TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
SPRUTOL
X"
No. 56. Zaterdag 14 Juli 1934. 57e Jrg.
Relletjes in ons land.
Men mag zeggen, dat door een
krachtig militair vertoon in de hoofd
stad geen twijfel is gelaten over de
vraag, of de overheid de situatie, ont
staan door het Jordaan-oproer tegen de
steunverlagingen, al dan niet heeft be-
heerscht. De overheid heeft zich op af
doende wijze laten gelden, maar daar
naast moet worden geconstateerd dat in
het begin dezer week de oproerige
qeest nog geenszins was bedwongen en
dat de onrust toen niet alleen voort
duurde in Amsterdam, maar ook naar
vele andere plaatsen des lands was
overgeslagen. De communisten hebben
dit verzet met een accuratesse, een be
tere zaak waardig, georganiseerd, maar
zeker is, dat deze partij daarmee ook t
vonnis over haar bestaansmogelijkheid
in ons land heeft geveld.
Na een conferentie in de hoofdstad
van de ministers Colijn en Deckers met
het gemeentebestuur, is het communisti
sche dagblad De Tribune in beslag ge
nomen en is de verdere mogelijkheid
tot verschijnen ontnomen door demon
tage van de rotatiepers. De overheid
zal geen vervangend orgaan dulden,
want op Maandag werden in verschil
lende plaatsen des lands gestencilde, il
legaal verspreide blaadjes, welke het
communistische orgaan moeten vervan
gen, door de politie achterhaald en
meegenomen. Verschillende versprei
ders werden in arrest gesteld.
Waar het oproer zich naar andere
gemeenten heeft overgeplant, treedt de
overheid eveneens zeer gestreng op. In
Rotterdam leidde dat tot heftige schiet
partijen. In deze stad werd het com
plete Federatie-bestuur van de O.S.P.
gearresteerd wegens de verspreiding
van opruiende lectuur. Vier van de tien
aangehoudenen zijn in arrest gehouden.
Men mag verwachten, dat de regee
ring in de eerstkomende dagen strenge
maatregelen tegen de revolutionnaire
organisaties zal treffen. Ons dunkt, dat
de communistische partij, de rev. soc.
partij en de O.S.P. spoedig tot onwet
tige vereenigingen moeten worden ver
klaard, welke daarmee ook hun ver
tegenwoordigers in Kamer en gemeen
teraden zullen moeten missen.
Ook de regeering voorziet, naar het
schijnt, dat de oproerige geest nog niet
is bedwongen; de verschillende garni
zoenen zijn in de kazernes geconsig
neerd en de verloven der militairen zijn
ingetrokken.
De oproerstemming, welke zich in
onderscheidene gemeenten des lands
had geopenbaard, is thans geheel ge-
luwd en dat danken we aan het snelle
en doeltreffende machtsvertoon. Helaas
zijn er meerdere slachtoffers moeten
vallen, eer het gestelde doel werd be
reikt, maar hoeveel bloed zou er heb
ben gevloeid, als de overheid minder
krachtdadig zoude zijn opgetreden?
Helaas behooren de meeste gevalle
nen weer tot de lieden, die geen direc
te schuld hadden aan de relletjes. Mee-
rendeels waren de getroffenen nieuws
gierigen en in enkele gevallen zelfs ab
solute buitenstaanders. Zoo gaat het al
tijd. De échte relletjesmakers hebben
als zoodanig routine. Ze zijn degenen,
die tarten en hitsen om geweld uit te
lokken, maar ze weten uit ervaring pre
cies, wanneer dat geweld gaat komen
en ze dekken zich in een laffe vlucht.
Anders staan nieuwsgierigen en toeval
lige passanten tegenover het geval,
zij weten in hun schrik vaak niet, wat
ze beginnen moeten en doen dan als
regel het verkeerde.
In de Rotterdamsche stadswijk Croos-
wijk is de rust pas hersteld kunnen
worden, nadat de staat van beleg was
afgekondigd, waarbij zonder waar
schuwing geschoten werd op ieder, die
zich zonder noodzaak of zonder politio
neel dan wel militair geleide op straat
bevond. Op de hoeken van straten
stonden zelfs militaire wachtposten op
de daken opgesteld. Een dezer posten
doodde een oude vrouw van 70 jaar,
die uit nieuwsgierigheid aan den ingang
van het door haar bewoonde slop was
gaan staan. Ofschoon er in Crooswijk
honderden schoten zijn afgevuurd, is
deze vrouw daar het eenige slachtoffer
geworden. Natuurlijk werd niet aan
stonds op de menschen zelve gemikt en
aangenomen moet worden, dat ook de
getroffen vrouw tenslotte slechts het
slachtoffer is geworden van een reco-
chetschot, dat is van een kogel, welke
schuins neerkomende op b.v. een hard
stuk steen of metaal, plots van richting
verandert.
Zooals gezegd, de rust is nu overal
hersteld en ook de wilde stakingen,
welke hier en daar in de beide haven
steden' waren uitgebroken, zijn beëin-
Wat U bijna volbracht, wat U
bijna gelukte, dat is waardeloos.
Om U w werksteedsgeheel te vol
tooien, om Uw energie zoo voor-
deelig mogelijk te kunnen be
nutten, moet U altijd »fit>.> zijn.
U bereikt dit door het geregeld
gebruik van KING-pepermunt.
tend gebruikt bij de namen van manne
lijke personen en bij de namen van
mannelijke dieren in de gevallen, dat
voor de aanduiding van het dier een af
zonderlijk woord wordt gebruikt.
Bij de voornaamwoordelijke aandui
ding van de zelfstandige naamwoorden
richt men zich naar het beschaafde
spraakgebruik.
nen, waarom zijn secretaris moest wor
den terechtgesteld en het heet, dat von
Hindenburg hem steunt bij het stellen
van dien eisch.
Vooral onder de Duitsche katholie
ken is de ontstemming tegen de regee
ring groeiende. Kardinaal Faulhaber
heeft te Bamberg te kennen gegeven,
dat hij niet bereid is om verdere con
cessies aan de regeering te doen.
digd. Thans kan volle aandacht wor
den gewijd aan datgene, wat aanleiding
tot de onrust heeft gegeven. Ongetwij
feld zal ernstig worden onderzocht, wat
nog voor de werkloozen kan worden
gedaan. Daarnaast zullen eveneens
maatregelen worden beraamd tegen de
politieke hitsers, die de ellende des
volks uitbuiten voor hun revolution
naire doelstrevingen.
Mr. S. de Jong, de communistische
advocaat, die een poging ondernam om
van het gerecht de vrijstelling te beko
men van het in beslag genomen Tribu
ne-materiaal, is in deze poging niet ge
slaagd. We zien De Tribune voorloo-
pig niet weerkeeren.
Woensdag zijn vier der Amsterdam-
sche slachtoffers van de relletjes onder
groote belangstelling begraven. Dien
zelfden dag stonden zes personen, die
zich hadden schuldig gemaakt aan het
gooien van steenen naar de politie of
het plunderen van winkels, voor den
politierechter terecht. Ze werden allen
bij directe uitspraak tot 6 maanden ge
vangenisstraf veroordeeld. Toen
huilden de helden. Maar hun schuld is
het misschien, dat de politie werd ge'
noopt tot het schieten, waarvan de
Woensdag begravenen de slachtoffers
zijn geworden. Dat wekt hun tranen
niet.
De begrafenis van Prins Hendrik.
De plechtige uitvaart van het stoffe
lijk overschot van den overleden Prins
der Nederlanden heeft duidelijk uitge
wezen, dat Z. K. H. Prins Hendrik voor
de Nederlanders een zeer geziene fi
guur is geweest, een sympathieke per
soonlijkheid, die veel goed deed in en
voor ons land.
In totaal hebben circa 25.000 men
schen gebruik gemaakt van de geboden
gelegenheid om langs de baar te defi-
leeren en ook op den dag der plechtige
uitvaart is de belangstelling overweldi
gend geweest, grootscher dan iemand
schijnt te hebben voorzien. Wel maakte
het mooie zomerweer het verleidelijker
om een tocht naar Delft of Den Haag te
ondernemen, dan eenige maanden terug
bij de plechtige bijzetting van het stof
felijk overschot van wijlen Koningin
Emma hoewel het weer ook toen
buitengewoon gunstig was maar
toch hadden we zoo'n massale deelne
ming van het volk aan de uitvaart
plechtigheden niet verwacht.
De witte rouw had door het voor
hier ongebruikelijke karakter een fasci-
neerende werking. Men vond het over
het algemeen mooi, zonder dat het af
breuk deed aan de bij een uitvaart
dienst vereischte stemming.
Voor H. M. de Koningin en H.K.H.
Prinses Juliana is het een zware gang
geweest deze tweede tocht binnen
enkele maanden tijds naar Delft... De
twee eenige leden van ons Oranje-Huis
hebben een fiere plaats in de wereld,
maar ze staan vereenzaamd... Moge de
geschiedenis een schooner verschiet in
haar schoot omsloten hebben!
Het Spellingsvraagstuk.
De komende wijzigingen.
In de heden gehouden vergadering
van den Raad van Ministers heeft het
spellingsvraagstuk weder een onder
werp van bespreking uitgemaakt. Naar
wij vernemen is het resultaat, dat be
vorderd zal worden wijziging van alge-
meene maatregelen van bestuur waarbij
met ingang van 1 Sept. een nieuwe
schrijfwijze wordt voorgeschreven voor
het examen onderwijzer en eind
examens, benevens in het programma
van Middelbaar onderwijs en Voorbe
reidend Hooger Onderwijs.
De wijzigingen zullen dan als volgt
luiden:
De e wordt aan het eind van open
lettergrepen niet verdubbeld.
De ee blijft echter aan het einde van
een woord alsmede in afleidingen en
samenstellingen van woorden op ee.
De o wordt aan het eind van open
lettergrepen niet verdubbeld.
De oo blijft echter voor ch in goo
chelen, goochem, loochenen.
Sch wordt alleen daar geschreven
waar de ch gesproken wordt.
Echter behoud het achtervoegsel isch
de thans gangbare spelling.
De verbuigings-uitgangen e en e n
van een en geen en van de bezittelijke
voornaamwoorden mijn, Uw zijn, hun,
haar, worden weggelaten.
De naamvalsuitgang n bij lidwoor
den, voornaamwoorden bijvoegelijke
naamwoorden of daarmede gelijkstaan
de verbuigbare woorden wordt uitslui-
De toestand in Duitschland.
Het zal wel zijn om de publieke aan
dacht af te leiden van de gebeurtenis-
van den 30-sten Juni, dat Hitier
tegen Vrijdagavond van deze week de
Rijksdag heeft bijeengeroepen. De
Rijksdag is niet meër dan het parade
paard van Hitier, hetwelk van stal
wordt gehaald om luister bij te zetten
aan een of andere manifestatie. Het
volk mort over de rechtelooze onder
drukking van een z.g. revolte en het
volk heeft ook hongerEr is veel
werkloosheid en er zijn te weinig aard
appelen. Aardappelen beteekenen voor
den Duitscher meer dan brood. Het
volk moet worden afgeleid en vandaar
de vertooning op Vrijdag. Vermoed
wordt dat Hitier een rechtvaardiging
zal geven van zijn optreden op het ein
de van Juni en zelfs verluidt, dat de
rijkskanselier Duitschland s pariteits-
recht mede plechtig zal afhondigen. Dat
dan beteekenen, dat Duitschland
zich, ongeacht de vredesverdragen,
gaat herbewapenen, zooals het dat noo-
dig acht.
De concordaatsonderhandelingen met
de katholieke kerk schijnen eindelijk
een bevredigend verloop te hebben ge
kregen en Hitier zal daarover het
zijn allemaal slechts onderstellingen
zijn vreugde te kennen geven. Daar
naast zou hij tevens in het openbaar het
streven verloochenen naar een nieuw
Germaansch heidendom, waarvan Ro
senberg de geestelijke vader wilde zijn.
De rijkspropagandaminister Goebbels
heeft ernstig getoornd tegen de leugen
methoden van de buitenlandsche pers.
Hij kondigde de uitzetting van een aan
tal buitenlandsche correspondenten te
Berlijn aan. die niets anders zouden
doen, dan de volkeren opzetten tegen
Duitschland. Dat heeft niets uit te staan
met meeningsvrijheid, zegt Goebbels.
Het Zwitsersche dagblad Der Bund
acht de opwinding en moreele veront
waardiging van den heer Goebbels hier
niet op haar plaats. ..Zij is theater en
bluf zegt het blad zooals de mo
reele verontwaardiging ten aanzien van
den ontmaskerden'' stafchef Röhm en
consorten, met wie men jarenlang het
zelfde hemd droeg, voordat men be
merkte, hoe smerig het er onder uit
zag
Alle berichten uit Duitschland wijzen
er voorts op, dat het Duitsche volk op
ongedacht scherpe wijze heeft gerea
geerd op het rechteloos optreden tegen
z.g. muiters en dat daardoor de positie
van de regeering en de persoonlijkheid
van den Führer, wat het aanzien be
treft, zeer hebben geleden. Ze zijn van
een hoog voetstuk neergetuimeld. Het
is de massa ook duidelijk geworden, dat
het regime van Hitier niet zoo onaan
tastbaar is gefundeerd als men meende.
Golven van critiek, zij het geen open
bare, zijn daardoor losgebroken gewor
den.
De S. A., de macht, waarop het Na
zi-regime steunde, heeft geen aanzien
meer; minstens 75 °/o der leden zal trou
wens nimmer meer in de S. A.-gelede
ren terugkeeren. De regeering van Hit-
Ier bevindt zich volkomen in de macht
van de Rijksweer en daarmee kon de
Führer zich voorloopig misschien veilig
wanen, voor zoover de rijksweer ver
persoonlijkt kan worden geacht in von
Blomberg, den Rijksweer-minister.
Maar deze heeft veler sympathie ver
speelt door zijn belangrijk aandeel in
de moord-terreur van den lsten en
2den Juli j.l. De Rijksweerofficieren ne
men het hem zeer kwalijk, dat hij bij
zijn bescherming van den Führer geen
oude kameraden, wier schuld boven
dien geenszins vaststond, heeft ontzien.
We denken hierbij b.v. aan den moord
op generaal Schleicher en diens echtge-
noote.
Het wordt met den dag meer en meer
de vraag, of Hitier wel op de Rijksweer
zal kunnen rekenen, gelijk hij dat op
den Rijksweer-minister heeft kunnen
doen.
Nog steeds is de lijst van geëxecu
teerden niet gepubliceerd geworden en
voor de aarzeling daartoe zijn blijkbaar
klemmende redenen aanwezig. Reeds
heeft de regeering moeten toegeven,
dat ook personen zijn gevonnist, die
geen schuld hadden. Zoo heeft de re
geering aan Mgr. Bares, bisschop van
Berlijn, haar verontschuldiging aange
boden voor het laten dooden van Dr.
Klausener, leider van de Duitsche ka
tholieke actie. Het aan hem voltrokken
vonnis heet op eenmisverstand te
hebben berust.
Von Papen blijft weigerachtig om het
gebeurde te vergeven en te vergeten.
Hij eischt een onderzoek naar de rede-
Zomer
sproeten
verdwijnen spoedig
door een pot
Bij alle drogisten.
KAMER VAN KOOPHANDEL EN
FABRIEKEN VOOR DE
LANGSTRAAT.
Ter Waalwijksche Stoomdrukkerij
Antoon Tielen is verschenen het Jaar
verslag over 1933.
In dit verslag bevindt zich een uit
stekend geteekend en dito uitgevoerd
kaartje weergevende het bodemge-
bruik in het ressort der Kamer.
Door de regeering was aan de Ka
mers van Koophandel in ons land het
verzoek gericht om dergelijke kaartjes
voor hun verslagen te doen ontwerpen
en deze daaraan als een belangrijk do
cument toe te voegen.
Met voldoening mogen we consta-
teeren dat de Kamer van Koophandel
voor de Langstraat de eerste in den
lande is die hieraan heeft voldaan, dank
zij de activiteit van den secretaris en
z'n medewerkers ten deze, de heeren
Vries en Willem Verhoeven,
kaartje ontwierpen en teeken-
drs. de
die dit
den.
Wij zullen aan dit belangrijke, over
zichtelijke en goed gedocumenteerde
jaar-rapport verschillende gedeelten
ontleenen die voor Handel en Industrie
dezer streek van 't grootste belang zijn:
A. Schoenindustrie.
In het verslag van het jaar 1933 kon
over de schoenindustrie worden mede
gedeeld, dat er een kentering ten goede
was waar te nemen. Het is verheugend,
thans te kunnen zeggen, dat de ople
ving in deze voor het district onzer Ka
mer zoo belangrijke industrie zich niet
tot 1932 heeft beperkt. De doorwerking
van de contingenteering van den in
voer van schoenen heeft hierin onge
twijfeld een beduidend aandeel. Daar
naast is de gang van zaken nog beïn
vloed door de prijsdaling der grond
stoffen, tengevolge waarvan hier en
daar ook een iets betere winstmarge
kon worden gecalculeerd. Tenslotte
heeft nog de omstandigheid, dat de om
zetbelasting per 1 Januari 1934 in wer
king zou treden, de werkgelegenheid in
de laatste maanden van 1933 bevor
derd. Voorzoover echter de opleving te
danken is aan deze laatste omstandig
heid, mag er natuurlijk niet gesproken
worden van een werkelijke verbetering,
daar hiertegenover in de eerste maan
den van 1934 een inzinking te verwach
ten is.
Intusschen mag deze opleving niet
leiden tot de conclusie dat de bedrijven
thans wederom, zooals voorheen, be
hoorlijk loonend hebben kunnen wer
ken. De groote concurrentie toch, die
zich in de schoenenbranche steeds meer
toespitst, doet haar terugslag voelen in
de prijzen, die de fabrikant voor zijn ar
tikel kan bedingen. Het voor 1933 meer
gunstige algemeene beeld wordt dan
ook nagenoeg uitsluitend gevormd door
de groote werkgelegenheid, die de be
drijven in het afgeloopen jaar geboden
hebben. De stand der werkloosheid op
31 December 1933 geeft echter voor
een beoordeeling ten deze geen juist
beeld.
Het afzetgebied van onze schoennij
verheid beperkt zich thans bijna geheel
tot de binnenlandsche markt. De uit
voer toch, die reeds in 1932 tot een-mi
nimum was teruggeloopen, is in 1933
wederom afgenomen en bedroeg voor
post 675 der Statistiek (schoenen enz.
geheel of voor het grootste deel van
leder vervaardigd) 68.551 paar. Dit be-
teekent tegenover den uitvoer van 1932
nog een vermindering met ruim 10
Tegenover deze vermindering van
uitvoer van het lederen schoeisel geeft
het eenige voldoening, dat ook de in
voer is afgenomen en wel tegenover
1932 met 38.6 De invoer van schoe
nen. bedoeld in post 675 der Statistiek,
bedroeg immers in 1933 650.728 paar
tegen in 1932 1.060.053 paar. Ook de
invoer van andere schoensoorten, voor
het district onzer Kamer echter van
minder direct belang, liep beduidend
terug, zoo o.a. ten aanzien van rubber
schoeisel (post 3675 der Statistiek) liep
de invoer terug van 3.370.076 paar in
1932 tot 2.384.208 paar in 1933, een
vermindering dus van ruim 29
Ondanks deze import-beperking zijn
de schoenenprijzen gedaald.
De beperking van den import van
schoenen in alle soorten, ook al geven
bovenstaande verhoudingscijfers een
beduidende afname van den import te
zien, is echter nog onvoldoende. Dit
blijkt voor lederen schoenen (post 675
der Statistiek) zeer sterk uit een verge
lijking van export en import. Bedroeg
het aantal paren lederen schoenen, dat
in 1933 werd uitgevoerd, slechts 68.551
de import bereikte, ondanks den terug
gang tegenover 1932, toch nog het cij
fer 650.728 paar, een cijfer dat nog
steeds hooger ligt dan onze export van
lederen schoenen in 1929.
Onderstaande cijfers, ontleend aan de
Statistiek van den In-, Uit- en Door
voer, geven een beeld van het verloop
van in- en uitvoer van lederen schoe
nen (post 675 der Statistiek) gedurende
de laatste vijf jaren.
De invoer bedroeg in aantal paren:
1929: 1.169.485; 1930: 1.270.149;
1931: 1.943.591; 1932: 1.060.053; 1933:
650.728.
De uitvoer bedroeg in aantal paren:
1929: 549.013; 1930: 449.062; 1931:
354.717; 1932: 76.428; 1933: 68.551.
Hoewel een oppervlakkige beschou
wing van deze cijfers bevrediging kan
geven ten aanzien van de vermindering
van den invoer van lederen schoenen
immers deze verminderde in 1933 te
genover 1929 met 518.757 paar toch
houdt die vermindering geen gelijken
tred met de vermindering van den uit
voer van dezelfde schoensoort. Immers
de invoer in 1933 bedroeg nog 56
van dien in 1929, terwijl het uitvoer-
cijfer van 1929 daalde tot 12J^ in
het jaar 1933.
Daarnaast is de geweldige toename
van den invoer van rubberschoeisel
(post 3675 der Statistiek) indirect een
ernstig gevaar voor de Nederlandsche
schoenfabrieken. Het rubberschoeisel
toch verdringt het lederen schoeisel,
niettegenstaande het rubberschoeisel
niet met den lederen schoen kan wed
ijveren. Dit vindt zijn oorzaak in de
lage prijzen, waartegen dit product aan
de markt wordt gebracht. Zoo was de
gemiddelde prijs van het rubberschoei
sel per ingevoerd paar in 1932 0.50
en in 1933 0.52, terwijl deze prijzen
voor het Japansche rubberschoeisel,
waarvan er ingevoerd, respectievelijk
beliepen 0.38 en 0.46.
De uitvoer van rubberschoeisel is bij
deze invoercijfers van geen beteekenis.
Onderstaande cijfers van het Cen
traal Bureau voor de Statistiek geven
een overzicht van in- en uitvoer van
rubberschoeisel gedurende de laatste
jaren:
Invoer in aantal paren:
1929: 1.789.987; 1930: 1.998.637;
1931: 2.033.742; 1932: 3.370.076; 1933:
2.384.208.
Uitvoer in aantal paren:
1929: 45.022; 1930: 44.930; 1931:
175.746; 1932: 125.101; 1933: 26.096.
Uit bovenstaande blijkt duidelijk, dat
onder de huidige economische verhou
dingen een verdere beperking van den
invoer van rubberschoeisel alleszins ge
rechtvaardigd is niet alleen, maar ook
noodzakelijk. De invoer toch nam van
1929 tot 1933 toe met 33 de uitvoer
van rubberschoeisel daarentegen nam
af met 42 c/c.
Ook de beperking van de andere niet
nader aangeduide schoensoorten ver
dient alle aandacht, wat blijkt uit de
voor deze schoenen beschikbare cijfers
(Post 5675 der Statistiek) over de laat
ste jaren:
Invoer in aantal paren:
1929: 1.949.336; 1930: 1.930.149;
1931: 1.844.639; 1932: 1.419.258: 1933:
807.683.
Uitvoer in aantal paren:
1929: 15.786; 1930: 13.477: 1931:
12.197; 1932: 2.424; 1933: 3.732.
Hier liep de invoer in 1933 tegenover
1929 terug met ruim 58 terwijl van
den uitvoer van 1929 nauwelijks 24
overbleef.
De schoenindustrie ging zich meer en
meer toeleggen, en wel met succes, op
de vervaardiging van speciale schoen
soorten, als opanken, sandalen, sanda-
lettes e.a. en dezer onderdeelen. Vroe-
ger werden deze schoensoorten uit het
buitenland betrokken, waarin door de
contingenteering echter allengs wijzi
ging is gebracht.
Kon in het vorige jaarverslag gewe
zen worden op het verblijdend ver
schijnsel van de ontwikkeling binnen
het district onzer Kamer van een nieu
we industrie, n.l. de fabricage van le
derwaren (andere dan schoenen), in
het afgeloopen jaar is deze industrie
wederom uitgebreid.
De industrie op het gebied van four
nituren en onderdeelen voor de schoen
industrie onderging ook eenige uitbrei
ding, al werden groote nadeelen onder
vonden van de fnuikende Duitsche con
currentie.
Hieronder volgt een verzamelgrafiek
(Centraal Bureau voor de Statistiek)
betreffende het verbruik van overleer
in millioenen vierkanten voet en van
zoolleer in millioenen K.G., verder over
schoenenproductie in millioenen paar,
personeelbezetting, energieverbruik in
1000 ton kolen en over machinevermo
gen in 1000 P.K.: