Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ONTERFD
i
uEtrnsum
FEUILLETON
ER
NUMMER 55;
WOENSDAG 8 JULI 1931.
54e JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38.
Telegr.-Adres: ECHO.
Prijs der Advertentiên:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Bij contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentiên moeten Woensdag en
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWEE BLADEN.
EERSTE BLAD
BUITENLAND.
Een accoord bereikt.
Havas meldt, dat overeenstemming
is bereikt tusschen de Fransche en
Amerikaansche onderhandelaars over
het Hoover-plan.
Stalin spreekt.
In een conferentie der leiders der
Sovjet—Rep. heeft Stalin een rede ge-
houden over de volgende onderwerpen:
conscriptie van de boeren ten behoeve
van de industrie, differendatie van de
loonen van geschoolde en ongeschoolde
arbeiders, bestrijding van het te groote
verloop van werkkrachten en verbete
ring van de productiviteit van den
arbeid, de vorming van een nieuwe,
technische intelligent), het aanboren
van nieuwe bronnen van kapitaalvor
ming.
Stalin beoogde, dat de werving van
arbeidskrachten van het land voor de
industrie, gebaseerd moest worden op
een systeem van contracten tusschen
de oeconomische organen en de col
lectieve bedrijven en laakte de oeco-
nomen, die „verzuchtingen slaken over
den goeden, ouden tijd, toen de arbeid
vanzelf kwam." Bij de verdediging
van de gedifferentieerde loonen, zeide
hij, dat de sowjetstaat van de arbeiders
hard werken, discipline en ouderlingen
wedijver eischte. Een stelsel van be
taling naar behoefte ('t communistische
ideaal) kon niet worden gedoogd,
De oeconomen moesten verder niet
terugdeinzen voor de waarheid dat de
ononderbroken, drie-ploegen werkdag
niet overal gerechtvaardigd is. Vaak
is het zonder voldoende voorbereiding
op papier ingevoerd. Deze, onder
nemingen moeten hun papieren her
vormingen moedig verwerpen en tijde
lijk terugkeeren tot het stelsel van één
van „De Echo van het Zuiden".
Uit het Engelsch
van
DOLF WYLLARDE.
30)
-Dat is een uitstekend idee, ver
klaarde ze opgewekt. Ik zal hem da
delijk schrijven of hij een paar weken
komt logeeren. Zal ik vragen of hij
Vrijdag komt?
Dat lijkt me heel geschikt.
En dan kunnen we de Harrel's
Zaterdagavond te eten vragen om
kennis met hem te maken.
Dat had ik ook al gedacht, zei
Barbara gretig en stond op. Terwijl
zij het boudoir verliet, vroeg zij zich
af, of haar moeder vermoeden zou,
met hoeveel overleg, maar ook na
hoeveel martelenden strijd met zich-
zelven, ze deze ontmoeting tusschen
Digby Harrel en Lester Kenyon had
ontworpen
Een paar dagen later kwam er een
brief van Kenyon, waarin hij mede
deelde, dat hij de uitnoodiging gaar
ne aannam, en Vrijdagmiddag op Cu-
trie hoopte aan te komen. Barbara be
sloot hem zelf met het rijtuig af te
halen. Het verwonderde haar niet dat
Digby na hun pijnlijk onderhoud zich
nog steeds niet weer op Cuthrie had
laten zien en het gaf haar een soort
smartelijke voldoening dat dien zelf
den avond Ted naar Thurlands ging
ploeg, gelijk in de tractorenfabriek te
Stalingrad reeds gebeurd is en op
houden de „moeilijkheden weg te
tooveren" met mooi klinkende frases
en heldhaftige moties. Ook de een
hoofdige leiding en de mechaniseering
van den arbeid werden opnieuw na
drukkelijk voorop gesteld.
Zwitserland en de ontwapening.
Bondsraad Motta bracht in zijn ter
gelegenheid van het feit, dat het kanton
Freiburg 450 jaren geleden is toege
treden tot het Eedgenootschap, ge
houden bijeenkomst, in herinnering dat
het volgend jaar de internationale
ontwapeningsconferentie zal worden
gehouden.
De beperking der bewapening door
onze groote buurstaten, aldus Motta,
zal de garanties voor onze veiligheid
vermeerderen. Wij zullen de leerstelling
van een eenzijdige bewapening niet
goedkeuren. Deze leerstelling is in
haar toepassing voor ons land een kind
der utopie of van de ineenstorting.
Wij zullen niet toelaten, dat ons leger
zal worden verzwakt, zoolang de mili
taire wijzigingen bij de groote mogend
heden geen vasten vorm aannemen.
Relletjes tegen de Chineezen
te Ping-lang.
Naar verluidt zijn 130 Chineezen
gedood of gekwetst bij anti-Chineesche
relletjes te Ping—jang in Korea.
De toestand Is gespannen. Vijftien
honderd Chineezen vluchtten in het
Chineesche consulaat.
Naar gemeld wordt zijn er 200 gewon
den. De geheele politiemacht is ge
roepen.
Een Koreaansche menigte doodde
29 Chineezen y 130 anderen en drie
Japansche politie-agenten werden zwaar
gewond. Het gepeupel vernielde meer
dan honderd Chineesche woningen en
eethuizen. Zij sleurden de bewoners
naar buiten en doodden of verwondden
hen zwaar. De politie rekende over
de honderd menschen inmaar zeven
uur lang was in de stad het gepeupel
baas. Ook in de andere groote steden
van Korea zijn opstootjes en betoo
gingen voorgevallen. Overal in Korea
heerscht de grootste ongerustheid. Te
Seoel zijn over de 4000 Chineezen
binnen het Chineesche consulaat
gevlucht.
Communistische propaganda te
Vtncennes.
Zaterdagavond tegen halftien werd
geconstateerd, dat de electriciteits
voorziening in de verblijven der Indo-
Chineezen achter den tempel van Ang
kor op de Koloniale Tentoonstelling
te Vincennes niet functioneerde. De
politie werd gewaarschuwd evenals de
bevoegde autoriteiten. De stroomvoor
ziening kon weldra zonder eenige
moeilijkheid hersteld worden.
Bij het onderzoek werden commu
nistische pamfletten in Annamietische
taal gevonden, die gedurende het
donker in de verblijven waren neer
gelegd.
Het monument van Slresemann
onthuld.
Te Mainz is onder groote beiang-
om Digby en zijn zuster en mevrouw
Morrence uit te noodigen den volgen
den Zaterdagmiddag op Cuthrie te
komen dineeren.
Dien Vrijdag kleedde ze zich met in
het hart een dof gevoel van wanhoop
om wat ze ging ondernemen. Toen ze
op het hordes verscheen, stond de
pheaton voor.
Zijn de paarden erg onrustig,
Jones? vroeg ze den stalknecht, ter
wijl ze met een critischen blik naai
de ongeduldig-trappelende dieren
keek.
Nogal mylady, antwoordde de
man. Niet dan met de grootste moeite
slaagde hij er in om de beide vurige
paarden in bedwang te houden. Maar
ik zal ze bij het station wel vast hou
den.
Barbara kon uitsteked met paarden
overweg en wist de dieren al spoedig
aan haar wil te doen gehoorzamen.
Halfweg het station gekomen, hoor
de zij opeens haar naam roepen en
toen zij het tweespan met een krach-
tigen ruk tot staan bracht, ontdekte
ze mevrouw Morrence aan den kant
van den weg. Zij bukte zich om haar
een hand te geven.
Heb je haast? vroeg mevrouw
Morrence. Ik heb je zoolang niet ge
sproken, Barbara.
Ik ga iemand van den trein ha
len. Maar ik heb nog tijd, in overvloed.
Wil je meerijden? Je moet toch den
kant van Thurlands uit.
Graag.
Mevrouw Morrence stapte in het rij
tuig en ging naast Barbara zitten.
-Ik heb gehoord, dat je een logé
krijgt, begon zij. Je moeder heeft ons
stelling het gedenkteeken voor dr.
Stresemann plechtig onthuld. Aan
wezig waren vertegenwoordigers van
den rijkspresident, rljksregeering. Prui
sische regeering, Rijksdag, Rijksraad
en de diplomatieke vertegenwoordigers
van Engeland. België en Nederland,
alsook mevr. de weduwe Stresemann
met haar twee zoons.
Van de verschillende redevoeringen
bij de onthulling moet in het bijzonder
die van dr. Curtius, de opvolger van
Stresemann als rijksminister van buiten,
landsche zaken, worden vermeld.
Curtius zeide o.a„ dat op het gebied
der buitenlandsche politiek, waar
Stresemann steeds heeft gewerkt, in de
laatste weken een geweldige spanning
merkbaar is geweest, waarop thans
echter een ontspanning begint te volgen.
Nog is men het niet eens geworden
over het voorstel van Hoover, maar
het door den Amerikaanschen presi
dent voorgestelde vrije jaar kan heden
reeds als zeker worden beschouwd,
zoodat de grondslag voor stabiliteit
van een duurzamen vrede onder de
volkeren kan worden gelegd.
De Graf Zeppelin naar het Poolgebied
Naar de luchtschipwerf mededeelt
is het vertrek van de Qraf Zeppelin
naar het Noorden nu definitief vastge
steld op 20 Juli.
De IJsbreker Malygin zal zich naar
de Noordelijke IJszee begeven om
daar in den loop van de maand de
Qraf Zeppelin te ontmoeten.
Reparatie der mNautllusu vordert goed.
De herstelwerkzaamheden in de
„Nautilus" ter voorbereiding van den
tocht onder het ijs van de Noordpool
worden krachtig voortgezet. De stuur
boordmachine is ontmanteld, opdat de
cylinders kunnen worden nagezien en
verwacht wordt, dat alle motoren
binnenkort weer in orde zullen zijn
Tegen den tijd, dat de werkzaamheden
zullen zijn beëindigd, zal alles gereed
zijn voor het vertrek naar Bergen,
waar de duikboot verder wordt uitge
rust.
De Textielstaking in Frankrijk.
Zaterdagavond is, naar Havas uit
Roubaix meldt, in de textielindustrie
overeenstemming tot stand gekomen
tusschen een deel der werkgevers en
de christelijke en socialistische vak
verenigingen.
Voor zoover de loonen betreft, be.
rust de thans getroffen regeling op 't
door minister-president Laval gedane
voorstel.
Maandagochtend werd in zestig
fabrieken door in totaal 50 000 arbei
ders het werk hervat.
Amerika's onafhankelijkheidsdag.
Volgens een telegram uit New York
zijn tijdens de viering van den onaf
hankelijkheidsdag bijna tweehonderd
personen omgekomen, o.a. tengevolge
van het afsteken van vuurwerk, motor,
ongelukkken, verdrinkingen enz.
BINNENLAND.
Nederland en België.
De laatste dagen zijn verschillende
berichten uit Brussel verschenen,
waarin sprake is van nieuwe onder
handelingen tusschen de Nederlandsche
en de Belgische regeering. De bewe
ringen 'en tegenspraken in de bladen
over de geheim gehouden beraadsla
gingen latende voor wat zij waard zijn.
kan het Dagbl. v. NB mededeelen,
dat er in den laatsten tijd in ieder
geval wel het een en ander gebeurd
is, waardoor een toenadering tusschen
de vragende partij, België en onze
regeering mogelijk wordt gemaakt.
Tot deze gebeurtenissen behoort
o.m. een kennisgeving namens de
Belgische regeering, dat men te Brussel
geneigd is, de keuze der uitmonding
van de verlangde verbinding tusschen
Schelde en Rijn geheel voor de ver
antwoordelijkheid der Nederlandsche
regeering te laten.
uitgenoodigd om morgen op „Guthrie
te komen) dineeren.
Ja, meneer Kenyon zal een poosje
onze gast zijn!
Ik geloof dat ik hem al eens in
Londen ontmoet heb. Ik vond hem een
beetje hoe zal ik zeggen een beet
je zwaar-op-de-hand, een beetje
plomp, vind je ook niet?
Neen, dat ben ik niet met je eens,
antwoordde Barbara rustig. En om het
gesprek een andere wending te geven,
vroeg zeHoe is het met Cecily
Dat gaat wei. Jammer voor haar
dat Digby zoo ver weg woont. Ik heb
hem al gezegd, datj hij maar zoo gauw
mogelijk fortuin moest maken en voor
goed thuiskomen.
t Maar 't is toch wel mogelijk, dat
hij altijd in St. Alousie blijft?
Dat lijkt mij niet waarschijnlijk.
Daarvoor was hij te oud, toen hij naar
West-Indië ging. Iemand, die heel jong
gaat, kan zich soms heelemaal aan het
leven daar aanpassen, maar Digby is
te veel aan Engeland gehecht. Daarom
zal hij ook wel nooit met een West-In
disch meisjes trouwen.
Niet? vroeg Barbara schijnbaar
onverschillig.
Neen. Jack heeft me geschreven
dat daar geen sprake van is. Mevrouw
Morrence sprak met buitengewonen
nadruk; blijkbaar was de inhoud van
Jack's brieven op dit punt van dien
aard, dat ze dankbaar gebruik maakte
van de gelegenheid om Barbara een
wenk te geven! Cecily, ging ze voort,
maakte zich ook al ongerust dat Digby
met een Creoolsche of iets dergelijks
zou komen aanzetten, maar ik heb
haar dadelijk gerustgesteld. Jack zegt,
dat de praatjes, die daar over verteld
worden allen grond missen. In zoo'n
gat als Port Gragas zijn de menschen
natuurlijk dolblij als ze wat te kletsen
hebben
Een bange twijfel maakte zich van
Barbara meester. Had ze zich mis
schien toch vergist? Maar dat kon toch
niet, mevrouw Melville had zich nogal
stellig uitgelaten en de kolonelsvrouw
had op St. Alousie de dingen met haar
eigen oogen gezien, terwijl mevrouw
Morrence haar berichten uit de tweede
hand had. Maar daar stond tegenover
dat mevrouw Melville een kwaad
spreekster was
Ik heb iets hooren vertellen over
Digby en een zekere mademoiselle de
Floissoic, waagde Barbara voorzichtig.
Natuurlijk door mevrouw Melville,
antwoordde mevr. Morrence prompt.
Dat is een gevaarlijke babbelkous, dat
moest je toch zelf ook hebben gemerkt.
Jack moest tenminste niets van haar
hebben. Hij schrijft dat het bepaald een
opluchting is voor Port Gragas, dat die
kletstante van het tooneel 'is verdwe
nen. Maar je kunt van mij aannemen,
dat er tusschen Digby en die juffrouw
de Floissac niets bestaat; Jack heeft er
lang en breed met hem over gesproken
en hij verklaart dat het allemaal laster
praatjes zijn. Het moet overigens een
coquet nest zijn, dat knappe Fran-
ijai setje.,
Ze waren bij een tweesprong geko
men, waar mevrouw Morrence moest
uitstappen en ze nam haastig afscheid.
Barbara reed door naar het station
een gevoel van onuitsprekelijke be
klemming, een wildjagende angst was
over haar gekomen.
Had ze zich dan tenslotte toch ver
gist en Digby afgewezen zonder dat er
eenige noodzaak was om hem en zich
zelf leed te berokkenen? Was het offer
dat ze ging brengen nutteloos? Maar
moest ze het werkelijk brengen kon
ze niet meer terug? Ze had immers nog
geen enkelen stap gedaan, dan haar
moeder te vragen haar Londenschen
bewonderaar te logeeren te vragen...
Ze bracht de paarden tot stilstand
voor het kleine, landelijke station en
hield de oogen gericht op het witge
schilderde hek, waardoor de reizigers
naar buiten kwamen. Toen ze Lester
Kenyon tusschen de passagiers zag,
voelde ze plotseling het zonderlinge
verlangen bij zich opkomen, om te kee-
ren en weg te rijden zonder hem! Hij
stond een oogenblik stil om zijn kaart
je af te geven, toen liep hij vlug op
haar toe en gaf haar een hand met het
air van iemand, die heel zeker van zijn
zaak is. Zooals mevrouw Morrence te
recht opgemerkt had, was hij een beet
je plomp, ongracieus en zwaar-op-de-
hand, heelemaal niet het type van een
jeugdig, sportief Engelschman. Het
leek wel alsof het gewicht van zijn mil-
lioenen.hem neerdrukte. Hij had een
korte, gedrongen gestalte, donkere
oogen met zware wenkbrauwen en zijn
gezicht had een doorschijnend roode
teint en scherp geteekende, ietwat nor-
sche trekken. Heelemaal geen echte
heer!
Wat vriendelijk van u, om zelf
mij te halen, begroette hij Barbara.
Och, 't is een aardige rit, ant
woordde Barbara luchtig, terwijl zij
opzij schoof om plaats voor hem te
maken. Hebt u er bezwaar tegen dat ik
men? Dan blijft de palfrenier achterin
zitten. De paarden zijn wat onrustig en
ze zijn altijd veel kalmer wanneer ze
voelen dat ik de teugels houd.
(Wordt vervolgd).
De Echo van het Zuiden,
Waalwpsche en Langstraatsche Courant,