glSmffllB
gemeenteraad.
12. Zaterdag 8 Febr. '30. 53e Jrg.
TWEKfiE Hl AD.
drunen.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Woensdag 5 Febr.
des nam. half acht.
Voorzitter de Edelachtb. heer mi
H. J. M. Loeff.
Afwezig de heer L. Pijnenburg.
Alvorens met de afhandeling der
„aenda een aanvang te nemen, wil de
Voorzitter allen in deze eerste vergade
ring van 1930 de beste wenschen voor
Jat iaar toevoegen. Moge 1930, aldus de
Voorzitter, voor U, voor Uwe gezinnen
„n voor de heele gemeente in alle op
zichten een gelukkig en voorspoedig
'3 Het^zlg. gemeenteverslag, dat B. en W.
ingevolge de gemeentewet in de maand
jDril ieder jaar aan den raad hebben
over te leggen, is eigenlijk het officieele
stuk, waaruit de toestand van de ge
meente zou moeten blijken, doch alge
meen is mëh het er over eens, dat dit
stuk om zijn ouderwetschen vorm ner
gens belangstelling meer wekt en het
noodig was t. z. t. hierin verandering
te brengen.
Spr. volgt dan het algemeen gebruik
van de raads-voorzitters, om in de eer
ste raadsvergadering van het nieuwe
jaar een resumé van den toestand op
verschillend gebied in de gemeente te
^Het inwonerstal ging met 10 achter
uit en bedraagt thans 3323. Als oorzaak
hiervan gaf spr. aan de zuigende wer
king der groote steden, met name Eind
hoven, op welk feit gelukkig steeds meer
de aaödacht, ook van de overheid wordt
gevestigd en voor de minder gewenschte
gevolgen wordt gewaarschuwd.
Het geboortecijfer was gunstig n.l. 101.
Er werden door particulieren 9 wo
ningen gebouwd; nimmer stond er een
woning wegens gebrek aan huurders
De werkloosheid in de schoenindu
strie bleef ver beneden die van 1928 en
was zeer gering.
Het G.E.B. gaf bij matige tarieven een
gunstig rendement, terwijl de opbrengst
van het privaat bezit aan landerijen we
derom die van het jaar tevoren overtrof
en evenveel bedroeg als de gemeente
aan belasting van de ingezetenen moet
heffen. Inderdaad een zeldzaamheid.
Het belastbaar inkomen en de aansla
gen ift de personeele belasting gingen
iets omhoog.
De schoenindustrie weet aan de moei
lijkheden, die deze tak van nijverheid
algemeen tSntmoet, energiek het hoofd
te bieden^ waardoor de bedrijfsuitkom
sten, hoewel niet bevredigend, over het
algemeen toch nog geen reden tot kla
gen geven.
Spr. gaat in dit verband uitvoerig in
op het nut dat een goede organisatie
zoowel van werkgevers- als van werkne
merszijde ter verbetering van tal van
toestanden zou kunnen hebben. Het is
wel niet de plaats en niet de taak van
den Voorzitter om dezen tak van nijver-
heid tot hechtere aaneensluiting en sa
menwerking aan te sporen, doch verge
leken bij het andere deel der bevolking,
de landbouwers, die algemeen veree-
nigd zijn en reeds veel door hun orga
nisatie hebben verkregen, valt dit ge
brek aan organisatiegeest ook zeer
sterk op.
De resultaten in het land- en tuin
bouwbedrijf waren, zooals algemeen de
kïa'dht is, niet gunstig, hetgeen geens
zins aan gemis aan energieke leiding
bij het landbouwbedrijf mag worden
toeg schreven.
De vele uitstekend werkende corpora
ties, de voor onze streek belangrijke
veilingvereeniging „De Langstraat de
vele land- en tuinbouwcursussen, de
flinke jonge boerenstanden en boerin-
nenbonden, om nog slechts tot enkele
feiten ons te beperken, toonen het te
gendeel duidelijk aan.
Spr. wijst verder nog op de verpach
ting der Drunensche gronden: men
meent veelal nog dat men zijn heil moet
zoeken in het pachten van heel veel
land. Spr. vraagt zich af, of zulk een
boer, met minder tevreden, door het
geen hij bezit, zorgvuldiger te bebou
wen, niet gunstiger finantieele uitkom
sten zou bereiken.
Een feit is dat deze gemeente een te
kort heeft aan behoorlijk en in pacht
billijk bouw- en weiland, hetgeen de ont
wikkelingsmogelijkheid van het boeren
bedrijf remt.
De gemeente Drunen geeft, wat bil
lijkheid der pachtsommen betreft, een
goed voorbeeld, haar pacht is in ver
houding met den onbrengst van het
land. Menig particulier volgt reeds dit
voorbeeld.
De nieuwe ontwerp-pachtwet bluft,
wat de voorschriften van dwingend
recht aangaat, nog verre beneden deze
gunstige pachtcondities van Drunen.
Wil men de ontwikkelingsmogelijkheid
van het boerenbedrijf hier vergrooten,
dan zal men naar middelen moeten om
zien om de in cultuur zijnde landen te
verbeteren en het in cultuur te brengen
land te vermeerderen.
In verband met den waterstaatstoe
stand, zegt spr., dat, nu eenmaal de eer
ste stappen voor de definitieve sluiting
van den Beerschen Overlaat zijn gezet,
een beslissing, waarmede direct of indi
rect de waters*aatstoestanden van biina
geheel Noordelijk Noord-Brabant zijn be
trokken en nu derhalve ot> goede gron
den mag worden aangenomen, dat over
circa 10 jaren de door de eeuwen ge-
saiictionneerde zijdelingsche rivieraf-
leid'ng van de Maas via de traverse van
de Beersche Maas tot 't verleden zal be-
hooren, zal men ook wat de waterstaats
toestanden van een groot gedeelte der
z.g. Drunensche huitendijk^che gronden
betreft, tot definitieve ingrijpende wijzi
gingen, die het Drunensche land zeer
ten goede komen, kunnen geraken. De
tijd van de waterbemesting is verder
voor de meeste gronden eenmaal voor
bij, nu de groote voortschrijding der
landbouwtechniek heel wat andere cn
krachtiger hulpmiddelen heeft geboden.
Wat dan de bovenbedoelde gronden be
treft, zal t. z. t. de winterwaterstand
dienen te worden verlaagd, terwijl er
des zomers wateraanvloeiing zal moeten
worden verkregen. Of de dan te maken
slooten ook voor de kleine scheepvaart
ten dienste van land- en tuinbouw zul
len kunnen worden aangewend, zal in
de toekomst dan nader moeten worden
bekeken.
Binnenkort hoopt spr. de gelegenheid
te hebben in een vergadering van den
Boerenbond deze kwestie uitvoerig te
bespreken.
Dit eene mag hier nog vermeld, dat
de gemeente Drunen j;eeds ten deze den
eersten stap heeft gezet, door in het z.g.
Herptsche Ven een watermolen van
flinke capaciteit te plaatsen, die uitste
kend blijkt te voldoen. Als op deze wijze
in de toekomst kan worden voortge
gaan, zal voor den boer meer bruikbaar
land beschikbaar komen.
Welaan, Mijne Heeren, opnieuw weer
aan den arbeid. Mogen onze vergade
ringen steeds op zoo prettige wijze ver-
loopen en mogen onze besluiten, die wij
dit jaar zullen hebben te nemen, strek
ken in het waarachtig belang onzer ge
meente, die ons allen dierbaar is.
A, v. d. Wiel. Namens den Raad zeg
ik U hartelijk dank voor Uwe goede
wenschen en waardeerende woorden.
Wij hopen dat Uw wenschen in vervul
ling mogen gaan, maar ook wij wen
schen U en Uw gezin veel heil en zegen.
Wij zijn er van overtuigd, dat de belan
gen onzer gemeente U zeer ter harte
gaan. Uwe leiding wordt door ons op
hoogen prijs gesteld, wijl onze verga
deringen daardoor steeds kort en zake
lijk zijn, een voorbeeld voor vele andere
plaatsen. De belasting wordt steeds la
ger, hetgeen ook iedereen tot vreugde
stemt. Wij hopen dat U nog vele jaren
de belangen onzer gemeente zult mo
gen behartigen en geven U de verzeke-
r'ng dat wij daaraan naar vermogen
zullen medewerken. Moge Gij nog vele
jaren onder Gods zegen aan het wel
zijn van Drunen arbeiden.
AAN DE ORDE:
1. Ingekomen stukken.
Procesverbaal van kasopname by den
gemeente-ontvanger, waaruit blijkt dat
op 31 December in kas was 4953,80.
Goedkeuring door Ged. Staten van 't
raadsbesluit betreffende de zekerheids
stelling van den gemeenteontvanger.
Beide stukken worden voor kennis-
j geving aangenomen.
I 2. Voorstel van B. en W. tot wijzi
ging der keuringsverordening voor wa
ren.
De voorzitter licht nader toe, dat des
tijds een verordening is vastgesteld ge
lijkluidend aan het concept dat aan alle
gemeenten was toegezonden. Het is
thans in de practijk gebleken dat in dit
concept leemten voorkomen waardoor
men zich bij ontduiking der warenwet
aan vervolging zou kunnen onttrek
ken. Om dit te voorkomen wordt voor
gesteld, art. 4 zoodanig te wijzigen dat
er inplaats van„verkoopen of ten ver
koop in voorraad hebben" wordt gele
zen: „iets te doen of na te laten in strijd
met de warenwet."
Verder is bij arrest van den hoogen
raad u'tgemaakt, dat melkverkoopers
niet vallen onder het begrip kooplie
den, waardoor de warenwet niet op
hen van toepassing zou kunnen zijn.
Dit is toch steeds de bedoeling geweest
en daarom wordt voorgesteld duidelijk
vast te leggen dat ook melkveehouders
hieronder vallen.
De voorgestelde wijzigingen worden
met algemeene stemmen goedgekeurd.
3. Voorstel van B. en W. tot wijzi
ging der verordening op den keurings
dienst van vee en vleesch.
Ingevolge mededeeling van het open
bare slachthuis te Waalwijk zal in het
vervolg het keurloon voor kalveren als
volgt geregeld worden. Voor kalveren
onder de 3 maanden 50 cent, van 3 tot
6 maanden- 2.—, voor oudere 4,
4. Bespreking vaststelling kermis
dagen.
Voorzitter. Het vorig jaar zijn uit
voerige besprekingen aan dit onder
werp gewijd. Er was toen een verzoek
ingekomen van de schoenfabrikanten,
waarin er op werd gewezen dat de ker
misdagen juist in de drukke Pinkster-
week vielen en verzocht werd hierin
verandering te brengen. Daarop heeft
de raad een proef, genomen de kermis
te houden op de beide Pinksterdagen
en Dinsdag en Zondag daarop de na-
kermis. Dit besluit gold toen voor één
jaar, dus zal de raad thans een defini
tief besluit moeten nemen.
B. en W. meenen dat het het beste is
de kermis te laten zooals die 't vorig
jaar was geregeld.
Van Drunen. Hoe groot is het ver
schil in opbrengst geweest van de
standplaatsen dit jaar en vorige jaren.
Voorzitter. De opbrengst was dit
jaar inderdaad aanmerkelijk lager,
doch ik heb kunnen constateeren dat
dit niet een gevolg was van het veran
deren der kermisdagen. De menschen
moeten het toch van de Pinksterdagen
krijgen. Wij hadden dit jaar geen groo
te inrichting op het kermisterrein, zoo
als het jaar tevoren.
Van Drunen. Ik heb verschillende
menschen gesproken die er sterk voor
waren dat de kermis weer op de dagen
van vroeger zou worden gesteld en als
het nu ook nog in de opbrengst der
standplaatsen scheelt, ben ik er zeker
sterk voor.
Voorzitter. Het is in een jaar niet uit
te maken of de opbrengst veel minder
zal zijn. We zouden het voorloopig nog
eens kunnen probeeren. We moeten
niet uit 't oog verliezen dat de kermis
verschoven is in het belang van de
schoenindustrie.
Van Drunen. Ik kan me niet inden
ken, dat de schoenindustrie gebaat zou
zijn met die twee dagen.
(De secretaris heeft intusschen in de
gemeenterekeningen der laatste jaren
de opbrengst der kermisstandplaatsen
nagegaan, waaruit blijkt dat in 1929
slechts 950 is ontvangen tegenover
1572.— in 1928 en ruim 1600.— in
1927).
Van Speijk. Lag het niet aan ons zelf
dat de opbrengst zooveel minder was
omdat we een inrichting geweigerd
hadden.
Voorzitter. Ja, er was ook nog een
inschrijving van een z.g. Paleis van
Volksvermakelijkheden, welke inrich
ting wij voor onze gemeente voor de
goede zeden niet wenschelijk achtter.
Hadden wij deze inschrijving geaccep
teerd dan was de inschrijving zeker zop
hoog geweest.
W. v. d. Wiel. Ik ben er ook niet
voor om voor die enkele schoenfabri
kanten en die paar dagen de gemeente
schade te laten lijden. Zoo druk is het
er de laatste jaren in de schoenindu
strie niet, er liepen zelfs de laatste ker
mis verschillende schoenmakers wer
keloos. Ik zou het nog voor één jaar
willen probeeren, doch als blijkt dat de
gemeente er schade door lijdt, dan ben
ik er in de toekomst tegen.
Muskens. Het argument van de
schoenfabrikanten om de kermis te
verzetten met het oog op de drukte,
was niet juist. Het kwam heel anders
uit, want ze hadden het erg slap met
kermis. Ik zou 't ook liever op denzelf
den voet als vroeger laten doorgaan.
A. v. d. Wiel. Naar mijn meening was
er alles voor met het oog op de drukke
Pinksterweek de kermis te verzetten.
Ik weet zeker dat er honderden paren
meer zijn gemaakt in die week en ik
heb het zelf bij ondervinding dat het
ieder jaar een drukke week voor de
schoenindustrie is. Ook heb ik verno
men dat de arbeiders nu twee dagen
hebben uitbetaald gekregen.
W. v. d. Wiel. Dat is niet overal ge
beurd.
A. v. d. Wiel. Van de voornaamste
fabrieken weet ik 't toch zeker en 't
bedrag dat de arbeiders daardoor ont
vangen is toch heel wat meer dan de
schade die de gemeente door het ver-
j zetten der kermis kan lijden, 't Is toch
hpWhcliik om in de drukste week van
I onze oogen voorbij." En 't was
I verwonderlijk vreemd te zien, hoe de
1 geheele kust zich voortbewoog. Daar
kwamen de hooge Alpen aan met hun
besneeuwde toppen en met hun wol
ken en zwarte dennen; de alpenhoorn
klonk diep weemoedig en de herder
jodelde vroolijk in het dal. Nu w7eer
bogen de bananen hun lange, neer
hangende takken over de boot heen,
zwarte zwanen zwommen op het wa
ter en de zeldzaamste dieren en bloe
men vertoonden zich op het strand.
Dat was Nieuw-Holland, het vijfde
werelddeel, dat met een uitzicht op
de Blauwe Bergen voorbijgleed.
(Wordt vervolgd).
Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verboden
DE HOF VAN HET PARADIJS.
Naar Andersen.
Vervolg.
Nu kwam de fee van het Paradijs;
haar kleeren schoten lichtstralen net
als de zon en heur aangezicht was
mild en zacht, als dat eener blyde
moeder, wanneer zij zich over haar
kind verheugt. Zij was in 't oogval
lend jong en schoon, en aanvallige
meisjes, elk met een lichtende ster
in het haar, vergezelden haar.
De Oostenwind reikte haar het be
schreven blad van den vogel Phoenix
over, en haar oogen fonkelden van
vreugde. Zij nam den prins bij de
hand en voerde hem in haar slot,
waar de wanden kleuren hadden als
't prachtigste tulpenblad, wanneer 't
tegen de zon wordt gehoudende zol
dering was één groote, schitterende
bloem, en hoe meer men er op staar
de, des te dieper scheen haar kelk.
De prins trad naar het raam en keek
door eene der ruiten; daar zag hij den
„Boom der Kennisse" met de slang,
en Adam en Eva stonden er dicht bij.
..Zijn die niet verdreven"? vroeg hy
en de fee glimlachte en legde hem uit
dat de tijd in elke ruit zijn beeld had
gebrand, maar niet zóó, als men dat
gewoonlijk ziet, neener was leven in,
de bladeren der boomen bewogen
zich, de menschen kwamen en gingen
door een andere ruit en daar was Ja
cobs droom te zien; de ladder reikte
tot in den hemel, en engelen met
groote vleugels zweefden op en neer.
Ja, alles wat in deze wereld was ge
schied, leefde en bewoog zich in de
glasruiten; zulke kunstige schilde
ringen kon alleen de tijd inbranden.
De fee glimlachte en bracht hem in
een groote en hooge zaal; de wanden
van deze schenen uit doorzichtige
schilderijen te bestaan, waarop het
eene gelaat al mooier was dan het an
dere; er waren millioenen gelukkigen
die lachten en zongen, zoodat zang
en lach tot één melodie samensmol
ten; die het hoogst hingen, waren zoo
klein, dat ze minder groot schenen
dan de geringste rozeknop, wanneer
die door een enkelen stip op 't papier
wordt afgebeeld. En midden in de
zaal stond een groote boom met
rijkbeladen takken, die onder hun
last bogen; gouden appels, groote en
kleine, hingen als sinaasappels tus-
schen de groene bladeren. Dat was de
Boom der Kennisse, van welks vrucht
Adam en Eva hadden gegeten. Van
elk blad viel een blinkende, roodc
dauwdroppel neer; het was, of de
boom bloedige tranen schreide.
„Laten we nu in de boot gaan!"
zeide de fee, „en op het golvende wa
ter ons verfrisschenDe boot gaat op
en neer, doch komt niet van de plaats
VIT HET DAGBOEK VAN
PIETER POR.
3 Febr. Haadsverslag gelezen. Uitste
kende Nieuwjaarsrede van den
voorzitter; zeer juist wat
omtrent boerenstand gezegd
wordt. Geloof dat de burge
meester wel iets op 't oog heeft
nu hij zoo spreekt over op
heffing boerenstand. Is dat
werkelijk zoo dan hooren wij
er meer van. Want hij houdt
van aanpakken en gelukkig
ookvan doorzetten en af
werken.
Woningnood m.i. op den
goeden weg. Eigenbouw moet
bevorderd worden en men
ziet met welk resultaat.
Gelukwensch-speech oudste
lid volkomen mijn instem
ming. Er lag over de geheele
vergadering een prettige sfeer,
vernam ik van buurman
raadslid.
Raadslid Rox deed de leden
en mij weer eens lachen. Ban
ken op den dijk en lantaarns
er achter! Vraagt liever en
kele banken nabij 't station.
Met genoegen las ik mede-
deelingen omtrent a.s. werken
in de Grootestraat. Nu weten
de menschen ook wat meer
van de plannen. De menschen
op de hoogte houden is je
ware, zegt Buurman en ik ook.
Hoop dat velen goed voor
beeld inzake stoepen en balies
van Pastoor van Riel zullen
volgen.
4 Febr. Buurman vraagt of het niet
mogelijk zou zijn, dat de klok
ken van kerk en gemeentehuis
gelijk worden gehouden met
die van 't spoor; 't scheelde
dezer dagen liefst 8 minuten,
wat voor Buurman en vele
andere reizigers een strop ge
weest is.
5 Febr. Vernam dat plannen Klerkx
Nieuwkoop op een paar uit
zonderingen na, groptelijks
instemming hebben van des
kundigen; de zaak wordt met
ernst doorgezet wist Buurman
uit betrouwbare bron en zal
men spoedig meer hooren en
zien.
Hoe zit 't toch met plan Ka
mer van Koophandel omtrent
verbeteringen Langstraatsche
havens door een sluis; dat is
toch in onderzoek of onder
zocht is niet? 't Is van onge
meen belang hoor!
5 Febr. Concert GroenenVerhoeven
bijgewoond. Schitterend in elk
opzicht. Een genot, maar ook
een eer voor Waalwijk. De
wereld-zanger vergeet z'n ge
boorteplaats niet. Is 't ook an
dersom 't geval. Waar bleven
de muziekliefhebbers? Waar
de zangers van liedertafels en
zangvereenigingen? Is een en
tree van 60 cent 25 spe
ciaal voor hen bepaald, nog
te hoog? Een 150 menschen,
er hadden er minstens 400
moeten zijn.
Belletje Irekken.
Is belletje trekken geen heerlijk aan-
'rekkelijk werk? Verrukkelijk, niei
vaar! Wie hetfi dat niet eens gedaan?
Ik zou haast zeggen, dat hebben we
dien wel eens gedaan. Nu,eerlijk
jezegd, ik heb het ook wel op mijn
geweten, maar toen ik grooter werd,
neb ik er veel spijt van gehad.
Ik zal jullie eens vertellen van Iwee
vriendinnetjes, die ook belletje hadden
getrokken en reeds denzellden avond
er spijt van hadden.
Vter uur had de torenklok geslagen
jn eer die prachtige klank der slagen
was weggestorven, gingen de school
deuren open
Daar kwamen de scharen kinderen
wee aan twee de deur uit. het hek
loor, maar zijn ze door het hek dan
oehoeven ze niet meer naar het hand
jeklap van den onderwijzer of der
•nderwijzeres te luisteren Dan...
ijn ze vrij Het hoofd der school
•p de stoep om te zien of alles orden
el ijk gaat.
Hier zien wij een troepje jongens
*n meisjes knikkeren.
Daar zijn een paar jongens aan 't
vechten om die vechtenden staat een
tardig groepje geschaard om te kijken,
wie het wint.
Er zijn ook jongens en meisjes, die
van hun ouders eerst naar huis moeten
<omen en als ze dan eerst thuis zijn
geweest, mogen ze gaan spelen. Zoo
zien wij dus j ingens en meisjes op
direct huiswaarts loopen, bevindet
zich Annie van Dalen en Betsy var
Heeren. Ze hebben ieder een boeken-
tasch onder den arm en beiden loopet
stevig gearmd door.
Opeens zegt Annie.0, zeg. Bep,
zullen we eens belletje trekken?"
En eer Bep heeft geantwoord, heeft
Annle reeds een bel te pakken en
daar klinkt het door de gangtinge-
lingelirgl De volgende bel is voor
Bep en ook klinkt het tingelingeHrg.
Annie heeft een electrisch belletje in
zicht gekregen, waar ze driemaal op
drukt en het klinkt weer; rrrring!
rrrrrring! rrrrrringl
Heerlijk vinden ze het. ze genieten
ervan, ze krijgen beiden een kleur
van genoegen. En zoo gaat het de
geheele straat door, dan Annie, dan
Beppie, totdat ze het plein oversteken
en Annie thuis is. Bep gaat altijd met
haar mee, want Beis d'r moeder is
aldid uit werken en Bep mag dan bij
|uffrouw van Dalen de boterham op.
eten en daar blijven, totdat haar moe
der haar komt halen want een vader
heeft zij niet meer.
Moeder van Dalen zit te naaien, als
de beide meisjes binnen komen.
„Dag Moe!" „Dag juffrouw
.Dag k nderijes" en beide geven
|uff ouw van Dalen een zoen. Zij krij
gen een kopje thee. Toen zei Moeder
.Als jullie nu je thee uit hebt. moet
'je eens bij me op een bankje komen
zitten, dan zal ik jullie eens iets ver.
tellen. Dit deed Juff-ouw van Dalen
heel dikwijls, want ze kon altijd zoo
mooi vertellen en de mebjes luister
den liever, dan dat ze buiten sptelden.
Ze kwamen nu gauw bij moeder
zitten en deze begon
.Het was vanmiddag heel druk in
den winkel, zoodat ik je vader heel
dikwijls heb moeten helpen. Nadat de
klanten weg waren, Stor d ik nog even
te praten met Vader. Ik keek zoo eens
uit 't raam en daar zag ik mijn heide
meisjes aankomen (Dit zei Jnff ouw
van Dalen altijd daar Bep zoo dikwijls
bij Annie thuis was, het waren net 2
zusjes) Maar toen heb ik iets gezien
en daar ben ik erg van geschrokken.
Want jullie waren aan 't belletje
trekken."
vnnie: „ja. lieveling, dat is heel erg".
„Waarom, moeder
„Dat zal ik je eens vertellen. Jij
trok aan de bel. Nu kan daar een
jonge moeder gezeten hebben om haar
heel klein kindje te voeden. Ze moest
dit kindje neerliggen en misschien
woont ze wel op de derde age dus
al die trappen af (het kindje ligt maar
aldoor te huilen) en daar komt ze
beneden en ziet dan niemand voorde
deur staan. „He", ze teleurgesteld
„Niemand!" Nu moet ze weer drie
trappen op, ze boort ai gauw haar
kindje huilen en hijgend neemt ze het
op. „Kom maar, hier. lieveling, heb
jij zoo moeien huilen voor 'n paar
ondeugende jongens". Nog niet eens
wordt er aan meisjes gedacht.
En, B p. toen jij aan de bel trek,
kan daar een oud vrouwije In haar
kerkboek hebben ziiten lezen. Toen
zij de bel hoorde, legde ze haar bril
op de tafel, moest drie trapjes af. een
lange gang door en toen ze bij de
deur was en die open deed, was er
niemand.
„Niemand! hè, wat vervelend, al
weer die stoute jongens, om zoo'n
oud mensch zoo te laten loopen uit
de warme kamer in die koude gang."
Ze begint weer te lezen. Dit. Bep,
kan jouw belle'je geweest zijn."
Annie en Betsy beloofden, dat ze
het nooit weer zouden doen.
„Z^g", zei Annie even later fegen
Bet>y, „heb jij daar wel eens aange
dacht, hetgeen Moeder vertelde?"
„Ik niet".
„Ik ook niet".
„Maar dat doen wij nooit meer, hè".
„O. nee." nooit.
Even daarna kwam vrouw van
Heeren en Bep ging nu met haar
Moeder mee en ook aan hiar ver
telde ze de stoutigheid van „belle j s-
trekken", maar ze beloofde om't nooit
weer te doen,
TIEN DE HAAS.
BS LI
OUDERS, LEZEN UWE KINDEREN
OOK ONS JEUGDHOEKJE?
]g£g#