Land en Tuinbouw.
■No.
Fosforzure meststoffen.
Tot de noodzakelijke voedingsstoffen
vin de planten oetioort de tostor.
Evenals de stikstof vormt het een be
standdeel van de eiwitachtige stoffen,
wat bij het verbranden van hoorn ot
haar bijv. wel geroken kan worden,
liet maaKt een bestanddeel uit van de
celkern in de planten en daarom alleen
reeds onmisoaar. Zonder celkern
bestaat geen cel en dus ook geen
plant, daar aan de celkern al de erfe
lijke eigenschappen van de plant ge
bonden zijn.
Maar deze fosfor is meestal zeer
moeilijk oplosbaar en ligt dus buiten
het bereik van de plantenwortels, die
alleen opgeloste voedingstoffen op
kunnen nemen. Bij de bemesting die
nen we daar ook teidege rekening
mede te houden. Alleen oplosbare, in
den grond oplosbare meststoffen zullen
nuttig voor den plantengroei zijn. Die,
welke niet oplosbaar zijn, kunnen we
even goed in den zak laten en beter
noj heelemaal niet koopen, daar al
het geld, dat men er aan besteedt,
weggegooid is.
Evenals alle voedingsstoffen neemt
de plant ook de fostor niet in zuiveren
toestand, maar gebonden aan andere
stoffen op. Trouwens ook fostor is
niet oplosbaar en daar zou de plant
ook heel weinig aan hebben. De vorm,
waarin de fosfor meest aan de planten
gegeven wordt is die van de kalk
loslaten. Dat is meervoud, en dat wil
dus zeggen, dat er meerdere soorten
van kalktosiaat zijn. Het is noodig,
om dit nog even te zeggen, omdat er
de laatste twee jaar door sommige
handelaren op de onwetendheid der
boeren gespeeul erd wordt, doordai
ze .kalktosiaat" in den handel bren.
gen, dat hoegenaamd geen waarde
heeft als bemesiingszout. Maar daar
over straks meer.
De twee voornaamste kalkfosfaten
zijn; Superfosfaat en Thomasslakken
meel. Superfosfaat wordt bereid uit
mwe fostaien die over de heele wereld
voorkomen. In ons land worden vooral
loslaten uilNoord-Afrika (Marokko, Al
glers en Tunis) aangevoerd. Ze wor
den hier tot poeder gemalen en met
zwavelzuur behandeld. Daardoor ont
haal er naast de eigenlijke superfos-
laat ook nog gips. Het kalkfosfaat dat
er In voorkomt, en waar het om te
doen is, ls gemakkelijk oplosbaar ir,
water. En daarin verschilt het van de
ruwe loslaten, waaruit het is ontstaan.
Üeze zijn n.l. alleen in zeer steikc
zuren op te lossen zooals bijv. In
zwavelzuur of vitriool, salpeterzuur et>
zoutzuur. We begrijpen, dat deze nie*
In den grond voornomen, en daarom
mochten we Ook zeggen, dat al hei
gelj In deze ruwe kaïntosfaten gesto
ken weggegooid is Want wat men als
kalktosiaat tn den handel brengt is
niet anders dan het ruwe gemalen
kalktosiaat.
Juist trof ik dezer dagen een waar
schuwing aan tegen het gebruik van
de kalkfosfaat op de zandgronden. Dii
geldt tn nog meerdere mate voor de
kleigronden. De zandgronden toch zijn
alle tn meerdere mate zuur, de klei
gronden daarentegen niet. Wanneer er
van de gemalen ruwe fosfaten iets op.
gelost zal worden, zal dit nog eerdei
op de zure zandgronden gebeuren dan
op de niet—zure kleigronden.
De heer Ir. Cteveringa, rijksland-
bouwconsulent voor Noordelijk Oei
derland acht voor de zandgronden het
in het kalkfosfaat voorkomende tos
lorzuur geen cent waard. Kalkfosfaai
moeten we dan ook niet vergelijken
met een fosforzure meststof, maar met
zeer harde kalkmergelsoorten, zooals
Umburgsche kalkmergel. En daarte
genover deze Ltmburgsche kalkmergel
komt het nog onvoordeellg uit door
zijn veel te laag gehalte aan koolzure
kalk.
Keeren we nu naar de superfosfaat
lerug dan herhalen wij, dat we dit een
zeer goede meststof mogen noemen,
omdat het werkzame bestanddeel ge
makkelijk oplosbaar is. Intusschen
kleeft er voor de zandgronden een in
te meeste gevallen verkeerde eigen
schap aan, n.l. dat het een zure reac-
"e vertoont. En waar onze meeste
zandgronden zuur zijn is het niet noo-
ja veelal schadelijk, er nog een
zurigheid bij te brengen. Voor de
kleigronden is het de aangewezen
'osfaatmeststof.
Er wordt mij wel eens de vraag ge-
steld, of het nu altijd noodig is su
perfosfaat te geven en daarop moet
tet antwoord dan onikennend luiden,
wanneer er verscheiden jaren achter-
sen voldoende super is gegeven. Van
te superfosfaat wordt n.l. het eerste
Iter niet alles oogenomen. doch slechts
tegtveer 79 i 89 pCt. De rest spoelt
niet weg. maar blijft in den grond
bewaard. Heeft men nu geregeld een
behoorlijke fosfaatbemesting gegeven,
dan kan men wel eens een jaar over
slaan.
Behalve superfosfaat hebben we als
tweede fosforzure meststof het Tho.
masslakkenmeel. Dit wordt verkregen
ais een bijproduct bij de ijzerberei
ding. Zoolang er in het ijzer nog tos
tor voorkomt, is dit z.g.n. koudbrekig.
Die naam spreekt wei voor zichzelf
en wil dus niet anders zeggen, dan
dat het ijzer, wanneer het koud is en
men het vallen laat, breekt.
Dit gebeurt bijv. bij gietijzer. Daarin
is nog fosfor aanwezig. Door een
vinding van Thomas en Gilchrist is
net gelukt door kalk aan het gesmol
ten ijzer toe te voegen en er heete
lucht door te blazen de fosfor te bin
den, die dan in slakvorm op het me
taal komt te drijven. Die slakken nu
worden in kogelmolens gemalen en
als Tnomasslakkenmeei in den handel
gebracht.
Dit Thomassiakkenmeel is niet op
losbaar in water, maar wel in zwakke
zuren. Daardoor is het de aangewezen
meststof voor de zandgronden gewor
denZandgronden immers bevatten
veel zwakke zuren, vooral humuszuren
en koolzuur. Deze komen in veel
mindere mate in de kleigronden voor.
Daarbij komt dan nog dat Thomas
siakkenmeel zich door de kiel zeer
moeilijk laat verdeelen. Voor de zand
gronden is het daarbij van beteekenls,
omdat het een overmaat aan kalk be*
vat, zoodat zeer vaak alleen door een
voldoende slakkenmeelbemesting de
grond een behoorlijke kalktoestand be
houdt of verkrijgt.
De hoeveelheid fosforzuur, die in
beide meststoffen voorkomt is ver
schillend. Superfosfaat wordt geleverd
met 14 en 17 pCt. fosforzuur. Slak-
kenmeel heeft geen vast gehalte. Hei
kan varieeren van II tot 21 pCt.
Daarom wordt slakkenmeel ook meest
gekocht per procent aanwezige fosfor
zuur. Het best doet men een garantie
van het landbouwproefstation te Maas
tricht te eischen en dus te koopen
onder A. H. V. Maar dan moet men
ook werkelijk laten onderzoeken 1
S.
VERVOLG
PROVINCLAAL NIEUWS.
Gilde St Crispijn en St. Crispinianus.
Lezing.
A 8. Woensdag 26 Maart 's avonds
8 uur zal de ZeerEerw. Pater v. Erp.
O. C. voor de leden van den R K.
Vrouwenbond een lezing met licht
beelden geven over Brazilië en Java.
Barak Concours.
Heden (Zaterdagavond) vangt in café
„De Lindeboom" van den heer P. v.
Daelert alhier een groot barak-concours
aan. De traaie prijzen, die blijkens in
dit nummer voorkomende advertentie
zijn beschikbaar gesteld, zullen onge
twljfeld vele liefhebbers aansporen eens
een kansje te wagen.
Biljartwedstrijd
De pas opge.ichte Biljartclub T.O P.
gevestigd in het calé van den heer W.
Timmermans, Putstraat alhier, zal he
denavond haar openingswedstrijd spe
len. Het 2e zestal der W B.C ls bereid
gevonden om de tegenpartij te zijn,
zoodat we een spannende» wedstrijd
zullen kunnen aanschouwen.
Invulling en onderteekentng van
aangiften bij uitvoer van goederen.
Door den Directeur—Oeneraal van
de Statistiek te 's Qravenhage wordt
aan de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor de Langstraat le Waal
wijk verzocht aan het volgende zooveel
mogelijk publiciteit te geven
Volgens art. 2 der Statistiekwet,
wordt aan de exporteurs de verplich
ting opgelegd om zelf de aangiften
ten uitvoer van goederen (formulieren
I op geel papier) in te vullen en te
onderieekenen.
Expediteurs mogen zich voor in
Nederland gevestigde personen niet
met de invulling beiasten. Men stelt
zich bloot aan weigering van de aan
giften door de douane ambtenaren met
ais gevolg oponthoud in de expeditie
der goederen.
Gewezen wordt op het groote be
lang, ook voor de exporteurs van een
betrouwbare statistiek van den uitvoer
een betrouwbare statistiek ls alleen
bereikbaar, indien het grondmateriaal,
de uilvoeraangiften, door de expor
teurs zelf of door eigen personeel
worden opgemaakt, tevens met dui
delijke vermelding van naam en vol
ledig adres, zcoals het formulier aan
geeft.
Schenking
aan het Centraal Brabantsch Museum.
In de jaariijksche bijeenkomst der
vereeniging: „Vrienden van het Prov.
Genootschap" te Den Bosch, werd bij
monde van de presidente Mevrouw
van Rijckevorsel de Bieberstein uit
Berlicum aan het bestuur van het Prov.
Gen. het schilderij„Reconvalescentie*
van Frans Oerder aangeboden. Met
dit doek verwierf de schilder in 1912
op de Int. Tentoonstelling te Amster
dam een zilveren medaille. Frans Oer
der schonk persoonlijk een schilderij
„Noord-Brabantsche Koestal". Beide
werken werden door den voorzitter
V3H het Prov. Gen. Jhr. Mr. A. F. O.
van Sasse van ljsselt onder dankbe
tuiging aanvaard ter plaatsing in het
Museum.
De Electricitettstarieven in
Noord—Brabant.
Op Woensdag 19 Maart hielden de
R K. Weikgeversvereeniging in het
Diocees Den Bosch en de R K. Werk-
gevetsvereeniging in het Diocees Breda
een gecombineerde vergadering te
Tilburg ter behandeling van de in-
dustrietarieven der Provinciale Noord-
ürabanlsche Eiectrictteitsmaatschappij.
Behalve ue leden der beide genoem
de Vereenigingen waren ook alle
verdere Brabantsche industriëelen tot
bijwoning dezer vergadering uitge—
nuodigd. De buitengewoon groote
opkomst der Brabantsche industriëelen
naar deze vergadering de zaal was
tot in de uiterste hoeken gevuld
getuigde van de groote belangstelling;
die bij de Brabantsche industrie voor
dit onderwerp bestaat.
in zijn openingswoord zette de
Voorzitter der vergadering, de heer
Henri Mannaerls te Tilburg, uiteen,
dat de Besturen der R.K. Werkgevers-
vereeniging in het DRcees Den Bosch
en der R.K. Weikgeversvereeniging in
net Diocees Breda gemeend hebben
tn het belang der Noord—Brabantsche
industrie te handelen door de eenige
jaren geleden ingestelde Commissie
uit de Noord—Brabantsche Kamers
van Koophandel tot onderzoek der
Electricitettstarieven in Noord—Bra
bant uit te noudigen een uiteenzetting
ie geven van hare tot nu toe verrichte
werkzaamheden, de ervaringen door
naar opgedaan en de resultaten tot nu
ioe bereikt.
Spreker zegde de Commissie dank
voor hare bereidverklaring om aan dit
verzoek gevolg te geven.
Mr. B. J. M. van Spaendonck, die
vanaf de oprichting als Secretaris der
Commissie uit de Noord Brabantsche
Kamers van Koophandel tot Onderzoek
cler Eieciriciteitstarteven in Noord-
Brabant heeft gefungeerd, gaf ver
volgens een uiteenzetting van het
werk der Commissie vanaf hare op
richting tot op heden.
Hoewel de Commissie vanaf het
begin er naar gestreefd heeft haar
onderzoek naar de eieciriciteitstarteven
in Noord—Brabant in te stellen in
volledige samenwerking met de leiding
der PNE M., is tot groote teleurstel
ling der Commissie van die samen
werking weinig terecht gekomen Zelfs
de meest elementaire Inlichtingen
werden aan de Commissie onthouden,
zoodat deze hare conclusies uitsluitend
moest gronden op de inlichtingen van
de stroomafnemers ontvangen. Voorts
was het voor de Commissie een groote
teleurstelling, dat noch de Directie,
noch de Raad van Toezicht der
P.N.E.M. in de door de Commissie
uitgebrachte rapporten aanleiding vond
tot een meer geregeld contact en
overleg.
Weliswaar is het werk der Com
missie niet zonder vrucht gebleven,
hebben verschillende stroomafnemers
op voordeeliger voorwaarden con
tracten kunnen aangaan en is op 1
Januari 1930 een nieuw induslrietarief
in werking getredendit neemt niet
weg. dat de Commissie hei in hooge
mate blijft betreuren, dat het hei haai-
delijk bepleite overleg niet tot stand
is kunnen komen.
25. Zaterdag 22 Maart '30. 52e Jrg.
it n ui n una
VIERDE BLAD.
Waalwijk, 21 Maart 1930.
Verkeersbelangen.
Door de Kamer van Koophandel voor
de Langstraat is het volgende belangrij
ke adres gericht aan Gedeputeerde Sta
ten van Noordbrabant.
De omstandigheid, dat Uw College
zeer binnenkort 'n beslissing zal hebben
te nemen ten aanzien van het verleenen
van nieuwe concessies voor de exploi
tatie van autobusdiensten in het Land
van Heusden en Altena, biedt ons een
welkome gelegenheid U in kennis te stel
len van onze inzichten omtrent de op
lossing van het verkeersvraagstuk voor
deze streek. Dat een goede en afdoende
oplossing ook door Uw College van
groote beteekenis wordt geacht, zou
kunnen blijken alleen reeds uit het feit,
dat U ter bespreking van die oplossing de
vertegenwoordigers van belanghebben
de openbare organen uitnoodigde tot 'n
bijeenkomst ten stadhuize van Heusden
op 7 Febr. j.l., waaruit gevolgd is de be
noeming van een Commissie uit de ter
vergadering aanwezigen om Uw college
omtrent deze aangelegenheid van voor
lichting te dienen. Door Uwen Voorzit
ter is bij die gelegenheid duidelijk in 'l
licht gesteld den wensch om zoo moge
lijk het spreekwoordelijk geworden iso
lement der streek op afdoende wijze
op te heffen. In het verdere van zijne
inleiding zijn door Uwen Voorzitter
woorden gesproken, die ons uit het hart
zijn gegrepen. Uit hetgeen door den
Vice-Voorzitter onzer Kamer in zijn
Nieuwjaarsrede ten aanzien van den
economischen toestand van de streek is
gezegd en de middelen die zouden moe
ten worden aangewend om die te verbe
teren, spreekt een treffende overeen
stemming.
De economische toestand van deze
zeer vruchtbare streek is niet gunstig.
Daaraan valt niet te twijfelen. Bij de
nog vrijwel algemeen toegepaste land-
bouw-cultures levert de bodem voor de
bevolking in het algemeen niet een vol
doende bestaan op, ofschoon de streek
betrekkelijk dun is bevolkt. Als een zeer
voorname oorzaak van den slechten toe
stand mag zeker wel worden genoemd
de geïsoleerdheid van de streek, inge
sloten door breede rivieren met alleen
een vaste verbinding bij Heusden. De
ontwikkeling der middelen van snelver
keer is geheel aan deze streek voorbij ge
gaan. Een oogenblik werd de hoop ge
wekt in het spoorwegverkeer te worden
opgenonïen, toen door de Spoorweg
maatschappij „Midden-Brabant" plannen
werden ontworpen voor locaalspoorwe-
gen, bij uitvoering waarvan de streek
met het spoorwegnet zou worden ver
bonden. De optredende omstandigheden
hebben echter de ontwikkeling dezer
plannen ongunstig beinvloed, zoodat
ten slotte de hoop op de uitvoering
moest verloren gaan. In het besef van de
beteekenis van het zich kort daarna snel
ontwikkelende motorvoertuig als mid
del voor snelverkeer, dat ten deele de
locaalspoorwegen zou kunnen vervan
gen, wierpen verschillende onderne
mers zich op de exploitatie van autobus-
diensten, de meesten in de hoop op gel
delijk voordeel, een enkele met den
steun van hen, die in zagen dat betere
communicatiemiddelen ook voor deze
streek een levensbelang zijn. Het groot
ste gedeelte van deze ondernemingen
is echter in den loop van enkele jaren
weer verdwenen, omdat de verwachte
voordeelen uitbleven en wacht deze
streek tot op heden op een afdoende re
geling van het autobusverkeer.
Onze Kamer ziet in de oplossing daar
van voor de streek een zaak van het al
lergrootste belang voor het economisch
herstel. Wil men het autobus vraagstuk
echter oplossen in den zin van het vor
men van een voornamen factor voor dit
herstel, dan zal dit naar onze beschei
den meening moeten worden bezien in
breed plan.
De economische toestand is ongunstig,
de algemeene stemming is gedrukt, de
drang naar snelverkeer betrekkelijk ge
ring; de jarenlange geïsoleerdheid heeft
ook niet de behoefte aan snelverkeer
ontwikkeld zooals dat elders het geval
is geweest; de wegen leenen zich voor
een groot gedeelte zeer slecht voor het
autobusverkeer. Het is dan ook niet te
verwonderen, dat de met veel enthousi
asme opgerichte exploitatie-ondernemin
gen op een fiasco zijn uitgeloopen.
Wij verwachten dan ook alleen heil
van de exploitatie van één krachtige on
derneming, die op de eerste plaats alge
meene verkeersbelangen wil dienen en
die in staat is de exploitatie voort te zet
ten tot de resultaten van het op juiste
wjjze gediende verkeersbelang zich in
een verbeterden economischen toestand
afteekenen.
De streek heeft voor herstel hulp noo
dig. die haar gegeven behoort te worden
in dfcn vorm van goede autobuslijnen en
verbetering van het wegennet. Door het
instellen van autobusdiensten uitsluitend
berekend op de behoeften van het oogen
blik, komt men naar onze meening ach
ter de feiten aan, inplaats van deze vóór
te zijn, omdat de tegenwoordige behoef
ten sterk worden gedrukt door den on-
gunstigen economischen toestand. Men
zou dan krijgen den bekenden cirkel,
weinig verkeersbehoefte en daarom wei
nig verkeersmiddelen, onvoldoende ver
keersmiddelen om behoefte aan ver-
keersgelegenheid te ontwikkelen. Wij
achten het noodzakelijk, dat vooraf gaat
het scheppen van goede verkeersgelegen-
heid, die de behoefte vóór is en deze sti
muleert en dat de noodige verkeersgele-
genheid althans voorloopig zoo noodig
in stand wordt gehouden door steun uit
de openbare kassen van die besturen, dié
ten deze tot steun geroepen kunnen wor
den geacht.
Wij zijn er stellig van overtuigd, dat
het instellen van diensten, gebaseerd
uitsluitend op de tegenwoordige behoef
te en afhankelijk gesteld van rentabili-
teitsmogeiijkheid, opnieuw tot teleurstel
ling zal leiden, evenals dit tot heden 't
geval is geweest.
In onzen gedachtengang zou de exploi
tatie voor de geheele streek dan ook
moeten worden gezien als één exploita
tie-complex. Door verbinding alleen van
bepaalde gemeenten zouden belangen
van andere gemeenten kunnen worden
geschaad. Het instituut der concessie
heeft dan ook de strekking te voorko
men, dat het algemeen verkeersbelang
ondergeschikt zou worden gemaakt aan
het particuliere belang van den exploi
tant.
In denzelfden gedachtengang zouden
wij dan ook in groote trekken voorstaan
een verbinding der streek aan de Oost
zijde via Heusden me* 's Bosch, aan de
Noordzijde met Gorinchem, aan de West
zijde met Geertruidenberg, aan de Zuid
zijde met de Langstraat over Waalwijk
en mogelijk straks, wanneer de veer
dienst in werking zal zijn gesteld, nog
via Kop van 't Land met Dordrecht.
De drie eerstgenoemde verbindingen
bestaan reeds. De verbinding op Waal
wijk heeft een tijd bestaan door de ex
ploitatie van de A.T.O. van een lijn Go
rinchemWaalwijk -Station Gilze-Rejjen.
De exploitatie van het traject Gorin
chemWaalwijk moest worden opgehe
ven omdat door de Kroon de door Uw
College verleende concessie zoodanig
werd gewijzigd, dat het opnemen van
reizigers tusschen Gorinchem en Meeu
wen werd verboden en daarna geen pas
sende aansluitingen konden worden ver
kregen op de diensten van twee andere
autobusondernemingen, die vanaf Meeu
wen in de richting Gorcum hetzelfde
traject exploiteerden.
In een schrijven van het Gemeentebe
stuur van Waalwijk, dat onze Kamer ter
ondersteuning werd toegezonden, wordt
mededeeling gedaan van de uitkomsten
van de exploitatie van de lijn Waalwijk-
Gorinchem door de A.T.O. Uit die gege
vens, die ook onze Kamer bekend zijn,
zal U blijken, dat, zeker bij exploitatie
door één onderneming, de vooruitzich
ten voor de exploitatie van deze lijn zoo
niet op een hoogere, dan toch minstens
op dezelfde lijn zijn te stellen dan die
van andere trajecten in de streek, die
thans nog in exploitatie zijn.
Het zou niet logisch zijn het Land van
Altena aan de Zuidzijde niet in verbin
ding te brengen met het dichtbevolkte
centrum der Langstraat en de met Waal
wijk reeds gemakkelijk verbonden groote
industriestad Tilburg.
Wij schreven in den aanhef, dat in de
streek de landbouw aan de bewoners 'n
niet voldoend bestaan oplevert. Men be
gint dan ook volle aandacht te schenken
aan de tuinbouwcultures. Herhaaldelijk
treft men in de Provinciale pers corres
pondenties aan, die de pogingen in deze
richting steun trachten te geven door te
wijzen op middelen tot verbetering van
de eerste pogingen, terwijl landbouw- en
tuinbouwcursussen, die in de verschil
lende deelen van de streek worden ge
geven, in dezelfde richting heenwijzen.
Proeven worden zelfs genomen met
bloembollen-cultures. Een streek, die
land- en tuinbouwproducten heeft aan
te bieden, beeft natuurlijk het grootste
belang bij verbindingen met bevolkings
centra. In dit verband is interessant de
beschouwing van Tr. J. F. L. Krugers
over de voorziening der gemeente Til
burg van eenige belangrijke voedings
middelen uit het landbouw-, tuinbouw-
en veeteeltbedrijf, opgenomen in het
jaarverslag 1925 der Kamer van Koop
handel te Tilburg, en waarin duidelijk
tot uitdrukking komt, dat voor de leve
ringen in de voorhoede zijn de streken,
die ten opzichte der bevolkingscentra
gunstig zijn gelegen en waar de toestand
van de verkeerswegen en van de ver
keersmiddelen het gunstigste is.
Onze Kamer had dan ook zoo gaarne
gezien, dat het initiatief, door den Voor
zitter van Uw College genomen, waar
van de strekking tocli zoo duidelijk in
zijn inleiding tot de te Heusden op 7 Fe
bruari j.l. gehonden bespreking werd
uitengezet, de oplossing van het vraag
stuk van het autobusverkeer in 't Land
van Heusden en Altena, zou gebracht
worden tot een plan van het ruime be
stek, zooals wij dat voor de economi
sche restauratie van de streek zoo drin
gend noodzakelijk achten.
De vertegenwoordiger onzer Kamer
in de advies-commissie heeft dit stand
punt in de vergaderingen dier Commis
sie verdedigd, doch heeft tot ons leed
wezen slechts vier leden daarvoor kun
nen winnen, zoodat het advies der Com
missie een geheel ander karakter draagt
dan daaraan gegeven zou zijn, wanneer
de door ons ontwikkelde denkbeelden
ingang hadden gevonden.
Wij betreuren dit omdat naar onze stel
lige overtuiging voortzetting van de ex
ploitatie door de ondernemingen, die
thans vernieuwing van hun concessie
verzoeken, na korten tijd opnieuw tot
teleurstellingen zal voeren, althans ze
ker niet voor de streek zoo dringend
noodige oplossing van het vraagstuk zal
geven.
Dit spreekt wel duidelijk uit het cijfer
van de opbrengst per K.M. van de N.V.
„De Onderneming die thans zonder
concurrentie de lijn over den Maasdijk
exploiteert en die naar mededeeling van
den Voorzitter der Adviescommissie
slechts 0.175 bedraagt.
Nu echter slechts voor U liggen de
concessie-aanvragen van de N.V. „A.L.
A.D." en van de N.V. „De Onderneming",
is het alternatief voor een oplossing in
den zin, ais door ons wordt voorgestaan,
niet voorhanden en daarom meenen wij
Uw College in overweging te mogen ge
ven de gevraagde concessie te verlee
nen onder voorwaarde, dat de door ons
aangegeven verbindingen, waartoe ook
de Commissie adviseert, tot stand wor
den gebracht, doch dat de concessie
voor een niet te lang tijdsbestek wordt
gegeven om de handen vrij te hebben,
wanneer zou blijken, dat ons inzicht
juist is geweest en de verleende conces
sie niet de gewenschte oplossing heeft
gebracht, wanneer Uwe medewerking
wordt gevraagd voor een betere en af
doende oplossing.
Ofschoón dit thans niet aan de orde
,js, meenen wij toch de vrijheid te mo
gen nemen van deze gelegenheid ge
bruik te maken Uwe bijzondere belang
stelling te vragen voor het wegenvraag-
stuk in het Land van Heusden en Altena
dat in zoo nauw verband staat met het
vraagstuk der verkeersmiddelen en de
verbetering van den economischen toe
stand van de streek.
Door onze Kamer werd destijds ver
zocht in het Rijkswegenplan op te ne
men een weg Gorinchem—Heusden
Drunen, die Rotterdam, het voornaam
ste centrum van handelsverkeer in ons
land, via de genoemde plaatsen voor 't
verkeer met motorvoertuigen, zoowel
voor personen, als stukgoederenvervoer,
in directe verbinding zou brengen met
de industrieele Langstraat en verder
Oostelijk Noordbrabant. Ofschoon wij
bij dit verzoek den steun kregen van de
Wegencommissie uit den A.N.W.B. en de
K.N.A.C., is daarop de mededeeling ont
vangen, dat deze weg niet kan wórden
geacht een hoofdverbinding te vormen
voor doorgaand verkeer met motorrij
tuigen.
Wjj zullen hel zeer waardeeren, wan
neer ook door Uw college op den tijd
en de wijze als door U geraden wordt
geacht, de aandacht der Regeering op
dezen verbindingsweg wordt gevestigd.
De schietoefeningen zullen dit jaar wor
den gehouden op:
Zondag 6-13-21—27 April, des middags
om 12 uur.
Zondag 4—18 Mei, des middags om 12 uur.
Maandag 2—16—30 Juni des avonds om
7 uur.
Maandag 14 28 Juli, des avonds om 7 uur.
Maandag 11—25 Aug. 's avonds om 7 uur.
Maandag 8—22 Sept. 's avonds om 7 uur.
Maandag 6—20 Oct. 's avonds om 7 uur.
De prijzen zullen als volgt verschoten
worden
De schutters, die 80 of meer punten be
halen, vallen in de le serie:
die 60—79 punten behalen in de 2e serie
45 59 n m n 3e
v 35 44 4e
25—34 5e
15-24 6e
0 14 7e ft
De Series kampen met het St. Crispijn-
feest elk afzonderlijk om den eersten, twee
den of volgenden prijs.
De schutters, die minder dan 5 schiet
oefeningen hebben bijgewoond, komen niet
voor een prijs in aanmerking.
Voorts ligt het in de bedoeling op 4 Mei
a.s. een Bondsconcours te geven en om het
volgend jaar een groot nationaal concours
te organiseeren, waarvoor thans reeds ver
schillende prachtige prijzen zijn toegezegd.