Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON
EERSTE BLAD'
ABONNEERT 0 OP DIT BLAD.
HET HUIS IN DE STILTE
DIT NUMMER BESTAAT UIT
DRIE BLADEN.
mmer
Wederom een Vredes-
kans voor Europa*
DOOP. ERVARING
WTEDm
(/"CRÈME
ZATERDAG 9 FEBRUARI 1935
58c JAARGANG.
«■ra*
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ens.
franco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1.25.
Franco p. post door 't geheele rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-.dre.ECHO.
Advertentiën moeten Woensdag
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 ufi
in ons bezit atJn.
Bi] contract flink rabat
Reclames 40 cent per regel.
Prijs der Advertentiën:
SO cent per regel; minimum 1.50.
Via het bewapeningsrecht
voor üuitschland naar de
ontwapening
Al zijn we dan ook nóg zoo vaak
teleurgesteld in onze verwachtingen,
wanneer we meenden, dat de vredes-
zon over Europa was opgegaan, toch
ziin we nog niet geheel ontmoedigd
en de menschheid hóópt weer, her
kreeg haar vertrouwen, toen dezer
dagen over de Fransch—Engelsche
overeenstemming werd bericht, welke
inzake belangrijke Europeesche
vraagstukken zou zijn bereikt en
perspectieven opent van ontwape
ningsmogelijkheden.
De Engelsche regeering heetteinde-
liik de Franschen kunnen overhalen
•om niet langer Duitschland als een
overwonnen en ontrecht volk te
behandelen. Beide regeeringen zijn
nu be eid om de artikelen uit het
Vredesverdrag te schrappen, welke
aan Duitschland het recht op een
eigen bewapening van beteekenis
ontzeggen. Hoe vreemd het ook
moge klinken: Duitschland moetin
haar bewapeningsrechten worden
hersteld, willen we in Europa tot
een algemeene bewapeningsvermin
dering kunnen geraken.
Zoolang de vroegere geallieerden
Duitschland kleineerend bedillen en
bedwingen, zal dit groote volk alle
middelen te baat nemen om clan
destien zich de macht en de kracht
te verwerven, welke haar niet langs
legalen weg te bereiken wordt ge
laten. Deze clandestiene actie wekt
natuurlijk reactie, d.i. opdrijving der
bewapening.
Hitler heeft meermalen van de
-vredelievendheid van Duitschland
getuigd door het land haar gelijk-
van „De Echo van het Zuiden".
gerechtigheid te hergeven, stelt men
de regeerders in staat om van dien
vredeswil ook door daden te getuigen.
Nu Duitschland het recht her
krijgt om te bewapenen, nu kunnen
haar vertegenwoordigers, zonder iets
van 's rijks eer te offeren, ook met
de vertegenwoordigers van andere
landen om de conferentietafel gaan
zitten om te overleggen, wat men
onderling voor den vrede kan be
reiken door een vrijwillige beperking
van elkanders rechten.
Samensprekingen met zulk doel
liggen thans ook in de plannen van
de°Fransche en Engelsche regeering
omsloten men verwacht de instem
ming van Berlijn.
Lang niet alles is reeds in kruiken
en kannen, volstrekt niet, maar er
zijn gunstige kansen voor den vrede
geschapen Aan Duitschland worden
voorwaarden gesteld voor het her
krijgen van de gelijkgerechligheid,
maar het zijn geen onteerende voor
waarden. De terugkeer van Duitsch
land naar Genève wordt vereischt
deze zal inderdaad benoodigd
en -L
zijn voor een vlotte Europeesche
samenwerking. Het afsluiten van een
gezamenlijk Europeesch Lucht-pact
wordt verlangd en dat is ongetwijfeld,
omdat Frankrijk veiligheid zoekt,
maar aansluiting bij zulk een Lucht,
pact behoeft voor de regeering te
Berlijn geen bezwaar te zijn, wanneer
ze het tot nu toe heeft gemeend, dat
het Duitsche volk geen revanche-
gedachte meer koestert.
Er is in Londen belangrijk werk
voor den vrede verricht.
Als Duitschland thans blijk geeft,
dat het inderdaad den vrede wil,
óók voor de toekomst, dan zal het
niet moeilijk zijn om tot een gedeelte
lijke Europeesche ontwapening te
komen.
Welk een schoon en glorierijk jaar
zou 1935 in de geschiedenis kunnen
worden, als de sombere crisiswolken
eens wilden wegtrekken en de Zon
van Vrede ter kimme kon worden
bestatigd
Jhr. mr. van Sasse van Ysselt.
Jhr. mr. A. F O. van Sasse van
Ysselt, de nestor onzer Eerste Kamer
Ï9 voornemens na het beëindigen van
de loopende zittingsperiode in verband
met zijn hoogen leeftijd zijn mandaat
ter beschikking te stellen.
Hij zal echter niet aftreden, dan na
overleg met de R. K. Statenclub, die
hem als afgevaardigde van de Eer9te
Kamer kiest.
Het Uiver rapport.
Het rapport van ir. van der Maas
over de .Uiver"-iamp is bij de Re-
geering ingediend.
Naar het Vad. verneemt, is dr. ir.
H. J. v d Maas in zijn rapport tot
drie conclusies gekomen.
Ten eerste sluit hij blikseminslag
als oorzaak van de ramp uit
Ten tweede is hij van meening, dat
breuk van het toestel (van staart, roer
en of vleugels) niet waarschijnlijk is.
Ten derde concludeert hij dat de
oorzaak van het ongeluk toegeschreven
moet worden aan slechte vliegeigen-
schappen van het toestel, die in de
luch'golvingen rondom de onweersbui
bij Rutbah Wells noodlottig zijn ge
worden.
Naar aanleiding van deze conclusie
herinneren wij eraan, dat de Rijks
studiedienst voor de luchtvaart voor
de Douglas-Uiver een voorloopig be-
wijs van luchiwaardigheid afgegeven
had, omdat het toestel bij het onder-
zoek van dr. ir. van der Maas niet
geheel bleek te voldoen aan de eischen
die men te onzent stelt Hiermede
stond de reis van dr Wolff en de
heer v. d Heyden naar Santa Monico
in Californië in verband.
Er is thans een speciale commissie
aangewezen, welke aan de hand van
het rapport van dr. ir. van der Maas,
de ooizaken van de Uiver.ramp zal
onderzoeken.
Hoog water
De laatste Jagen komen uit de aan
de Maas gelegen steden en dorpen
voortdurend berichten over hoog
water.
In Roermond was gisteren het
water, de laatste 24 uur, 55 c M.
gewassen en van 17 67 M. gestegen
op 18 22 M.+ NA P.
In den omtrek van Roermond zijn
vele uiterwaarden ondergeloopen en
de weiden staan blank.
In Grave is het water de laatste
24 uur 48 c.M. gewassen.
In Zuid Limburg is de Maas tot
aan den rand van de oevers gestegen.
Eenig gevaar behoeft men ech'er
niet te vreezen, want nog in 1926
zijn de dijken zeer stevig hersteld.
Levenslang geëischt
Tegen den jongeman, die enkele
maanden geleden te Haarlem zijn
vroeger meisje vermoordde en daarna
in de woning brand stichtte is heden
levenslange gevangenisstraf geeischt
Handelsbesprekingen met België
De handelsbesprekingen met België
zullen waarschijnlijk eerst de volgende
week worden voorigezet.
Duitsche communisten gearresteerd.
Te Amsterdam is een complot van
20 Duitsche communisten gearresteerd,
die de geheime organisatie in Duitsch
land wilden steunen. Het complot
heeft vertakkingen over heel Neder
land, o.m. ook in de mijnstreek.
Vliegtuig ongelukken.
Een vliegmachine der militairelucht-
afdeeling in Ned Indië wordt vermist,
een ander toestel stortte in een ravijn.
Bij weer
l^^e/7 w/na
>20-30-60c*.
Naar het Engelsch van
ADELINE SERGEANT.
Nadruk verboden.
4.
Mijn moeder is een beetje invalide,
en ik ben bang dat een onderhoud met
U haar te veel zal vermoeien, maar ik
geloof wel, dat ik U voor morgenmid
dag mijn beslissing kan mededeelen.
Laten we zeggen, morgen om onge
veer twaalf uur, besloot Mr. Lancaster,
want als ik dan geen antwoord heb, zal
ik mü moeten verstaan met de dames die
ik reeds afgewezen heb. Ik heb de adres
sen van twee of drie genoteerd, maar
ik moet U eerlijk bekennen, juffrouw
Davenant, dat U mij meer aanstaat dan
ëén van de anderen.
Er was een jongedame, die juist
voor mij binnen geroepen werd, ver
telde Nell, ik dacht, dat zij een heel
goede kans zou maken, en had wel ver
wacht dat U haar aangenomen zoudt
hebben.
—Dacht U dat werkelijk Nu, ze was
juist dat soort jongedame dat ik in geen
geval zou genomen hebben. Een hard,
nuchter meisje, wier interesse slechts
uitging naar wis- en natuurkunde. Maar
1 ik moet iemand hebben, die me helpt om
het mijn pupil aangenaam te maken, en
haar van verkeerd gezelschap of scha
delijke invloeden af te houden.
Daaraan zal ze waarschijnlijk toch
niet blootgesteld zijn, meende Nell. Het
leek haar vreemd, zooiets te zeggen.
De jeugd, merkte Mr. Lancaster op,
staat altijd aan dat soort gevaren bloot.
Mijn pupil heeft behoefte aan bescher
mende liefde. U zult, naar ik hoop, dooi
■nii latpn lpidpn ten aanzien van haar
Het vliegtuig dat getraceerd was
binnen een cirkel met een straal
van een kilometer is gistermorgen
gevonden. Het bleek in den z.g.
spook krater te liggen.
,Sergeant Wulms bleek bij den val
den üood te hebnen gevonden.
De schorsing van de C. H. V.
Het bestuur der C. H. V. verzoekt
opname van het volgende
»Het bestuur van ue Cuöp. Han
delsvereniging van den N.C.B. te
te Veghel protesteert ten sterkste
tegen de beschuldigingen van knoeie
rij welke begaan zou zijn door de
bovengenoende Coop. Handelsver-
eeniging, zooals die door verschil
lende bladen zijn gepubliceerd.
Voorzoover bet ibans bekend is,
zijn er bij eenige filiaalhouders af
wijkingen geconstateerd tusschen
hun bonboekjes en de door hen in
gezonden voorraadstaien van rogge.
Voor het allergrootste deel bleken
die afwijkingen zeer goed te ver
klaren.
Daarenboven gaat het slechts over
kleine bedragen en is ons nog geen
enkel geval bekend, dat de filiaal
houder bij zijn opgave een voordeel
ten eige bate heelt beoogd. Opzet tot
fraude is beslist uitgesloten.
Wij zullen nadat het onderzoek
beëindigd is een volledige mededce-
ling omtrent deze aangelegenheid
verstrekken.
Wij meenen het recht te hebben
te mogen eischen, dat men met het
uitspreken van een oordeel wacht,
totdat er voldoende gegevens zijn
om te kunnen oordeelen.
(w.gM. Cox, voorzitterH. M.
Wellen, secretaris; J. P. van Dal,
geestel. adviseur.
De R.K. Molenaarsbond St. Victor
meldt o.m.:
In verband met de schorsing van
de C.H,V. als aangeslotene bij de
AkkerLouwcentrale en de volgens
vrienden en handelingen in het alge
meen.
Z'n scherpe oogen waren, toen nij
sprak, op Nell's gezicht gericht en ze
voelde zich onder dien blik als gehyp
notiseerd.
Maar er lag zooveel redelijkheid in
hetgeen hij zei, dat ze alleen maar, of
schoon een beetje zwakjes, kon antwoor
den Ja zeker
Er is vast en zeker iets niet in den
haak dacht Nell. Ik had moeten luiste
ren naar wat dat meisje zei. Misschien
probeerde hij haar de een af andere be
lofte af te persen en ik vraag me af, of
ze die misschien weigerde te geven
Deze gedachte flitste snel door haar
hoofd, maar nog voor ze haar zelfbe-
heersching terugkreeg, stond Mr. Lan
caster halverwege van zijn stoel op, alsof
hij van plan was het onderhoud te be
ëindigen.
Ik geloof, juffrouw Davenant, be
sloot hij, dat wij zoover gekomen zijn,
als op het oogenblik mogelijk is. U moet
nu naar huis gaan en met Uw moeder er
over spreken, en ik vertrouw, dat ik
morgen voor twaalf uur wat van l zal
hooren.
—Ik zal U tijdig mijn beslissing doen
weten, beloofde Nell.
Laten we hopen, dat deze gunstig
is, eindigde Mr. Lancaster. Ik ben er
van overtuigd, dat U een ideale gezel
schapsjuffrouw zult blijken te zijn, en
ik vertrouw, dat er geen bezwaren zijn.
Ik hen ook genegen het salaris te ver-
hoogen, ik ben bpreid het op honderd
vijftig pond te stellen. Alles wat ik ver
lang, is het arme meisje een geschikte
vriendin te geven.
Het salaris was inderdaad prachtig,
en Nell was bijna huiten zichzelf door
Mr. Lancaster's milde houding. Maar
tóch koesterde ze, waarom wist ze
eigenlijk niet. een verborgen antipathie
tegen hem, die zich niet liet wegpraten.
HOOFDSTUK IV.
VADER EN ZOON.
Niet zoodra was Nell Davenant het
huis uit, of Mr. Lancaster sloot snel de
deur, en liep naar den ouden man, wiens
gezicht Nell instinctief vertrouwen had
ingeboezemd. Mr. Lancaster sprak hem
op een eenigszins barschen toon aan
Waarom liet je op één na de laatste
dame in de wachtkamer terug gaan
snauwde hij. Je weet, dat dit lijnrecht
tegen mijn orders inging.
Deze dame was in de kamer voor
ik het kon voorkomen, meneer stamelde
de man. Ze zei, dat ze iets had laten val-
Mr. Lancaster zweeg een oogenblik.
Sprak zij met de dame, die zoo
juist weggegaan is
Ik kan het U niet zeggen, meneer,
antwoordde de man met een onbewo
gen gelaat. We zochten met zijn drieën
naar het notitieboekje. Als ze iets zei, is
het aan mijn aandacht ontgaan.
Het lijkt wel, of alles aan je aan
dacht ontgaat, spotte Mr. Lancaster. Als
er weer een dame in huis komt, wees
dan zoo goed je te herinneren, dat zij
met niemand spreken mag.
Heel goed, meneer
Maar ik verwacht niet, dat er nog
meer zullen komen. Ik geloof, dat ik
een goede gezelschapsjuffrouw voor
Claire gevonden heb. Je zult wel blij
zijn dat te hooren, niet waar Jacob
Als het een geschikte gezelschaps
dame is, zal ik blij zijn meneer be
kende Jacob.
Geschikt lijkt ze zeker, ik vertrouw
dat ik daar het beste over kan oordee
len, zei Mr. Lancaster droogjes, en ging
langzaam de trap weer op naar de ka
mer, die hij had verlaten.
Deze was echter niet leeg, toen hij
daarin terugkeerde. Een jonge man
stond bij de tafel met zichtbare interesse
de verschillende foto's die daar lagen,
Ie bekijken. Daarbij was er een van Nell
Davenant, en de*e scheen zijn bijzondere
aandacht te trekken.
Dit is de beste van de heele troep,
gaf hij te kennen, z'n hoofd oprichtend
toen Mr. Lancaster de kamer binnen
kwam. U hebt haar toch genomen, hoop
ik
Mr. Lancaster keek geërgerd. Hij liep
haastig op de tafel toe. toen keek hij
naar de foto in de hand van de jonge-
man.
Ja zeker 1 gaf hij na een oogenbuk
van stilte toe. Ik geloof van wel.
De jongeman keek hem aan en lachte.
Ilij was Mr. Lancaster eenige zoon, en
leek niet in het minst op zijn vader, be
halve misschien in gestalte, ofschoon
zwaarder en gezetter dan Mr. Lancaster
ooit geweest was. Maar hij was blond,
en had een hoogroode gelaatskleur. Z'n
trekken waren niet onaangenaam van
uitdrukking en zijn grijsblauwe oogen,
hoewel niet bepaald intelligent, waren
nogal goedig en eerlijk.
Als je in de andere kamer bent wan
neer hier iemand is, ging Mr. Lancaster
na een oogenblik van stilte voort, zou ik
je willen verzoeken je rustig te houden.
Wat was je bedoeling, toen je de deur
open maakte, deze weers loot, en zoo
hard lachte, dat men je kon hooren.
Ik wilde het meisje zien, zei de jon
geman, dwaas lachend. Zij was de eenige
van het stel, waar nog iets aardigs aan
was.
Ik denk, dat ze wel zal komen, her
nam Mr. Lancaster. Ze is het soort meis
je, dat we noodig hebben, ofschoon die
juffrouw West die met den bril de
juiste haarkleur had.
Ik zou denken, dat deze er genoeg
op lijkt, vond de jongeman, naar Nell's
foto turend. Voral als zij haar haren wa%
strakker opmaakt, zoodat ze niet zoo
weelderig lijken. Maar waarom ging dat
meisje met dien bril er zoo opgewonden
vandoor?
Zij was geprikkeld, vertelde Mr.
Lancaster peinzend, toen ik haar een
paar dingen over haar leiding voorstel
de. Feitelijk had ik haar bijna aangeno
men, maar ik merkte bijtijds, dat zij
waarschijnlijk niet zoo gezeggelijk zou
zijn. Toen ik haar zei dat ze een oogje
op Claire's correspondentie moest hou
den, stoof ze als een bezetene op en
vroeg me of ik van haar zooiets schan
delijks verwachtte. Neen, die was me te
zelfstandig, daarom heb ik haar zoo
gauw mogelijk weggewerkt, maar ik ben
een beetie bang, dat ze iets tegen juf
frouw Davenant verteld heeft voor ze
weg ging en dat ik daarom geen defini
tief antwoord kon krijgen.
De jongeman stond nog steeds naar
Nell's foto te turen.
Ik berijp niet, waarom u dat haar
moest vertellen.
Haar wat vertellen? vroeg Mr. Lan
caster, tegen z'n gewoonte in verbluft kij
kend. Over die correspondentie? M'n bes
te Cyril, wat een kind ben je nog! Denk
je nou werkelijk dat we onze plannen
kunnen uitvoeren, zonder te weten wat
Claire schrijft, en van wien ze antwoord
krijgt?
Nee, dat niet, gaf Cyril toe, maar
het lijkt mij toe, dat u geen meisje zoo
ver zult krijgen, om dat tegenover een
ander meisje te doen.
Dat zal nog wel meevallen, gaf Mr.
Lancaster ten antwoord, gelet op de
werkelijke zwakke geest en slechte ge
zondheidstoestand van Claire. Het lijkt
me niet zoo lastig, om juffrouw Davenant
er van te overtuigen, dat het voor het
meisje het beste is haar onder controle
te houden.
Cyril onderdrukte een lachje.
O, als men u hoort praten, barstte
hij uit. Als men u met zoo'n ernstig ge
zicht mooie woorden aan elkaar hoort
flansen, zou men wonder-wat denken.
Ik vraag me af, hoe u daar zoo'n slag
van heeft, vader? Dat kan ik me maar
niet begrijpen!
Heusch, Cyril, je zou me een plei-
zier doen als je ernstig bleef, beet zijn
vader hem toe. Als ik er aan denk, hoe
behulpzaam jij zou kunnen zijn, voel ik
me soms teleurgesteld. Je moet wél be
denken, dat de stand van zaken zóó is:
Een groot deel van Claire's fortuin werd
mij drie jaar geleden in handen gegeven.
Over een paar maanden misschien
zelfs eerder zullen we verantwoording
m,oeten afleggen van hetgeen we er mee
gedaan hebben en wat moeten we dan
zeggen?
Mij zullen ze in ieder geval mets
vragen, gaf Cvril onbewogen te kennen.
Wees daar maar niet zoo zeker van,
antwoordde zijn vader. Je hebt het geld
helpen opmaken, dat weet je heel goed.
De vraag is, wat wij moeten doen voor
dat wij rekening en verantwoording
moeten afleggen. Ik heb een planne'je
bedacht, maar je zult me moeten helpen,
en me op verschillende manieren moeten
bijstaan, want alleen kan ik het niet uit
voeren.
Wordt vervolgd.
en Langslraatsthe