DebelaslingioorslelleD
dezer gemeente.
Kloosterbalsem
Spierpijnen
Ons nieuwe Raadhuis
«Se»SU"! I
AKKER'S
een zwaalgat In de haven te Labbegat
en het \erhoogen van een gedeelte
der perceelen naast de haven, alles
uit te voeren In werkverschaffing.
Met algemeene stemmen wordt dit
voorstel aangenomen.
De heer Verheljden herinnert eraan
dat de oude gemeente Sprang-Capelle
In het Grootboek een groot bedrag
had staan. Spr heeft toen reeds voor-
gesteld om geen leeningen te sluiten
en het kapitaal van het Grootboek te
verkoopen. Toen werd hem echter
gezegd dat dit niet zou worden toe
gestaan door Ged. Staten. In's Grave-
moer echter kreeg men het wel gedaan,
Spr. vraagt hoe deze kwestie In elkaar zit.
De Secretaris geeft hierop een kleine
toeltch'tng. Het is de kwestie waarvoor
het geld besteed wordt Is dat om iets
te koopen wat na verloop van jaren
weer versleten Is, dan wordt geen
goedkeuring gegeven tenzij de bepaling
wordt gemaakt dat jaarlijks een bedrag
wordt teruggestort, zoodat tenslotte het
kapitaal weer terugvloeit.
De heer Verheljden zegt dat zijn
buurman de heer Boer vorige vergade
ring zich sarcastisch uitliet over het
oude Capelie Hier liggen nu de boeken
op tafel f2500 4'/a Nederland 1907
plus twee kolossale kapitalen 2'/a pC<.
en 3 pCt Grootboek Ned Werk Sc 'uid.
Hij adviseert allereerst de f 2500 te
verkoopen en de rest aan te vullen u t
verkoop 3 pCt. Grootboek en de 21 /a
pC'. geheel te laten rus'en. In de eerste
plaats de 4'/a pCt. 1917 omdat men
in Den Haag het onzinnige Idee heeft
om een Couponbelasting In te voeren,
wat hij een groot schandaal zou vinden
aangezien de z.g kleine luijden, dat
zijn de kleine renteniers, wederom
getroffen zouden worden, die hij ter-
degv wil ontzien. Laat men beginnen
bij inkomsten van f 10 mille inplaats
van bij 30 mille. Inkomsten van 10
mille en hooger op moeten den buik
riem maar wat aanrijgen en zich minder
luxe permitteeren.
Belasting betreffende renten van
kapitalen Grootboek heeft hij nog niet
gelezen. Hij is een fel tegenstander
van eene Couponbelasting omdat hij
het gefraudeer kent van de Coupon
belasting Amerikaansche coupons, die
in vele gevallen kunnen worden terug
gevorderd enz. Daarom hoopt hij dat
men in Den Haag wat verstand zal
gebruiken en iets anders zal vinden
als een Couponbeiasting. Daarvan heeft
hij al ellende genoeg gezien.
Hij verzoek! beleefd de pers van 't
behandelde goede nota te nemen.
Ijsbaan.
De heer de Rootj heeft naar aanlei
ding van den grondaankoop langs de
haven nog een tweede object voor
werkverschaffing gevonden. De schaats
liefhebbers zullen terdege gedupeerd
zijn omdat de polder is drooggelegd
en hier is het een mooie gelegenheid
om een schaatsbaan te maken. Het
land blijft bruikbaar, er hoeft alleen
een kade met duiker om te worden
gelegd evenals men dat ln Waalwijk
gedaan heeft.
De heer Verheljden is het met dit
voorstel volkomen eens. Zelfs Is hij
altijd schaatsliefhebber geweest, en dus
kan hQ begrijpen hoe onplezierig het
is dat alle gelegenheid wordt ontno
men.
De heer MichaCl vindt het ook een
goed idee.
De Voorzitter neemt nota van deze
opmerking.
De heer Boer zegt dat in de werk
verschaffing temand gewerkt heeft die
niet wist of hij voor den polderof de
gemeente werkte. Hoewei hij 14 dagen
gewerkt heeft is hij daar niet achter
kunnen komen. De man heeft toen f2
per dag uitbetaald gekregen. Nu is hg
aangesteld als voorwerker. Voor den
polder heeft hg reeds werk geleverd
tegen f 3 per dag en voor den Wa
terstaat voor f 5. Daarom vindt spr^
het niet goed te keuren dat«die man
gewerkt heeft voor een loon dal gelijk
Is aan dat der andere wesktpozen.
Sor. vraagt voor wl% de man eigen,
igk gewerkt heeft.
De Voorzitter ^egt dat hg in dienst
van den polder was.
De heer Mjchagi licht deze zaak nog
toe. Het betrefi P. de Rooij. met wie
was overeen gekomen dat hg met nog
twee andere zou komen werken Aan
de R. is gevraagd welk loon hg wilde
verdienen en toen hei ft hg gezegd da!
hij met het gewone w^rkverscbaff.ngs
loon genoegen nam. Spr. zeifi heeft du
man voorlooplg betaald met f 2 per
dag. waarmee ng volkomen tevreden
was. De rekening van f 26 heeft spr.
aan den polder uitgeretkl, waarmede
de zaak uit is. Spr zou dezen werk
man graag behouden hebben, maar de
Heide—maatschappg was he> daarmede
schijnbaar niet eens. B. en W kondei
hem niet handhaven daar hg nog een
hu<3 en koeien had en dus niet voor
werkversch ffmg in aar merking kwam.
De 2 anderen zijn gebleven, op welkt
manier weet spr, niet. He* was z.i
beter dat de R. gebleven was, maar
omstandigheden hebben anders geleid.
De heer Boer vraagt zich af wat de.
Heide—maatschappij er mee te makei
kan hebben als de man voor den pol
der gewerkt had; had hij f 1 meer
verlangd, omdat hg er niet als werk-
looze stond, maar ais afwerker.
M'ChaCi. Hij stond er wel alswerk-
looze, anders had had hg geen genoe
gen moeten nemen met het loon van
f 2. Hoe hg nu gaat praten weet ik
niet, maar zoo is de toestand.
De heer Verheljden spreekt tenslotte
ais volgt:
ik geloof dat de raad van Sprang-
Capelle vandaag een gelukkig besluit
heeft genomen en Ik hoop dat in de
toekomst op dat besluit in het belang
der gemeente zegen moge rusten.
Een ding spgt innig nog nl. dat aan
den wegkant der Labbegatsche haven
een bescboeiïig staat, anders hadden
wg ze ruimer kunnen maken.
De overige leden betuigen hun in
stemming met deze woorden.
Daarna wordt de vergadering ge
sloten
De bouwkundige medewerker van
de „Standaard" schrijft in „Bouw- en
Interieurkunst", bijblad van genoemd
dagblad, de volgende deskundige be
schouwing over ons nieuwe raadhuis:
Het Nieuwe Raadhuis te Waalwijk.
Weer is een werk van den meester
gereed. En alle nieuwsbladen en vak
tijdschriften maken er melding van.
En terecht want dit is niet alleen
een gebeurtenis in het Bouwkundig le
ven, maar in het volksleven. Schreef
Kropholler zelf niet, juist naar aan
leiding van dit zijn werk:
„Wij zijn langzamerhand verge
ten, dat de kunst, ook de bouw
kunst, weerklank moet vinden bij
het volk, of anders het bestaan niet
waard is. Mijn wensch bij dezen
Raadhuisbouw is, dat de bouwkun
digen niet, zooals zeker vakblad
reeds over Waalwijks Raadhuis
schreef, in optocht naar Waalwijk
zouden trekken, doch dat de ge
meentenaren zelf hun vreugde over
hun Raadhuis mogen beleven".
En er is reden tot vreugde bij de
voltooiing van Waalwijks Raadhuis
gelijk bij de voltooiing van al Krop-
holler's werk. En vreugd niet alleen in
de bouwkundige wereld maar Waal
wijks burgers hebben wel 't meest re
den tot blijdschap dat in hun gemeente
in 1932 een huis gesticht is tot huis
vesting van haar overheid en dat dit
huis is voltooid onder leiding van
Bouwmeester Kropholler.
Waalwijks Raadhuis is indrukwek
kend en geweldig. Bij het vluchtig
bezien maar ook hij de nadere be
schouwing is de bewondering groot
over dit brok architectuur. Wie den
bouwmeester kent uit zijn geschriften
en losse artikelen en weet van zijn
twee grondbeginselen: doelmatigheid
en naïviteit en de waarde aan deze
begrippen toegekend, die herkent
hem ten volle in het Waalwijksche
raadhuis. De doordachtheid der situa-
j tie, de klaarheid der massa's, de een-
voud der middelen, het is alles echt
Kropholler jen echt)e houwkunst.
Kropholler, de bouwmeester, staat
als een éénling in onze bouwkundige
wereld. De kracht van zijn getuigenis
in woord en steen is groot en indruk
wekkend. De zuiverheid van zijn werk
gaat ver uit hoven <le schrille vormen
der meer normate hedendaagsche ar
chitectuur en toch is er in zijn werk
dat kittelige dat den beschouwer
hoe verrukt ook, het „ja mooi" doet
zeggen.
Zou het niet zijjn omdat Kropholler
de Roomsch-Katholieke Kerkenbouwer
bij uitnemendheid zoo zeer ver
rukt is door de eeuwige woorden dat
zijn werken de eeuwen trachten te be
sluiten? Wij zouden het haast denken,
wanneer wij van hem lezen:
„M.I. komt het er weinig op aan,
of over een paar honderd jaar
iemand dit raadhuis ziende, zal zeg
gen: een echt gebouw uit 1931.
Evenmin als het ons in de eerste
plaats interesseert of het raadhuis in
Naarden of Gouda nu uit de 14e,
15e of 16e eeuw dateert. Wat ons
wel een genoegen doet is, dat wij
van de uiterlijke vormen ineens ge
waar worden, dat dit gebouw het
raadhuis is en wij er de waardig
heid en statie aan vinden, die er naar
onze meening aan toekomt en mis
schien ook dat wij er de eigenaardig
heden van andere ,ons bekende ui
tingen van onzen eigen volksstam in
terugvinden. Althans geen houding
van den bouwmeester er in zien, alsr-
of hij voor 't eerst de bouwkunst
had uitgevonden, of dat hij zich voor
zijn nationaliteit geneert".
Dat laatste is zeer juist gevoeld- en
gezien en ook in Waalwijks raadhuis
hoe ongelukkig de moderne materia
len aesthetisch gekend en verwerkt
worden, maar hebben ze niet hun rech
ten ook voor de geschiedenis?
Dit zijn de vragen, die immer weer
oprijzen hij al het werk van Krophol
ler, ook bij het Raadhuis van Waal
wijk. Het zijn vragen het is geen
critiek daarvoor is het werk te zui
ver. Daarvoor blijft het het werk van
den Meester.
Gezien de belangrijkheid dezer aangele
genheid voor ieder ingezetene der ge
meente, maak ik gaarne gebruik van Uw
blad om hierover eenige beschouwingen
te geven, die naar gemeend wordt, van
voldoende gewicht zijn, om bij de weder-
behandeling in den Raad naar voren te
worden gebracht.
Bij de beoordeeling van het onder
staande hoop ik dat men hierin werkelijk
wil zien de meening van een neutraal,
buiten ieder partijverhand staande me
deburger, die alleen het algemeen belang
beoogt en die uit den aard van zijn werk
kring deze zaak eenigszins meer deskun
dig kan bekijken dan de eerste de beste
leek op dit zeer lastig en ingewikkeld
terrein.
Ik zal trachten zoo eenvoudig en dui
delijk mogelijk te zijn.
Het is mij opgevallen dat er, afgezien
van
'n Pijn om razend te worden
bij 't bewegen van den arm.
„En toch -had. ik niet den tijd om in een arm
stoel te gaan zitten en af te wachten, of <je
pijn bij toeval eens zou gaan bedaren. Dus
sleepte ik
U*en 0
>iite no
■en of de
klasse
Hope"(1'
IraC'lF
krachten
k mij voort, dikwijls bijna boven mijn
De pijn, die in mijn bovenarm begon, i'11
Kloosterbalsem is steeds onscha
delijk en is het onovertroffen wrijf-
middel bij rheumatiek, rheumati-
sche zenuwpijnen, jicht. spit. stram
heid, spierverrekkingen. enz. Ook
echter ongeëvenaard bij brandwon
den, uitslag, oude- en nieuwe won
den, zweren, puisten, muggebeten.
Neemt dus ook bij
wonden en zweren
huidaandoeningen
brandblaren, enz
M\i UV/MIV/IX r lJ -"V
zette zich voort tot in mijn nek, soms zoo hevin jünnensci
dat het huilen mij nader stond dan het lachen.
Gewone spierpijnzeide men mij, maar ik kon
niets vinden om die gewone pijn te genezen.
Ten einde raad ben ik met Kloosterbalsem be
gonnen. De uitwerking is enorm geweest. A'a
de eerste behandeling verminderde de pijn ai
en na voortgezet gebruik zijn al mijn pijnen
geheel verdwenen. Ik ben gelukkig de groote
pijndooder, die men Kloosterbalsem noemt, te
hebben aangewend. Bovendien ben ik nu ook
af van het slikken van allerlei geneesmiddelen,
waarvan mijn maag van streek raakte"'
E. v. C. te 4,
(Origineel ter inzag,y
iie
,,Geen goud zoo goed"
Per pot vanaf 60 cent!
ederlam
er Lang
-zeld. De
ian dit i
jieenen
itaat be\
nieder,
met f
,eeft, gai
ieele
ladzijde
tens, 1
en t
omen sl
verkri
\ederlan
Alom verkrijgbaar! iiens b<
ilppost
We lez
een t;
roor
Uwe
jruikte g>
a nd e redenen die door verschili ende Aannemende, wat niet te hopen is, dat de kelijk zeer vele gezinnen, waarvan i hen el
,:?ad^eden werden aangevoerd eu welke I gemeente werkelijk in de 3e klasse over- samenwonenden^n^feheel of dee „1 f
aannemen dat het door mij bedoelde
hierbij over het hoofd werd gezien.
Mijn bedoeling is het door de regeering
ingediend wetsontwerp om over te gaan
tot het heffen o.a. van 30 Rijksopcenten
over het geheele bedrag der geheven Ge
meente fondsbelasting.
Eerst wil ik opmerken dat mij kan
worden tegengeworpen, dat moeilijk kati
worden rekening gehouden met een be -
paling, welke nog geen wet is, doch nc>g
slechts in de lucht hangt. M.i. hangt li et
er evenwel veel vanaf of deze bepalii ïg
rechtstreeks deelachtig zou worden als
B. en W. bij hunne berekening hebben
aangenomen.
Iedereen zal nu wel begrijpen, dat een
gemeente der 3e kl. met 80 opcenten niet
zonder meer kan volstaan met 30 opcen
ten af te trekken en er dus 50 te heffen.
Immers, zooals werd uiteengezet, alleen
de over het classificatieverschil geheven
30 opcenten komen aan de gemeente ten
goede.
Men zal zich dus hebben af te vragen
„Met hoeveel opcenten op de geheele
volgens menschelijke berekening ka ns I aanslag Fondsbelasting staan gelijk de
maakt om tot wet te worden vèrbev en I voormelde 30 opcenten op dit classmca-
ticverschil. Voor de duidelijkheid neem
ik aan dat dit b.v.b. 10 opcenten be
draagt, dan zou de gemeente, indien in
de 3e kl. eerst 80 opc. noodig waren,
door die wetsbepaling kunnen volstaan
met het heffen van 70 opcenten. Dan
worden er dus toch nog 70 -f 30 100
opcenten geheven. Door dit hooge aantal
zal de gemeente nog meer als voorheen
wel ernstig moeten overwegen of aan
klasseverandering wel werkelijk niet te
ontkomen is.
Helaas spelen bij het beoordeelen om
trent het al of niet juist verdeden der
lasten de verschillende inzichten op
maatschappeijk gebied vaak en dikwijls
zelfs onbewust een groote rol. Doch hoe
men de zaak ook zien wil en keeren of
draaien wil, vast staat, dat door het over-
en in 't Staatsblad te komen. En nu ge
loof ik dat er weinigen zijn die aan dit
laatste nog zullen twijfelen. Heeft er één
financieel voorstel dezer regeering kans
dan lijkt het toch wel dit, vooral nu zij
met haar invoerrechtenverhooging niet
gelukkig is en ten slotte toch de midde
len zal moeten vinden. Daarbij zal dr tij
delijke aard van dit voorstel (alleen
slechts voor het belastingjaar 1933-'34)
velen over de bezwaren er tegen doen
heenstappen.
Was er nu geen sprake van klasseiier-
ziening voor deze gemeente, dan behoef
de men hiermede nog geen rekening te
houden, omdat, het ten slotte gaat om een
extra heffing uit de inkomens, dus bui
ten bespreking kan blijven. Men vond ze
onvermijdelijk uitgedrukt op zijn belas
tingbiljet. Nü daar"wel sprake van is, zal I gaan in een hoogere klasse minst-
het m.i. wel verstandig zijn hiermede re-1 draagkrachtige in verhouding!t gaarst
kening te-bouden. Zij lijkt mij wel dege- wordt getroffen. Heeft
lijk in 't geding te moeten komen bij liet "erzijds gaarne wordt „l
bepalen der houding die de gemeente ten I TOOI*ste.! »3,r klasse en 8C JPce" cJ
opzichte der Fondsbelasting zal aanne- werkelijk serieus de vraag ^steld of die
men. Hoewel dit wetsontwerp spreekt I grens van belastingheffing billijk was ge-
van een maximum van 150 opcenten,
kunnen wtf ons wel veilig bepalen tot het
daarin genoemde minimum van 30, om
dat dit loopt tot inkomens van 30.000
en eerst daarboven een progressie van 1
opeent op 1000 inkomen wordt inge
voerd.
Nu de gevolgen: Heft de gemeente 80
opcenten, dan zull.en er dus totaal 110
worden gevorderd. Het gevoeg is dus, dat
onverschillig in welke klasse de gemeen
te geplaatst is, elke gulden hoofdsom
fondsbelasting op het aanslagbiljet .zal
veranderen in 1.1- 0.80 0.30
2.10. Hoe meer hoofdsom, hoe groo-
ter het bedrag dat aan opcenten moet
worden bijbetaald. Dat is nogal logisch,
zal wel opgemerkt worden, doch op
grond van het volgende moet ik het toch
even laten uitkomen. Waar de gemeenten
het namelijk voor een deel zelf in de
hand hebben om dit hoofdso mbedrag te
kunnen verlioogen door liet plaatsen in
een hoogere klasse en te verlagen door
de gemeente in een lagere klasse te plaat
sen, oefenen zff daardoor ook invloed uit
op het bedrag dat aan di»e Rijksopcenten
zal worden geheven.
Bij het beoordeelen in welke klasse de
gemeente zal worden g< 'plaatst, zal een
en ander wel degelijk v an invloed moe
ten zyn.
Dat de Regeering dit ook zoo ziet,
blijkt uit de bepaling vam Art. 4 van be
doeld. wetsontwerp. De bedoeling t och
van dit artikel 4, is volgens de Mem. van
Toelichting, om te voorkomen dat de ge-
meeaten, reeds geplaatst in de 2e eni 3e
klasse, en die hunne ge,meentenaren voor
die Rijksopcenten zoude n willen besci her
men; nu naar de le of 2e klasse zou den
overgaan. Door dit ar'iikel 4 wordt de
2e en 3e kl. gemeenten een voorde* ltje
bezorgd, want die 30 Rijksopcenten, ge-
I heven over dat deel der hoofdsom wat
r een gevolg is van het verschil tusscl ien
le, 2e en 3e kl., het z.g.n. classificatie-
verschil, komen evenals dat deel dier
hoofdsom zelf rechtstreeks aan de ge
meenten. Die opcenten zou men voor elit
trokken en voor allen, dus ook voor de
zwaarder getroffen minstdraagkrachti-
gen niet werd overschreden, dan zal het
naar m.m. nu eisch zijn, dat deze vraag
opnieuw onder het oog wordt gezien.
Hef wil mij voorkomen dat er alle re
den is om (iit ook werkelijk te doen.
"Vooral nu er aangenomen kan worden,
dat er ook nog een of meer factoren de
begrooting gunstig kunnen heinvloeden.
Het doel van dit schrijven om zoo mo
gelijk een beter inzicht te geven in deze
lastige materie, zou zeker meer dan be
reikt zijn, indien het mocht bijdragen tot
het afweren van het onheil: de 3e klasse.
Hiervoor is het evenwel noodig, dat ik
nog even inga op enkele punten, die in
de Raadsvergadering werden naar voren
gebracht.
Zooals reeds door mij als vaststaande
werd aangestipt, worden de kleine inko
mens het meest getroffen. We gaan fei
telijk door deze verandering terug naar
den tijd van de lage belastbare inkomens
voor de oude Gemeentelijke Inkomsten
belasting op Hoofdelijken Omslag. Ter-
Avijl voor de Rijks Inkomstenbelasting
800 als minimum werd gesteld en in de
le kl. der Gemeentefondsbelasting voor
de gehuwden eveneens, krijgen we door
de rangschikking in de 3e klasse de toe
stand, dat de gehuwden reeds hij f 600
en de ongehuwden bij f 500.in deze
belasting vallen. Is men nu van meening,
dat het billijk is, dat van deze inkomens
reeds belasting betaald wordt, dan is dat
voor hen natuurlijk geen gewetenskwes
tie, of tot de 3e kl. wordt besloten, doch
vermoedelijk zullen zij er toch nog niet
toe besluiten, zoolang er nog maar een
uitweg bestaat om aan de gewenschte
middelen te komen. De anderen, (en ik
beken dat ik daartoe gerekend wensch te
worden) zullen zooveel mogelijk trach
ten eerst op andere wijze die middelen
te zoeken, alvorens zij en dan noodge
dwongen er toe zouden overgaan. Dit
neem ik aan als het principieele verschil
tusschen beider opvattingen in deze
kwestie. Ik voor mij geloof werkelijk dat
het ook naar buiten meer tot heil der ge
bin
hen meest gunstige geval, kunnen ni k ,iav^
anders verwachten, dan dat daar spre ft'aalwij
kende voorbeelden tegenover gestel beffend-
werden.
Opgemerkt wordt ook dat voor gcê
enkel kind dat zelf aangeslagen wordverS
door den ouder kinderaftrek wordt g( In 19
noten. Dit beïnvloedt natuurlijk in zee laven u
sterke mate het inkomen van den vade p,
Rehalve toch dat hij dien kinderaftrek ni ,'nói
meer deelachtig wordt, dus strikt gem n
men zijn inkomen daarmede feitelijk b feter
gerekend worden verhoogd te zijn, kry nde ge
hij er nu 200.voor de 3e kl. hijgetel slil
alsmede zooveel maal 50.als ert
menwonenden worden aangeslagen. N
men we dus inaar aan, dat dit 2 kind 1
ren zijn, dan komt er dus nog 3 x 501 II.V.
Dit is heusch geen uitzonderingsgev B0„ bev
doch er zijn er genoeg waarbij hetrj .-Q
veel ongunstiger gesteld is. Het gaat
niet op, zonder meer te beweren, dat!. n
gezamenlijk inkomen, waarop dezes slaat; 1
menwonings-toelageO) werd toegepj terstanc
als vergelijkingsobject genomen kan\vo.0„ i)e(
den met iemands persoonlijk belaslbjP (t
inkomen. Er zou nog iets voor te zegii "c
zijn, indien deze toeslag(l) beperkt bk sche hi
tot kinderen en liefst nog wel tot mi cenlang
derjarigen, doch dat is niet het ges water s
Het zijn ook in vele gevallen meeriii
jarigen en broeders, zusters en and;
verwanten, zelfs vreemden, die op d 1)C
wijze medewerken, tot het fictief ops iken
ren van het inkomen van ieder afzondi !et wel
lijk. Daarbij moet toch niet vergeten wi onze
den, dat, al wonen verschillende pen
nen, zelfs kinderen, hij hunne ouders "ells
samen en daardoor voor de belastinghi ook ge
fing zwaarder getroffen dan dat zij alls reval i
woonden, zij niettemin toch wel gehi jjaven
zelfstandige en financieel onafhankel
van elkaar staande personen kunnen z
Hoevele personen zullen er nu n «lijk.
moeten worden aangeslagen, waara ie hav
men voor de belastingheffing niet dai ide:
lijk zou denken. Denkt maar eens aan Dr0])]e(
dienstboden, die inwonend zijn.
kost en inwoning verdienen zij al n; lea;7
gerekend wordt 350400 gulden; i Bij c
3.per week als loon zijn zij al beb een ha'
Een boerenknechtje met kost en in*
ning en 34 per week wordt aan i
slagen, enz., enz. Dit maakt het m.i. o wen'c
zoo moeilijk om een eenigszins zuiv rachte
raming te maken voor het verschil lijd pl.
het voor de gemeentekas zal vormen ]en zo
het overgaan naar de 3e klasse. Van ^o])
deze momenteel niet aangeslagen mi
schen, alsmede van de gezinnen, die ^n-
wel staan te worden aangeslagen door niet t
die invloeden in de wet gelegd en h« haven
gedemonstreerd, en zal ook de groote I bedrag dus gerust verplichte gemeente- I meente 70U 7jjn> jndjen Waalwijk zich
verdienste blijven en zal ook. bet volk
immer aan zijn gemeentehuis bindend
Wanneer gepleit wordt voor 't natiów
nale in de bouwkunst en voor recht
besef van de beteekenis van 't stede-
huis en zulks in verband met mate
riaal etc. dan gaan we ten volle met
1 dit pleidooi accoord maar wanneer
de tijd en dan niet het jaar maar
zelfs de eeuw waarin wij leven wordt
veronachtzaamd dan zien we daarin
toch de reden waarom wij met alle
respect bij al het werk van dezen groo-
ten bouwmeester vragen: „ja maar?"
1 Is de waarde van dezen tijd straks
van de geschiedenis geene? Moet een
stedehuis niet getuigen ook na eeuwen:
In zulk een tijd grepen de burgers
moed en zij bouwden? Ja, wij weten
het hoe wankelend de stappen zijn op
het pad der 20e eeuwsche bouwkunst,
opcenten kunnen noemen. "De Minister
zegt dan oo-k in die Memorie, dat de ge
meenten 2e en 3e kl. hunne eigen hef
fingen met dit bedrag zullen kunnen ver
lagen. Indien dus een gemeente (evenais
(lê onze) plannen maakt zich in een hoo
gere klasse te plaatsen, moet zij zichi af
vragen, welk bedrag haar door deze
wetsbepaling ten goede komt. Waar dit
een toch nog al belangrijk bedrag kan
uitmaken, leek het ip.i. gewenscht hierop
de aandacht te vestigen. Elke opcent
meer of minder is in dezen tijd zeker
van voldoende belang voor bet me eren-
deel der ingezetenen, evenalis dit met de
kwestie van rangschikking in een hoo
gere klasse is, indien niet absoluut nood
zakelijk, zoodat, indien de gevolgen van
het naar voren gebrachte niet dadelijk te
hoven terloops aangehaald, bestaan «gjn<;
ter inspectie van de belastingen geenpn
de gegevens zoodat indien men raamt o
zich toch in hoofdzaak moet baseer'elke
op hetgeen bekend is. Er is te veel on! jen b
kend evenwel om zuiver te kunnen^UW(]
oordeelen. En toch dat onbekende isi
het allerhoogste gewicht, omdat dit ,P
troffen wordt juist door het verschil iazijn,
klasse en derhalve geheel in de gemeen wat n<
kas terecht komt. Natuurlijk zal ook p
invordering der belasting, die toch Kjjep£
steeds moeilijker wordt, nog lastig
gaan, zoodat vele aanslagen', van h J0n a
waarop geen verhaal is of waarop l Oude
een groote hardheid zou zijn ze toe 5eu])
passen, wel oninbaar moeten worden jelbar
De Personeele belasting is in dit
band ook betrouwbaarder; de allerklf ai'
sten zijn vrij en bij de overigen is aHi waar
eenig verhaal. Natuurlijk vormt een lelijk
hooging van opcenten op deze belasti
ook wel aanleiding tot het ontstaan v
eenige kwade posten, doch lang niet
die mate als voor de andere belasting! ea .m
geval zal zijn. Ook de druk dezer bel wai
ting is met een behoorlijke progressie ^ggj
de opcentenheffing beter te regelen. M
werkt bovendien met meer bekende 3
gevens.
Om niet nog meer van uwe goedne traai
te vergen, M. de Redacteur, zal ik a da
in de le klasse zou kunnen handhaven. moeten beperken, hoewel mij de veIVeg
ding bekruipt om nog een en ander n'
Klinkt het werkelijk niet minder ere
dietwaardig: „Volgens geruchten gaat de
gemeente Rotterdam ook al naar de 2e
klasse der Gemeentefondsbelasting"? Ja,
dat doet het zeker en dat is nog maar
2e kl. Daarbij zijn de financieele zorgen
van Rotterdam toch wel wat grooter,
naar ik veronderstel, als van Waalwijk.
Natuurlijk zal het geen wereldschokken
de gebeurtenis zijn, indien de berichten
vermelden: „Waalwijk heeft zich ook al
genoodzaakt gezien in de 3e kl. plaats te
nemen en daarbij 80 opcenten te heffen,
henevens belangrijke verhooging der Per
soneele belasting".
Klinkt het niet zoo'n beetje of de weg
naar een bankroet reeds betreden is?
Ook in dit opzicht is het dus wel ge-
dit
•overzien zijn het misschien aanleiding wenscht fe óverwegen of tot dit m.i.
Jan geven zich er nog eens na jr f uiterste middel moet worden overgegaan,
ter op te willen bezinnen. Het z ch nu Men yerwect elkaar in (le zittin„ met
;reeds vastleggen voor deze belasting is sgeval]en te werken, doch dit is, be-
■immers voor onze gemeente, wier finain- houdens één enkele uitzondering, niet
ï«nreS°Rtoch„TetTepafld'noodTaieliik. het geval. In deze gemeente z«n er wer-
,u"h u l D 1]fi7 Wf
de Personeele Belasting te zeggen, u
ik nog wel even recht zetten, dat de m ome
keistand niet of bijna niet voor hun Om
winkels door deze belasting wordt
troffen. De winkels worden als af«
derlijke perceelen beschouwd en vee
vrij geschat, omdat daarvoor hovend' JOgcn
maar slechts 1/3 der huurwaarde bel beter
wordt. Wel de café's, bioscopen en d ((raa)
gelijke perceelen worden ten volle
last.
Men staat in deze m.i. dus vocr
keuze: klasse-verandering gemeen
fondsbelasting of wel eenige verhoo
druk voor de Personeele belasting.
alle aangeslagenen hierin zal treft
doch vermoedelijk noodwendig' voor
grootere huurwaarden iets moet stijg lapel
Indien althans geen andere reden,'
als b.v. de mogelijkheid eener grow
Rijksbijdrage in de werkloozenuit j.
ring, tot handhaving dezer belastin^c* «ai
stellen zou nopen, meen ik te mogen
Me
Vrou