Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. i mm FEUILLETON wmw Wfnkelnieuws. Voor. BIJ MOL kwaliteit prima is. MOL blijft goedkooper. NUMMER 54. 9 ZATERDAG 1 JULI 1933. 68e JAARGANG. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG UITGAVE; Prfls der Advertentiën 20 cent per regel; minimum 1.50. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Bij contract flink rabat. Reclames 40 cent per regel. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Advertentiën moeten Woensdag en Franco p. post door 't geheele rijk 1.40. Telefoon No. 38. Telegr.-adresECHO. Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN. EERSTE BLAD. Naar goedkooper geld Eigenlijk is het vraagstuk, of we „een beetje Inflatie" moeten toepassen om een opbloei van onzen handel en industrie te forceeren, reeds langen tijd acuut. Het is op het oogenblik alleen in een stadium van hernieuwde belangstelling getreden, nu een voor. aanstaand zakenleider en econoom als sir Henri Deterding zich vóór inflatie heeft uitgesproken. Het denk beeld van inflatie heeft onthouaiaste voorstanders gevonden, maar stuit (o I. terecht) af op hardnekkige be strijding van velen. De meeste men- «chen hebben ter zake hun standpunt reeds bepaald en ze lieten zich daar bij niet weinig door het eigenbelang leiden. Vandaar dat redeneeren niet veel meer helpt en ook het woord van Detering geen bijzondere uitwerking meer zal doen gelden. Als de heer Deterding een zijner bekende voorspellingen deed over den a.s. ondergang van den Russischen communistlschen staat, dan vond dat oordeel een voorname plaats in zekere groote dagbladen, want sir Henri Deterding was nu eenmaal de man, die het weten kan. En als dezelfde Deterding een meening ten beste gaf over sport of over onderwijs, ook dan werd zijn oordeel als gezag hebbend gelanceerd. Maar nu de heer Deterding inflatie aanbeveelt, nu schud den de redacties dierzelfde bladen meewaardig het hoofd en verkondigen ze met nadruk, dat de heer Deterding verstandiger deed met zich aan zijn petroleum te houden en wat misschien ook waar is. valt de prijs altijd mee, omdat de Even gaan loopen Overal gaan zien Bij MOL gaan koopen. Wij voor ons, we hebben geen reden om den heer Deterding bij te vallen, maar ook niet om hem te ver. guizen om ztyn ir.flatie-idetën. Irfhtie is ten allen tijde zeker een kwaad, maar een kwaad kan onontkoombaar wezen en dan moet men het nemen, al ware het maar om erger kwaad te ontgaan. Er is natuurlijk vóór als tegen inflatie te zeggen. Irfhtie verhoogt voorloopig de concurrentie- mogelijk heden en maakt 's lands lasten drage lijker. Inflatie kan leiden tot ver- mindering van werkloosheid. Irflatle voorkomt loonstrijd en brengt den levensstandaard automatisch op lager peil. Tegen inflatie valt aan te voeren, dat de voordeelen er van zeer wille, keurig worden verdeeld. Een hulzen- bezitter b v. zal bij irflatle eer voor- dan nadeel hebben. In geldswaarde zullen panden stijgen enhypotheken kunnen gemakkelijker worden algelost. Het zijn dan ook de hypotheek houders, die door irflatle zeer zeker gedupeerd zullen worden. Ze krijgen aan waarde minder terug dan ze eens uitleenden. Schade Iflden ook spaar ders, verzekerden, pensioengerechtig den, renteniers, enz. De guldens, die ze ontvangen gaan, zijn niet de guldens, welke bun eens gegarandeerd werden. Ook de loomrekkenden zullen met een gelijk gebleven Inkomen min er aan waarde gaan ontvangen. Niemand kan deze nadeelen ont kennen. maar de voorstanders weer meenen, dat dan die nadeelen zullen meevallen. Wanneer de waardedaling niet te erg is b.v. niet meer dan een derde van de oorspronkelijke waarde omvat, dan zoo zeggen ze zal irfhtie geen noemenswaardige prijs stijging ten gevolge hebben. Ten be. wijze daarvan wijzen ze dan op Engeland, waar de levensstandaard niet noemenswaardig zou zijn verhoogd, ondanks de daling van het pond. Voor het binnenland zou het pond het pon zijn gebleven en zoo er ai ergens een tendenz tot prijsopvoering ontstond, dan werd die door concur rentiezucht aanstonds vernietigd. Het volk had geen bezwaar om een daling van het pond te aanvaarden, maar het heeft zich met succes verzet tegen een opvoering van den levensstandaard. Indien dat alles juist is en ook voor ons land zou blijken op te gaan, dan is het Inderdaad niet van zooveel beteekenis, of loonen, pensioenen, renten enz. In intensieve waarde, In goudwaarde dus, achteruit gaan, als de koopkracht op de binnenlandsche markt ongeveer dezelfde zou zijn ge- van „De Echo van het Zuiden". Uit het Engelsch van Joseph Hocking (Nadruk verboden). U hebt toch niets tegen me?, klonk het. Neen Arthur, ik heb niets tegen jeen tegelijkertijd heb ik alles tegen je. Ik begrijp u niet, voor zoover ik weet, is mijn reputatie vlekkeloos. Dat geel' ik onmiddellijk toe. Daar zit het ook niet in. Als ik zeg, dat ik alles tegen je heb, bedoel ik daarmee. wel, dat ik jou niet als de soort man beschouw, van wien ik geloof, dat hij Mirry gelukkig kan maken. Maar meneer Donnithorne, neemt U mij niet kwalijk, als ik u tegenspreek, maar dat kan Mirry toch hef best zelf beoordeelen. De jonker hief het hoofd op en keek Arthur recht in het gezicht. Heb je al met Mirry gesproken? Nog niet, meneer, tenminste niet ronduit. Ik vond dat ik daartoe het recht nog niet had. Maar ik weet ze ker, dat ze van mijn gevoelens op de hoogte is. Er viel een stilte. Toen hernam Mr. Donnithorne Zooals ik je daarnet zei, heb ik een afspraak. Ik veronderstel dat je mijn toestemming wilt hebben om met Mirry te spreken?. En uw steun en sympathie, Mr. Donnithorne. Luister Arthur, was het bescheid, wat je me vraagt is geen kleinigheid. Laat ik open en eerlijk met je praten. Ik beschouw je als een buitengewoon respectabele man, maar ik geloof niet dat jij de geschikte mpn voor Mirry bent. Dat beteekent intusschen niet, dat ik mij tusschen jullie wil plaatsen. Ik verbied je niet met mijn kleine meisje te spreken, maar ik wind er geen doekjes om het zal geen te leurstelling voor me zijn, wanneer ze „neen" zegt. Niet omdat ik wat tegen je heb, maar omdat, als Miriam inder daad het meisje is waarvoor ik haar houd en ongeacht wat haar gevoelens op het oogenblik mogen zijn, jij haar niet haar heele leven gelukkig kunt maken. En nu moet ik gaan, Arthur. Adieu. Arthur had een gewaarwording of hij een ijskoude douche had gekregen. Het onderhoud was wel geheel anders uitgevallen dan hij zich voorgesteld had. Maar in ieder geval, hij had toe stemming om met Miriam te spreken. Al was die toestemming ook aller minst van harte gegaan. Ik moet haar spreken eer ik weg ga, besloot hij zijn overdenkingen, de kogel moet vandaag nog door de kerk. De jonker is weer heelemaal inge palmd door Bob, net als vroeger, dat is zoo klaar als een klontjeIk moest al tijd het loodje leggen als die vent in de buurt was Hij helde en toen even later een huisknecht verscheen, verzocht hij: Wil je aan Miss Donnithorne zeggen, dat ik haar graag wil spreken? Uitstekend, meneer. Na enkele minuten kwam Miriam de kamer binnen. Heb je met Vader zitten praten? vroeg ze na een vriendelijke begroe- ling. Zaken zeker? Ja, antwoordde Arthur. Ik kwam hem vertellen, dat mijn vader mij als compagnon in de firma heeft opgeno men. Mr. Donnithorne is een van onze belangrijkste cliënten, voegde hij, als ter verklaring, eraan toe. Dat is verbazend attent van je, Arthur, lachte ze. Zeg, neem je vacan- tie vandaag? Dan moesten we een poosje golt gaan spelen. Ik heb juist een zeer bevredigend gesprek met de keukenmeid gehad, en ik vermoed, dat die het verder wel zonder mijn hulp afkan. Het spijt me, Mirry, maar ik hen vanochtend niet erg in de golfstem- ming, antwoordde de jonge advocaat. Jij schijnt overigens in een buitenge- woon goed humeur te zijn, voegde hij er haastig bij, in het bewustzijn, dat hij geen bijster gelukkig begin ge maakt had, gevolg van het feit, dat zijn geest vervuld was van zijn neet, wiens terugkomst hem verdreven had uit het prachtige kasteel, dat hij reeds als zijn toekomstig huis had be- schouwd. Je bent gisteravond op Dul- verton Manor geweest, hé?, zei hij toen Ja, zoodra Vader wist, dat Bob thuisgekomen was, moest en zou hij er met mij naar toe. Jij had hem al eerder op den dag gesproken, niet waar? O, daar heb je natuurlijk van ge hoord. Iedereen heeft het over hem. En wat zegt iedereen? De zonden van den weergekeer- den zoon zijn vergeven, klonk 't scherp Het verleden is opeens vergeten ofschoon hij zelfs den vroegtijdigen dood van zijn vader op zijn geweten heeft. De bedienden zijn buiten zich zelf van vreugde hij is de held van den dag en wordt bewierookt als het puikje van alle jongelui. Vind je jezelf vriendelijk in je oordeel?, vroeg liet meisje. Miriam, wat heeft het voor nut te huichelen? Ik mocht hem niet toen we jongens waren en ik mag hem nog niet. Ik voel er daarom niets voor om me aan te stellen alsof ik zielsgeluk kig hen over zijn terugkomst. Boven dien er klopt iets niet, er is iets niet in den haak. Iets niet in den haak? Hoe be doel je? Ik weet het niet ik kan het niet precies omschrijven. Maar het is nog minder in den haak met hem, dan voor hij wegging. Hij heeft het een of ander op zijn kerfstok, dat hij verbergt ik durf er een eed op doen. Hij draagt een masker dat is het juiste woord. Het is niets voor Bob om op die manier terug te ko men, om zich voor te doen als een model-jongmensch, als hij daar niet een bijbedoeling mee heeft. Er is een vertoon van superioriteit, van waar digheid aan hem, dat absoluut niet bij den Bob van vroeger hoort. Dien kan ik mij voorstellen, als een dolle man tekeergaande van woede, schel dend en vloekend desnoods, maar niet koel-beheerscht uit de hoogte en sarcastisch, zooals hij gisteren tegen ons was. En hij zou zoo ook niet zijn, als hij geen wanhopige moeite deed om iets te verbergen. Arthur had zijn huwelijksaanzoek vergeten, had alles vergeten wat hij zich voorgenomen had te zeggen te gen het meisje dat hij liefhad. Hoewel hij het zichzelf nooit zou hebben wil len bekennen, was hij razend ja- loersch op den inan, dien hij voor zijn neef hield. Hij geloofde dat deze hekeerde zondaar een goeden indruk op Miriam had gemaakt en hij wilde bleven. Dan zouden we Inderdaad grif de voordeelen van Ir.flatie, kunnen aanvaarden, welke gelegen zijn in ver hoogde concurrentiemogelijkheden op de Internationale markt, dus in een opleving van handel en industrie, afname der werkloosheid, een aan. zienlijke financieele ontlasting van den staat enz. Maar dat alles is nog maar „grcüMheorle" en men weet wat het is als men op het heliend vlak is Daarenboven blijven voor ons nog twee groote bezwaren bestaan. Het eerste ls van zedeiijken aard. Moed. willige ir.flatie beteekent altijd een willekeurige ontrechtlng. Het tweede bezwaar is uitsluitend van practischen aard. Nederland met zijn gulden wordt be. schouwd een der laatste burchten v. d. gouden standaard. Valt ook deze burcht, dan krijgen we onvermijdelijk den monetairen chaos. Irifljtie kan alleen voordeelen bieden, wanneer de gelds waarde in andere landen op hooger peil gehandhaafd blijft, indien ir.flatie overal wordt toegepast resten alleen de nadeelen er van. In dat geval zullen de staten dus een wedstrijd in verlaging van hun muntwaarde met elkander moeten aangaan. Tot het tttere einde van de algeheeie econo mische ontwrichting. Hiermee hebben we de voornaam ste voor. en nadeelen van irjfiatle ge schetst. Het is echter niet noodig, dat ge er u toe zet om nu rustig te gaan overwegen, wat ge kiezen zult. Er is voor ons niet te kiezen. We zullen gedwongen worden, tot het een óf tot hel ander, door de ontwikkeling van de economische en monetaire verhoudingen. Onze regeering en de Nederlandsche Bank staan pal voor onzen goud gulden. niet uit braaiheid alléén, maar haar gevoelens ten opzichte van Bob vergiftigen, voor die „verloren zoon" gelegenheid kreeg de genegenheid uit haar kinderjaren te doen herleven. Voel jij het ook niet zoo, Mirry? drong hij. Ja.... ik bedoel.... ik weet 't eigenlijk niet. De woorden waren haar ontsnapt, vcor zij het wist. Ze was hoos op zich zelf, dat ze ze zich had laten ontval len en ze deed geen moeite er verde len uitleg aan te geven. En ze hadden tot resultaat dat Arthur den bewolk ten horizon van zijn hoop zag opkla ren. Laten we naar buiten gaan, in den zonneschijn, stelde hij voor. Het» is een heerlijke ochtend het is ge woonweg zonde om binnen te blijven. Zwijgend volgde zij hem naai het groote grasveld voor het huis. Ik weet, dat het niet mooi van me is, ging Arthur voort, om op deze wijze over Bob te praten. Ik had me verheugd moeten toonen over zijn te rugkomst en over het feit dat hij zoo in zijn voordeel is veranderd; maar ik kan het niet, Mirry. De mens'chea schijnen mijn gebrek aan enthousias me natuurlijk toe te schrijven aan 't vervliegen van mijn vooruitzichten als erfgenaam van de Manor en ik wil wel eerlijk bekennen dat dit een groote slag voor mij is. Maar het is niet het familiebezit van de Dulver- tons, waarover ik den heelen nacht heb liggen tobben ik heb voort durend aan jou gedacht, Mirry. Het landgoed beteekent niets, letterlijk niets, vergeleken hij hij iets anders. Miriam Donnithorne volhardde in haar zwijgen, ze wist dat er een blos over haar gezicht trok bij deze ver klaring. Wordt vervolgd. Wult(jksfkt en Lanptrnatsebe Courant, 09 Met „VELO" wasschen is geld besparen

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1933 | | pagina 1