Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ft
't
FEUILLETON
Liw middel KebV
52e JAARGANG.
UITGAVE?
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No, SA Teleyr.-Adres: ECHO.
■In.
d.d. October 1929, uitgebracht
door de Commissie uit den Raad
tot onderzoek van de ontwerpen
der gemeentelijke- en bedrijfs-
begrootingen voor 1930.
NAAR HET ENGELSCH.
J. SCHEEPENS.
Hoe&t-, bronchitis-Iyders
UL by cie hancl.
AKker'.s A loci LjSi rocp.
Ook uw adres
voor alle soorten KLEEDING
is en blijft bij
J. VERAA,Stationsstr.15
Bij de Markt, W A A L W IJ K
en te
ORIINEN, Grootestraat 27.
Het meest concurreerend
en vertrouwd adres
NUMMER 86.
WOENSDAG 30 OCTOBER 1929.
WiiWybsfke en knptraatscie Courant
Dit blad Ter*ch|nt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprfla per 8 maanden 1.25.
Franco per post door het geheele r|k 1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, erna.
franco te eenden aan den Uitgever,
Prfls der Advertentlën
20 cent per regel; mlnlnmm 1.50.
B| contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentlën moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om nl ter lijk 9 nor ln ons bezit
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD.
Wij .Rebben met belangstelling kennis
genomen van het rapport.
Wij waardeeren zeer den arbeid die
de Commissie aan de bestudeering der
ontwerpen en van de vraagstukken, die
zich daarbij hebben voorgedaan, heeft
willen geven. Aan die waardeering doet
niet tekort het feit dat wij niet over
tuigd zijn, dat onze voorstellen bij de
begrooting gedaan, niet juist waren,
noch het feit, dat wij slechts op enkele
punten met de Commissie kunnen mee
gaan en evenmin dat wij ons verplicht
zien te wijzen op de gevaarlijke gevol
gen van een beleid, dat, blijkens de
voorstellen in het rapport gedaan door
de Commissie, wordt voorgestaan.
Door de Commissie wordt niet alleen
aangetast het beginsel van het reservee
ren van overschotten van vorige dienst
jaren en het brengen van de winsten
der bedrijven in de gewone ontvangsten
der gemeente, doch zij doet meer dan
een voorstel betreffende zaken die ree.ds
een punt van behandeling hebben uit
gemaakt en waaromtrent reeds beslis
singen zijn genomen. Zoowel voor het
eene als het andere doet zij dit zonder
door een behoorlijke bewijsvoering aan
te toonen, dat de beginselen die ten
grondslag liggen aan het door ons ge
voerde financieel beleid, zooals het in
deze begrooting tot uitdrukking komt,
niet langer het richtsnoer kunnen zijn
voor het financieel beheer, noch dat er
gewichtige redenen zijn om op de ge
nomen beslissingen terug te komen.
a. Ten aanzien van het financieel
beleid worden voorstellen gedaan be
treffende: v.
Ie. De saldi van vorige dienstjaren
en het vormen van een reservefonds;
2e. De winstuitkeeringen der bedrij
ven.
b. Ten aanzien van het wijzigen van
„DB SOHO VAN HBT BUI DUN1'.
reeds vroeger genomen beslissingen
worden voorstellen gedaan betreffende:
le. Het vaststellen van het saldo der
rekening 1928;
2e. Het overbrengen van de over
schotten van vorige jaren naar den ka-
pit aaldienst;
3e. De bestemming van de op den
kapitaaldienst over te brengen over
schotten
4e. Het vormen van reserves voor de
bedrijven, thans reeds geregeld in de
bedrijf sverordening.
Wij zullen vooraf eenige algemeene
beschouwingen wijden aan beide groe
pen van voorstellen.
Bij de bespreking van groep a. moe
ten wij voorop stellen dat een voorzich
tig financieel beleid van het grootste
belang is voor goed gemeentebeheer;
n zoo ergens geldt hier „besturen is voor
uitzien". Daarenboven is een voorzich-
l tig financieel beleid noodzakelijk voor
het behoud van de credietwaardigheid
der gemeente, welke voortdurend een
beroep op de geldmarkt moet doen.
Ad le. Het wordt algemeen erkend
als van groot belang te zijn dat gestreefd
wordt naar stabiliteit in de belasting
heffing. Die stabiliteit kan érnstig wor
den verstoord wanneer saldi van vorige
dienstjaren worden aangewend tot be
lastingverlaging. Wij hebben dat hier
ondervonden toen bij de vaststelling van
de begrooting voor 1925 werd voorge
steld een belangrijk bedrag van het ba
tig saldo van 1923 te brengen onder de
gewone ontvangsten der begrooting '25.
Dit had tot gevolg een verlaging van
den belastingfactor van 3.5 tot 2.8. De
invloed van deze factorverlaging deed
zich ook nog gelden voor het hegroo-
tingsjaar 1926, op welke begrooting 1/3
komt van de opbrengst van het belas
tingjaar waarvoor de factor op dit cij
fer werd gebracht. Omdat voor het jaar
1926 niet over een gelijk saldo kon wor
den beschikt, had deze verlaging het
onvermijdelijke gevolg van een aanzien-
113
,,'n Aardige surprise voor onzen
vriend Henson", lachte hij. „Wat zal
het prettig voor hem zijn, wanneer
hij den volgenden keer weer naar
Longdeau Grange gaat om mevrouw
Littimer geld af te persen."
Bell lachte op zijn beurt dat hij
schudde. Inderdaad werd het net nu
al heel strak om den heer Henson
aangetrokken.
„Hoe maakt van Sneck het van
daag vroeg Steel.
„O, veel beter reeds", mompelde
Bell. „Ik ben van plan van avond te
opereeren, en ben tenminste blij, dat
je moeder nog een paar dagen bij
haar familie blijft logeeren."
Heritage scheen volkomen bereid
en in staat om het werk dat hem nu
te doen stond ook tot een uitstekend
einde te brengen.
Een sterke electrische lamp was
aangeschakeld op de geleiding der
studeerkamer, en uit de keuken had
men een lange tafel gehaald en tot
operatietafel gepromoveerd.
Meer dan eens zag Bell met be
langstellende nieuwsgierigheid naar
dokter Heritage, maar deze laatste
doorstond de proef glansrijk. En Bell
steeds Wybert-tabletten
meenemen, zoo gauw
^hebt U kou gevat, lastig
- zijn de gevolgen.
lijke verhooging van den factor, die ge
bracht moest worden op 3.8, dus nog
0.30 hooger dan hij was geweest vóór
de verlaging. Wanneer men, om het plas
tisch uit te drukken, teert op een saldo
van een vorig jaar, zonder zeker te zijn
dat men ook in de toekomst telkens op
nieuw over saldi zal kunnen beschik
ken, leeft men rijker dan men inder
daad is. De belastingheffing is dan niet
in overeenstemming met de gevorderde
uitgaven. De belastingbetaler krijgt den
indruk dat met de lagere belastinghef
fing de gemeentelijke huishouding kan
worden gevoerd. De ontnuchtering door
de opvolgende belastingverhooging
wordt dan oorzaak van groote ontstem
ming, afgezien nog van de moeilijkhe
den voor de bescheiden beurzen om de
weer zooveel hoogere belasting af te
zonderen van de middelen^voor de zoo
veel vragende levensbehoeften.
Ook in Gouda had men zich blijkbaar
laten verleiden om batige saldi in de ge
wone ontvangsten der begrooting te
brengen, wat niet heeft nagelaten later
ernstige moeilijkheden te veroorzaken.
Zoo citeeren wij uit een schrijven van
Burgemeester en Wethouders dier ge
meente, geleidende de begrooting 1928:
„Tegen het voeren van de politiek om
„steeds het geheele batige saldo te be
stemmen voor den gewonen dienst van
Adv. in Blokschrift
was er zeker van, dat wanneer een
maal de operatie op van Sneck achter
den rug en goed gelukt was, Heritage
nooit meer last zou hebben van hal
lucinaties.
„Ik geloof dat alles nu in orde is",
zei Bell tenslotte. „Vanavond na het
diner is het beste oogenblik. Dan zal
de geschiedenis verteld worden.
„Mijnheer Reginald Henson om u
te spreken, mijnheer
Een van Steei's bedienden kwam
met deze boodschap binnen en gaf
het kaartje van den schurk af. Buiten
hoorde men eenig gestommel, op het
kiezelpad kon men een half in elkaar
gereden fiets zien staan, en in de hal
een met stof bedekte figuur met den
hoed in de hand.
„Mijnheer heeft een ongeluk ge
had", zei de kamermeid.
Inderdaad, Henson scheen nog al
aardig neergekomen te zijn. Hij was
de helling af komen rijden, zoo -ver
telde hij, toen hij bij de kromming
van den weg plotseling over een hond
gereden was, en
„Wat voor 'n soort hond vroeg
Bell onverwachts. „Hoe groot en wat
voor kleur?"
Door die plotselinge vraag verrast
wist Henson niet wat te antwoorden.
Hij stond met den mond vol tanden
en stamelde onverstaanbaar een ver
ontschuldiging, die nergens op leek
Duidelijker had hij Bell wel niet kun
nen bewijzen dat het ongeval van a
tot z uit den duim was gezogen.
„Ge zult hier moeten blijven tot ge
weer heelemaal in orde zijt sloeg
David Steel hem koeltjes voor.
„Ja, laat hij maar hier blijven tot
vanavond", gromde Bell op gedemp-
ten toon. „Laat hij hier blijven tot
morgenochtend, dan kan hij uit den
mond van zijn slachtoffer iets verne
men dat zijn interssanten levensloop
voor 'n poosje zal beeindigen. Hij
heeft geen verband noodig Wat
zeep en water en een veeg met den
kleerborstel is voldoende om hem
weer hersteld te doen zijn."
Henson bekende reeds zich heel
wat beter te gevoelen. Zijn oppervlak
kige verwondingen verdroeg hij man
moedig, met een stoïcijnsche gelaten
heid, zijn hooge reputatie waardig.
Hij kon zich zelfs de luxe permittee-
ren, van ondanks alles te glimlachen.
Maar toch uitte hij de vrees, dat er
inwendig iets niet in orde zou kun-
„een volgend jaar, werden reeds bij de
„behandeling van vorige begrootingen
door enkele raadsleden ernstige bezwa
ren gemaakt".
en verder:
„Thans bij de behandeling van het
„z.g. voorontwerp-begrooting van 1928,
„ondervond het College al gedeeltelijk
„den terugslag van de bij nader inzien
„ongemotiveerd gebleken belastingver
laging in 1927, terwijl, wanneer de toe
standen zich niet wijzigen, de samen-
Stelling der begrooting voor 1929 nog
„aanmerkelijk ernstiger moeilijkheden
„met zich zal brengen."
Bij de begrooting voor 1928 hebben
wij voorgesteld ten aanzien van het dek-
i ken der geraamde gewone uitgaven te
aanvaarden het beginsel, dat daarvoor
alleen behooren te worden aangewend
de in hetzelfde jaar te verwachten op
brengst van de bronnen van inkomsten,
dat dus de belastingheffing voor een be
paald jaar wordt geregeld naar de be
hoeften van datzelfde jaar. Alleen dan
leeft men niet rijker dan men is.
Met dit beginsel zijn wij in goed ge
zelschap. In de laatste jaren zfjn reeds
tal van gemeenten overgegaan tot het
vormen van reserve fondsen, veelal ge
noemd „fondsen voor bijzondere doel
einden", gevormd uit overschotten van
den gewonen dienst die naar den kapi
taaldienst worden overgebracht. De
1 Raad heeft dan te zijner tijd aan deze
i fondsen de gewenschte bestemming te
I geven, hetzij tot dekking van tegenval-
Iers in de begrooting van den gewonen
j dienst, hetzij tot het dekken van uitgaven
j voor buitengewone werken, waarvoor
anders zou geleend moeten worden,
i De tijd is voorbij dat gemeenteleenin-
I gen maar steeds door even gemakkelijk
konden worden geplaatst. Wanneer
thans een beroep op de geldmarkt moet
worden gedaan, wordt eerst een zeer
minutieus onderzoek ingesteld naar het
gemeentebeheer en wordt een opgaaf
is. Maar de stumperd begrijpt niet,
dat we elke beweging van hem gade
slaan, en hij bedriegt zich zelf met de
overtuiging dat we zijn geschiedenis
als een evangelie gelooven. Denk je
eens in, iemand in zijn toestand, die
je zijn visite-kaartje laat presentee
ren Haha Leg hem ergens neer dat
we een oogje op hem kunnen houden.
Zoolang hij zich onder ons toezicht
bevindt, kan hij althans buiten geen
kwaad stichten
In hetgeen Bell zeide, school veel
waarheid en David Steel stemde hier
in dan ook grif toe.
Ondanks zijn verwondingen ge
bruikte Henson, nadat het kamer
meisje hem in de keuken had afge-
nen zijn dan hij dacht. Hij kon zich borsteld, en hij zich daar gewasschen
niet bewegen, zonder dat dit hem had, met klaarblijkelijk genoegen de
uitermate pijnlijk viel, en dan glim- thee, welke hem werd gebracht, en
lachte hij zwakjes. ook het diner, dat hij, gelegen op de
Bell sloeg hem gade als een kat 'n sofa van de eetkamer, meemaakte,
muis in de gaten houdt. En achter
dit zoetsappige, vleierige houding las
hij een of ander gevaarlijk plan,
liet hij zich uitstekend smaken.
„En laat ik de heeren nu niet lan
ger ophouden, als ze zaken hebben af
waartegen het zaak zou zijn, op z'n te handelen", glimlachte hij. „Als ge
hoede te wezen. Wat dit was, wist j een glas water bij me wilt zetten, heb
ik het hier uitstekend. De pijn
maakt koortsig en dorstig. Neen, ver
der heb ik nergens behoefte aan.
Bell niet, maar hij nam zich voor, om
hier nog vóór de avond om was, ach
ter te komen.
„Kunnen we hem niet beter naar
het ziekenhuis laten brengen op
perde Steel.
„Waarvoor antwoordde Bell
scherp. „De man mankeert niets
„Maar hij ziet er'uit alsof hij he
vige pijn lijdt
„In jou oogen misschien, maar niet j
Hij glimlachte weer met geduldige,
berusting, de glimlach, waarmede hij
op het podium altijd zooveel succes
had gehad. Met half gesloten oogen
leunde hij tegen de sofa, waarop
Steel hem had doen plaats nemen, en
hij scheen weldra ingesluimerd.
„Ik geloof wel dat we hem nu ver
in de "mijne repliceerde Bell. „Die j der. alleen kunnen laten", zei Bell,
man bedriegt je Hij is hier gekomen niet zonder diep, bijtend sarcasme,
met een bepaalde bedoeling, en het 1 „We behoeven ons niet ongerust over
zal wel spoedig uitlekken welke die hem te maken. Volkomen rust is al-
verlangd van zoodanig gedetailleerde
gegevens omtrent dé gemeente-financiën
dat het financieel beleid zeer duidelijk
spreekt. Van hoeveel belang het tot he
den gevoerde beleid voor onze gemeen
te is, blijkt reeds hieruit, dat wij bij de
plaatsing onzer leeningen geen moeilijk
heden ondervinden en wij zelfs hebben
ervaren dat wij konden slagen tegen
voordeeliger voorwaarden dan gemeen
ten die met de onze te vergelijken zijn.
De Commissie meent dat ons voorstel,
bij de begrooting 1928 gedaan, is aan
vaard, veronderstellende dat het de be
doeling zou zijn, dat in het reservefonds
worden gestort de overschotten die door
gelukkige omstandigheden, dus geheel
toevallig (onderstreeping van de Com
missie) zijn ontstaan, maar niet te hooge
overschotten uit de bedrijven als an
ders zins verkregen.
De Commissie is hier zeer moeilijk te
volgen. Overschotten op de gemeentebe-
grooting worden steeds verkregen door
gelukkige omstandigheden en dan zijn
ze naar onze meening en ook blijkbaar
naar die der Commissie, geheel toeval
lig. Het is ook niet anders. De ramingen
der ontvangsten en uitgaven op de ge-
meentebegrooting worden gewikt en ge
wogen en zijn meermalen vrfj nauw
keurig af te leiden naar de cijfers van
les wat hij noodig heeft."
Henson knikte nog slaperig en tot
dat de anderen de kamer hadden ver
laten hield hij de oogen gesloten.
Maar toen hij eenmaal alleen was,
werd hij opnieuw wonderlijk leven
dig en sterk.
„Tien minuten", zei hij bij zichzelf.
„Zeg een kwartier. Even aanraken,
dan wat water en klaar is de zaak.
En ze kunnen mijn daad nooit ont
dekken!"
HOOFDSTUK LIL
HET LICHT GAAT UIT.
Toen ze met z'n drieën eenmaal in
de operatiekamer waren, keek Bell
dokter Heritage nog eens onderzoe
kend aan. Doch deze laatste scheen
al zijn vrees te zijn vergeten. In zijn
oogen blonk een levendig vuur, maar
overigens was hij kalm en bedaard,
en wat men in zijn oogen las was niet
zenuwachtigheid of angst, doch de
vreugde van komenden strijd om de
overwinning.
„Ga nu v. Sneck maar even halen"
zei Bell tot Steel.
Eindelijk keerde Steel met den pa
tiënt terug. Alles lag gereed. Van
Sneck mompelde iets en keek vaag
om zich heen, als iemand die plotse
ling uit een diepen slaap ontwaakt
is. Doch hij gehoorzaamde gewillig,
toen Bell hem gebood zich op de tafel
neer te leggen. Na een paar minuten
was hij buiten kennis onder den in
vloed van de ether hem door Bell toe
gediend.
Wordt vervolgd.