Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. i FEÜiLLETGifl Archibald Marshall. 55e JAARGANG. GEMEENTERAAD. KAATSHEUVEL. Subsidie tram. Winkelsluiting Kaatsheuvels Nieuwsblad en de arbeiderspartijCentrale ver. warming Jongensschool e.a. Ontslag gemeentebode. De raad der gemeente Loonopzand kwam Zaterdagmiddag in openbare vergadering bijeen. Voorzitter de EA. heer v. Besouw. Secretaris de heer M. v. d. Wee. Aanwezig alle leden. Naar aanleiding der notulen heeft de heer Grootzwagers een opmerking. Waar in de vorige vergadering ge sproken is over het advertentie— contract met het Kaatsheuvels Nieuws- blad was hij niet alleen tegen dit voorstel omdat dit blad in de buiten gemeenten wel en in Kaatsheuvel niet gratis verspreid wordt. Hij had nog andere motieven hetgeen niet uit de notulen blijkt. Deze wijziging zal worden aange bracht. Aan de orde 1. Verordening op het verstrekken van sterken drank of zwak-alcoholi- schen drank in het klein op den open baren weg in deze gemeente. De heer Grootzwagers vraagt of deze verordening ook betrekking heeft op het bierventen. De Voorzitter merkt op dat het bierventen in de nieuwe drankwet verboden is. De heer Grootzwagers vraagt wat die menschen moeten doen als zij toch met het venten wenschen door te gaan. De Voorzitter verduidelijkt de zaak en zegt dat het voortaan onmogelijk is toestemming te verkrijgen. De heer Beerens maakt de opmerking van ..De Echo van het Zuiden". dat wel bestellingen mogen worden aangenomen, die dan later bezorgd worden. De heer Snoeren Informeert of de verkoop van bier In winkels mag voortgaan. De Secretaris geeft hierop een toe lichting. Slechts ais de winkel kenne lijk het karakter draagt van een ver- koopplaats mag er bier verkocht wor den. Niet echter als dit ter plaatse gebruikt wordt. De verordening wordt goedgekeurd. 2. Schrijven van W. F. Aartsen te Loonopzand, waarbij deze verzoekt de hem opgelegden aanslag inzake het vergunningsrecht te willen verminderen. (Prae-advies zie vorig nummer). De heer Nijkamp heeft uit den mond van adressant gehoord dat deze niet f 52.50 maar f 60 moest betalen, even als de beide andere zalen die toch veel grooter zijn. De Voorzitter gelooft niet dat dit het geval is, want er is rekening mee ge houden dat beide andere zalen veel grooter zijn. Om dit te onderzoeken zal hij het punt echter aanhouden. Subsidie Tram. 3. Schrijven van de Tramweg Mij. der Hollandsche Buurtspoorwegen om subsidie van f50. De Voorzitter zegt dat B. en W. zich in deze van advies onthouden. Kaats- heuvel heeft z.i. geen groot belang bij de Instandhouding van den tramweg, Loonopzand daarentegen wel. De heer Nijkamp is de meening toegedaan dat de subsidie evengoed is voor de bus ais voor de tram. Weth. v. d. Horst daarentegen gelooft niet dat de administratie van bus en tram door elkaar loopt. De winst die de maatschappij heelt gemaakt zal z.i. wel vooitvioeien uit het busverkeei en niet uit den tramweg. Voor Loonopzand acht hij de tram van groote beteekenis. De heer Roestenberg meent dat de raad hier niet tegen moet zijn. Het komt hem vreemd voor dat de tram maatschappij als zoodanig succes zou hebben. Indertijd Is immers bij de plannen om de lijn door Kaatsheuvel te leggen gebleken dat de maatschappij er niet zoo rooskleurig voorstond. De heer Snoeren vraagt of er op het trambedrijf winst gemaakt is. De Voorzitter gelooft zulks niet. Hij wijst in dit verband op de fusie die in voorbereiding is. Alle trammaat- schappfien in Noordbrabant schijnen noodlijdend te zijn, Weth, v. d. Horst wijst erop dat de busdiensten der maatschappij zeer goed geregeld zijnde sneldiensten vindt hij een groote verbetering. De heer Vrinten laat een ander geluid hooren en maakt de opmerking dat de tarieven der maatschappij vergeleken met die in andere plaatsen zeer hoog zijn. Zonder stemming wordt tenslotte besloten de subsidie toe te staan. 4 Voorstel om het credlet bij de Bank voor Nederlandsche gemeenten dat in rekening—courant kan worden opgenomen van f 40.000 tot f 76 000 te verhoogen. (Prae-advies zie vorig nummer). De heer M. Dlngemans vindt het vreemd dat in het prae-advies wordt gezegd, dat deze gelden noodlg zullen zijn voor de werkverschaffing, die kost de gemeente Immers slechts f 9000, terwijl hier van een bedrag van f 36 000 sprake is. Weth. v. d. Horst licht toe dat dit voorstel naar aanleiding van een schrij ven der bank gedaan is, natuurlijk zijn ae gelden niet uitsluitend voor de werkverschalfing, doch ook voorandere doeleinden, bovendien moet er toch wat speling zijn. Wordt goedgekeurd. Winkelsluiting. 5. Adres van de winkeliers te Loon opzand om openstelling van de win kels op Zondagen. (Prae-advies zie vorig nummer). De heer Snoeren kan deze wet niet goed begrijpen. Iemand die naast banket ook kruidenierswaren en sigaren ver koopt mag 4 uren geopend zijn, maar iemand die een kruidenierswinkel heeft waarin ook banket enz. verkocht wordt mag niet geopend zijn. Wel is hij er niet voor de winkels den geheelen dag open te laten, 4 uren is z.i. lang genoeg. De Voorzitter vindt de wet zeer geschikt voor groote plaatsen, voor den middenstand In de kleinere ge meenten is het echter een schadepost. De heer Beerens gelooft, dat de bezwaren die men tegen de wet hoort opperen slechts een kwestie van aan- passing zijn. Er zijn vele wetten waar aan men zich geleidelijk moest aan passen, zoo zal dat z.i. ook hier het geval zijn. De heer Vrinten vindt het een on billijkheid, dat in de café's op Zondag sigaren en sigaretten verkocht worden, teiwijl de sigarenwinkeliers daarvoor geen kans krijgen. Dezen laatste worden er zoodoende de dupe van. Weth. v. d. Hor3t komt terug tot het adres en merkt op dat de menschen die than3 volgens de wet geopend mogen zijn, daarvan wel eens nadeel zouden kunnen hebben. Immers mogen zij nu 4 uren open zijn naar eigen verkiezing, wordt het verzoek echter ingewilligd dan wordt de lijd van open stelling aan bepaalde uren gebonden. De heer Beerens vindt het niet in den haak, dat de winkels tijdens de kerkelijke diensten geopend zouden mogen zijn, hetgeen toch blijkens de motieven de bedoeling schijnt te zijn. De Voorzitter heeft kunnen consta- teeren, dat er ook onder de winkeliers geen eenstemmigheid heerscht; de een wil dit, de ander dat. Daarom is spr. het per slot van rekening nog maar met den heer Beerens eens dat men zich moet aanpassen. De heer v. d. Hoven vindt wel aanleiding om de menschen tegemoet te komen. Weth. d. Horst vindt dat het nu men toch de wet heeft doorgevoerd, beter dat men allen over een kam had geschoren en ailes gesloten had. Spr. wijst erop, hoe vele kleine winkelters die vroeger op Zondag nog eens een cent verdienden door den verkoop van chocolade of iets dergelijks, deze ver dienste thans moeten missen. De heer Beerens weet uit ervaring, dat deze menschen den vrijen tijd ook ten zeerste waardeeien. De heer Roestenberg zegt, dat de echte winkeliers waar toch feitelijk de wet voor gemaakt is hel bestaan van deze kleine winkeltjes aanvechten. Het is moeilijk om aan aile wenschen te voldoen. Spr. vindt dat men door in- I williging van dtt verzoek meeweiki aan de aibraak van de wet, op die wijze gaat men in de verkeerde rich ting, vindt hij. Wordt besloten de toestand eerst nog even af te zien en nog niet over het verzoek te beschikken. Subsidie Vrijw. Landstorm 6. Verzoek van den Plaatselijken Leider der Afdeeltng Kaatsheuvel van aen Bijzonderen VtijwiUigen Landstorm om een subsidie van I 100 voor het houden van prljsverschietingen. Op voorstel van B. en W. wordt WOENSDAG 27 JULI 1932 Waalwybsche en Langstraatsche Conrant, Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Brieven, Ingezonden stukken, gelden en*. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco p. post door 't geheele rijk 1.40 UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-adresECHO. Prijs der AdvertentiCn: 20 cent per regel; minimum 1.50. Bij contract flink rabat. Reclames 40 cent per regel. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. EERSTE BLAD. Naar het Engelsch van 52. Nooit heeft in een huwelijk zulk een geluk geheerscht als in (lat van Sir Roderick en Lady Bertram. Zij gingen geheel in elkaar op. Toen Lady Bertram stierf, kon alleen iemand, die hem dooi en door kende, zooals ik, begrijpen wat een verpletterende slag dit voor Sir Roderick was. Hij uitte zijn smart niet en uiterlijk was hij bijna onbewogen; maar ofschoon zyn geestesgaven niet leden onder wat hem overkomen was, toch was de verandering, die in hem plaats vond, ontzaglijk. Het eenige harde woord, dal ik ooit van hem kreeg, gat hij mij in dien tijd, toen ik het waagde mijn medegevoel te uiten in het leed, dat hem had getroffen. Maar toen en al tijd was hij een te grootmoedig man om onrechtvaardig te zijn en hij voegde aan zijn terechtwijzing toe: „Je kunt je trouw toonen door mijn bevelen onvoor waardelijk op te volgen". „Dat zal ik doen, zooals ik altijd gedaan heb, Sir zei ik en hij daarop weer: „Ik zal je op de proef stellen". Dit alles vertel ik je, opdat je de han delwijze van Sir Roderick zult kunnen begrijpen en ook de mijne in het uitvoe ren van zijn bevelen. Een minder groot man dan hij, zou, indien hij in slaat was geweest een even groote liefde te voelen voor zijn vrouw als Sir Roderick, een veel grootere droefheid hebben getoontl, maar hij zou er over heen gekomen zijn, of het leed zou hem totaal hebben ver pletterd; Sir Roderick kwam er niet overheen voor den dag van zijn dood, maar ook verpletterde het hem niet. Misschien verminderde in één bepaald opzicht zijn helder verstand en dit zou de oorzaak kunnen zijn, dat hij de laat ste 24 jaar van zijn leven in eenzaamheid sleet, inplaats van, zooals vroeger, zich in het openbare leven te bewegen. En er is nog iets anders, dat pleit voor deze zienswijze: zijn vaste overtuiging, dat hij zou overlijden precies 5 jaar na den sterfdag van zijn vrouw. Hij was gewoon daar met mij over te spreken alsof het de natuurlijkste zaak ter wereld was en zooals je zult zien, waren alle regelingen die hij trof, ingesteld op deze gedachte. Ik weet wat hiervan gezegd zal worden, maar ik kan geen andere verklaring er voor vinden. Alles wat ik van dit punt verder nog wil zeggen is, dat het motief, dat het leven van Sir Roderick be- heerschte, een nooit stervende toewij ding aan de nagedachtenis van zijn vrouw is geweest en het richtsnoer van al mijn handelingen, een onbeperkte ge hoorzaamheid aan de wil van Sir Roderick. In het jaar 18reisden Sir Roderick en Lady Bertram in Italië, üp 12 Maart waren wij in Assisië. Lady Bertram ver- wachtte binnen enkele weken haar be valling. Mevrouw Greenfield logeerde in hetzelfde hotel en had eenige dagen te voren een kind het leven geschonken. Haar echtgenoot had haar verlaten en zij verkeerde in behoeftige omstandigheden. Lady Bertram had van de zaak gehoord en Sir Roderick verzocht haar met ons naar Engeland terug te laten gaan. Ge zamenlijk verlieten wij Assisië, en onze volgende pleisterplaats was Foligno. Daar beviel Lady Bertram onverwacht op 14 Maart en 's avonds stierf zij. Ik zal over de wijze, waarop Sir Rode rick den slag verdroeg, verder niets zeg gen, maar in het kort vermelden wat ver der gebeurde. Het lichaam van Lady Betram werd gebalsemd en wij vertrok ken den volgenden dag. Er werd een bode naar Civita Vecchia gezonden om een jacht te huren, dat zeilree moest zijn als wij de kust bereikten. Sir Roderick zei, dat hij het lijk mee naar Wetstones wilde nemen en dat dit onbekend moest blijven. De Italiaansche kamenier werd weggestuurd en mevrouw Greenfield be loofde dadelijk geheimhouding. Haar eigen kind was toen erg ziek en stierf te Spoleto, waar wij terwille van haar onze reis onderbraken. In Spoleto riep Sir Roderick mij bij zich en vroeg: „Ben je bereid onvoor waardelijk alle instructies, die ik je zal geven op te volgen? Ja, zei ik, en hij vroeg niet om ver dere verzekeringen. Hij vertelde mij op een rustigen, zakelijken toon, dat hij nooit zijn kind wilde zien of als zijn zoon er kennen, omdat je geboorte hem beroofd bad van zijn vrouw. Hij droeg mij op een voorstel te doen aan mevrouw Green- field. Zij zou zeer ruim worden schade loos gesteld, Indien ze Sir Roderick's kind als haar eigen wilde groot brengen. Zij mocht niemand de waarheid omtrent zijn geboorte vertellen. Haar eigen kind was gestorven en zij was erg aan jou ge hecht; ze had je verzorgd van het uur van je geboorte. Toen zij had toegestemd gaf zij Sir Roderick een plechtige gelofte van geheimhouding. Zij werd naar Enge land gezonden en vestigde zich, zooals je weet, in Highgate. Haar eigen kind werd te Spoleto begraven op 17 Maart en de steen op het graf kon niet anders doen vermoeden dan dat het de zoon van Sir Roderick was. J Toen wij ons op onze thuisreis op het jacht bevonden, dat voor dat doel ge charterd was, bracht Sir Roderick mij op de hoogte van zijn plannen met het lijk van Lady Bertram. Hij vertelde mij, dat toen Sir Michael Bertram het huis had laten verbouwen en uitbreiden, hij een geheime kamer had laten aanbrengen j binnen de muren van het park. Ik ver. i tel je dit, maar ben niet gerechtigd meer te zeggen en het geheim is zoo goed be- waard, dat het gewelf waarschijnlijk i nooit gevonden zal worden. Het is mon- 1 deling van vader op zoon overgegaan en i niemand buiten Sir Roderick kende het bestaan ervan. Daarin moest het lijk van 1 Lady Bertram worden bijgezet en als i Sir Roderick zelf kwam te sterven, moest hij naast haar worden gelegd en alle sporen van het bestaan van de ka mer moest worden vernietigd. Later kreeg ik nog uitgebreider instructies hieromtrent. Wij landden ongezien op een verlate*, deel van de kust en het lichaam van Lady Bertram werd op de zooeven genoemde plaats ter ruste gelegd. Dat was de eeni ge keer vóór Sir Roderick's dood, dat ik de kamer betrad, maar hij ging er de volgende 24 jaar iederen nacht heen en hield zijn leed en z'n herinnering levend. Wij vervielen op Wetstones spoedig in de gewone sleur van het leven. Sir Bode- riek werkte dag aan dag aan het hoek, dat jij héter kent dan wie ook. Hij zag of sprak nooit iemand van zijn bedien den; zijn ontspanning was de tuin of de verzameling schilderijen, meubels en an dere kostbaarheden, maar hiermee begon hij eigenlijk pas twee jaar daarna. Ik bezorgde alles voor hem en was in vele dingen geheel zijn vertrouwde. Maar weer in andere zaken gaf hij mij alleen maar hevelen, zonder eenige nadere verklaring en onze verhouding was niet zoo, dat ik hem vragen durfde stellen. Eén gebeurtenis moet ik vermelden, die toen onbeduidend leek, maar belang rijken invloed had op hetgeen verder plaats vond. Sir Roderick gaf mij op dracht om een bepaald schilderij, dat in veiling zou komen, te koopen. Dit was eenige jaren na den dood van Lady Bert ram; ik had mijn best gedaan mij op de hoogte te stellen van deze soort dingen, om hem zoo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn en mocht mijzelf gerust als een soort expert beschouwen. Toen ik het schilderij zag, was ik overtuigd dat het een vervalsching was en ik bood er niet op. Het werd voor een groote som door een handelaar gekocht. Toen ik dat aan Sir Roderick mededeelde, zei hij „Is dat je manier om je belofte van ge hoorzaamheid aan mijn bevelen te hou den? Ga terug en koop het stuk van den handelaar." Ik deed wat mij gezegd werd; ik moest den handelaar duizend pond meer geven dan hij had betaald. Toen wij den koop gesloten hadden, zei ik: „Volgens mijn eigen meening is het een vervalsching, maar ik heb opdracht het te koopen." De handelaar antwoordde: „Ik ben er zeker van dal het er een is, maar van Ameri- kaansche zijde is mij een flinke winst ge boden." I)us ging ik terug in de hoop dat Sir Roderick zou erkennen dat ik goed had gehandeld door er niet op te bieden. Toen ik er mee thuis kwam, zei hij: „Je mag het wegbergen, ik wil het niet meer zien." Ik keek hem verbaasd aan en hij ging voort„Je hebt verstand van deze dingen, Martin, dat erken ik volkomen. Maar ik zei je het schilderij te koopen. Het is misschien 5 pond waard en ik heb er 5000 pond voor betaald. Maar ik zou er 10.000 pond voor betaald hebben of nog meer om de zekerheid te hebben, dat ik je kan vertrouwen, dat je mijn he velen naar de letter uitvoert zonder ver der te vragen. Toen begreep ik wat hij bedoelde en ik zei dadelijk„Ik geef u myn plechtige belofte, dat ik in de toekomst al uw op drachten naar de letter zal uitvoeren." „Dan zouden deze 5000 pond, die de we reld als weggegooid zou beschouwen, de beste belegging zijn, die ik ooit heb ge had", antwoordde hij en ik verzoek je aan deze geschiedenis te denken, als ik aan mijn handelingen na den dood van Sir Roderick ben. Nu kom ik toe aan feiten, die je jezelf nog zuil herinneren. Toen wij de over eenkomst met mevrouw Greenfield slo ten, werd haar jaarlijksch inkomen vast gesteld op 500 pond. Dit is haar regel matig uitbetaald, eerst in contanten en later, toen ik zakenrelaties in Glasgow gekregen had, door een cheque op myn bank, met mijn eigen naam Richards on- 1 derteekent. We deden dit, dat je zoo min mogelijk aanleiding zou hebben my met den bediende Martin van Sir Roderick te identificeeren. Zeven jaar lang werd je naam door Sir Roderick nooit genoemd. Intusschen huwde ik de dochter van ëen heerenboe* in Morthwaite. Ze was de laatste van een geachte familie van klein grondbezitters. Wy woonden in een van de twee huisjes op het eiland en toen myn vrouw stierf, ging ik naar liet kasteel terug. Na den dood van mijn vrouw vroeg Sir Roderick wat ik van plan was met myn dochter te doen en hy kon zich volkomen vereeni gen met mijn plan het kind toe te ver trouwen aan de hoede van mevrouw Greenfield, de beste en liefste vrouw, die ik kende en de eenige, op wier stilzwij gendheid ik onder alle omstandigheden kon rekenen. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1932 | | pagina 1