I
No. 63. Zaterdag 5 Aug. 1933. 56e Jrg.
Verslag van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken te
Waalwijk over het jaar 1932.
(Vervolg.)
Verder werden nog verschillende
onderzoekingen en looiproeven ge
daan, o.a.
Voorzetting en uitbreiding der
alcohol-extractie voor zoolleder;
basiciteitsbepaling van chroom-
vochten
onderzoekingen in internationaal
verband ter verbetering en bevesti
ging van de internationale looistof-
bepaling, van het kwalitatief looi-
stolonderzoek, van het onderzoek
van vetten en oliën en meer speciaal
van gesulfoneerde oliën
vergelijkende looiproeven met ver
schillende chroomvochten
bepalingen van waterdoorlaatbaar
heid van leder
vergelijkende slijtproeven met het
slij tapparaat.
Door den leeraar der hand- en
maatschoenmakerij werden 21 lezin
gen gehouden over verschillende
onderwerpen in alle deelen des lands
voor de plaatselijke vereenigingen
van schoenmakers en schoenwiuke-
liers. Verder werden in samenwer
king met de Kamers van Koophandel
13 zitdagen gehouden, eveneens in
verschillende plaatsen, waarbij be
langhebbenden voortgeholpen wer
den in moeilijkheden, die zich in
hun bedrijf voordeden. Hetzelfde
doel werd bereikt met de orthopae-
dische samenkomsten, die periodiek
(ongeveer eens per maand) onder
leiding van een leeraar te Utrecht
gehouden worden.
Het aantal in 1932 onderzochte
monsters bedroeg 1159 tegen 1314
in 1931 en 1291 in 193Ü. In verband
met de tijdsomstandigheden is de
daling van het aantal alleszins be
grijpelijk.
Van de 1169 monsters werden
ingezondenin 1931
a. door lederfabrikanten 356 393
b. door handelaren 61 154
c. door schoenfabrikanten
en schoenmakers 6 14
d. door extractfabrik. 113 130
e. door het leder-
controlestation 567 543
f. van Rijkswege 27 24
g. door diverse inzenders 27 14
h. door buitenlandsche
inzenders
De monsters kunnen naar hun aard
onderverdeeld worden
in 1931
1.
Looimaterialen
425 623
2.
Leder en huiden
678 642
3.
Chroomvochten
12 11
4.
Vetstoffen
18 14
5.
Chemicaliën
11 14
6.
Water
8 15
7.
Diversen.
17 13
1169 1314
7 42
1169 1314
Uitgebracht werden 53 adviezen,
waarvan 23 op looierij- en 25 op
schoenmakerijgebied. Van de ver
strekte inlicbtingen waren er 11 voor
Rijk en Gemeente.
Chemische industrie.
De toestand in deze industrie, die
grootendeels afhankelijk is van den
gang van zaken in de schoenindus
trie, was in het afgeloopen jaar even
min als in 1931 gunstig. Ook de
groote exportbelemmeringen naast
de scherpe buitenlandsche concur
rentie waren oorzaak, dat van wer
kelijke verbetering noggeen sprake is.
Mu n den in dus trie.
De mandenindustrie heeft een bij
zonder moeilijk jaar doorgemaakt.
Meesttijds moesten de bedrijven stil
liggen. terwijl, voorzoover er gewerkt
werd, dit meestal geachiedue met
verlies. De val van het Engelsche
pond en nadien het gemis aan
waardevastheid van dit betaalmiddel
zijn de voornaamste oorzaken van
den deplorabelen toestand in deze
industrie.
Meubeljabricage.
In de tweede helft van 1930 kwam
voor enkele bedrijven een inzinking
tengevolge van de enorme Duitsche
concurrentie. De sterke invoer van
Duitsche meubelen hield ook in ly32
aan, zoodat in het algemeen de be
drijvigheid in de meubelindustrie
nog terugliep, mede als gevolg van
de mindere koopkracht der bevol
king. Geklaagd wordt over dikwijls
zeer trage betaling door afnemers.
Een en ander heelt de bedrijfsresul
taten meestal zeer ongunstig be-
invloed.
Papierindustrie.
Deze industrie kon zich,,voorzoo
ver betreft het district onzer Kamer,
in het afgeloopen jaar ongewijzigd
handhaven. De personeelsbezetting
per einde 1932 was practisch gelijk
aan die per ultimo 1931. Alleen ten
gevolge van verder doorgevoerde
rationalisatie werden enkele personen
ontslagen.
Afzetgebied ging intusschen ver
loren in Oost-Azië, Ned.-lndië en
Britsch-Indië, alsmede op de Philip-
pijnen, zulks hoofdzakelijk tenge
volge van de moordende concur
rentie van Japan, terwijl in die landen
ook het gebruik van papier tenge
volge van de crisis afnam. Daar
tegenover kon nieuw en niet-onbe-
langrijk afzetgebied gevonden worden
in andere werelddeelen.
In het binnenland werd zeer scherp
geconcurreerd. De concurrentie van
liet buitenland, met name van Fin
land en Zweden, was in 1932 zeer
ernstig voelbaar. De zwaarste con
currentie werd echter ondervonden
van de inheemsche industrie, ten
gevolge waarvan de papierprijzen in
sommige soorten nog beneden het
wereldprijsniveau vermeerderd met
10 pCt. invoerrechten daalden.
Scheepsbouwindustrie.
Waren de vooruitzichten bij den
aanvang van 1932 voor de scheeps
bouw reeds zeer ongunstig, de resul
taten over dat jaar zijn zelfs nog ver
beneden deze pessimistische ver
wachtingen gebleven.
Rij het einde van het jaar 1932
zijn de vooruitzichten nog ongun
stiger dan aan het begin van 1932
en er wordt gevreesd, dat 1933 voor
den scheepsbouw nog moeilijker zal
zijn dan 1932 reeds was.
De algemeene toestand in de
scheepvaart, waarvan de scheeps
bouw afhankelijk is, is dermate
slecht, dat deze troosteloos is te
noemen. Elk land heeft gedurende
1932 zijn tariefmuren nog verhoogd,
waar nog is bijgekomen, dat tal van
landen, waaronder ook Nederland,
de contingenteering van den invoer
sterker doorvoerden en dus steeds
meer den in- en uitvoer beperkten,
tengevolge waarvan voor de vervoer
bedrijven de werkgelegenheid zeer
werd ingekrompen. De scheepvaart
met nevenbedrijven, waaronder de
scheepbouw is te rekenen, moeten
bestaan van de uitwisseling van de
producten en dit wordt thans door
tal van landen voortdurend meer
beperkt, zoodat de scheepsbouw in
het bijzonder daarvan de dupe wordt.
Indien er opdrachten zijn, worden
deze tot dergelijke lage prijzen ge
accepteerd, dat er niet anders dan
belangrijke verliezen door ontstaan.
Wat voor het land in het alge
meen geldt, is in hel bijzonder voor
de scheepsbouwindustrie van belang,
n.l., dat de vrije in- en uitvoer van
producten hersteld worde. Alleen
daardoor zal de welvaart in dit be
drijf kunnen terugkeeren.
Op een scheepswerf in het district
onzer Kamer b.v. werd gewerkt met
een personeelssterkte, die gemiddeld
twintig bedroeg tegen 240 a 250 man
j in normalen tijd. Een Rijnschip, dat
i door de betrokken werf voor eigen
rekening werd gebouwd, werd, zij
het dan ook met belangrijk verlies,
verkocht aan een Belgisch schipper.
Teneinde de inenschen, die nog in
dienst van dit bedrijf waren, niet
ten laste der openbare kassen te
brengen, is opnieuw voor eigen reke
ning een schip op stapel gezet, welk
schip inmiddels is gereed gekomen.
Daarna zag de werf zich genood
zaakt het bedrijf op 24 December
1932 geheel stop te zetten.
Suikerindustrie.
De in 1931 buiten werking ge
stelde suikerfabriek in het district
der Kamer werd ook in 1932 niet
in bedrijf genomen als gevolg van
de bekende wereldcrisis in deze
industrie.
Tankfabricage
Ook deze industrie had in 1932
met moeilijkheden te kampen. De
personeelsbezetting liep met 19 pCt.
terug.
Tengevolge van de verhoogde in
voerrechten en contingenteerings-
maatregelen, en voor sommige lan
den het gemis aan waardevastheid
van het betaalmiddel, ging veel afzet
gebied verloren.
De concurrentie van het buiten
land op de binnenlandsche markt
was moordend, daar in den regel
het buitenland kan aanbieden be
neden den kostprijs der binnenland
sche industrie. Daarenboven onder
vindt de binnenlandsche industrie
nog nadeelige gevolgen van de be
palingen der Tariefwet. Immers het
buitenland kan zijn tanks met appen
dages vrij invoeren, terwijl de Neder-
landsche industrie, die voor hare
tanks de appendages uit het buiten
land moet betrekken, daarvoor in
voerrechten tot 10 pCt. betalen moet.
Lijmvlecschindustrie.
Ondanks de steeds meer om zich
heen grijpende malaise kon deze
industrie zich in het afgeloopen jaar
handhaven, zij het dan ten koste
van groote inspanning. Wel onder
vond men groote moeilijkheden ten
gevolge van verhoogde invoerrechten
en scherper doorgevoerde contin
genteering door het buitenland. In
Duitschland, Frankrijk en Zwitser
land werd daardoor veel afzetgebied
verloren, terwijl de uitvoer naar
Engeland zeer bemoeilijkt werd dooi
den val van het pond. De binnen
landsche markt werd ernstig ver
stoord door den aanvoer van buiten
landsche goederen tegen abnormaal
lage prijzen, met name uit Rusland.
Slechts met groote moeite konden
de producten, en dan nog tegen veel
verlaagde prijzen, van de hand wor
den gedaan.
Zuivelindustrie.
De in 1931 reeds danig gevoelde
crisis werkte zoo erg door, dat over
1932 van zelfs tamelijk bevredigende
prijzen in de zuivelbranche geen
sprake was. De boter, die begin 1932
nog fl.30 noteerde, kon dit prijs
niveau slechts een paar weken hand
haven. Half Januari was de boter-
Zonder schriftelijke toestemming is eenige overname uit deze rubriek verbod- n.
Old Shatterhand aan het woord.
Mijn verhaal speelt in den tijd,
dien ik den Winnetou-tijd zou willen
noemen. Ik bevond mij juist alleen
in de uitgestrekte prairiedoor een
of ander toeval was ik mijn metge
zellen kwijtgeraakt, nadat wij den
gebruikelijken strijd op leven en
dood met den vijand hadden ge
streden. Ik had mij in het gras
uitgestrekt, om wat uit te rusten,
toen een talrijke groep ruiters onder
wild gebrul op mij toe kwam rijden.
Het waren Comanchen, die woest en
dreigend met hun wapens zwaaiden.
Ik bleef rustig zitten, ook toen de
voorsten, vier opperhoofden, een
voudig met hun paarden over mij
heen sprongenwant men mag
tegenover een Indiaan nooit eenige
vrees toonen. Mijn houding had dan
ook de verwachte uitwerking.
«Waarom staat de witte man niet
op?» vroegen de opperhoofden wat
verbaasd, nadat zij van hun paar
den gesprongen waren. «Waarom
zetten de roode broeders zich niet
naast mij neer?» sprak ik in de
Comanehen-taal natuurlijk.
«De opperhoofden der Coman
chen zetten zich alleen neer naast
een opperhoofd», luidde het .ant
woord. Ik nam mijn tomahawk in
de hand en sprak «Een opperhoofd
if
lylwc^ito
moet sterk en dapper zijn. Als de
roode mannen niet geloóven, det ik
een opperhoofd ben, laat ze dan met
mij vechten, dan zullen ze spoedig
genoeg merken wie en wat ik kan.»
«Hau, hoe is de naam van hel
bleekgezicht «De roode en de
blanke krijgers noemen mij Old
Shatterhand
Dat scheen te helpen. «De
groote Old Shatterhand? Ha, het
bleekgezicht zal zich dien beroem
den naam wel aangematigd hebben.»
«Als de opperhoofden der Co
manchen met mij willen vechten,
mogen zij den tomahawk en het mes
nemenik heb genoeg aan mijn
eigen hand. Hau.» «Het bleek
gezicht spreekt trotsche woorden.
Hij zal ze door daden moeten be
wijzen. Hij stijge te paard en kome
in ons lager
In het lager wees men mij een
tent aan, en daar sliep ik, hoewel
ik onder vreemde en vijandige In
dianen vertoefde, rustig en koel
bloedig in. Den volgende morgen
wilde ik uit mijn tent naar buiten
treden. Maar daar kwam een dei-
beide wachten, die voor den ingang
stonden, met zijn lans op mij af,
als wilde hij mij doorboren.
Te koekoek, dat mocht een Old
Shatterhand zich niet laten welge-
i
vallen. Ik pakte dus de lans niet
ver van de punt met beide handen
beet, stootte haar van mij af en trok
haar dan plotseling weer naar mij
toe, zoodat de roode krijger moest
loslaten en vlak voor mijn voeten
neerviel.
«Oef?» brulde hij en wilde mij
met het mes te lijf. «Oefbrulde
ik ook, trok eveneens het mes, wierp
de lans in mijn tent en deed den
tweeden wachter, die zijn makker
te hulp kwam, hetzelfde lot onder
gaan. De beiden stootten daarop
schrille geluiden uit, en in een
oogenblik was het geheele kamp op
de been.
Nu, ook daarvan trok ik mij
weinig aan. Ik haalde mijn geweren
uit mijn tent en wilde mij daarna
uit het kamp verwijderen. Maar ik
zag mij omringd door een woud I
van lansen.
Ik greep mijn karabijn, nam hem
in twee stukken uit elkaar en hield
die met dreigend gebaar mijn tegen
standers voor, terwijl ik uitriep
«Halt! Anders zijn alle zonen der
Comanchen verloren.»
Zij deinsden werkelijk terug, want
zij hielden den karabijn voor een
tooverinstrument met een gevaarlijke
werking. Ik maakte onmiddellijk van
de situatie gebruik.
«Oef!», schreeuwde ik, »01d Shat
terhand is een groot medicijnman
onder de bleekgezichten, hij zal de
roode mannen toonen, dat hij alle
zielen der Comanchen kan dooden.»
Ik zette den karabijn weer in
elkaar en nam mijn repeteergeweer.
«Laat de roode mannen letten op
den paal daar vóór die tent.» Ik
wees hun op een paal die op grooten
afstand stond. Toen schoot ik. De
paal werd in de spits doorboord.
Bijvalsgemompel. Het tweede
schol trof een halve centimeter onder
het eerstehet derde op gelijken
afstand onder het tweede. Er
heerschte een doodsche stille, meer
vanwege het feit, dat ik schoot zon
der te laden wat wisten die wil
den van de constructie van een
repeteergeweer dan om mijn ge
niale trefkunst. Ik loste twaalf scho
ten snel achtereen, hing toen het
geweer rustig over den schouderen
sprak: «Zien de roode mannen nu,
dat Old Shatterhand een groot me
dicijnman is? Wie hem wil aanval-
ten, moet sterven. Hau
En waardig en kalm schreed ik
door de menigte, zonder dat er één
ook maar de geringste poging deed,
om mij, den mqest beroemden jager
en strijder van het Wilde Westen,
tegen te houden. De vrouwen en
meisjes staarden mij aan, alsof ik
een hooger wezen was. Nog eenmaal
betooverde ik ze met mijn ernstigen
blik, die niet zonder dreiging was
en toen was ik vrij.
prijs reeds ingezakt tot f 1.10 per
K.G. In verband met de kleinste
productie in dezen tijd van 't jaar,
volgde toen nog zeer tijdelijk een
verhooging, doch in Maart daalde
de prijs reeds tot beneden fl.
In het verder voorjaar bleven de
•prijzen ongeveer 90 cent per K.G.
in Mei evenwel bere kten ze een
laagte van 74 cent. Toen de regee
ring maatregelen ter verbetering van
den prijs toezegde, ging de prijs
weder en wel met tamelijke spron
gen in de hoogte, zelfs tot f 1.15 per
einde Juni. Üp 11 Juli trad de wet
tot steun aan de veehouderij in wer
king en kwamen geleidelijk betere
prijzen. Deze werden beïnvloed door
toeslag en heffing, zoodat van een
eigenlijke prijMioteering niet meer
kon worden gesproken. Vooral door
de maatregelen van de ons omrin
gende landen werden de prijzen
echter wederom hoe langer hoe
slechter, zoodat bij uitvoer de boter
slechts ruim 40 cent per K.G. op
bracht.
De prijzen der melkproducten
waren over het algemeen nog slech-
ter, wat zijn verklaring vindt in het
feit, dat deze bijna uitsluitend op
export zijn aangewezen. Kon in het
begin van 1932 nog 47 cent voor
volle en 18 cent voor magere melk
poeder gemaakt worden, in Maart
zakte deze prijzen al danig endaal-
den in Augustus tot 32 voor volle
en 13 cent voor magere poeder. Met
condens ging het al niet veel beter.
Een en ander geeft wel te zien,
dat over 1932 voor den melkvee
houder, zuivelbereider ondanks den
gunstigen grasgroei en verlaagde vee-
voederprijzen niets te verdienen is
geweestin het algemeen zullen zelfs
niet onbelangrijke verliezen geleden
zijn. De regeeringsmaatregelen ech
ten hebben er toe bijgedragen, dat
de bedrijfsuitkomsten nog niet slech
ter zijn geweest.
(Wordt vervolgd.)
WIELERSPORT.
De pers over Fr. Staats.
De Zuidelijke Wielersportcorrespon
dent van „De Telegraaf" schrijft naar
aanleiding van Slants' overwinning op
den Eindüovenaar van Hout het volgen
de
Er was Zaterdag j.l. op de 's-Hertogen-
bossche wielerbaan veel vreugde over de
overwinning van den jongen Brabant-
schen favoriet Slants in het nummer per
soonlijke achtervolging op den achtervol-
gingsspecialiteit Van Hout. De strijd was
prachtig geweest, v. Hout had enormen
tegenstand geboden, doch Slaats was
sterker.
Slaats wij schreven het reeds eer
der gaat met sprongen vooruit. Nu
reeds vindt hij als pacer in ons land wel
licht zijn weerga niet. Voor de sport is
het dan ook zeer goed, dat de Eindho-
venaar van Hout in Slaats een werkelijk
te duchten concurrent gekregen heeft.
I Zusje Elly staat er voor.
Ze kan wat leuk met hem spelen,
hoor!
Ze laat hem lachen, keer op keer;
maakt mooie kunstjes met haar beer.
Eerst zegt 't beertje«Boeboe
boeboe
En wandelt dan naar Broertje toe.
Moes kijkt lachend naar de twee
speelt even later mee.
Broertje kraait, heeft dol plezier,
Dat zie je op het plaatje, hier
Maar dan is eindelijk uit de pret
want Broertjelief moet nu naar bed.
Hij is maar aldoor aan het gapen.
BruintjeBeer mag bij hem slapen.
Dan geeft Mama 'm een dikke kus
en evenzoo doet lieve Zus.
Dan zeggen ze: «Dag, lieve guit!»
En moeder draait het lichtje uit.
JACQUITA.
1.
2.
3.
BEDTIJD.
4.
Klein Broertje zit op moeders schoot, 5.
met allebei zijn beentjes bloot,
Oplossingen.
De letter «a».
sneeuw, sneeuwwit.
R
d o
d i e
teer
droom
dynamo
brengen
Roermond
Zeepziederij
dier, zee, peer, rijp, reep.
Asschepoester.
TWEEDE BLAD.