stallatie van het raadhuis nog een jaar
willen uitstellen. Spr. meent dat een
particulier die een huis gebouwd heeft
en door onvoorziene omstandigheden
niet bij machte is de meubileering te
bekostigen in zoo'n geval ook zou
wachten met het huis te betrekken.
De Voorzitter zal op zulk een betoog
niet verder ingaan en vraagt of iemand
dit voorstel van den heer Nuijten
steunt.
Niemand blijkt er iels voor te
voelen.
De heer v. d, Waerden twijfelt er
niet aan of het voorstel is den heer
Nuijten door een goede meentng in
gegeven. doch hij zou het toch al te
gek vinden als het raadhuis klaar is
en de gemeente zou het niet kunnen
betrekken. Dat gaat z.i. te ver, hij
voelt meer voor het voorzichtige voor
stel van den heer v. Haren.
De heer v. Haren wil nog even
terugkomen op het betoog van den
heer Kifjberg die, omdat hij de mo
gelijkheid inziet dat we het geld het
volgende jaar noodig konden hebben,
de menschen nu meer zou laten be-
t len voor dat jaar. De belasting
betalers hebben nu al verschillende
jaren teveel moeten opbrengen en nu
zou men in dit slechte jaar de belas-
nog eens met 20 opcenten gaan ver.
hoogen. Daar is spreker tegen. Als
het zoover is kan men weer zien.
De Voorzitter zegtdat dit laatste stand
punt wel door een particulier kon worden
ingenomen maar voor een gemeente
zou dat een zeer verkeerd beleid zijn.
Een gemeente moet wel degelijk
vooruitzien om niet in moeilijkheden
te komen.
s De heer Spapens kan na de toezeg
ging van den voorzitter om zoo zuinig
mogelijk te zijn wel met het voorstel
van B. en W meegaan. Het zou toch be
spottelijk zijn als het raadhuis klaar
was en men kon het niet betrekken
Van den anderen kant wil hij er voor
waarschuwen om de bezuiniging niet
zoover door te voeren dat men een
installatie krijgt die niet degelijk is en
niet strookt met het gebouw zelf. Is
het een of andere te duur laat men
het dan liever uitstellen dan iets te
koopen wat minderwaardig is.
De voorzitter is het hiermede geheel
eens. Hij wil, om alle partijen te be
vredigen, de volgende oplossing aan
de hand doen: Al is de installatie van
het raadhuis eigenlijk een zaak die
verder bij B. en W. thuis hoort, toch
wil spr. het volgend jaar met'n totaal-
begrooting komen en den raad zelf laten
beslissen of hij met den opzet accoord
kan gaan.
Hiermede kunnen alle leden zich
vereenigen.
Bij punt 11, laarwedde van den ont
vanger geeft de heer Nuijten een uit
voerige uiteenzetting hoe de gemeente
administratie naar zijn meening diende
gereorganiseerd te worden om een
groote bezuiniging ten behoeve der
steunverleening te verkrijgen.
Door de benoeming van den heer
van Mierlo tot secretaris is de functie
van hoofd ambtenaar vrij gekomen en
zou daarvoor de heer Thijssen de
eenige die daarvoor voldoende bevoegd
heid heeft, in aanmerking komen. Diens
salaris ad. 2700.— wordt dus uitge
spaard. Verder is door het overlijden
van den heer van Liempt een bedrag
van f 400.— vrij gekomen dat deze
als administrateur der bedrijven ont
ving. Dit is te samen reeds f3100.—.
Het ontvangerschap zou naar den
chef-boekhouder der bedrijven, den heer
Bakkers, kunnen worden overgebracht
en diens salaris van f 2800 gebracht
worden op f3500— f4500 dus direct
f 700.— meer en later t 1000.— meer
dan zijn tegenwoordige regeling. Door
de meerdere werkzaamheden van dezen
boekhouder zou hem dan een hulp
kunnen worden toegewezen op een
salaris van f 1100—f 1700. Met het
oog op den leeftijd van den tegen-
woordigen kassier is voor deze hulp
een goede toekomst in het zicht.
Resumeerende komt spr. tot een
bezuiniging van f 4866 87 die hij naar
den post voor steunverleening wil
overbrengen.
De voorzitter zegt dat B. en W.
reeds lang aan reorganisatie hebben
gedacht die ongeveer het zelfde is ais
door den heer Nuijten wordt voorge
steld, alleen is de geschatte bezuiniging
van B. en W. ruim f 5000.—,
Qewacht wordt op een advies van
de Vereeniging van Nederl. gemeenten.
Zoolang er nog geen besluiten in dien
geest genomen zijn mag formeel het
bedrag nog niet naar een anderen post
worden overgebracht.
Verder zegt spr. dat ook de heer
Couwenberg met deze reorganisatie
eene promotie maakt.
De raad gaat na deze uiteenzetting
met dezen post accoord.
Bij art. 13 Presentiegeld der raads
leden zegt de heer Nuijten dat men
hedenavond voor de tweede maal over
de begrooting vergadert. Zou men nu
die 13 x f 3 f39 voor pre
sentiegeld van hedenavond niet naar
den post voor steunverleening kunnen
overbrengen.
Alleen DIT BLAD geeft
het uitgebreidste nieuws uit
Uw gemeente en de naaste
Omgeving.
De Voorzitter merkt op dat dit geen
nieuwe vergadering is doch een voort
zetting en er dus geen presentiegeld
voor gegeven wordt.
Bovendien gaat het hier over de
begrooting 1932 en het presentie geld
van thans be reft de begrooting 1931.
Wethouder Smolders kan een derge
lijk voorstel niet anders kwalihceeren
als kinderachtig gedoe.
Qeen der leden gaat verder hierop in.
Bij volgnr. 48 .Pensioensbijdragen*
merkt de heer Roxsopdat 1 18920.29
hiervoor een heel bedrag is dat alleen
door de belastingbetalers moet worden
opgebracht om de gemeente—ambte
naren een rustigen ouden dag te be
zorgen. Hij zou het billijk vinden ook
de ambtenaren hierin 50 pCt. te aten
bijdragen voor hun eigen pensioen en
50 pCt. voor weduwen en weezen.
De Voorzitter geeft een uiteenzetting
hoe het gekomen is dat de gemeente
de pensioensbijdragen voor haar reke
ning heeft genomen. In 1924 hebben
B. en W. overwogen om de ambte
naren hun pensioen-bijdragen zelf te
laten betalen doch dat stuitte op be
zwaren door de vereeniging van de
gemeenten Baardwijk en Besoijen met
Waalwijk waarbij de positie van de
betrokken ambtenaren niet verslechterd
mocht worden.
Destijds heeft die kwestie heel wat
voeten in de aarde gehad en ten slotte
zijn de salarissen met 10 pCt. verlaagd
en bleef de pensioensbijdrage voor de
gemeente. De ambtenaren kwamen
dus van den regen in den drop want
die bijdrage bedraagt ten hoogste 8'/2
procent.
Spr. herinnert nog aan het adres
door den heer v. d. Qeld destijds
tegen de salariskorting ingediend.
Momenteel staan de rijksambtenaren
tot de tanden gewapend om hun po
sitie te handhaven tegenover het
voorstel der regeering om een kleine
korting op hun salarissen toe te passen.
Laten we eerst eens afwachten hoe
over dit voorstel in de Kamer beslist
wordt, want daarbij komt ook ter sprake
om de gemeente 3 fCt. te korten op
de rijksbijdrage voor de salarissen
der gemeente-ambtenaren.
Is hieromtrent iets positiefs bekend
dan zullen B. en W. nader met voor
stellen komen op welke wijze deze
korting op de ambtenaren kan worden
verhaald.
De heer v. d. Waerden kan, na de
toelichting van den Voorzitter, waaruit
blijkt dat de ambtenaren destijds reeds
10 pCt. werden veiminderd, met post
48 accoord gaan, anders was hij het
met het voorstel van den heer Roxs
eens geweest.
Wat die 3 pCt. vermindering door
het rijk betreft zegt spr. dat hiervoor
bepalingen zijn gesteld. 0 a. dat de
gemeente er niet in slaagt de begroo
ting sluitend te maken met minder dan
40 opcenten op de fondsbelasting. Dat
ts hier ook het geval. Als men nu zou
besluiten 3 pCt. op de ambtenaren te
verhalen, dan zouden deze in dezelfde
positie verkeeren dan straks als ook
de gemeente die 3 pCt. gekort werd,
terwijl de mogelijkheid bestaat dat de
gemeente onder deze omstandigheden
niet gekort wordt, dus kan de gemeente
hiermede een flink voordeel behalen
en voor de ambtenaren blQft 't het
zelfde.
De Voorzitter vindt het voorbarig
nu reeds besluiten hieromtrent te
nemen nu nog niet eens vaststaat dat
het voorstel door de Kamer wordt
aangenomen. Als 't zoover is dan zullen
B. en W. zoo spoedig mogelijk maat
regelen nemen in het financieel belang
der gemeente.
Na nog eenige discussie wordt
besloten vooriooplg af te wachten hoe
de Kamer over de aanhangige regee-
ringsvoorstellen zal beslissen.
De heer Nuijten vraagt bij post 49
nadere inlichtingen over de z.g. .inkoop
van pensioenen".
Na uiteenzetting van den Voorzitter
dat de gemeente onmogelijk aan deze
betaling ontkomen kan, gaat hij hier
mede accoord.
No. 53. Bijdrage Hoofdstuk II
Kapitaaldienst.
De heer v. d. Waerden vraagt waarom
het bedrag van f5298, dat dus niet
meer noodig is voor het betalen van
wachtgeld aan de bij de annexatie
ontslagen ambtenaren, toch op de
begrooting gehandhaafd blijft. Hierdoor
wordt een reserve gemaakt, doch wan
neer dit gedaan wordt kan het z i.
beter openlijk gezegd worden. Spr.
vraagt zich af welke redenen ertoe
geleid hebben dezen post te handhaven
en de begrooting met zulk een belang
rijk bedrag te bezwaren. Spr. begrijpt
ook niet waarom deze post in den
loop der jaren zoo hoog gebleven is.
De ambtenaren hebben toch allen reeds
elders een andere betrekking gevonden.
De Voorzitter antwoordt dat dit
voortvloeit uit het fiuancieeringsplan
voor het raadhuis. Dat is onder nor
male omstandigheden opgezet en er
is rekening mee gehouden dat voor
de financieering de opcenten op de
fondsbelasting niet zullen behoeven te
worden verhoogd. Bij het plan is be
paald dat die f 5298 naar den Kaplfa'al-
dienst zullen worden overgebracht.
Bleven ze op den gewonen dienst
gehandhaafd dan zou er weer belasting
voor geheven moeten worden. Het
geldt trouwens maar voor een jaar.
58. Kosten van officieele ontvangsten.
De heer Nuijten wenscht om de
zuinigheid te betrachten in deze om
standigheden op dezen post te be
snoeien.
De Voorzitter zegt dat deze post op
de begrooting is gebracht opdat B. en
W. niet telkens den raad behoeven te
raadplegen. Het geld wordt natuurlijk
niet uitgegeven wanneer 't niet noodig
is. Wanneer er geen officieele ont
vangsten zijn wordt natuurlijk niets
uitgegeven.
63. Kosten van ambtswoningen van
veldwachters.
De heer van Haren merkt op dat de
commissie er aanmerking op gemaakt
heeft dat de kosten der woningen voor
de politie worden vergoed. Spr. vindt
dat hier een precedent wordt geschapen,
temeer waar de gemeente in den vorm
van toelagen aan ongehuwde agenten
gelden disponibel stelt voor woningen
die zij toch niet noodig hebben. Is 't
beslist noodig dat de agenten meer
krijgen, waarom dan niet eenvoudig
het salaris veranderd.
De Voorzitter zegt dat 't wenschelijk
is dat de politie een speciale woning
toelage ontvangt, daar de burgemeester
hun een woning aanwijst waar dit voor
de veiligheid het meest gewenscht is.
De toelage van f 100 is een der essen-
tieele onderdeelen van het salaris,
De heer van Haren blijft van meening
dat het salaris verhoogd moet worden
als de agenten meer noodig hebben.
Er is toch een speciaal tarief voor de
politie vastgesteld. Als dit hoog genoeg
is behoeft geen toelage meer gegeven
te worden, In het andere geval moet
het salaris verhoogd worden.
De Voorzitter meent dat voorkomen
moet worden dat de politie een woning
betrekt in een buurt die minder ge
schikt is. Wanneer echter de omstan
digheden weer zoo gunstig worden
dat tot een algeheele salarisherziening
kan worden overgedaan kan nog verder
worden gezien.
De heer Nuijten meent dat deze
toelagen een scheeve verhouding tus-
schen de verschillende groepen van
ambtenaren scheppen. Hij ziet niet in
waarom de burgemeester de woningen
der politie moet kunnen aanwijzen.
De heer Spapens is in 't algemeen
niet voor die emolumenten, zeker niet
wanneer de betrokken personen er zelf
niet aan participeeren, maar hij vindt
dat dit niet over de geheele linie stroef
moet worden doorgevoerd Er moet
rekening gehouden worden met de
menschen waarmede men te doen heeft.
Spr. Is de meening toegedaan dat de
politie een huisvesting moet kunnen
worden aangewezen, opdat de agenten
over de geheele gemeente verdeeld
kunnen worden.
De VoorzUter zegt nog dat het zoo
sterk is dat dikwijls niet volstaan kan
worden met een agent een buurt aan
te wijzen, doch dat dikwijls zelfs de
woning moet worden bepaald. Ook
spr. is het er in beginsel mee eens
dat zoo weinig mogelijk emolumenten
moeten worden verleend, doch deze
bestaan sinds jaren.
De heer v. d.' Waerden komt terug
op het geval dat Vrijdag door den
heer Nuijten is genoemd. De chef-
monteur en opzichter der gasfabriek
kunnen die wonen waar ze willen?
De Voorzitter zegt dat deze menschen
vrij zijn. Het is echter wel gewenscht
dat zfj dicht bij 't bedrijf wonen en
daarom zijn indertijd deze huizen voor
hen gebouwd en hiervoor een huur
prijs bepaald die lager is dan de
huurwaarden die de huizen bezitten.
De heer v. d Waerden merkt op dat
verschillende menschen vergoeding
krfjgen voor een fiets. Zou het niet
beter zijn dat de gemeente zelf een
aantal fietsen beschikbaar stelt en het
onderhoud hiervan jaarlijks aanbesteedt.
De Voorzitter vindt dit zeer verkeerd.
Als de lui hun eigen fiets gebruiken
hebben zij hiervoor veel meer respect.
De heer Nuijten vraagt of de in.
specteur van politie de woning, die
aan het nieuwe raadhuis gebouwd
wordt, zai bewonen.
De Voorzitter antwoordt dat deze
woning oorspronkelijk bedoeld was
voor den concierge, maar nu is ze voor
den inspecteur bestemd, daar het wel
wenschelijk is dat iemand van de po.
iitie dicht bij het bureau woontdaar
bij komt nog dat de huidige woning
van den inspecteur zal moeten worden
ontruimd, in verband met de plannen
voor het nijvetheids—onderwijs.
91. Toelage Gezondheidscommissie.
De heer Nuijten vraagt waarom een
hooger bedrag dan verleden jaar is
uitgetrokken.
De Voorzitter zegt dat het bedrag
is bepaald op grond der begrooting
der Qezondheidscommissie.
De heer v. d. Waerden herinnert
eraan dat indertijd sprake is geweest
over de kropbestrijding. Het advies is
gevraagd van den inspecteur der
volksgezondheid te Breda, terwijl B.
en W. zich verder nog gewend heb-
ben tot den Gezondheidsraad. Spr.
acht spoedige maatregelen gewenscht
daar krop in deze gemeente veel voor
komt. Hij vraagt of het advies nog
niet is ingekomen.
Weth, Smolders zegt dat deze
kwestie de volle aandacht heeft van
B. en W.op de begrooting is reeds
een bedrag uitgetrokken voor de aan.
schaffing eener installatie, nog steeds
is echter het rapport van den Gezond-
heidsraad niet verschenen.
De heer v. Haren vraagt of de com-
missie nooit stappen heeft onderno.
men tegen de firma die aan het
Hoekeinde minder aangename geuren
verspreidt. Spr. vindt dat de aandacht
der commissie wel eens op deze
kwestie mag gevestigd worden.
Als de voorzitter het verloop dezer
kwestie in zijn geheel wilde schetsen
zou hij er dezen avond niet mee klaar
komen, hij volstaat dan ook met te
zeggen dat de zaak de volle aandacht
heeft, de arbeidsinspectie houdt ge
regeld toezichtde toestand is dan ook
reeds veel verbeterd, ofschoon hij nog
niet ideaal is.
Naar aanleiding van een opmerking
van den heer Roxs wordt nog gespro
ken over de verspreiding van onaan
gename geuren door de met lijmvleesch
beladen tractor derzelfde firma, De
voorzitter zegde toe de kwestie onder
het oog te zullen zien, hoewel hij van
meening was dat niet veel succes
verwacht kan worden, waar we leven in
een industrieele gemeente en dus
hiervan de vruchten plukken, we ook
de onaangenaamheden die de Indu
strie met zich brengt maar moeten
dragen.
Weth. Eibers merkt schertsend op
dat het een gezond luch je is .anders
zoudens de looiers er niet zoo goed
uitzien. Doorgehamerd wordt dan tot
47. Onderhoud en plaatsing van
urinoirs.
De heer Roxs heeft indertijd een
schrijven gericht aan B. en W. waarin
hij wees op de noodzakelijkheid van
de plaatsing van een urinoir in de
St. Antonlusstraat, nabij de Kerk. Hem
werd toen geantwoord dat bij het te
bouwen transformatorhuisje tevens een
urinoir geplaatst kon worden. Nu
enkele grootafnemers daar echter zijn
afgevallen zal van den bouw van het
transformatorhuisje vooriooplg wel
geen sprake meer zijn, daar reeds met
een sectiekast volstaan is. Met dat al
is er nog geen urinoir, en spr. vraagt
daarom er een te plaatsen ais bij den
overweg, de kosten hiervan zullen wel
niet zeer hoog zijn. Spr. zou deze het
liefst bi] de kerk hebben.
Weth. Smolders zegt dat indertijd
het kerkbestuur reeds geprotesteerd
heeft tegen het bouwen van een uri.
noir vlak bij de kerk. Als het trans
formatorhuisje gebouwd was, zou een
mooie oplossing gevonden zijn, nu is
echter de vraagwaar moet 't urinoir
geplaatst worden.
De Voorzitter meent dat dit punt
voor den heer Roxs een speciale attrac
tie heeft.
De heer Roxs daarentegen vindt het
geen attractie maar een noodzakelijk
iets.
B. en W. nemen het voorstel van
dhr. Roxs in overweging.
De heer Kifjberg komt dan terug op
no. 128 Onderhoud van markten, hui.
zen en hallen.
Spr. merkt op dat het bedrag is
teruggebracht omdat niet verwacht
kan worden, dat de veemarkt hersteld
kan worden. Spr. is het met B en W.
eens dat geen drukke markt kan ge
schapen worden, doch in elk geval
wordt veel publiek getrokken dat hier
zijn inkoopen doet en ook voor de
toekomst op Waalwijk georiënteerd
wordt. Het is z.i. dus in het belang
van den middenstand dat de markten
op het tegenwoordig peil gehandhaafd
blijven. Spr. zou het op prijs stellen
indien de marktcommissie in de toe
komst zal kunnen blijven beschikken
over het bedrag dat vorig jaar is uit
getrokken.
De Voorzitter zegt, dat wei gebleken
is, dat de boeren alleen komen om de
premies te verdienendit was toch
niet de bedoeling, de premies werden
gegeven om de markt te doen ople
ven, nu blijkt dat dit niet mogelijk
is, vooral met een concurrent als den
Bosch in de nabijheid, moet het bedrag
worden gekort. Het kost de gemeente
telkens veel geld.
Weth. Eibers heeft over deze kwestie
met de landbouwers onderhandeld,
deze waren tevreden met enkel premies
voor de najaarsmarkt.
De heer Kifjberg trekt na deze toe.
lichting zijn voorstel in.
werkt als
gorgelen
25,45 en 65 ets. ne' voorkomt verkoudheid,
256. Subsidie aan schouwburgenen
muziekcorpsen.
De heer v. Haren vindt het jammer,
dat de subsidie aan de harmonie „St!
Jan" niet is gelijk gebracht met die aan
„St. Crispijn". Het is maar een bagatel,
maar hiermede had toch een gevoels!
kwestie kunnen worden uit den weg
geruimd.
De Voorzitter antwoordt, dat B. en
W. zich op het standpunt gesteld
hebben om door den slechten toestand
geen nieuwe subsidies of verhoogingen
te geven. Qeenerlei overwegingen ten
opzichte der muziekcorpsen hebben
hierbij gegolden, alleen de nood der
tQden is de oorzaak geweest, dat alle
nieuwe subsidies zijn afgewezen: was
de toestand geweest als verleden jaar
dan zou zeker tot gelijkstelling zijn
overgegaan.
257. Kosten in 't belang der licha
melijke opvoeding.
De heer Nuijten vraagt wat er ge.
daan wordt in het belang der opvoe
ding.
Weth. Smolders antwoordt, dat
cursussen worden gegeven. Vroeger is
hiervoor een rijkssubsidie verleend,
die tot 1935 geldig blijft. Indertijd is
een contributie-stelsel voor de jeugd
ingevoerd, de kleuters betalen nu 7
cent per les. De gemeenie draagt
f 300 bij natuurlijk in hoofdzaak om
den cursusleider te kunnen betalen.
Alles is zeer sober opgezet.
De heer v. d. Waerden gaat terug
tot no. 244. Subsidie aan huishoud
scholen.
H|j merkt op, dat de school ln
Waalwijk f 575 krijgt, die in Besoijen
maar f 375. Van de eerste school
hebben rekening- begrooting ter inzage
gelegen, van de tweede echter alleen
de begrooting. Spr. mist de noodige
gegevens om de school te kunnen
beoordeelen, b.v. aantal uren dat les
wordt gegeven, aantal leerlingen, aan
tal cursussen enz.
De Voorzitter weet slechls, dat de
Waalwljksche school gevestigd is In
een groote keuken in het St.Theresia-
gesticht, de huur wordt aan het kerk
bestuur betaald. Spr. acht dergelijke
kookscholen van zeer groot belang
daar het in veie arbeidersgezinnen nog
voorkomt, dat bijna nooit middageten
wordt gebruikt.
De heer Roxs kan een toelichting
geven betreffende de kookschool Ie
Besoijen. Deze heeft groot succes, votig
jaar waren er 40 leerlingen, er worden.
3 cursussen gegeven tegen vergoeding
van 10 ct., 50 ct. en 1 gld. per week.
Er worden zeer goede resultaten be
reikt, dat weet hij bij ondervinding in
zijn huishouden, wat den voorzitter de
opmérking ontlokte, dat men zulks den
heer Roxs goed kan aanzien.
Ook de heer Nuijten is van het nul
dezer school overtuigd, maar hij meeni,
dat er nog veel meer gebruik van kan
worden gemaakt. Velen schrikken terug
voor de contributie. Spr. zou daarom
de subsidie eenigszins verhuogen ten
einde de leiders in de gelegenheid ie
stellen de lessen gratis te geven.
De heer van Driei voelt hiervoor
niet veel, men waardeert iets veel
meer wanneer er wat voor betaald is.
De menschen die er werkelijk Iets
voor voelen zien tegen deze kleine
kosten niet op.
De heer v. d. Waerden vraagt zich
af, waarom Waalwijk een hoogere
subsidie noodig heeft.
De Voorzitter zegt, dat de keuken
waarover men daar beschikt veel mo
derner is ingericht; in Besoijen is hel
veel eenvoudiger ingericht.
Een verslag betreffende de belde
scholen zal ter inzage worden gelegd.
272. Belooning van doctoren, heel
meesters enz.
De heer Nuijten was van oordeel,
dat de subsidie slechts voor 1 jaar
was verleend, nu blijkt echter, dat deze
ook voor het komende jaar is. De
subsidie aan den nieuwen dokter, die
inmiddels reeds een practijk heeft
overgenomen, acht spr. nu niet meer
noodig, hij stelt daarom voor dezen
post over te brengen naar werkver
schaffing.
De Voorzitter zegt, dat B. en W.
geen onnoodige uitgaven zullen doen.
De subsidie aan Dr. Kolster is voor
memorie uilgetrokken, doch wanneer
deze tot armen-dokter wordt benoemd,
zal het heelemaal niet noodig zijn,
daar hij dan een vergoeding van
f 1600 geniet.
277. Koslen van werkverschaffing.
De heer Nuijten vraagt of reeds iet'
omtrent de werkverschaffing kan wor
den medegedeeld.
De Voorzitter antwoordt, dat h't
rapport van Ir. Krüger betreffende d'
verbetering van den waterafvoer n
den polder moet worden afgewacht;
wanneer dit ontvangen is, zullen direct
maatregelen genomen worden. Thans
is er alleen de steunverleening, waar
door de uitgetrokken werkloozen f H
per week ontvangen plus een toeslag