2 MAANDEN LANG Ongekende voordeelen 1 BE ECHO VAN HET ZUIDEN ECHO'S. ZOMER-RECLAME WONDER SPAARSYSTEEM BELANGRIJK BELANGRIJK1 Uit de Geschiedenis van 's-Hertogenbosch. HET GEZIN VAN KERA EN KERI Tweede Blad. PRIJSRAADSEL. 52. Zaterdag 6 Juli 1935. 58e Jrg. No. ik André Citroën. Deze week overleed te Parijs de drager van een wereldnaam André Qtroën, de Fransche automobiel- fabrikant, die men wel den Euro- peeschen Ford heeft genoemd. Citroën was een modern zaken man die in korte jaren een fabel achtig bedrijf wist op te bouwen en jaren van ongebreidelde expansie zijner invloedssfeer kende. Hij was van Nederlandschen oorsprong en tot aan het uitbreken van den wereldoorlog zoo goed als onbekend. Toen verdiende hij echter een fortuin door fabricage van minutie voor het Fransche leger. Met dit ver mogen stichtte hij zijn automobiel fabriek, die een geweldige vlucht nam. Het bedrijfskapitaal werd van 50 millioen francs spoedig verhoogd tot 100, tot 300, tot 400 millioen francs. De fabriek leverde per dag 1000 automobielen af. Op het toppunt van zijn macht kende Citroën geen grenzen meer. Met ontzaglijk organisatie -talent voerde hij reclame-campagnes, die millioenen verslonden en tenslotte zelfs voor dit bedrijf te kostbaar bleken. Vorig jaar kwam de krach waardoor het bedrijf verdween. Thans is ook de mensch Citroën bezweken. Hij die voor korte jaren nog een der machtigen van Europa was is nog vóór zijn vroegen dood geruineerd. De fortuin is onbestendig, maar vergeten we niei waarop de fortuin van dezen auto-koninggebouwd was. Hij maakte de munitie waarmede de Fransche soldaten hun Duitsche medemem schen den dood injoegen. Hij kon met vele andere grooten mijlen achter het front Frankrijk's glorie zingen, want hij streek er tegelijk millioenen mee op. Niet de Fran sche soldaten, die in 1918 moedeloos en voor hun leven gebroken uit de I verschrikkingen terugkeerden, waren de overwinnaars, maar zij die op veiligen grond den oorlog als een handelszaakje beschouwden. Citroën was een van dezen, die door het vaderland het best beloond waren, en hij kon zich de luxe permitteeren zijn naam op den Eiffeltoren het Parijsche stadsbeeld te laten beheer- schen. Totdat hij in vermetelheid geen grenzen meer kon stellen aan zijn eerzucht. N.R.Crt. verhaald. Wij ontleenen daar het volgende aan: De handelsplaats, welke Den Bosch was, voor zij tot stad werd gemaakt, moet economisch en cultureel goede perspectieven geopend hebben, wijl hertog Hendrik I van Brabant haar stadrechten verleende. Ook het feit, dat keizer Hendrik VI in 1196, dus elf jaren na de stichting der stad, aan de Bosschenaren tolvrij heid op den Rijn schonk, wettigt het vermoeden, dat de Bossche kooplieden handelseigenschappen bezaten, die slechts door arbeid cn ervaring van heel veel jaren kunnen worden ver kregen. Dat de Bosschenaren op het tijdstip dat zij stadrechten ontvingen, kapitaal krachtig moeten geweest zijn en vol energie, zegt ons vrij duidelijk jde bouw vau een kerk met eene lengte van ongeveer 53 meter, binnen de eer ste 25 jaren van het bestaan der jonge stad. Evenals te Leuven, Antwerpen en Brussel, zal in Den Bosch, gezien de gesteldheid der streek, in hoofdzaak laken zijn bereid en verhandeld, want in de tweede helft der 12e eeuw bezat de stad, evenals de genoemde steden, hare lakenhal. Wanneer de stad nauwelijks 75 ja- reu bestaat, heeft zij al dermate de achting der andere steden gewonnen, dat deze verbonden met haar sluiten tot wering van twist en tweedracht en ter behartiging van de belangen hun ner poorters. Nog voor de 13e eeuw ten einde is, behoort de stad met haar ongeveer 8Ü0U inwoners tot de vier hoofdsteden van het hertogdom en blijft met de drie andere, Antwdrpen, Leuven en* Brussel, borg voor door den hertog aangegane geldleeningen. Niet onwaarschijnlijk hebben hare in Frankrijk en elders reizende poor ters kennis gemaakt met de gothiek, want in 1280 beginnen zij hunne ro- maansche St. Janskerk in eene gotlii- sche te verbouwen. VAN HET GELDIG TOT EN MET 31 JULI bij alle Wonder-Artikelen. KOOPT NU: Wonder-Margarine, per pakje 37^ ct. Wonder-Koffie, Rood-merk, per pak 42 ct. Groen-merk, per pak 40 ct. en alle verdere Wonder-artikelen. Voor de opgespaarde Wonder-Spaarbons is verkrijgbaar: Bij ieder pakje van deze 3 artikelen is één heele Wonder Spaarbon en één heele Spaar- Sneller-bon. 15 15 8 11 3 5 5 10 el witte flanel 10 el gekleurde flanel 2>Yï el hemdencassa 33^2 el lakenscassa 1 beste kussensloop 3 beste thee-, blauwe of witte doeken 3 beste luiers Alle manufacturen zijn van beste kwaliteit, geen reclame-kwa liteiten. Het Wonder-Spaarsysteem le vert U uitsluitend artikelen die lang meegaan en ondanks dat is het Wonder-Spaarsysteem het laagst in prijs. 1 broodplank met opschrift 12 waterglazen (alleen per 12) 6 1 groot blikken theeblad 3 1 prachtig groot theeblad, echte tegel, nikkelen rand 14 1 Vouwstoeltje (voor hengelaars e.d.) 5 6 fijne dameszakdoeken, gekleurde rand 5 6 diepe of platte borden, alleen Maastrichtsch aardewerk5 Levering van alle artikelen zoolang voorraad strekt. Haast U dus met bestellen. Den Bosch begint vandaag zijn jubi leumsfeesten ter gelegenheid van het 750-jarig bestaan der stad. Overeen komstig de traditie der Bossche hoofd stad zal deze herdenking een waardig, maar daarnaast ook uitbundig feeste lijk karakter dragen. De geschiedenis der jarige stad von den wij deze week in korte trekken door den heer H. J. M. Ebeling in de Weinig bijzonderheden weten wij van de stad uit de veertiende eeuw wat haar handel en industrie betreft. Uit het wederom herbouwen van haar St. Janskerk, waarmede omstreeks 1330 begonnen werd, mag worden afgeleid, dat hare poorters over veel geld be schikten en zeer vooruitstrevend wa ren. De ontwikkeling van een groote Maria-cultus, welke over geheel be schaafd Europa merkbaar was, vond ook hier een vruchtbaren grond. De Lieve Vrouwe Broederschap, die he den, weliswaar onder gewijzigden vorm nog voortleeft, kwam hier in 1318 tot stand. Zij bouwde aan de St. Janskerk, die wonderschoone kapel welke als de mooiste van ons land bekend staat. De 15e eeuw zette zich voor Den Bosch minder gelukkig in. Medege- sleept door de twist van den adel met de landsvrouwe, stonden de Bossche naren tegen haar op. Ook bleef de stad in deze tijden niet van onheilen ge spaard. Groote branden, waarbij vele dooden vielen en waarvan de schade op tonnen geschat werd, duurte van levensmiddelen en pest teisterden haar en waren als zoovele voorteekenen dei- donkere jaren, die met de zestiende eeuw zouden komen. Tusschen al die rampen door, waar onder handel en nijverheid leden, De uitgebreide nieuwe lijst van Wonder-Cadeaux verschijnt 1 Juli a.s. Wegens de vele voorbereidende werkzaamheden voor de sa menstelling hiervan was een vroegere datum helaas niet mogelijk. Leverings-Conditiën der Wonderartikelen zijn steeds uitsluitend a contant en bestelling van Wonder-Cadeaux, nadat II eerst de Wonder-Spaarbons hebt ingeleverd. Winkeliers welke zich aan deze conditiën niet houden worden van verdere verkoop uitgesloten. U begrijpt dus wel dat Uw winkelier onmogelijk van deze conditie kan afwijken. Alleen door groote omzet zijn wij in staat U zooveel te bieden en U zulke goede kwaliteiten te leveren. Wij ontvangen natuurlijk wel eens klachten, maar practisch nooit over de kwaliteit van de Wonder-Cadeaux en de Wonder-Artikelen. Van deze Zomer-Reclame verschijnt geen aparte lijst bij Uw winkelier. Knipt daarom deze adver tentie uit, om Uw bestellingen aan Uw winkelier op te geven. JAN DE JONGE. (Slot. »Moet de boze vijand je soms hooren Pas maar op, hoor 1 Later mag je wel eens schreeuwen; als je vliegen kunt. Dan kun je gauw maken, dat je wegkomt. Maar nu is 't véél te gevaarlijk! Denk dr om I De boze vijand! Daar begrijpen ze niets van. Wat zou vader daar toch mee bedoelen? Wat zou die toch met hen kunnen doen? Zij zijn er eventjes heel stil van ge worden. Als ze even later weer alleen zijn met hun drietjes, fluistert nommei één heel zacht: »Ik geloof er niets van wat vader zegt van die boze vijand. Vader wil ons alleen maar eens bang maken.» »0dat za'k eens tegen vader zeggen, hoor,» zegt nommer twee erg snibbig, jij weet het altijd beter.» Maar nommer drie richt zich heel gewichtig op en begint»Nou, maar ik geloof het welIk weet wat, wat jullie niet weten.» Nieuwsgierig wachten nommer één en nommer twee af, wat er ko men zal. »Gtsteravond,» gaat nommer drie verder, toen vader en moeder dach ten, dat wij allemaal sliepen, was ik alleen nog wakker. En weet je, wat ik toen gehoord heb?» Hier wacht hij even, maar de andere twee worden ongeduldig. »Nou, vertel op,» dringen ze aan. »Dat zal ik je vertellen, maar jullie mogen niet laten merken, dat je 't weet, hoor! Ik hoorde vader tegen moeder zeggenDe boze vij and heeft ons toch maar niet kun nen vinden, hè moedertje? Entoen zei moederO, vader, praat er me niet van Hè, ik zou het vreselijk vinden.» Met grote, angstige ogen kijken nommer één en nommer twee^ naar nommer drie. Ja, ze hebben t wel gehoord aan zijn stem, dat het waar kwam hier op cultureel gebied eene stichting tot stand, die voor stad en meyery rijpe vruchten zou afwerpen. Het waren de volgelingen van Geert Groote, die zich hier vestigden en be halve lager onderwijs ook middelbaar onderwijs gaven. Hunne scholen na men een zeer groote vlucht, die in den hoogsten bloeitijd tot twaalfhonderd scholieren geteld moeten hebben. Naast de wetenschap on'wikkelden zich hier ook de kunsten. is, wat hij daar vertelt. Ze worden er nog stiller van, dat moet dan toch wel iets heel vreselijks zijn I Spreken durven ze niet meer, tot dat... Ach, natuurlijk 1 even later voelen ze weerhonger I... honger En dan beginnen ze weer te roepen vaneteneten Aan wat ze zo pas hebben gehoord, denken ze al niet meer. Het zijn drie ongezegge- lijke kinderen. Als dat maar goed atloopt 1 't Is maar goed, dat al heel gauw Kera met een jong kuikentje komt aanvliegen. Nu zijn ze gauw stil. Wat een lekker hapje heeft vader daar nu meegebrachtHet is zelfs nog warm. Zo heerlijk hebben ze nog nooit gesmuld. Ze kunnen het lang niet op; Kera eet zelf ook mee en ze bewaren nog een lek ker brokje voor moeder ook. Hun maagjes worden propvol. Hun oogjes vallen dadelijk dicht. Ze slapen als roosjes. 's Avonds vraagt Keri, waar hij dat heeft durven halen? Keri weet best, dat zo iets in 't heele bos niet te vinden is. En dan moet Kera het wel vertellen. Als zijn vrouwtje er maar niet van gaat schrikken. »Ja, moedertje,» begint hij, »het had niet veel gescheeld, of ik was vanavond niet meer terug gekomen.» Ja, daar schrikt Keri heel erg van. En Kera vertelt, wat hem over komen is. Gisteren al heeft hij bij de boer derij »Tenkhout» een grote troep kuikentjes gezien. Vandaag is hij er weer eens heen gevlogen. Eerst is hij op veilige afstand in een peppel gaan zitten. Hij heeft den boer zien lopen, en dat is hem toen nog te gevaarlijk geweest, Eindelijk, daar gaat de boer naar de schuur achter het huis en nu... gauw! Vliegensvlug is hij neerge- De boekdrukkunst werd reeds vroeg beoefend en fraaie exemplaren zijn van de Bossche persen gekomen. De schilderkunst vond haar meester in Jeroen Bosch, wiens werken in alle groote musea aanwezig zijn. Maximiliaan van Oostenrijk, die in 1481 binnen de muren der stad bet veertiende algemeene kapittel van liet Gulden Vlies had gehouden, waarbij zijn zoontje Philips tot ridder werd geslagen, moest in 1508 hier terug ko men, om, zoo teekende de stadsrent- meester in zijne rekening van dat jaar aan, „ons te troosten, bij te staan in den tegenwoordigen oorlog, en dit arme land niet treurig en bedorven te laten". Het was gedaan met Den Bosch! De opening van de haven van Ant werpen was een nekslag voor den Bos- schen handel. De hoogschout, Jacob van Brecht, maakte het de reizende kooplieden uit het Noorden zoodanig lastig, dal zij een anderen weg moes ten nemen om de zuidelijke handels plaatsen te bereiken. De Leer van Luther vond gretig vol gelingen onder de vele in godsdienst zaken zwak onderwezen inwoners, die zelfs zoover gingen, dat zij zich durf den te verzetten tegen de komst van den eersten bisschop, Franciscus S011- nius, in 1562. De tot tweemaal toe herhaalde beel denstorm in 1565 wijst wel aan, hoe bij een zeker gedeelte der bevolking alle gevoel voor den Roomschen gods dienst was geweken, en de weinige ijver, dien men kon waarnemen bij een ander deel der Bosschenaren om tegen de vandalen op te treden, pleit niet meer voor een diep roomsch ge voel. Op het laatst der 16e eeuw begonnen de aanvallen op de stad. Graaf van Hohenlohe trachtte haar in 1585 bij verrassing te overmeesteren, maar hij werd teruggeslagen. Prins Maurits moest in 1601 zijn beleg voor de stad, door de strenge vorst daartoe genood zaakt, opbreken. Twee jaren later kwam hij terug, doch bijgestaan door aartshertog Albertus kon Den Bosch hem weerstaan. Na het Twaalfjarig Bestand zou Prins Maurits nogmaals trachten zich van <le stad meester te maken, maar ook ditmaal was het te vergeefs. Lang zou het echter niet meer duren, dat de Staatsche troepen hier zouden bin nenkomen, want Prins Frederik Hen drik nam de stad op 17 September 1629 in, na een beleg van 3 maanden. Een groote verandering in 't stads leven ging zich nu voltrekken. Het nieuwe, grootendeels uit Hervormden bestaande, stadsbestuur, pakte de za ken stevig aan. De dekenen der am bachten, die van ouds het derde lid der regeering hadden uitgemaakt, en vaak om eigen belangen te redden de algemeene hadden tegengewerkt, kre gen geen toegang meer tot de raads kamer. De katholieken kwamen in verdruk king. Niet alleen werden hunne ker ken gesloten of voor den Hervormden dienst in gebruik genomen, maar ook de Roomsche scholen moesten geslo ten worden. Priesters en mannelijke kloosterlingen dwong men de stad te verlaten, de vrouwelijke religieusen mochten blijven, maar zij mochten geen anderen meer aannemen. Voor stedelijke betrekkingen kwa men de katholieken niet meer in aan merking, zelfs mochten geen huwelij ken met andersdenkenden meer geslo ten worden. Aan het opbrengen van zware belas tingen waren de Bosschenaren gewend want ook voor de reductie der stad hadden zij die moeten opbrengen. Van lieverlede kwam er weer voor uitgang in handel en industrie. Een groote glasblazerij, die alom bekend werd, kwam hier tot stand. Er kwam weer geld in de stadskas en toen in streken, heeft op goed geluk al ge grepen naar een boutje en dan... er vandoor 1 Vlieg je niet, zoo heb je niet. Hij hoort nog, hoe de hoenders kakelend uit elkaar stuiven. Maar... o I weel nauwelijks is hij een eindje op weg naar huis, of daar hoort hij een vreselijke knal en meteen een hevige pijn in zijn linkerbeen. Als hij niet zo vlug was geweest... 1 »0, foei toch, Kera! Hoe durf je ook? Wees dan toch asjeblieft wat voorzichtiger,» snikt Keri met een klagend stemmetje. »Ja, zie maar, m'n pootje bloedt nog.» En werkelijk, een stukje vel hangt er bij 1 Die nacht daarop is de angst van Keri zo groot, dat ze haar hartje voortdurend kloppen voelt. Waarom moet ik toch altijd in angst zitten denkt ze. Die Kera ook, hij zal me nog eens diep ongelukkig maken. Ze steekt wel haar kopje tussen de veren, maar telkens schrikt ze op, de slaap wil niet komen. Als er maar een takje dicht bij het wiegje kraakt, denkt ze aan het... gevaar! De hele nacht is het niet stil in het grote bos. Als nu de boze vijand maar met komt. RUZIE. Vrouw Gerrits en vrouw Jansen Waren aan 't kibbelen gegaan, »Jij houdt die poesjes op je erl Of 'k zal naar de politie gaan.» »Je hebt er geen snars me te maken Waar ik m'n poesjes laat lopen, Hou jij je hondjes maar bij ie Daar hoef je niks voor te kopen. Ze leven van wat ik hen geef Ze hebben 't aan mij te danken, Dat ze nooit honger lijden, Want geef ik z» 3 niets dan is t janken.» »Nou nou opschepper aan de overkant Hou jij je poesjes maar daar, Dan zal ik m'n hondjes hier houden Ziezo, is ons kibb'Ien nu klaar?» O, dank u vriend'lijk lieve buurvrouw Hou jij je poesjes maar hoor! Voor al jou geklets en gekibbel Daar geef ik geen halfje voor. Nou, dag Juffrouw Gerrits Dag juffrouw Janssen, Ga gauw in huis, want anders Gaan de poppen weer dansen. Rechtvaart 29, Kaatsheuvel. Oplossing vorige week. 1-8—10—4 is stil 3—11—2—14 is neus 13—5—8 is wit 3—13 is nu 7_2_8 is hut 13—11-6 is weg Hier volgt een prijsraadsel waar voor een actieve firma te Waalwijk als prijzen heeft beschikbaar gesteld een eiken parapluie bak, een ets. Oplossingen worden ingewacht tot Donderdag 11 Juli aan ons blad. 12—4 ligt in de straat 7—8—9—10—11—12 vindt men in in elke bewoonde kamer. 13-14—15-16—17-18—19 strekt tot welvaart der plaats. 23-24-25—26-27—28-29 30-31 is een windstreek. 20—4—3 heeft een vis om te zwemmen. 5—4—20—21—22 een meubel om te rusten dat toch een sieraad kan zijn. 6—4 komt van de vogels. 5—6 moeten met een zeer grote hoofdletter worden geschreven. DOOR PIETJE KONINGS,

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1935 | | pagina 5