Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
J
li
Deken Reclame.
KAREL DE MOL.
Winkelnieuws.
Voor.
FEUILLtTUn
Rustig en kalm»
Zeer voordeelige aanbieding
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38.
Telegr.-Adres: ECHO,
EERSTE BLAD
Gemeenten in den knel.
De crisis is van vele dingen de
schuld, maar nog van veel meer dingen
kiijgt zij ten onrechte de schuld. Zoo
ook met de fi tancieele moeilijkheden
waarin verscheidene gemeenien ver-
keeren. De schuld wordt geschoven
op de banken, doch men begrijpt wel.
dat de banken niet zoo streng waren
opgetreden, wanneer er geen achter
docht tegen het geldelijk beleid was
gerezen. Hoogstens zou men kunnen
leggen, dat de crisis de achterdocht
wat heeft doen toenemen. Feit is, dal
In de laatste zeven Jaren de totale
schuld der Nederlandsche gemeenten
Is toegenomen met 1800 mtllioen
gulden. In 1923 betaalde b.v. Rotter
dam aan rente en aflossing op haar
schulden ruim 9 mtllioen gulden, in
1929 ruim 23 millloen gulden en sedert
1929 is er nog zwaar geleend.
Het is duidelijk, dat ook zonder de
crisis het oogenblik zou zijn aange
broken, waarop dit systeem in elkander
zou zijn gevallen. Het is een vergoe
dende uitdrukking, wanneer men den
Mdigen toestand kenschetst als moei
lijkheden der kasvoorziening. De waar
heid is, dat in veel gemeenten uit de
eigen inkomsten niet meer voldoende
middelen binnenvloeien om de uitgaven
te dekken, dat dit sterk toenemend
tekort thans niet meer mei geborgd
geld kan worden gedekt en dat dien
tengevolge de verplichtingen niet meer
kunnen worden nagekomen en dal
eerst dan weder een toestand van
onverdachte betaalkracht zal intreden,
wanneer de uitgaven op zeer krachtige
wljre zullen zijn teruggebracht, Hoe
hoog die uitgaven zijn, kan blijken
uit de omstandigheid, dat de gemeen
ten thans meer uitgeven, dan de Siaa«
en bijna evenveel schulden hebben.
Commentaar overbodig De hoofdfout
van de meeste gemeentebesturen is.
Van goed
SLAGEN
Is U reeds te voren
VERZEKERD.
MOL blijft goedkooper.
dat men zich alleen alvtaagi: is teis
mooi, goed of nuttig en dan niet met
de middelen rekening hcudt. Wanneer
In een burgergezin zulke tactiek toe
gepast wordt, leidt dit onherroepelijk
tot zijn ond rgang een gemeentehuis
houding maakt daarop geen uitzon
dering
Wat in enkele gemeenten den toe-
stand nog verergerde was de roeke
looze royaliteit. Wanneer men bijvoor
beeld leest, dat in Rotterdam alteen
het college van B. en W. f 24.000 in
rekening durfde te brengen voor auto
tochtjes (in Den Haag was dit .slechts"
f 3 000) en dat men een categorie
gemeente—werklieden bij ziekte niet
alleen het volle salaris, maar ook nog
het geld gaf, wat misschien in tarief-
werk had kunnen worden verdiend,
dan kan men zich wel eenigszins een
denkbeeld vormen van het gevoerde
beleid. Gelukkig zijn er ook nog vele
gemeenten, waar men meer verant
woordelijkheidsgevoel heeft.
„Beschavingspeil*
S.D.A.P. en Labour Parfi].
van „De Echo van het Zuiden".
Buisjis75 cent. Bij Apothekers en Drogisten
de' nog voorradige Wollen en Gewatteerde Dekens.
Een uitgezochte gelegenheid om onze prima dekens
voor een extra lagen prijs te koopen.
Voordeelige prijzen gezellig winkelenprettige vakkundige bediening.
Koopen ls bij ons een genoegen.
(Wordt vervolgd).
101.
ZATERDAG 19 DECEMBER 1931.
84e JAARGANG.
e Echo van het Zuiden,
aalwpscbe en Langstraatsc&e Courant
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1.25.
Franco p. post door 't geheele ruk 1.40.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
ding in Nederland geteekend De
liberale .Avondpost" schrijft erover:
„En dit geschiedt door den voorzit,
ter van een partij, wier afgevaardig
den nog steeds niet het voorbeeld
van de Koningin hebben gevolgd en
nog steeds niet een deel van hun in
komen hebben laten vallen, hoewel
er onder die afgevaardigden verschei-
denen zijn, die naast hun schadeloos
stelling nog andere belangrijke inkom
sten uit de openbare kas trekken, zoo
dat ook zij bij een eventueeie kor
ting „geen margarine of paardevleesch
zullen behoeven te eten"; heeft dezelf
de heer Oudegeest verleden jaar niet
geklaagd, dat f 20 vergoeding voor
verblijfkosten ais Eerste-Kamerlid per
dag te laag was? De manier, waarop
hier over de daad der Koningin wordt
gesproken, is in hooge mate onbe
hoorlijk Kan de heer Oudegeest voor
z'n houding tegenover het Koninklijk
Huis niet een cursus gaan volgen
bij zijn Engelsche partijgenooten
Het zal hem goed doen*.
Dat de heer Oudegeest niet de
eenige is, die op de schoolbanken der
Herhaaldelijk hebbèn wij gewezen
op het verschil in houding en bescha
vingspeil der Engelsche Labour Pariy
en de Nederlandsche S. D. A, P
Het is in de jongste maanden we
heel scherp in het licht gekomen.
Met name het jongste platte demago
gen-taaltje van den partij voorzitter,
den heer Oudegeest, heeft de bana.
liteit van de socialistische geesteshou.
van
De ZilveMiDO
Uit het Engelsch van
ALFRED WILSON BARRETT.
(Nadruk verboden).
Labour Pariy diert te zitten om fat-
soen te leeren, blijkt uit het verslag,
dat een andere roode voorman, de
heer P. Moltmaker, voorzitter der
Ned Vereen v. Spoor- en Tramweg,
personeel, heeft geschreven in het
Weekblad dier vereeniging over de
reis der delegatie van het N. V. V.
naar Ned.-Indië. Hij veroorlooft zich
de meest domme grollen over de au
tobusondernemingen „Adam" en .Eva"
te Solo, die „evenals hun voorganger
en voorgangster wel weer in het hu-
welijk zullen treden, en Peterse moet
dan het huwelijk maar komen." Op
Bali karakteriseert hij een begrafenis
plechtigheid der inlanders fijntjes met:
„Zóó ging Jantje naar de bl
toe." Zijn geniepigen antichristelijken
Prijs der Advartentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Bij contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentiën moeten Woensdag en
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
kant kan de heer Moltmaker niet in
houden, als hij over de heidensche en
christelijke Batakkers schrijft:
„ik vernam, dat de andere Bataksche
stammen, die tot het christendom zijn
overgegaan, in het algemeen „gemeen
en onbetrouwbaar" zijn. Toen dacht
ik: dit komt „elders* ook voor"
Ei als hij op de terugreis de Roode
Zee binnenkomt, inspireert hem de
doortocht der Israëlieten deze verhe
ven ontboezeming: „Stom van dien
ouden Mozes geweest, zijn schare
hier door te voeren. Ik had een koe
ler plekje opgezocht."
Men vergelijke bij dit grove taaltje
van de voormannen, die in Neder
land de goede manieren der klasse
strijders helpen vormen, een9 de uit-
latingen van Mac Donald en Hender
son over den gezegenden invloed van
het christelijk beschavingsleven op het
fijnere gevoel der groote massa.
beheerscht in Uw denken, handelen en spreken
zult ook gij zijn en blijven na het gebruik van
Mtfnhardt's Zenuwtabletlen.
lederen middag en avond: RADIO CONCERT.
35.
Coombe, ja, ja, Dick kent hem, zei hij
met een onnoozel lachje. Witte haren,
roode neus, bril, aardige man, meneer
Coombe.
Ja, precies, dat is 'm, zei Corkett, en
waar hangt hij ergens uit?
Denver aarzelde. Dick mag niet ver-
lellen, geef Dick kwartje en brief, hii zal
die naar Coombe brengen.
Corkett knikte. Ik begrijp het al, de
oude kerel verbergt angstvallig zijn
spoor, mompelde hij. Nu goed, schreeuw
de hij tegen Denver, ik ga in een herberg
een brief schrijven. Ga maar mee, oude
dwaas, dan mag jij hem den brief bren
gen.
Denver's hand trilde ditmaal werke
lijk, toen hij met de hand aan zijn hoed
I tikte. Dank u meneer, dank u wel,
stamelde hij.
Zou zijn hoop eindelijk verwezenlijkt
worden.
HOOFDSTUK XXIV.
Met een kloppend hart, den brief van
Corkett in de hand houdend, spoedde
Denver zich naar den winkel op de werf.
Zijn scherp verstand zei hem, dat hij
geschaduwd werd. Inderdaad sloop de
ex-boekhouder, die hem óf niet ver
trouwde, óf zoo gauw mogelijk wilde
weten waar Coombe zich ophield, ach
ter hem aan.
Denver deed echter alsof hij hiervan
niets merkte en toen hij bij de winkel
deur kwam, hoorde hij stemmen, maar
van het gesprokene was niets te ver
staan. Toen hij aanklopte, verstomde het
geluid, terwijl het lichtschijnsel, dat hy j
door een reet kon waarnemen, plotse
ling verdween. Weer klopte hij en na
geruimen tijd vroeg iemand: Wie is
daar?
Denver klopte opnieuw, nu harder.
Hier is doove Dick, riep hy, ik heb een
brief voor meneer Coombe, laat mij als
jeblieft binnen.
Even daarna ging de deur open en
Coombe verscheen met een brandende
kaars, zyn wit gezicht goed zichtbaar
tegen den donkeren achtergrond.
Ik heb een brief voor je baas, een
meneer vroeg naar je adres. Dick wilde
dat niet zeggen, zei dat hij brief zou mee
nemen. Dick kwartje gekregen van me
neer.
Al sprekend trachtte Denver de deur
in te komen, maar Coombe bleef in zijn
volle breedte voor den ingang staan.
't Is goed, geef my dien brief maar
en blijf even wachten, sprak de oude
man.
Hij duwde de deur dicht, toen Denver
hem den brief overhandigde, maar hij
zette vlug zijn voet tusschen de deur. De
oude man deed geen verdere moeite hem
terug te dringen, maar bleef achter de
deur staan om den brief te lezen.
Hel is een brief van den Hertog
van New-York, hoorde Denver hem zeg
gen.
Van dien vent? klonk het van bin
nen. Wat moet die nu weer?
Geld moet hy hebben, antwoordde
Coombe norsch, en hij schrijft dat we
hem niet netjes behandelen en ons persé
vanavond wil spreken; doove Dick moet
op antwoord wachten.
Denver hoorde den ander een ver-
wensching mompelen. Zeg hem, dat hy
naar de pomp kan loopen. Schiet nou
op Coombe, laten we de zaak verder af
handelen.
Coombe deed de deur wat verder
open. Ik zal eerst Dick wegsturen.
Teleurgesteld balde Denver de vuis
ten, maar toen hoorde hij plotseling iets
dat zijn hart sneller deed kloppen.
Verduiveld, die doove kwartel kun
nen we net goed gebruiken om hier op
te passen. Daar lijkt hij mij geknipt voor.
Hij is stokdoof en idioot op den
koop toe, ze zouden nooit iets uit hem
kunnen krijgen, verklaarde Coombe.
Zoo'n soort kerel moeten we nel
i hebben, hoorde Denver den ander zeg
gen. Laat 'm eens binnenkomen, Coombe
we moeten hem eerst bekijken.
Nu was dan het groote oogenblik ge-
komen. Zou hij zijn rol tot het einde toe
kunnen blijven doorspelen? Hij stond
tegenover twee zeer gevaarlijke schel
men. Als zijn zenuwen en zelfbeheer-
sching hem nu maar niet in den steek
lieten.
S Coombe gooide thans de deur verder
open en Denver strompelde naar bin
nen. Aan een tafel, die in een spaar
zaam verlicht vertrek, half winkel, half
pakhuis stond en waar die volgepropt
stond met kisten en kratten, zaten twee
mannen, de Spin en Cripps. Zij hadden
een regiment glazen en flesschen vopr
zich staan. Aan het eene einde van het
vertrek bevond zich een trap, die naar
de bovenverdieping leidde, achter de
1 trap bevond zich een steenen gang.
Instinctmatig richtte Denver's blik zich
op de Spin, die in onberispelijk avond
toilet gekleed was. Deze keek hem door
i zijn monocle scherp onderzoekend aan.
Hoe heet je? vroeg Skinner na een
poosje.
Denver tikte aan zijn pet, lachte idi
oot, doch gaf geen antwoord.
Skinner fronste de wenkbrauwen en
vroeg luider nu: Zeg, hoe heet je?
Denver keek onnoozel de winkel rond.
Ja baas, antwoordde hij.
i Cripps, die even te voren al met Dick
had kennis gemaakt, kwam tusschen-
beide.
Zeg, hoe heet je, stomme idioot,
schreeuwde hy, terwijl hij zich over de
tafel naar hem toeboog.
Hij zit in de herberg gaf Denver on
verstoord ten antwoord, zal ik hem gaan
halen?
Skinner glimlachte. Wat een pracht-
nummer zou die kerel zijn als getuige,
Ik zou hem wel eens tijdens een kruis
verhoor willen meemaken.
Moet Dick antwoord brengen?
vroeg Denver.
Skinner schudde het hoofd. Luister,
je zoekt een baantje, is 't niet? Een
baantje, schreeuwde hy.
Denver knikte bevestigend en klapte
van vreugde in de handen. Baantje? Ja
baas, Dick zal hard werken, zal alles
doen wat baas zegt, vloer boenen, bood
schappen doen, alles
Die man is er net zoo eentje als jij,
wendde zich Skinner met een spotlach
tot Coombe, hy doet letterlijk alles om
als fatsoenlijk man aan den kost te ko
men.
Zullen we hem dan maar nemen?
vroeg de oude man.
Dick is trouw als hond, vervolgde
Denver, hem angstig aankijkend. Zal
overal volgen, nooit wegloopen.
Dat zal je voor den duivel niet,
lachte Skinner. Het zou je niet bepaald
bekomen. Hy lijkt me de meest geschikte
kerel die we kunnen krijgen, zullen we
't maar probeeren, Coombe?
Wat zegt baas nou? vroeg Denver,
terwijl zijn hart heftig bonsde.
Skinner schudde het hoofd. Ik ben
schor van het schreeuwen, vertel jij hel
hem maar, Coombe.
De oude man kwam op Denver toe en,
terwijl hij zijn keel schraapte, schreeuw
de hij
Je kunt hier blijven om op te pas
sen als wy weg zijn en hier blijven sla
pen, we zullen je er negen gulden in de
week voor geven, en de oude stak negen
vingers op om het Dick duidelijk te
maken.
Denver greep hem by den arm en
knikte dankbaar met het hoofd. Dank u
wel, baas, dank u, Dick erg blij.
Vooruit dan maar, en Coombe trok
Denver mee naar de trap. Deze kant op.
ik zal je wijzen waar je slapen kunt.
Boven gekomen, opende Coombe de
deur van een klein kamertje, waar in
een hoek een stroomatras lag met een
wollen deken, maar Denver lette er niet
op; hij was in het huis, was nu zelf een
van de bende, hun knecht, hun oppas
ser, nu was zijn groote kans eindelijk
gekomen.
Voorgevend dat hij doodmoe was, liet
hij zich dadelijk op zijn slaapstee vallen
en de oude man verwijderde zich met de
mededeeling dat hij kon blijven slapen
tot ze hem noodig hadden.
Toen Denver de voetstappen van den
ouden man op de trap hoorde kraken,
sprong hij vlug overeind. Hij voelde dat
er een soort crisis op til was, die man
nen hadden iets bijzonders vanavond,
waaraan de brief van den ex-boekhouder
misschien niet vreemd was. Hij moest
en zou weten, wat er ging gebeuren.