Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen;
FEUILLETON
1IK0D1S
I
Het loonvraasstuk.
NUMMER 65.
ZATERDAG 12 AUGUSTUS 1933.
56e JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz.
franco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.40.
UITGAVE;
Prijs der Advertentiën
20 cent per regel; minimum 1.50.
WAALWIJKSCHE
STOOMDRUKKERIJ
ANTOON TIELEN
By contract flink rabat.
Reclames 40 cent per regel.
Advertentiën moeten Woensdag en
Telefoon No. 38.
Telegr.-adresECHO,
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
EERSTE BLAD.
Terwijl we in Europa ons heil
zoeken in loonsverlagingen, probeert
men in Amerika juist door middel
van loonsverhoogingen uit de crisis-
narigheid te komen. Degenen, die op
loonsverlaging aansturen, redeneeren,
dat een goedkooper product tot ver
hoogden afzet zal leiden, dus werk
verruiming tengevolge zal hebben,
terwijl de Amerikanen beweren, dat
hoogere loonen de koopkracht van
het publiek verhoogen en tot grootere
consumptie in staat stellen, óók al
weer met hetzelfde gevolg. In beide
redeneeringen zit een grond van
waarheid. Als wij hier in ons land
wij alléén I de loonen verlaag
den, dan zou de mogelijkheid om
met het buitenland te concurreeren
inderdaad aanzienlijk worden opge
voerd en kon onze export wanneer
in het buitenland geen kunstmatige
belemmeringen daartegen werden
opgeworpenmet sprongen om
hoog gaan. En met verhoogde loonen
zou in Amerika de binnenlandsche
consumptie werkelijk worden opge-
voerd, als de verhoogde loonen niet
parallel gingen met verhoogde prijzen
der producten. En bovendien met
inflatie der geldswaarde.
Zoowel het eene systeem derhalve
als het andere zou baat kunnen
brengen, als bij toepassing de vele
„mits"- en niet automatisch in werking
traden.
De practijk heeft thans dan ook
wel genoegzaam uitgewezen, dat noch
een geforceerde loonsverlaging, noch
een dito verhooging de begeerde uit-
van „De Echo van het Zuiden".
Uit het Engelsch van
Joseph Hocking
(Nadruk verboden).
Neen, Arthur, antwoordde Miriam,
Maar Mirry
Ik vind het ellendig je verdriet te
moeten doen, Arthur, maar ik kan niet
zeggen wat je verlangt ik houd niet
voldoende van je.
Het is Bob, altijd weer Bob, riep
Arthur in wanhopige woede.
Hij heeft je zand in de oogen gestrooid,
je misleid, zooals hij het iedereen doet.
Hij is erin geslaagd je zijn leugens te la
ten gelooven, hij
Zwijg, viel Miriam hem streng in de
rede. Hoe durf je op die manier over hem
te spreken?
Hoe ik durf?, herhaalde Arthur vij
andig. Wat beteekent hy voor jou? Hoe
kom je opeens zoo veranderd?
Zijn woorden dwongen Miriam zich
rekenschap te geven van de draagwijdte
van wat zij had gezegd. In haar opwin
ding had zij zich dingen laten ontvallen
die ze niet van zin was te uiten.
Ik kan toch niet toelaten dat je op
die wijze spreekt over iemand, die een
paar uur geleden mijn leven gered heeft,
verweerde zij zich.
Maar Mirry, dat had toch niets om
het lijf! Bovendien, ik stond juist op het
punt naar je toe te komen
Het meisje slaagde er niet in haar ver
ontwaardiging te bedwingen bij deze bru
tale verdraaiing van de feilen. Maar in
ieder geval had ze haar doel bereikt: ze
had haar verdediging van zijn mededin
ger aannemelijk gemaakt.
Of het veel of weinig om het lijf
had, protesteerde ze, dat doet niets af
aan het feit, dat hij mij te hulp kwam en
komst in crisisnood kan brengen, al
zal het natuurlijk wel noodzakelijk
blijven, dat de loonen, in welke
richting dan ook, fluctueeren met de
prijzen der producten en met de
kosten van levensonderhoud in het
algemeen.
Wenscht men te voorkomen, dat
de crisis ons nog erger slagen zal
toebrengen en de werkloosheid nog
wordt verhoogd, dan dient alles er op
gericht te wezen, dat tusschen loonen
en prijzen van producten voor levens,
onderhoud de juiste verhouding blijve
gehandhaafd.
De loonen zijn in de laatste jaren
vrij sterk omlaag gevoerd. Wel wordt
beweerd lees b.v. maar de toe
lichtingen bij sommige wetsontwerpen
dat de loonen nog geen zoodanige
verlaging hebben ondergaan als de
meeste der artikelen, welke we voor
ons levensonderhoud behoeven, maar
in het algemeen kan men bij den
werkenden stand toch niet veel meer
onderkennen van wat op weelde
gelijkt en ook degenen, die nog
regelmatig arbeid hebben, zouden niet
lang aarzelen, wanneer ze in staat
zouden worden gesteld om hun huidige
positie met die van enkele jaren terug
weer om te wisselen. Men moet bij
de beoordeeling van een en ander
niet alleen letten op de individueele
inkomens, maar vooral ook op de zoo
geheel veranderde positie van de ge-
zinnen in haar geheel. Waar een
vader-kostwinner nog regelmatig werk
heeft, daar heeft hij nu misschien
een dochter thuis, werklooze jongens,
kinderen, die hij maar laat leeren,
omdat er toch geen baantje voor ze
is enz. De gezinslasten, en ook de
lasten van den fiscus, zijn sterk ver
zwaard geworden.
Met dat alles wordt misschien niet
genoeg rekening gehouden, wanneer de
regeering, bij de verdediging o a. van
veilig aan land bracht en het zou heel
ongepast zijn als ik na zooiets kwaad
spreking over hem aanhoorde.
Maar Mirry je je meent toch
werkelijk wat je gezegd hebt? Ik ik
zou het niet overleven
Het spijt me verschrikkelijk, Arthur,
maar het is beter dat je de waarheid
weet. Ik heb je nooit iets anders beloofd,
dan dat ik je vandaag mijn antwoord zou
geven. En tot een ander antwoord dan
dat ik je gegeven heb, hen ik niet in
staat.
Maar is er dan heelemaal geen hoop
voor mij?
Neen, Arthur. Nogmaals, ik heb er
zelf verdriet van, maar het zou verkeerd
van me zijn je illusies te maken. Ik ik
houd niet van je op de manier die jij be
doelt en dat zal ook nooit gebeuren.
Dat beteekent dat ik afscheid van
je moet nemen, verklaarde hij bitter, en
aan mijn vader en moeder moet gaan
vertellen, dat je me als een ouden hand
schoen aan den kant gesmeten hebt.
Het is niet waar en niet billijk wat
je zegt, Arthur! Je weet heel goed, dat ik
je nooit iets beloofd heb.
Ik weet, hield de jongeman norsch
vol, dal hel Bob is! Het is altijd Bob.
Maar ik heb nog een appeltje met dat
heerschap te schillen. Ik weet meer van
hem, dan hij plezierig zal vinden.
Maar wat weet je dan eigenlijk.
Straks maakte je alleen maar vage toe
spelingen.
Er was een spanning in haar stem, die
hem niet ontging.
Zie je wel, klonk het haast triom
fantelijk, je maakt je ongerust over hem!
O. ik wist wel, dat hij het was. Nu, het
zal hem berouwen, dat hij ooit mijn pad
heeft gekruist.
Miriam kende Arthur en ze was ge
neigd zijn dreigementen te beschouwen
als de woede-uitbarsting van een kind
dat zijn zin niet krijgt. Maar diep in haar
hart was een angstige heklemming, waar
om wist ze zelf niet.
Blijf je hier?, vroeg ze vriendelijk.
Het is immers mijn verjaardag en ik zou
het eljendig vinden als jij juist nu boos
heenging.
Dacht je, dat ik kon blijven, na wat
je me zoo even gezegd hebt?, was de
grimmige wedervraag. Dat ik lust had je
een verhoogden vleeschprijs als gevolg
van een nieuwe heffing, beweert, dat
loonen nog niet zoo sterk zijn ge
daald als de prijzen van vele pro
ducten. Niet dat we tegen die heffing
zijn! We begrijpen zeer goed, dat
de enorme kapitalen voor crisis steun
verlening benoodigd, ergens vandaan
gehaald moeten worden en we achten
het volstrekt niet onmogelijk, dat
daartoe geen betere bronnen zijn aan
te boren dan die, welke de regeering
wijst, maar dat alles maakt de zaak
niet minder bedenkelijk. We hebben
reeds mogen vernemen, dat't kabinet
de komende begroüting weer sluitend
heeft kunnen maken, .mits de Staten
Generaal de voor te stellen maat.
regelen zullen aanvaarden". We
vreezen, dat die maatregelen ook
weer verschillende heffingen op pro
ducten zullen bevatten, welke tenslotte
ten laste der consumenten zullen
komen. Eerst op het einde van Sep.
tember, als de millioenennota zal zijn
ingediend, komen we van die nieuwe
heffingen iets meer te weten. De
omzetbelasting zal dan reeds zijn
aangenomen en de nieuwe dekkings-
voorstellen zullen om de urgentie
spoedigst moeten worden behandeld.
Niet onmogelijk lijkt het ons, dat
alles tesamen dan een vrij aanmerke
lijke verhooging van het indexcijfer,
de kosten van levensonderhoud be-
treffende, tengevolge zal hebben. De
levensstandaard zal dan nog verder
versoberd moeten worden, de con
sumptie zal verminderen en nood
zakelijke consequentie 1 de productie
zal worden ingekrompen en de werk
loosheid vergroot.
We zijn geen stuurlui aan den wal,
welke een betere regeeringskoers
pretendeeren te kunnen aanwijzen,
we willen alleen maar waarschuwen.
Het kan misschien niet anders, maar
de regeering geve de publieke opinie
gelegenheid om de nog in te dienen
voorstellen tijdig te beoordeelen. Er
kunnen misschien menschen zijn, die
betere middelen weten te bedenken.
Als straks de regeeringsplannen be
kend worden gemaakt op een tijdstip,
waarop de regeering haast moet doen
maken met de behandeling, omdat
ze op de te nemen voorzieningen
zit te wachten, dan is er geen tijd
meer om het roer te wenden en zoo
mogelijk op een andere haven aan te
stevenen.
De regeering late in dezen zeer
bijzonderen tijd eens wat van haar
plannen weten, vóór de parlementaire
gebruiken dat vereischen.
BUITENLAND,
Balbo wil direct doorvliegen
naar Ostia.
Balbo heeft besloten Zaterdag
ochtend te vertrekken en direct door
te vliegen naar Ostia.
Bij het vertrek van Balbo's eskader
van de Azoren is een der vliegtuigen
te Ponta Delgada in zee gestort. De
vier inzittenden werden met lichte
kwetsuren gered een hunner is ver
ongelukt Er zijn drie vliegtuigen
achtergebleven om hen bij te staan.
De aankomst van het Balbo-eskader
te Lissabon, waarvan in een deel der
vorige editie nog mededeeling kon
worden gedaan had het volgende
verloop.
De eerste vliegboot van het eskader-
Balbo is om 14.35 uur (plaatselijke
tijd) op de Taag neergestreken, weldra
gevolgd door tien andere vliegbooten,
die eveneens vlot neerkwamen.
Alvorens te dalen hadden deze vlieg,
tuigen nog een vlucht boven de stad
gemaakt, waarbij zij geëscorteerd
werden door verscheiden escadrilles
Portugeesche vliegtuigen.
Om 15 15 uur waren ook de negen
andere vliegbooten, onder leiding van
den tweeden commandant Pelegrini
gereed om neer te strijken.
De stappen inzake de Duitsche pro
paganda in Oostenrijk.
Naar Stefani mededeelt, heeftMusso-
lini den Duitschen vice-kanselier von
Papen ter gelegenheid van diens be
zoek aan Rome in Juli, op de nood.
zakelijkheid gewezen van een ont.
spanning in de Duitsch Oostenrijksche
betrekkingen, zoowel in het belang
van deze twee landen zelf als van
de andere naties. Von Papen heeft
daarop verklaard, dat hij den rijks,
kanselier hierover rapport zou uit-
brengen, welke toezegging hij is na-
gekomen.
In den loop van de onderhande-
lingen heeft de Duitsche regeering
den Italiaanschen ambassadeur gerust,
stellende verzekeringen gegeven over
te zien glimlachen tegen dien huichelaar?
Dank je feestelijk, hoor. Adieu Miriam!
Hij draaide zich absurt om en liep met
groote, kwaadaardige stappen in de rich
ting van de oprijlaan. Miriam bleef waar
ze was, niet in staat den weg te vinden
in den doolhof van haar gevoelens en
gedachten. Wat had ze gedaan en wat
had haar tot haar houding bewogen?
vroeg ze zich af. Tot een half uur geleden
was ze zoo goed als besloten geweest Ar
thur het ja woord te geven en op het
beslissende moment was ze zich bewust
geworden dat ze het eenvoudig niet kon.
Hét was niet, omdat ze ook maar iets om
Bob Dulverton gaf, hield ze zich voor.
Maar als ze zich in dit opzicht juist be
oordeelde, waarom joegen Arthur's toe
spelingen haar dan die onbestemde vrees
aan en was ze blij dat Bob bleef, nadat
Arthur was weg gegaan?
Na een poosje naderden de landheer
en Endellion het plekje bij den gouden
regen weer en haar hart begon vreemd-
heftig te kloppen toen ze hen zag aan
komen. Elke beweging, de heele houding
van den jongeman drukte kracht uit,
autoriteit, vastbesloten energie. Onwille
keurig vergeleek ze zijn pogingen om
haar te winnen bij die van Arthur. Hij
weeklaagde niet en uitte geen vage be
dreigingen, integendeel. In ieder woord
dat hij sprak had zelfbewuste overmoed
geklonken. Ze was toen heel boos op
hem geweest, maar die boosheid was nu
van haar afgegleden. Hij was tenminste
een man, een man die zijn eigen kracht
besefte en niet rusten zou voor hij ver
overd had wat hij verlangde te bezitten.
En op hetzelfde oogenblik drong het
tot haar door, dat een deel van zijn voor
spellingen reeds uitgekomen was. Ze was
niet in staat geweest Arthur Dulverton
te accepteeren! Ze had zelfs plotseling
het gevoel, dat de jonge advocaat een
klein, onaanzienlijk manneke was, niet de
sterke persoonlijkheid, die zij als levens
gezel behoefde.
Maar de jongeman, die daar met haar
vader kwam aanloopen, was heelemaal
Bob Dulverton niet! Het was betrekke
lijk een vreemde, iemand dien zij pas
kende, er was een scheidsmuur tusschen
hen, die haar onoverkomelijk leek.
En toch twijfelde ze geen seconde aan
zijn identiteit.
Hallo, Mirry, riep de Jonker; waar
is Arthur?
Weggegaan, vader.
Zoo gauw al? Ik dacht dat hy zou
blijven eten.
Miriam bewaarde het stilzwijgen.
Of komt hij misschien voor het diner
terug?
Neen, antwoordde het meisje nu.
De landheer werp een scherp-onder-
zoekenden blik op zijn dochter. Toen
lichtte er een glans van vreugde in zyn
oogen: hij was zeker de waarheid, die
hem met blijde opluchting vervulde, ge
raden te hebben.
Maar jij blijft toch, nietwaar Bob?,
zei hij. Ik had graag een paar gasten aan
tafel gehad ter eere van Miriam's ver
jaardag, maar ze wilde niet dat ik iemand
inviteerde, ze wilde alleen zijn, beweer
de ze. e
Als dat het geval is, doe ik ook beter
maar heen te gaan, lachte Endellion.
Jou bedoelde ze natuurlijk niet!,
was het vroolyke bescheid.
Laat Miriam zelf beslissen, stelde
Endellion voor, het meisje recht in het
gezicht kijkend. Als zij zegt, dat ik moet
blijven, zal ik het doen, maar wanneer
ze aarzelt, weet ik dat ze liever heeft dat
ik naar huis ga.
Miriam voelde haar hart bonzen ze
had een gewaarwording dat haar besluit
meer beteekeiule dan alleen een vriende
lijke uitnoodiging voor een diner.
Vader, klonk het zonder een zweem
van weifeling, is het niet het beste dat
iemand van de bedienden Bob's avond-
kleeren gaat halen?
Mooi zoo!, riep de jonker verheugd.
We zullen een prettige, rustige avond
hebben. Ik verwacht verder niemand, be
halve dominee Borlage.
Er waren niet anders dan doodnuch-
tere woorden gewisseld en toch leek Mi
riam de atmosfeer geladen met electrici-
teit; ieder woord scheen haar de drager
van een onherroepelijke beslissing. Ze
was onuitsprekelijk blij dat Bob de rest
van den dag bij hen zou blijven en tege
lijk bang om alleen met hem te zijn.
Endellion ging in een van de tuinstoe
len zitten en keek droomerig naar de be
wegingen der twee dienstmeisjes die de
thee klaarzetten. Het leven had hem nog
nooit zoo heerlijk toegeschenen als nu,
het was alsof het bittere en donkere ver
leden voorgoed achter een sluier van
vergetelheid schuil ging en de toekomst
hem toelachte met een schoone geluks-
belofte. Miriam, die even in huis was ge
weest, kwam op hem toe en zijn hart
zong in hem toen hij haar zag naderen.
Ze praatten opgewekt, terwijl zy thee
dronken onder het wijd-overhangend ge
bladerte en Endellion was de joligste van
het kleine gezelschap. Hy verbande iedere
kwellende gedachte naar den achter
grond van zijn bewustzijn, leefde uitslui
tend in het wondermooie heden. Geen
pijnlijke prikken van wroeging vergalden
zijn stemming; de herinnering aan ver
nedering en eenzaamheid scheen voor
altijd begraven.
Na de thee liet de jonker hen alleen.
Hij had nog voor enkele dingen te zor
gen, zei hij.
Laten we wat gaan wandelen, op
perde Endellion, toen Mr. Donnithorne
naar het huis was teruggekeerd.
Onmiddellijk stond Miriam op en zwij
gend liepen ze het lommerrijke perk in.
Miriam?, verbrak Endellion na
eenigen tijd de stilte.
Ja Bob?
Ben je nog altijd boos op me?
Er kwam geen antwoord.
Dit is de eerste gelegenheid die ik
krijg om rustig met je te praten, sinds ik
gezegd heb dat ik van je houd, ging hij
voort. Toen was je vreeselyk boos en on
getwijfeld had je daar gegronde reden
voor ik gedroeg me als een wildeman,
als een bruut. Maar toch neem ik geen
woord terug van wat ik gezegd heb, geen
woord! Mijn gevoelens zijn sedert dien
niet veranderd; integendeel, mijn liefde
is, zoo het kan, nog grooter en inniger
geworden. Maar dat ik dien avond zoo
van leer trok, dat kwam alleen doordat
ik wist wat Arthur zich in het hoofd had
gezet en de gedachte dat je met hem zou
trouwen me eenvoudig razend maakte.
Nog volhardde ze in haar zwygen.
Mijn woorden zijn uitgekomen, niet
waar?, vervolgde hij. Je hebt zelf inge
zien, dat hij niet de man is die bij je
past. Daarom heb je hem laten weggaan
zoo is het toch?
Ze wilde boos op hem zijn, doch het
was haar niet mogelijk.
Wordt vervolgd,
Waalwjjksche en Langstraatscbe Courant*
33.