Feestnummer van De Echo van het Zuiden. mm t Thans gereed. Iets over vroegere Raadhuizen te Waalwijk, a» DERDE blad. ZATERDAG 22 OCTOBER 1932. En thans is het Majestueuze gebouw ge reed en wacht het zijne officieele opening, de historische gebeurtenis van 22 October 1932. Er is naar onze meening een prachtig stuk werk, een massaal, imposant en schit terend gebouw tot stand gekomen, onze plaats en hare positie waardig en wij inee- nen met recht onze gemeente met de tot standkoming van een dergelijk raadhuis te mogen feliciteeren. Liever ware het ook ons geweest, dat de bouw en de opening on der gunstiger economische omstandigheden hadden kunnen plaats vinden, maar toen tot den bouw besloten werd, waren deze ook geheel anders en dergelijke slechte jaren niet te voorzien. Het is te hopen, dat de tij den spoedig zich mogen wijzigen waardoor ook de financieele lasten, die deze nieuw bouw ontegenzeggelijk vraagt, gemakkelij ker zullen zijn te dragen. Maar in elk geval zal ook zelfs in deze tijden het majestueuze raadhuis van Waal wijk, een zoowel in- als uitwendig schitte rend bouwwerk van een der grootste archi tecten van ons land, den heer Kropholler, getuigenis afleggen van den durf, de ener gie, het saamhoorigheidsgevoel, de offer vaardigheid en den wil om iets te zijn van alle Waalwijkers, ondanks de stormen en de stormpjes die rond dit gebouw zijn op gegaan. Meeningsverschil kan en zal er blij ven, maar als het er op aankomt te bewij zen wat Waalwijk beteekent, wil en kan, dan staan wij allen achter elkaar, om onze plaats en hare strevingen naar buiten uit te dragen en te verdedigen. Grootelijks lof en hulde aan den archi tect, den heer A. J. Kropholler, die ons zulk een raadhuis schonk en dat voor het heden en het nageslacht een blijvende getuigenis zal afleggen van de kennis en juiste opvat ting van den bouwheer en wiens schepping o.i. met gerustheid deskundige critiek mag afwachten. En naast den architect, die zijn mooi oud-Hollandsch bouwwerk in alle opzichten zoo logisch verzorgde, komen de aannemers de heer Jan de Bont met zijne zonen, die aan den opzet zulk een schitterende uitvoering hebben gegeven. Jan de Bont met zijne zonen maakten so- lied en degelijk in de puntjes verzorgd werk zooals men dat van dergelijke soliede en bekwame aannemers en uitvoerders mocht verwachten. We willen nu niet als een ander schrij ver zeggen, dat aan Jan de Bont alle eer toekomt, maar zeer zeker is het voor ar chitect en besteder een groot voorrecht ge weest, zulk een aannemer te treffen, een vakman op en top, een aannemer die voor eigen eer op de eerste plaats prima mate riaal, prima werk en prima afwerking wil en daaraan hebben ook de uitvoerders, zijn zoons, veel bijgedragen. Aan de Bont en zijn zoons, onzen lof en onzen geluk- wensch. Zij hebben weer een schitterend stuk werk gevoegd bij de vele hier en elders gewrocht. Niet minder hulde aan dsn svmpathie- ken opzichter, den heer de Hoop, wiens werk aan een dergelijk gebouw geen sine cure is, niet alleen voor het opzicht, maar niet minder voor detail-teekeningen en wat dies meer zij. Ook mogen wij met wairdeering geden ken, hoe de opzichter steeds bereid was be langstellenden en vereenigngen rond te lei den, te expliceeren, van dienst te zijn op zoo tal van wijzen. Wijzelf hebben daarvan de aangenaamste ervaringei en ook aan dit nummer verleende hij z'r. zeer gewaardeer de hulp. We mogen nog even nemoreeren de ver diensten van onzen gemeente-bouwkundige, den heer G. van Huiten bij dit werk, waar hij de schakel vormde tusschen het gemeen tebestuur en de directie van het raadhuis. Jammer genoeg heeft hi: door ziekte de laat ste hand die gelegd weid niet kunnen mee maken en zal hij evenmin bij de opening tegenwoordig zijn. Een spoedig herstel zij hem gaarne toegewenssht. Tenslotte een hartelijke gelukwensch aan het Dagelijksch Bestmr, den gemeenteraad, en alle ingezetenen vtn Waalwijk op dezen historischen dag met de totstandkoming van dit grootsche weik. Moge het nieuwe Riadhuis onze gemeen te ten zegen zijn tot ii lengte van dagen en prijken als symbool onzer eendracht, saam- hoorigheid, energie ei voortvarendheid en mogen spoedig betere tijden aanbreken, op dat onze handel en ndustrie weer hunne vleugelen kunnen uiispreiden over de ge- heele wereld als weler, moge dan jeugdig vuur velen bezielen on rond onze majestu euze gebouwen een werklust te ontplooien, die onzen naam en plaits onder Gods zegen met grooten luister zal omgeven. De makers van 't Raadhuis door J. van der Hammen Nicz. II. de Hoop, Opzichter. J. de Bont. Aannemer. P. de Bont. Uitvoerder. G. de Bont, Uitvoerder. W. de Bont, G. van Halten. Gemeente-Bouwkundige. De gebouwen, die eertijds met de namen raadhuis, stadhuis, dorpshuis en rechthuis werden aangeduid en nu veelal gemeente huizen genoemd worden, zijn uit den aard der zaak van ouden datum. Zoodra een stad of aanzienlijk dorp in ouden tijd een meer geregeld bestuur ver kreeg met eigen administratie, gebaseerd op vaste wetten, werd het spoedig een drin gende eisch een gebouw of althans een be hoorlijk vertrek aan te wijzen, waar de ge meente-zaken moesten behandeld en de desbetreffende gemeente-papieren moesten bewaard worden. Zoo verkregen de aanzienlijkste plaatsen in den lande al tamelijk vroeg een meer of minder doelmatig eigen gebouw daarvoor, hetwelk, om de beteekenis er van vooral niet te laag te doen uitkomen, meestal op degelijke en vaak artistieke wijze werd op gericht, en wel zoo solied en hecht, dat het eeuwen lang den tand des tijds kon weer staan. Daarom bestaan er thans nog heel wat merkwaardige en prachtige oude raad huizen, vooral in die plaatsen, die uit de secretarie- of gemeente-papieren (ar chief) slechts bewaard in een gehuurde ka mer of vertrek van een meer of minder aan zienlijk huis, waar dan ook de vierschaar werd gespannen of dingbank gehouden. Dat vertrek werd dan rechthuis genoemd, niet tegenstaande slechts een gedeelte van het huis voor secretarie of raadkamer was be stemd. Veelal was zoo'n vertrek ook her berg en maakte meermalen een gedeelte uit van het woonhuis van den schout of den secretaris, welke dignitarissen oudtijds ver schillende bij-functie's, o.a. die van nota ris, landbouwer, aannemer, koopman, win kelier, verrichtten en niet zelden herbergier of tapper waren. Ook te Waalwijk, ondanks zijn vroegtijdige welvaart, zijn eigen aardige en beteekenisvolle lig ging op de grenzen van Brabant en Holland, en ondanks het feit, dat het reeds in 1303 stedelijke rechten verkreeg, zal in de aller oudste tijden, b.v. vóór 1600, de secretarie met den aankleve van dien wel in een simpel vertrek of in een paar kamers zijn gehuis vest geweest. Toch schijnt er al tamelijk vroeg behoefte te zijn ontstaan daarvoor een meer voegzaam en meer doelmatig ge bouw te bestemmen, en zoo werd omstreeks 1600 de gasthuiskapel als raadhuis of rechthuis aange wezen. Althans in 1639 was dat reeds zoo. Voordat in 1824 het gemeente-archief door brand vernield werd, berustte daarin, onder meer andere zeldzame papieren, een authentiek stuk van 29 Januari 1639, zijnde een ac- coord tusschen schepenen, burgemeesters, heiligegeesimeesters en eenige der oudste en principaalste gemeentenaren van Waal wijk, om hel geding (rechtspraak) op geene andere plaetse dan in de capelle van 't gast- hugs te houden. Gelijk we hier achter zul- "'V - U ••-V-A-'- 2U -ÏSJsLT' <5 HM! WA&h'WWS krijgskundig, wetenschappelijk, industrieel of ander oogpunt van overwegend belang waren. Op het platteland of de dorpen werd daarop m°.t enkele gunstige uitzonderin gen minder gelet. In den loöp der 16e, 17e en 18e eeuwen werden op de meeste plattelandsgemeenten len zien, stond die kapel of dat raadhuis op het terrein vlak ten Westen van den heer Judocus Timmermans senior, dus thans nommer 335. Blijkens eene acte van 14 Maart 1744, verleden voor de Waalwijksche schepen bank (Reg. 105, blz. 152, Rijksarchief Den Bosch), zijnde een verklaring ten behoeve van den ijkmeester Pieter de, Gester en afgelegd door de heeren Johan van Ves- sem, oud 77 jaren, oud-bur gemeester, en Pieter en Ar- noldus de Jongh, oud 75 en 73 jaren, werd de secretarie in de jaren 1685 en 1696 door brand vernield, hoe wel het hechte gebouw zelf bleef staan. De verklaar ders waren ooggetuigen van dien brand geweest. Daarna werd de kapel weder zoo danig hersteld uitwen dig scheen ze weinig gele den te hebben dat ze we der dienst voor raadhuis kon doen, en zoo bleef dit mooie gebouw, met soliede muren en prachtig bordes, nog ruim 125 jaren in we zen, toen de verschrikkelij ke brand van 25 Juni 1824 het grootste onheil, dat deze gemeente ooit heeft ge troffen een groot deel van Oostelijk Waalwijk verwoestte en ook het oude |llllllllllllllllllllllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII|Ullllllllllllllllllll| Het spijt ons zeer dat wij in dit nummer dat als blijvend souvenir aan dit groote gebeuren beschouwd mag worden, in de foto-reeks niet het portret kunnen geven van den architect. Wij achten dit dubbel- jammer, maar hebben ons bij zijn op- vatting neer te leggen. Hoe ganrne hij ons 5 van dienst was, dit kon hij ons niet toe- 5 staan. s lii/u uiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiihiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiii'IIIiB HET RAADHUIS VAN VÓÓR 1824. v' RUÏNE VAN DEN BRAND VAN 'T RAADHUIS IN 1824. HET OUDE RAADHUIS, DAT NU GAAT VERDWIJNEN.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1932 | | pagina 17