande afwijkingen. Men kan dus niet volstaan te onder zoeken waar klaarblijkelijk reeds af wijkingen zijn, maar men moet deze naspeuren, waar zij door de opper vlakkige waarnemer in het geheel niet worden vermoed. Het gaat om de klei ne afwijkingen van de norm, die slechts op den duur tot grootere aan doeningen zullen uitgroeien. Maar dat werk is niet het gewone werk van den huisarts, die toch met duidelijke ziektes als regel te doen heeft. Het werk van den schoolarts is het syste matisch en op gezette tijden nakijken van alle leerlingen, dus ook van de „zoogenaamd" geheel gezonden. Want het blijkt bij dit onderzoek juist, dat nog vele verborgen afwijkingen be staan. Bij incidenteel onderzoek, bij onder zoek bij klachten of als 't opvalt, is zulks niet te bereiken, dat kan alleen een schoolarts die systematisch werkt Een dergelijk omvangrijk werk doet een huisarts voor 150 niet. Schoolartsen-wérk ais noodzakelijk uit sociaal-medisch en sociaal-hygië nisch oogpunt. Wat heeft men aan zui gelingenzorg, wat heeft men aan een goedwerkend consultatiebureau, als de kinderen in de schooljaren ziek wo'rden Voorts bij uitzending naar gezondheids kolonies, bij beroepskeuze enz., dient de schoolarts een groote rol te spelen; bij 't uitzoeken van de geestelijk min de'rwaardigen, die speciaal onderricht behoeven (A.V.O.), om later in eigen onderhoud te kunnen voorzien. Een schoolarts kan door zijn specialen werkkring met dit alles vertrouwd ra ken. Dan wijst hij nog op de samenwer king ten bate der Consultatie-bureaux De schoolarts behandelt niet, maar geeft slechts advies, onderzoekt de leer lingen en verwittigt den huisarts van zijn bevindingen. Bij de stukken, die voor deze verga dering ter inzage lagen, trof ik nog aan een schrijven'van de Gezondheidscom missie van Waalwijk, onderteekend door den gemeentelijken schoolarts Dr Sweens, in welk schrijven geadviseerd wordt tot aansluiting aan den Provin cialen Schoolartsendienst. Ziehier dan 4 uitspraken van vér- schillende zijden, die allen de groote belangrijkheid van een Provinciale re geling, werkende met speciale school artsen, naar vo'ren brengen, in verge lijking waarmede het bestaande als ver ouderd en ten eenemale onvoldoende moet wo'rden beschouwd. Gaan wij nu nog even na, aannemen de, dat ook de Bijzondere scholen gaar ne van dezen Prov. dienst gebruik zullen maken, hetgeen we veilig kun nen aannemen, de bewuste aanvrage is immers unaniem onderteekend door Wit-Gele en Groene Kruis-instanties, dan kunnen wij een globale berekening maken van wat deze aansluiting aan de Gemeente zal kunnen kosten, ofschoon de finantieele zijde van geen belang ge acht kan worden, gezien het groote al gemeen menschelijk doel wat hie'rmede nader gebracht wordt. Op de lagere scholen in Waalwijk zijn pl.m. 1440 leerlingen. Kosten per eerling 0.75, waarvan aangenomen mag wo'rden, dat de Pro vincie, evenals in Z. Holland gesqjiiedt, 50 betalen zal en het Rijk 25 (als ik goed ingelicht ben) dan komt voor rekening der gemeente pl.m. 25 van 0,75 is pl.m. 0.20 per kind. De kosten voo'r de Gemeente zouden dan de lut tele som van 288.— bedragen. Geeft het Rijk de 25 niet, dan is het nog maar pl.m. 576.— per jaar, een be drag dat voor onze Gemeente niets be- teekent, maar waarvoor we iets goeds krijgen van groote waa'rde voor de ge heèle bevolking en speciaal voor het op groeiend geslacht Loon. Wat is hier eigenlijk de bedoeling. Ik begrijp er uit dat aan sluiting gevraagd wordt bij een ver- eeniging die een Schoolartsendienst wil oprichten. Voorzitter. Er is een ontwerp voor een provinciale regeling van dezen dienst samengesteld en men hoopt bij de uitvoering daarvan een flinke subsidie van de provincie te krijgen, maar die zekerheid heeft men blijk baar nog niet, anders zou men dit wel laten uitkomen. v. Loon. Wanneer wij hier zouden besluiten tot toetreding, heeft dit dan reeds direct verstrekkende gevolgen Voorzitter. Zeker, dan zijn we aan die vereeniging verbonden. Als de Raad er toe over gaat, dan moet hij zich geheel bij die regeling neer leggen. Loon. Als ik het betoog van den heer v. d. Waerden hoor, dan voel ik ook veel voor aansluiting, maar als U misschien nog factoren kent die een geheel anderen kijk op de zaak geven, dan zou het wel zijn nut heb ben deze den Raad mede te deelen. ^Pullens. Ik heb mei zeer veel genoe gen het beloog van den heer v. d. Waerden gevolgd. Ik heb het zeer betreurd dat B. en W. geen advies tot aansluiting hebben uitgebracht want ik vind het van zeer groot belang. Ook al zouden rijk en provincie niet bijdragen dan nog zou den wij ons niet aan dezen dienst mogen onttrekken. Voorzitter. Bij de overwegingen die het Dag. Bestuur geleid hebben bij het uitbrengen van haar prae advies heelt natuurlijk het sociaal hygiënisch belang dat er bij betrokken is ook een onderwerp van bespreking uitge maakt. En als ik de heeren daarmee gerust kan steilen, dan wil ik direct verklaren dat het college in beginsel unaniem gevoelt voor een school artsendienst. Het is dus niet het beginsel waar over w[| van meening verschillen. ii. en W. hebben alleen gemeend het algemeen en sociaal hygiënisch belang te moeten toetsen aan den algemee- nen toestand waarin onze gemeente verkeert. Wij zijn van meening dat Waalwijk geen behoefte heettaan een schoolartsendienst zooals die in de g ootere gemeenten van ons land ge organiseerd is. in die groote gemeen, ten is het contact tusschen de gezin nen en den behandelenden geueesheer zwakker en niet alleen zwakker maar ook niet permanent. Daar bestaat ook zeer weinig sa menwerking tusschen de ouders van schoolgaande kinderen en het onder wijzend personeel en daarom is het daar gewenscht dat een preventief hy giënisch toezicht wordt uitgeoefend, dus om gesignaleerde afwijkingen bij ónderen ter kennis van de ouders te arengen. Die toestand kennen wij hier niet. Bij ons is er een goede samen werking tusschen ouders en onderwij zers bij ons is er ook een blijvend contact tusschen de gezinnen en den huisarts, waardoor eventueele afwijkin gen bij de kinderen gemakkelijk ter kennis van den huisarts komen, die dan zijn maatregelen nemen kan. Wat het advies van de Gezond heidscommissie betreft, het spijt me dat ik het moet zeggen, maar daaraan hecht ik niet zooveel gewicht. De Voorzitter dier gezondheidscommissie, die zich uit dien hoofde bijzonder voor het hygiënisch belang van dezen kring moet interesseeren, is hier tevens ook schoolarts. Ik mag, ja ik moet toch aannemen, dat die schoolarts we op de hoogte zal zijn van den toe stand der schoolkinderen en wanneer hij het dan nog nooit noodig heeft geacht ongewenschte toestanden ter kennis van de gemeente te brengen (wat hij toch eventueel verplicht zou zijn) dan mag ik daaruit conslateeren dat deze toestanden geen reden tot klagen geven en kan dus thans het advies van de gezondheidscommissie bij mij zoo zwaar niet wegen. Nu wat de gevolgen betreft. Wanneer zoo'n schoolarts bij een der kinderen eene afwijking constateert geeft hij aan de ouders advies. Of de ouders aan dit advies gevolg zullen geven hangt van omstandigheden af. Vooral financieele omstandigheden, kunnen van dien aard zijn dat voor- loopig moet worden gewacht met aan dat advies gevolg te geven, Zulks zal gewoonlijk geschieden in overleg met den huisarts. Komen de ouders echter met dit advies bij het gemeentebestuur dan is dit voor het gemeentebestuur een gebod, waar het geen enkel cor rectief heeft en dus de verantwoording voor de gevolgen niet op zich mag nemen. Als gevolg daarvan vrees ik dat het beroep op het schoolfonds zoodanig zal toenemen dat met een veelvoud van het thans uitgetrokkene dient te worden rekening gehouden. En dat alles zonder dat de noodzake lijkheid gebleken is. Bij deze overwegingen kwam nog het feit dat B. en W. rtog twee andere maatregelen van algemeen sociaal belang overwegen n.l. het geven van een subsidie aan de vereeniging voor werkverschaffing aan onvolwaardige arbeidskrachten en aan het onderwijs aan achterlijke kinderen. De heer v. d. Waerden haalt o, m het argument uit het couranten-artike^ aan als zou een geneesheer met een drukke practijk niet geschikt zijn voor schoolarts, doch dit zit hem niet in zijne geschiktheid maar meer in het feit dat hij daardoor in de gelegenheid zou zijn klanten van een anderen dokter af te nemen. Dat argument kan dus ook zoo zwaar niet wegen. Het geschetste voordeel van het op treden van een specialen schoolarts ook in het Consultatiebureau is ook niet van belang. Wanneer men de verslagen van dit bureau naleest dan ziet men dat het zijn werk goed ver richt en daarvoor geen schoolarts noodig heeft. Ik meen hiermede de argumenten van B. en W. voldoende te hebben verklaard. v. d. Waerden. Ik moet U tot mijn spijt zeggen dat uw betoog mij in geen enkel punt overtuigd heeft. U begint met te zeggen dat B. en W. in principe unaniem iets voor een schoolartsendienst voelen, doch wijst dan op de samenwerking die er hier bestaat tusschen ouders, onderwijzers en huisarts. Dit argument gaat toch maar voor een gedeelte der kinderen op daar de plaatselijke schoolarts slechts voor een gedeelte der ge zinnen de huisdokter is. U spreekt dan over geconstateerde afwijkingen, maar het groote doel van den dienst moet juist zijn om afwijkingen te voorkomen. Voorkomen is beter dan genezen, dat moet voorop staan, de rest zijn bijkomstige argumenten. Daarom moet het een speciale school arts zijn wien het zijn uitsluitend ambt is op alles in de school acht te slaan. Als zoo'n organisatie provin ciaal geregeld is dan komen er be proefde ervaren medici aan het hoofd te staan, terwijl autoriteiten als burge meesters, bestuursleden van Wit-Gele en Groene Kruis, enz. mede in het jestuur zitting hebben. Dat het advies van de gezondheids commissie zoo weinig meetelt be vreemdt mij ten zeerste. Dat is toch een advies van deskundigen, waar wij slechts leeken zijn. Voor mij blijft dit dus een argument dat mee- spreekt. U heeft gezegd dat een der gevolgen zou zijn dat er te veel een aeroep op het schoolfonds zou wor den gedaan. Al zou dit blijken waar te zijn dan is dit nog van onderge- schikt belang, waar, zooals ik reeds heb opgemerkt de financieele kwestie een bijkomstige is. Verder sprak U nog van het voor nemen om aan twee andere zaken van sociaal belang subsidie te gaan geven. Juist om deze zaken goed aan hun doel te laten beantwoorden is de wer king van het schoolartsen.instituut van zoo groot belang. Spr. resumeert ten slotte nog eens zijn argumenten die voor aansluiting pleiten en meent dat zoo'n vooraan staande plaats in de provincie als Waalwijk niet mag achterblijven om zoo'n heilzame instelling te helpen oprichten, al zou haar dit ook f 288.-- of f 500.— of desnoods f 1000. kosten. v. Loon. De kwestie waarom het hier gaat is of het beter provinciaal dan gemeentelijk kan worden geregeld. Het blijft voor mij de vraag of alles in de praktijk wel zoo mooi is door te voeren. In elk geval zouden daar heel wat provinciale artsen voor noodig zijn. Zoo'n provinciale schoolarls zal ook niet zoo goed op de hoogte zijn met tal van plaatselijke toestanden en families, wat van groot belang kan zijn. Zal een plaatselijke ten slotte niet beter kunnen voorkomen dan een vreemde De Voorzitter vindt ook dat alles theoretisch heel aardig kan klinken, maar dat de praktijk niet zooveel verbetering zou kunnen brengen. Trouwens wanneer onze tegenwoor dige dienst niet naar genoegen zou werken is deze toch wel te verbeteren. Vlen kan de schoolarts bijv. regelmatig een rapport laten overleggen. Smolders. Ik wil niets terugnemen van hetgeen de voorzitter in deze kwestie reeds heeft naar voren gebracht inzake, het standpunt van B. en W. Geheel dit college, dus ook ik, voel wel voor het plan en zou gaarne aan de oprichting van zoo'n dienst tege moet komen, wanneer ook aan onze aezwaren kon worden tegemoet ge- romen, vooral uit finantieel oogpunt. De heer v. d. Waerden telt het finantieele bezwaar wel licht, maar voor het college van B. en W. weegt het zwaar en moet het ook zwaar wegen. De concept—regeling, zooals die ontworpen is, kan ons en ook andere gemeenten nog lang niet in alle opzichten bevredigen. De heer v. d. Waerden haalt nog als een motief aan dat er dan beter toezicht zal zijn op de uitzending van kinderen naar vacantiekolonies, doch ik geloof dat naast den schoolarts de T.B.C.-commissie en het Consultatie bureau die hier bestaan en waar alle patiënten komen, een waarborg genoeg zijn dat onze gemeente op dit punt gerust kan zijn. Ik voel eenerzijds de bezwaren door den Voorzitter geuit, anderzijds voel ik veel voor het principe; om een tusschenweg te nemen zou ik voor één jaar tot den dienst willen toetre den. Men kan dan eerstens trachten in de concept-regeling verbetering te krijgen verder kan uit die proef blijken of het niet te hooge finantieele offers vraagt en of het geheel naar genoegen werkt, zooniet, dan kan men daarop nog terugkomen. Als we zoodoende in beginsel tot toetreding besluiten, helpen we den dienst mede op gang brengen. De Echo van het Zuiden. Gemeenteraad van Waalwijk.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1929 | | pagina 7